Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013



Vergelijkbare documenten
Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

jeugdwerkloosheid 64% werklozen volgt opleiding 800 jongeren geregistreerd als werkloze

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

Jeugdwerkloosheid Nieuw-West

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Achtergronddocument bij fact sheet Jeugdwerkloosheid 2012

jeugdwerkloosheid Zuid Definities Fact sheet augustus 2014

jeugdwerkloosheid Oost Definities Fact sheet augustus 2014

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Noordse jongeren op de arbeidsmarkt

Achtergronddocument bij fact sheet jeugdwerkloosheid 2014

Monitor jeugdwerkloosheid over. Achtergrondrapportage bij de factsheet Jeugdwerkloosheid. Onderzoek, Informatie en Statistiek

Monitor jeugdwerkloosheid 2010

Jeugdwerkloosheid. achtergronddocument

Monitor jeugdwerkloosheid over. Achtergrondrapportage bij de factsheet Jeugdwerkloosheid. Onderzoek, Informatie en Statistiek

Werkloosheid 50-plussers

Participatie in arbeid

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Arbeidsmarktontwikkelingen 2016

Allochtonen op de arbeidsmarkt

Factsheet Jongeren buiten beeld 2013

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies

Jongeren op de arbeidsmarkt

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 3e kwartaal 2009

8. Werken en werkloos zijn

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

Langdurige werkloosheid in Nederland

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

Met een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt

Arbeidsmarkt MRA in 2014 in beeld

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald

CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

maatschappelijke afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005

de Makassarbuurt De Staat van

Participatie in arbeid

Jongeren buiten beeld 2013

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek

Meerdere keren zonder werk

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren

Persbericht. Werkloosheid loopt sterk terug. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Daling werkloosheid zet door

Jongeren die niet meer leren, maar ook niet werken

Kwartaalrapportage 1/08

Studenten aan lerarenopleidingen

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Maandelijkse cijfers over de werkloze beroepsbevolking van het CBS en nietwerkende werkzoekenden van het UWV

Jongeren in Rotterdam en Nederland, 2007 en Vinodh Lalta, CBS-CvB

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Maandelijkse cijfers over de werklozen en niet-werkende werkzoekenden van het CBS en UWV.

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

LAAGGELETTERDHEID IN LEIDSCHENVEEN-YPENBURG

LAAGGELETTERDHEID IN HAAGSE HOUT

Misdrijven en opsporing

Beroepsbevolking Amsterdam, 2011

LAAGGELETTERDHEID IN LAAK

Werkloosheid onder beroepsbevolking blijft stijgen, maar minder sterk dan voorgaande jaren

Persbericht. Werkloosheid blijft dalen in januari Centraal Bureau voor de Statistiek. Trend werkloosheid blijft dalend

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013

Persbericht. Werkloosheid hoger na jaar van daling. Centraal Bureau voor de Statistiek. Daling werkloosheid hapert

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016

4. Werkloosheid in historisch perspectief

April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen opnieuw licht gedaald

Participatie in arbeid

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar

Werkloosheid Amsterdam

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Minder jongeren zonder startkwalificatie van school

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

September Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in augustus

Herintreders op de arbeidsmarkt

Aantal instromende studenten tussen gedaald. Figuur 1: Ontwikkeling instroom lerarenopleidingen

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt

Duizenden werkloze jongeren buiten bereik arbeidsmarktbeleid

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Kerncijfers armoede in Amsterdam

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

We zien in figuur 2 dat het aandeel personen met een migratieachtergrond toeneemt van 46 procent januari 2015 naar 51 procent in juni 2017.

Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Stijging werkloosheid vlakt af door terugtrekken jongeren

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%)

Juli 2012 Bijna WW-uitkeringen Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden

Centraal Bureau voor de Statistiek. Maandelijkse cijfers over de werklozen en niet-werkende werkzoekenden van het CBS en UWV WERKbedrijf.

