Nederlandse Mededingingsautoriteit

Vergelijkbare documenten
Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Openbare versie. NL financial investments T.a.v. de heer M. Enthoven en Mevrouw Gonçalves-Ho Kang You Postbus BB 'S-GRAVENHAGE

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit

RET t.a.v. de heer Drs. R.J.A. Clayden. Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) /200001/55.B603

BESLUIT I. MELDING II. PARTIJEN

BESLUIT. 4. Bij besluit van 30 september 2002 heeft de d-g NMa de klacht van Broadcast afgewezen (hierna: het bestreden besluit).

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n)

HTM t.a.v. de heer drs. J.M. Sielcken. Postbus Informatiekopie aan Medeparaaf en datum 2502 KM DEN HAAG Archief Ravoo Leijenaar Jansen JD

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

I. Aanvraag en procedure

BESLUIT. 3. Tegen het bestreden besluit heeft Automark tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 30 juli 2008.

6. Tijdens de behandeling van de aanvraag heeft EnergyZero op verzoek van de ACM ook overige gegevens verstrekt over zijn kwaliteiten 4.

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Pagina. Besluit Openbaar

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

N ederlandse M ededingingsautoriteit

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203182_OV Zaaknummer: Datum: 9 juni 2016

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina 1/5. Besluit. 1 Procedure

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT OPENBAAR. 3. Op 8 juni 2015 heeft ACM de ontvangst van de aanvraag schriftelijk bevestigd aan Vrij Op Naam B.V..

Openbaar. Besluit. Datum : 30 juli Muzenstraat 41 www 2511 WB Den Haag ACM/UIT/497981

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT OPENBAAR. aanvraag voor een vergunning ingediend, als bedoeld in artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: aanvraag).

Besluit ACM/UIT/ Kenmerk Zaaknummer ACM/17/022714

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

2. Aanleiding voor deze aanvraag is het voornemen van NGE om elektriciteit te leveren aan kleinverbruikers 2.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit van niettoepasselijkheid van artikel 34 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina 1/8 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203181_OV Zaaknummer: / /

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 lid 1 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

3. Bij van 1 juli 2014 heeft ACM de ontvangst van het verzoek van Ymere bevestigd.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

I. Aanvraag en procedure

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

1 Juridisch kader BESLUIT

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

N ederlandse M ededingingsautoriteit

BESLUIT. I. Aanvraag en procedure

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 aan SEPA Green Energy B.V.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/201473_OV Zaaknummer:

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. 4. Bij brief van 16 maart 2010 heeft xcat aangegeven geen aanleiding te zien haar bezwaar mondeling toe te lichten tijdens een hoorzitting.

BESLUIT. 3. Bij besluit van 4 april 2003, kenmerk 3444/3, (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

Directie Toezicht Energie (DTe)

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

1 Inleiding. 2 Wettelijk kader BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet.

BESLUIT. Juridisch kader

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Pagina 1/6. Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

1 Juridisch kader BESLUIT. Directie Toezicht Energie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Goedkeuring van de concentratie tussen Euroma Holding B.V. en Clearwood Investment B.V.

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

BESLUIT. Juridisch kader

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, lid 1 van de Mededingingswet.

BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet.

Transcriptie:

Nederlandse Mededingingsautoriteit Aan De Brauw Blackstone Westbroek T.a.v. de heer mr. J.K. de Pree Postbus 90851 2509 LW Den Haag Datum Uw kenmerk Ons kenmerk 20 april 2007 5454/299 Onderwerp Zaaknr.: 5454/KPN - Nozema Services Geachte heer De Pree, Naar aanleiding van de brief van KPN van 16 februari 2007 waarin KPN de instemming van de NMa vraagt met de voorgenomen overdracht door KPN aan Télédiffusion de France (hierna: TDF) van de hoge zendmasten, bericht ik u als volgt. 1. Inleiding Overeenkomstig het besluit van 6 maart 2006 in zaak 5454/KPN Nozema Services dient KPN uiterlijk twee jaar na dit besluit alle hoge zendmasten die worden gebruikt voor de doorgifte van analoge FM-radio over te dragen aan één of meer onafhankelijke, door de NMa goedgekeurde derden. KPN heeft op 16 februari 2007 aan de NMa toestemming gevraagd voor de verkoop van de hoge zendmasten aan TDF. TDF is in diverse Europese landen actief op het gebied van zowel de infrastructuur (hoge zendmasten) als zendernetwerkdiensten, waaronder voor de doorgifte van analoge FM-radio. Op 8 maart 2007 heeft de NMa een bespreking gehad met TDF. Op 15 maart 2007 zijn vragen gesteld aan KPN. Deze zijn op 23 maart 2007 beantwoord, welke beantwoording de NMa als niet volledig heeft aangemerkt. De NMa heeft op 29 maart 2007 (nieuwe) vragen gesteld aan zowel KPN als TDF. TDF heeft deze vragen op 2 april 2007 beantwoord en KPN heeft de vragen beantwoord op 3 en 5 april 2007. Postbus 16326 Wijnhaven 24 Muzenstraat 81 T: [070] 330 33 30 E-mail: info@nmanet.nl 2500 BH Den Haag 2511 GA Den Haag 2511 WB Den Haag F: [070] 330 33 70 Website: www.nmanet.nl

