afgedaan: ~2--. NOWlO ~v - Industrieweg 50 6541 TW Nijmegen 0 N DER N E MIN G 5 R A A D Postbus 117 6500 AC Nijmegen Telefoon (024) 371 6867 Fax (024) 377 45 54 ING bank 65 04 69135 Postbank 2308687 Aan: de leden van de gemeenteraad van Nijmegen Van: de ondernemingsraad van Novio NV Nijmegen, 24 april 2003 Betreft: marktwerking in het openbaar vervoer Geachte raadsleden, Hierbij ontvangt u het afschrift van een brief die wij samen met de ondernemingsraden van de vijf andere stedelijke OV bedrijven naar de leden van de Tweede Kamer hebben gestuurd. Deze problematiek speelt ook in onze gemeente, graag willen wij met u op korte termijn een gesprek hebben over de ontwikkelingen in het openbaar vervoer en in het bijzonder over de positie van Novio. Onze hoop is dat u zich achter dit initiatief zult scharen. En in samenwerking met de andere gemeenten, die nog eigenaar zijn van hun stadsvervoerbedrijf zich sterk wilt maken voor de doelstellingen zoals in de brief zijn genoemd. Een goed openbaar vervoer is voor een stad als Nijmegen van wezenlijk belang en wij als ondernemingsraad van Novio denken dat dit dé kans is om met inspanning van alle betrokkenen: lokale, regionale en provinciale besturen, vakbonden en consumentenorganisaties, het parlement tot betere inzichten te brengen. I n a f w a C:}~!~:~:~~~;;;2~;~;;; ~ tie, L Met vriendelijke groet, namens de OR Novio, Maarten Sweep, voorzitter Bijlage: brief aan de leden van de TK
Aan: Van: 1 de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal in Den Haag de ondernemingsraden van de stedelijke openbaar vervoerbedrijven van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Nijmegen en Dordrecht Utrecht, 24 april 2003 Betreft: gevolgen van de marktwerking in het openbaar vervoer Geachte volksvertegenwoordigers, 'Meer markt', dat was in de jaren negentig het devies van de toenmalige kabinetten. De overheid werd gezien als te duur, niet innovatief en onvoldoende klantgericht. Een onaantrekkelijke werkgever bovendien. Het moest allemaal anders. De overtuiging was dat de introductie van marktwerking en privatisering zouden leiden tot een betere en goedkopere dienstverlening. Elektriciteitsvoorziening, kabeltelevisie, telecommunicatie; op vele fronten werd de gedachte dat directe overheidsaansturing 'ouderwets' is en dat de markt het 'beter kan', door het Paarse kabinet omgezet in daden. Inmiddels zijn we een paar jaar verder en is de werkelijkheid op zijn zachtst gezegd een stuk weerbarstiger gebleken. De voorbeelden zijn genoegzaam bekend. Zo is na de liberalisering van de elektriciteitsvoorziening het aantal voorvallen van stroomuitval toegenomen. Consumentenorganisaties voeren al jaren strijd met UPC, een Amerikaanse multinational die zich weinig gelegen laat liggen aan,de behoeften van zijn klanten. En als klap op de vuurpijl was er het debacle van KPN: ooit een toonbeeld van degelijkheid, maar nu bekend van de onverantwoorde financiële risico's die werden genomen. Het bedrijf kwam aan de rand van de afgrond te verkeren met als gevolg dat talloze beleggers hun geld verloren en duizenden arbeidsplaatsen verloren gingen. Het algemene beeld is dat door de privatisering van overheidsdiensten de consument er niet op vooruit is gegaan. Lang niet altijd heeft het beleid van de afgelopen jaren gebracht wat daarvan werd verwacht. Een publiek monopolie vervangen door een privaat monopolie, kan toch moeilijk een succes worden genoemd. Marktwerking in het openbaar vervoer: de NS als lichtend voorbeeld '. Introductie van marktwerking en het prepareren van overheidsdiensten op een toekomstige gang naar de beurs werd ook voortvarend ter hand genomen bij de Nederlandse Spoorwegen.