Beroepsbevolking 2005

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 4 e editie. Opzet en inhoud

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I

STATISTISCH JAARBOEK. 10 maatschappelijke zorg

Transcriptie:

Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs of op de arbeidsmarkt. Zij volgen een opleiding, hebben een baan of combineren een opleiding met een bijbaan. Toch zijn er ook jongeren die hun plek (nog) niet kunnen vinden op de arbeidsmarkt, 16% van de jongeren is werkloos. In deze fact sheet zijn alle jongeren op basis van de kenmerken onderwijs, werk en werkloosheid ingedeeld in zes groepen. jonge vrouwen jonge mannen 15-22 jaar 23-26 jaar autochtone Amsterdammers Amsterdammers van westerse herkomst Amsterdammers van niet-westerse herkomst zonder startkwalificatie met startkwalificatie totaal 26 De afgelopen twee jaar steeg het aantal jongeren tussen de 15 en 26 jaar met bijna 6.000 van 127.000 naar 133.000 jongeren (5%). Dit komt vooral doordat meer jongen van buiten de stad naar Amsterdam zijn gekomen om te studeren. Figuur 1 Aandeel werkloze jongeren in de, 2009 en 2011 (procenten) 25 22 15 14 30 20 10 2009 2011 12 12 10 8 4 10 10 13 15 14 16 16 18 23 22 0 10 20 30 De steeg met 6.000 jongeren (8%) van 71.000 in 2009 naar 77.000 jongeren in 2011. Deze stijging komt enerzijds door een toename van het aantal jongeren met een baan (met 4.000 jongeren) en anderzijds door een stijging van het aantal werkloze jongeren (met 2.000). Ruim 12.000 jongeren zijn werkloos, zij zoeken wel actief naar een baan maar kunnen die nu niet vinden. Dit komt neer op 16% van de. Het aandeel en aantal werkloze jongeren is de afgelopen jaren gestegen, in 2009 was 14% van de jongeren werkloos. In Amsterdam zijn meer jongeren werkloos dan gemiddeld in Nederland (9%). De werkloosheid is het hoogst onder 15-22 jarigen, Amsterdammers van niet-westerse herkomst en onder jongeren zonder startkwalificatie. In 2010 en 2011 was de stijging van de werkloosheid het sterkst onder jonge vrouwen, Amsterdammers van autochtone herkomst en onder jongeren met een startkwalificatie (zie figuur 1). Onder jongeren zonder startkwalificatie en Amsterdammers van niet-westerse herkomst daalde de werkloosheid, maar zij blijven wel vaker dan gemiddeld werkloos.

2 Definities Beroepsbevolking: iedereen tussen de 15 en 65 jaar die minimaal 12 uur per week werkt of wil werken. Bestaat uit de werkzame en de werkloze. Werkzame : iedereen die minimaal 12 uur per week werkt. Werkloze : mensen die actief op zoek zijn naar een baan van minimaal 12 uur per week. Ongeveer 10% van alle Amsterdamse jongeren heeft geen baan en volgt geen opleiding. De gemeente kent en ondersteunt jongeren tot en met 22 jaar die geen startkwalificatie hebben. Jongeren met een startkwalificatie en jongeren van 22 jaar en ouder zijn alleen bekend bij de gemeente als zij zichzelf voor ondersteuning melden bij het Jongerenloket of als zij als werkzoekende staan ingeschreven bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). Gebruikte bronnen Om tot de zes groepen jongeren te komen zijn verschillende gegevensbronnen gecombineerd. Er is gekeken naar bevolkingscijfers (GBA januari 2012), onderwijscijfers (CBS en DMO, schooljaar 2011/ 12), inkomenscijfers (CBS 2009), werk- en werkloosheidscijfers (O+S, 2011) en uitkeringscijfers (DWI, UWV en CBS, januari 2012). Deze fact sheet beschrijft daarmee stand cijfers op 1 januari 2012 en werk en werkloosheidscijfers over 2011. Naast deze fact sheet verschijnt een achtergronddocument waarin de gehanteerde methode nader is beschreven. In het achtergronddocument wordt op een aantal gegevens dieper ingegaan. Meer jongeren en meer werkende jongeren Er wonen 133.005 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam. In 2002 waren dit er nog 24.000 minder. Dit komt doordat de groep jongeren die zich op of na hun 18e in Amsterdam is gaan vestigen sterk is toegenomen. Het aantal jongeren dat in Amsterdam opgroeit is de afgelopen jaren vrijwel gelijk gebleven. Jongeren die zich vestigen in Amsterdam zijn relatief vaak van autochtone of westerse allochtone herkomst. De samenstelling van de groep Amsterdamse jongeren qua leeftijd en herkomst en de veranderingen die daarin optreden door de instroom van relatief goed opgeleide jongeren die in Amsterdam komen studeren of werken, hebben invloed op onder andere de arbeidsmarktpositie van jongeren. De is de afgelopen twee jaar, ondanks de huidige recessie, toegenomen. Studenten hebben namelijk vaker dan schoolgaande jongeren een grote bijbaan en behoren daardoor vaker tot de. In 2009 behoorden 71.000 jongeren tot de (56% van alle jongeren), dit is in 2011 gestegen naar 77.000 (58% van alle jongeren). Dit is een toename van 8%. Dit komt enerzijds doordat meer jongeren een baan hebben en anderzijds doordat meer jongeren werkloos zijn. Van alle Amsterdamse jongeren waren er in 2011 ruim 65.000 aan het werk, in 2009 waren dit er nog ruim 61.000. Amsterdamse jongeren behoren veel vaker dan gemiddeld in Nederland (48%) en de G4 (52%) tot de. Aantal werkloze jongeren stijgt Ondanks de toename van de en het aantal werkende jongeren, is er ook sprake van een stijging van de jeugdwerkloosheid. De Monitor Jeugdwerkloosheid 2010 beschreef de jeugdwerkloosheid in 2009. Sindsdien is de werkloosheid opgelopen van 14% naar 16% van de jonge (respectievelijk 8% en 9% van alle Amsterdamse jongeren). In deze periode daalde de jeugdwerkloosheid in Nederland van 12% naar 9%. Deze landelijke daling kwam vooral door een daling van de jeugdwerkloosheid in Zuid en Oost Nederland. In het westen en in het noorden van Nederland bleef de jeugdwerk- Tabel 2 Amsterdamse jongeren naar voornaamste activiteit, 2010 en 2012 abs. % abs. % 1 in opleiding 42.955 33,7 41.737 31,5 2 in opleiding en aan het werk 23.768 18,7 25.202 18,9 3 aan het werk en niet in opleiding 37.358 29,3 40.103 30,2 4 werkloos en in opleiding 5.505 4,3 6.980 5,2 5 werkloos en niet in opleiding 4.747 3,7 5.123 3,9 6 niet in opleiding en niet werkend, overig 12.985 10,2 13.859 10,4 totaal 127.318 100 133.005 100