De NMa heeft op 5 april 2007 aan de marktpartijen Antenne3, Broadcast Partners en NOVEC verzocht een zienswijze te geven met betrekking tot de vraag of de voornoemde overdracht van de hoge zendmasten aan TDF voldoet aan de in de richtsnoeren remedies neergelegde voorwaarden. De NMa heeft binnen de door haar gestelde termijn reacties ontvangen van alle benaderde marktpartijen. Op 13 april 2007 heeft de NMa de niet vertrouwelijke versies van de voornoemde reacties van marktpartijen toegestuurd aan KPN en TDF om hen in de gelegenheid te stellen hierop te reageren. Zowel KPN als TDF hebben op 16 april 2007 een reactie gestuurd op de zienswijzen van marktpartijen. 2. Criteria geschiktheid koper Bij de beoordeling van de vraag of een koper geschikt is, hanteert de NMa de hiernavolgende criteria. 1 De koper moet volledig onafhankelijk zijn van partijen en hun groepsondernemingen en de koper moet over voldoende financiële middelen, bewezen deskundigheid en de prikkel beschikken om het af te stoten bedrijfsonderdeel duurzaam voort te zetten (als een daadwerkelijke concurrent van partijen). Bovendien mag de verwerving van de bedrijfsonderdelen door de voorgestelde koper niet prima facie leiden tot het ontstaan van nieuwe 3. Beoordeling geschiktheid koper De door KPN voorgestelde koper voldoet aan de criteria met betrekking tot de onafhankelijkheid van KPN en het hebben van voldoende financiële middelen, bewezen deskundigheid en het beschikken over de prikkel om het af te stoten bedrijfsonderdeel duurzaam voort te zetten. In het kader van de beoordeling van de vraag of prima facie nieuwe mededingingsproblemen kunnen ontstaan, is specifiek gekeken naar de eventuele gevolgen van de verkoop van de hoge zendmasten aan TDF op het gebied van (i) doorgifte van analoge FM-radio en (ii) doorgifte van DVB-H, DVB-T en andere vormen van digitale omroepdiensten. Uit de raadpleging van marktpartijen blijkt dat met name Broadcast Partners van mening is dat prima facie sprake is van nieuwe Tevens zijn de koop- en huurovereenkomst tussen KPN en TDF beoordeeld. 4. Doorgifte van analoge FM-radio TDF heeft aangegeven geen voornemen te hebben om toe te treden tot de markt voor doorgifte van analoge FM-radio. Indien dit voornemen zou wijzigen, moet in aanmerking worden genomen dat TDF de komende vier jaar niet de mogelijkheid heeft om een sterke positie te verwerven op de 1 Zie de Richtsnoeren voor de inhoud, indiening en tenuitvoerlegging van remedies bij concentraties, 17 december 2002, punt 41. 2