Figuur 3 Amsterdamse jongeren naar voornaamste activiteit, 2010 en 2012 (procenten) 2010 127.318 jongeren 2012 133.005 jongeren 10% 4% 12.985 4% 4.747 5.505 42.955 niet- 44% 34% 10% 4% 13.829 5.123 5% 6.980 41.737 niet- 42% 32% 3 37.358 40.103 29% 23.768 30% 25.202 19% 19% 56% 58% in opleiding in opleiding en aan het werk aan het werk en niet in opleiding werkloos en in opleiding werkloos en niet in opleiding niet in opleiding en niet werkend, overig loosheid vrijwel gelijk. 1 In de vier grote steden was gemiddeld sprake van een stijging van de jeugdwerkloosheid. Sinds begin 2012 stijgt de jeugdwerkloosheid in heel Nederland. Ook in Zes groepen om werk en werkloosheid beter in beeld te krijgen Om beter in beeld te krijgen wat de situatie van Amsterdamse jongeren is qua opleiding, werk en werkloosheid zijn alle jongeren op basis van deze kenmerken ingedeeld in de volgende zes hoofdgroepen: 1. in opleiding; 2. in opleiding en aan het werk; 3. aan het werk en niet in opleiding; 4. werkloos en in opleiding; 5. werkloos en niet in opleiding; 6. niet in opleiding en niet werkend, overig. De grootste groepen jongeren zijn: in opleiding (31,5%), werkend en niet in opleiding (30,2%) en werkend en in opleiding (18,9%). De groep niet in opleiding en niet werkend (groep 6), zoekt niet actief naar een baan of is niet direct beschikbaar voor een baan en geldt daarom niet als werkloos. Deze fact sheet beschrijft de verschillende groepen jongeren en de groepen vier, vijf en zes worden nader uitgesplitst. Tabel 4 Amsterdamse jongeren naar voornaamste activiteit, 2012 (aantallen en procenten) beroepsbev. abs. % 1 in opleiding nee 41.737 31,5 2 in opleiding en aan het werk ja 25.202 18,9 3 aan het werk en niet in opleiding ja 40.103 30,2 4 werkloos en in opleiding ja 6.980 5,2 5 werkloos en niet in opleiding ja 5.123 3,9 6 niet in opleiding en niet werkend, overig nee 13.859 10,4 totaal 135.005 100,0 Amsterdam loopt de (jeugd)werkloosheid op. Gezien de aanhoudende economische crisis is de verwachting dat de jeugdwerkloosheid in Amsterdam (en in Nederland) de komende jaren nog verder zal stijgen. Deze fact sheet onderscheidt twee groepen werkloze jongeren: werkloze jongeren die een opleiding volgen en werkloze jongeren die geen opleiding volgen. Achtenvijftig procent van de werkloze jongeren volgt een opleiding en 42% is niet in opleiding. Van alle Amsterdamse jongeren is 5,2% werkloos en in opleiding en 3,9% is werkloos en niet in opleiding (zie tabel 2). Er zijn in 2011 bijna 2.000 (1.851) werkloze jongeren meer dan in 2009. Driekwart van deze stijging komt door een toename van de werkloze jongeren die een opleiding volgen, zij doen op dit moment dus wel iets. Een kwart van de toename van de werkloze jongeren zit in de werkloze jongeren die geen opleiding meer volgen. Op 1 januari 2012 had 10,4% van alle jongeren geen baan en volgde geen opleiding. Deze jongeren waren ook niet actief op zoek naar een baan en vielen daarom niet onder de definitie van de werkloze. Ten opzichte van 2010 is de omvang van deze groep vrijwel gelijk gebleven. Later in deze fact sheet wordt nader ingegaan op deze groep. Werkloze jongeren hebben steeds vaker een startkwalificatie Een startkwalificatie 2 geldt als minimale kwalificatie voor de arbeidsmarkt. Achtenvijftig procent van de Amsterdamse jongeren van 15 tot en met

Tabel 5 Aandeel jongeren met startkwalificatie per groep 2010 en 2012 (procenten) 4 1 in opleiding 47 55 2 in opleiding en aan het werk 65 63 3 aan het werk en niet in opleiding 72 61 4 werkloos en in opleiding 34 60 5 werkloos en niet in opleiding 43 52 6 niet in opleiding en niet werkend, overig 29 27 totaal 57 58 15-22 jaar 23-26 jaar jonge mannen jonge vrouwen Amsterdammers van niet-westerse herkomst Amsterdammers van westerse herkomst autochtone Amsterdammers met startkwalificatie zonder startkwalificatie totaal Figuur 6 Geregistreerde werkloze jongeren in totale populatie, 1 januari 2010 en 2012 (procenten) 15-22 jaar 23-26 jaar jonge vrouwen jonge mannen totaal 8,5 8,6 6,9 5,1 10 8 6 4 2 2,1 4,5 4,8 1,5 3,2 2,4 1,7 3 2 1 0 2,1 1,7 1,7 3,3 3,1 3,9 3,5 4,4 5,4 6,2 0 2 4 6 8 10 Figuur 7 Amsterdamse jongeren met een Wajong-uitkering (oud en nieuw) naar leeftijd en geslacht, 1 januari 2010 en 2012 (procenten) 2,0 2,2 2,4 2,6 1 2 3 26 jaar is (al) in het bezit van een startkwalificatie. Dit is iets meer dan in 2010 toen 57% van de jongeren een startkwalificatie had. Een deel van de jongeren zonder startkwalificatie heeft, doordat zij nog op school zitten, nog zicht op het behalen van een startkwalificatie. Jongeren die werken en geen opleiding meer volgen behalen meestal geen startkwalificatie meer. Van deze jongeren heeft 61% op dit moment een startkwalificatie. Dit is minder dan in 2010 (72%). Ook absoluut gezien zijn er nu minder werkzame jongeren met een startkwalificatie. Jongeren met een startkwalificatie zijn vaker in opleiding of werkloos. Dit is een opmerkelijke ontwikkeling. De werkloze jongeren die geen opleiding meer volgen hebben in 2012 (52%) veel vaker dan in 2010 (43%) een startkwalificatie. Sinds 2010 daalde de werkloosheid licht onder jongeren zonder startkwalificatie en steeg onder jongeren met startkwalificatie. Ook goedopgeleide jongeren komen de laatste jaren dus steeds moeilijker aan een baan, vooral mbo ers kunnen momenteel moeilijk een baan vinden. 3 Geregistreerde werkloosheid daalt Naast de werkloze is er ook nog een andere maat om te kijken naar (jeugd)- werkloosheid, namelijk het aantal jongeren dat geregistreerd staat als werkzoekende bij het UWV of bij het Jongerenloket van de Dienst Werk en Inkomen (DWI). In januari 2012 stonden 4.719 jongeren geregistreerd bij het UWV, bij DWI of bij beide instanties. Dit komt neer op 3,5% van alle Amsterdamse jongeren. De afgelopen jaren is bij DWI de instroom van jongeren in een uitkering aanzienlijk gedaald. De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn de invoering van de verplichte zoekperiode van vier weken voor jongeren per 1 januari 2012 en de afschaffing van de stagevergoeding in 2011. Ruim 2% van de jongeren is arbeidsongeschikt Jongeren die op jonge leeftijd een langdurige ziekte of handicap hebben gekregen, kunnen aanspraak maken op een Wajong-uitkering. Er zijn op 1 januari 2012 2.885 jongeren (tot 27 jaar) met een Wajong-uitkering, dit komt neer op 2,2% van alle Amsterdamse jongeren. Dit is meer dan in 2010 toen 2.244 jongeren een Wajong-uitkering ontvingen (%). Er zijn in 2012 1.501 jongeren onder de 23 jaar met een Wajong-uitkering (2,0%) en 1.384 jongeren van 23 tot en met 26 jaar met een Wajong-uitkering (2,4%).