markt voor doorgifte van analoge FM-radio, omdat er in deze periode slechts beperkte mogelijkheden zijn om nieuwe contracten voor doorgifte van analoge FM-radio te verwerven. Hoe de markt zich na 2011 zal ontwikkelen, het jaar waarin de landelijke commerciële frequenties zullen vrijkomen, is onzeker. Daarnaast is het twijfelachtig of er voldoende financiële prikkels voor TDF zullen zijn om toe te treden tot de markt voor doorgifte van analoge FM-radio. De overheid is namelijk voornemens de analoge FM-radio uit te faseren met 2015 als voorgenomen einddatum. Ik concludeer, met inachtneming van de informatie verkregen van KPN en TDF en de zienswijzen van marktpartijen, dat er dermate veel onzekerheid bestaat over een eventuele toetreding van TDF tot de markt voor doorgifte van analoge FM-radio en de eventuele de gevolgen daarvan, dat er op dit punt niet voldoende grond bestaat voor de conclusie dat de verkoop van de hoge zendmasten aan TDF op deze markt prima facie leidt tot het ontstaan van nieuwe 5. Doorgifte van DVB-H, DVB-T en andere vormen van digitale omroepdiensten Naast het voorgaande is tevens aandacht besteed aan de vraag of de verkoop van de hoge zendmasten aan TDF prima facie zou leiden tot het ontstaan van nieuwe mededingingsproblemen op het gebied van doorgifte van DVB-T, DVB-H en andere vormen van digitale omroepdiensten. Indien TDF zou toetreden tot één of meer van deze markten (in combinatie met de reeds gecontracteerde toegang van KPN tot de hoge zendmasten), dan zou TDF onder omstandigheden wellicht (potentiële) concurrenten op één of meer van deze markten kunnen weren. In vergelijking met de markt voor doorgifte van analoge FM-radio is er nog meer onzekerheid hoe de markten voor doorgifte van DVB-T, DVB-H en andere vormen van digitale omroepdiensten zich zullen gaan ontwikkelen. Daarnaast is de aanwezigheid van een sterke speler als KPN op deze gebieden een relevante factor. Ik concludeer, met inachtneming van de informatie verkregen van KPN en TDF en de zienswijzen van marktpartijen, dat er dermate veel onzekerheid bestaat over de gevolgen van een eventuele toetreding van TDF tot de markten voor DVB-T, DVB-H en andere vormen van digitale omroepdiensten dat de verkoop van de hoge zendmasten aan TDF op deze markten niet prima facie leidt tot het ontstaan van nieuwe 6. Beoordeling koop- en huurovereenkomst Bij de beoordeling van de koop- en huurovereenkomst is bekeken of de bepalingen in deze overeenkomsten prima facie leiden tot het ontstaan van nieuwe Dit zou het geval kunnen zijn indien deze bepalingen leiden tot een (toekomstige) benadeling van derden op het gebied van toegang tot de hoge zendmasten. 3

Ik stel, met inachtneming van de informatie verkregen van KPN en TDF en de zienswijzen van marktpartijen, vast dat de bepalingen in de koop- en huurovereenkomst geen aanknopingspunten bevatten om te kunnen concluderen dat sprake zal zijn van een dergelijke (toekomstige) benadeling van derden die prima facie leidt tot het ontstaan van nieuwe Gelet op het voorgaande verleen ik goedkeuring aan zowel de koop- als de huurovereenkomst tussen KPN en TDF. 7. Conclusie Gelet op het voorgaande verleen ik hierbij overeenkomstig punt 186 van het besluit van 6 maart 2006 in zaak 5454/KPN Nozema Services goedkeuring aan TDF als koper van de hoge zendmasten van KPN. 8. OPTa OPTa heeft aangegeven de conclusies van dit besluit te delen. 9. Openbare versie In verband met de rechten van belanghebbende derden is het noodzakelijk een openbare versie van dit besluit te maken. De openbare versie van het besluit zal geen vertrouwelijke bedrijfs- of fabricagegegevens in de zin van artikel 10, eerste lid, van de Wet openbaarheid van bestuur of anderszins vertrouwelijke gegevens in de zin van artikel 10, tweede lid, van de Wet openbaarheid van bestuur, bevatten. Om deze reden verzoek ik u uiterlijk binnen 3 werkdagen na dagtekening van deze brief met redenen omkleed aan te geven welke gegevens in de tekst van dit besluit door u worden beschouwd als vertrouwelijke bedrijfs- of fabricagegegevens en welke gegevens door u om andere redenen als vertrouwelijk worden beschouwd. Ik ga ervan uit dat de gegevens, waarvoor u niet uitdrukkelijk aangeeft dat zij naar uw mening als vertrouwelijk moeten worden behandeld, door mij zonder meer voor derden toegankelijk gemaakt kunnen worden. Hoogachtend, De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, namens deze: w.g. drs. A.J.M. Kleijweg Wnd. Directeur Concentratiecontrole 4

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de Rechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam 5