Tabel 8 Overzicht werkloze en niet actieve jongeren naar specifieke groepen, 2012 abs. % van alle jongeren 4 werkloos en in opleiding 6.980 5,2 5a werkloos, niet geregistreerd als werkloze 3.707 2,8 5b werkloos en geregistreerd als werkloze 1.416 1,1 totaal 4+5 werkloze 1.213 9,1* 6a overige jongeren, geregistreerd 1 geregistreerd bij DWI/UWV 3.303 2.5 2 vsv tot 23 jaar met zorgtraject (geen DWI/UWV) 380 0,3 5 6b totaal 6 overige jongeren, niet-geregistreerd niet in opleiding en niet-werkend 3 vsv tot 23 jaar zonder zorgtraject 2.387 4 Wajong-uitkering 2.885 2,2 overig 4.904 3,7 13.859 10,4 totaal werkloos en niet-actief 25.962 19,5 * Dit is 16% van de. Op 1 januari 2010 is de nieuwe Wajong in werking getreden. Sindsdien staat in de Wajong het vinden en behouden van werk en de ondersteuning daarbij centraal en niet de uitkering. Jongeren die voor 1 januari 2010 in de Wajong zijn gekomen mogen kiezen onder welke regeling zij willen vallen. In januari 2012 vielen 2.036 jongeren onder de oude regeling en 849 onder de nieuwe. Nadere uitsplitsing werkloze en overige jongeren In de Monitor jeugdwerkloosheid 2010 is de jeugdwerkloosheid in Amsterdam voor het eerst in beeld gebracht aan de hand van de eerder beschreven zes groepen. De groep jongeren behorend tot de groep niet in opleiding en niet werkend, overig bleek toen, net als nu, vrij groot (10% van alle jongeren). Daarom is deze groep nu uitgesplitst op basis van de kenmerken: geregistreerd als werkloze bij DWI of UWV, geregistreerd als voortijdig schoolverlater (VSV) en het ontvangen van een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Gegevens over voortijdig schoolverlaten zijn dit jaar voor het eerst meegenomen in de analyse. Omdat de geregistreerde werkloosheid deels overlapt met de werkloze wordt hieronder naar zowel de werkloze als naar de overige jongeren gekeken. De groepen werkloze onderwijsvolgende jongeren, werkloze niet-onderwijsvolgende jongeren en niet in opleiding en niet werkend zijn opgedeeld in nog eens vijf subgroepen: 4. werkloos en in opleiding; 5a. werkloos, niet geregistreerd werkloos (niet in opleiding); 5b. werkloos, geregistreerd werkloos (niet in opleiding); 6a. overige jongeren, geregistreerd (bij DWI, UWV, VSV met zorgtraject of VSV zonder zorgtraject, Wajong-uitkering); 6b. overige jongeren, niet geregistreerd. Van de 13.859 jongeren die tot de groep niet in opleiding en niet werkend, overig behoren staan er 3.303 geregistreerd bij DWI of UWV (2,5%), 380 zijn voortijdig schoolverlater in een zorgtraject anders dan DWI of UWV (0,3%) en 2.387 jongeren zijn voortijdig schoolverlaters in behandeling bij DMO zonder zorgtraject (%). Daarnaast zijn er in januari 2012 2.885 jongeren die een Wajonguitkering ontvangen (2,2% van alle Amsterdamse jongeren). 4 Er blijven dan nog 4.904 jongeren over waarvan niet bekend is wat zij doen, 3,7% van alle jongeren. Dit zijn 2.800 jongeren onder de 23 met een startkwalificatie en 2.104 23-26 jarigen met of zonder startkwalificatie. Het zijn vaker meisjes dan jongens. Deze groep is niet per definitie problematisch, het kunnen jongeren zijn die binnen kort met een opleiding beginnen, jongeren die op reis zijn (of gaan) of jongeren met bijvoorbeeld zorgtaken voor familieleden of kinderen. Maar het kunnen ook jongeren zijn die zich bijvoorbeeld bezighouden met criminaliteit of die het zoeken naar een baan hebben opgegeven.

6 Twee definities van werkloosheid Er zijn grofweg twee gangbare definities van (jeugd)werkloosheid. Ten eerste is er de werkloze en ten tweede is er de registratie van niet-werkende werkzoekenden. Dit zijn deels gescheiden en deels overlappende groepen. Beide definities zijn jaren lang voor verschillende doeleinden gebruikt, er is niet een allesomvattende maat. Op dit moment is de werkloze de meest gehanteerde maat. Werkloze Onder de werkloze wordt verstaan: mensen zonder werk in de leeftijd van 15 tot en met 64 jaar die actief zoeken naar een baan van minimaal 12 uur per week. De werkloze wordt standaard gepresenteerd als percentage van de, en dus niet als percentage van de gehele bevolking. De bestaat uit de werkende bevolking en de werkloze samen. In Amsterdam behoren begin 2012 12.103 jongeren tot de werkloze (blauw in de figuur). Geregistreerde werkloosheid De geregistreerde werkloosheid bestaat in deze fact sheet uit de mensen die op zoek zijn naar een (andere) baan en zich hebben geregistreerd bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en de mensen die een WWB-uitkering ontvangen via DWI. Januari 2012 staan er 4.719 jongeren geregistreerd (grijs in de figuur). Deze definitie wijkt af van de landelijke definitie, daarin worden alleen niet werkende werkzoekenden geregistreerd bij het UWV gebruikt. Afgelopen jaar is gebleken dat de registratie van niet-werkenden werkzoekenden niet optimaal is om de werkloosheid in beeld te brengen. Deze cijfers worden door O+S bijna niet meer gebruikt. In dit onderzoek worden ze toch gebruikt in verband met de vergelijkbaarheid met de voorgaande monitor en omdat de problemen met de registratie minder gelden voor jongeren (die stonden toch al weinig geregistreerd). Verschillen tussen definities Er zijn meer jongeren die tot de werkloze behoren dan dat er jongeren zijn die ingeschreven staan als werkzoekende. Dit komt doordat veel werkloze jongeren geen recht hebben op een uitkering en zich daarom niet inschrijven als werkzoekende. In Amsterdam bestaat de werkloze uit 12.103 jongeren. Op 1 januari 2012 stonden er 4.719 jongeren geregistreerd bij het UWV of bij DWI. Er zijn 1.416 jongeren die tot beide groepen behoren (zie figuur 9). Figuur 9 Relatie tussen de werkloze enerzijds en de geregistreerde werkloosheid anderzijds, 2012 Werkloze 12.103 jongeren (9,1% van alle jongeren) Werklozen die niet geregistreerd staan Overlap 1,416 (1,1%) Werklozen die wel geregistreerd staan Geregistreerde werkloosheid 4.179 jongeren (3,5% van alle jongeren) Geregistreerde werklozen die niet tot de behoren Oudezijds Voorburgwal 300 1012 GL Amsterdam Telefoon 020 251 0333 algemeen@os.amsterdam.nl www.os.amsterdam.nl Opdrachtgevers Dienst Werk en Inkomen en Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Auteur drs. Idske de Jong Noten 1 CBS, Hoogste werkloosheid in Groningen. Webmagazine 27 februari 2012. 2 Een diploma op minimaal mbo-2, havo- of vwo-niveau. Een vmbo-diploma is geen startkwalificatie. 3 Weel, B. ter, Loonongelijkheid in Nederland stijgt. CPB December 2012. 4 Jongeren met een Wajong-uitkering worden in dit onderzoek gezien als een aparte groep. In werkelijkheid overlapt deze groep met andere groepen. Deze jongeren kunnen immers ook werkzaam zijn. Verder staan jongeren onder de 22 met een Wajong-uitkering die geen startkwalificatie hebben ook bij DMO geregistreerd als voortijdig schoolverlater.