Marktwerking De complexe organisatie, die een groot spoorwegbedrijf nu eenmaal vormt, werd opgesplitst in een groot aantal afzonderlijke bedrijfsonderdelen. Deze ontvlechting was ingegeven door een verkrampte poging om marktwerking te introduceren. De infrastructuur, de capaciteitsverdeling en de verkeersleiding kwamen volledig los te staan van de kerntaak van NS; het vervoeren van reizigers. Grote delen van het bedrijf werden verkocht, zoals de onderhoudsbedrijven en het goederenvervoer. De samenhang ging geheel verloren. Ondertussen richtte het management van NS zich naar de filosofie van de markt; het realiseren van rendement. Op onderhoud van het materieel werd fors beknibbeld en de aanschaf van nieuwe treinstellen werd uitgesteld, met als gevolg dat steeds meer reizigers met een staanplaats genoegen moeten nemen. Dit weerhield het management er overigens niet van om de klant te confronteren met aanzienlijke prijsverhogingen. Het 'op afstand' plaatsen van het bedrijf heeft tot de absurde situatie geleid dat op essentiële aspecten, zoals de prijs van het treinkaartje, de politiek uitsluitend via de rechter het publiek belang kan behartigen. De privatiseringstendens en de opsplitsing van het bedrijf hebben grote arbeidsonrust veroorzaakt. Het conflict over het "rondjes om de kerk rijden" was niet een op zich zelf staand gebeuren. De ingezette trend van 'bedrijfsmatiger werken' leidde tot een geleidelijke verschraling van arbeidsvoorwaarden. Een beleid gekenmerkt door verkilling, meer eentonigheid, onzekerheid en minder oog voor de menselijke kant van het werk. in het streekvervoer Sinds de invoering van de Wet Personenvervoer 2000 zijn de Provincies en stadsregio's vemlicht om stads en streekvervoer gefaseerd te gaan aanbesteden. Ook in dit geval waren de verwachtingen hooggespannen; kwalitatief beter openbaar vervoer, groei van het aantal reizigers en een meer op de wensen van de klant afgestemd product. De eerste ervaringen zijn echter teleurstellend. Zo is er het voorbeeld van Amersfoort, waar de bekende streekbussen plaats moesten maken voor goedkopere minibusjes met maximaal acht zitplaatsen, met als gevolg dat regelmatig reizigers moeten worden achtergelaten op de haltes. Schrijnender nog waren de wantoestanden die zich voordeden in het concessiegebied Drechtsteden, waar de nieuwe concessiehouder van start is gegaan met de inzet van oud materieel. Afdankertjes van andere bedrijven, die vaak jaren op industrieterreinen hadden gewacht op een koper, maar die nu weer op de weg verschenen om het materieel tekort van Arriva aan te vullen. Omdat slechts minimaal was geïnvesteerd in het weer rijklaar maken van deze bussen, werden de reizigers geconfronteerd met situaties waarin deuren tijdens de rit spontaan openklapten en luchtvervuiling optrad als gevolg van lekke uitlaten. Slechts na grote druk van de kant van de bonden huurde Arriva materieel in waarmee wél fatsoenlijk vervoer kan worden aangeboden. De verwachte groei van het openbaar vervoergebruik, de belangrijkste doelstelling van de invoering van marktwerking, is tot nu toe nergens opgetreden. Dat er beter naar de wensen van de klant geluisterd wordt, is evenmin het geval. Volgens de voorzitter van ROVER is de marktwerking vooral een bestuurlijk proces geworden, waarin de vervoerbedrijven zich uitsluitend richten op de vertegenwoordigers van de opdrachtgevers. De enige bedrijven die 2
garen bij spinnen bij de marktwerking, zijn de consultants, die veel geld verdienen met allerlei adviesopdrachten. De introductie van marktwerking kan tevens tot een verslechtering van arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden leiden. Zo ondervonden de chauffeurs in regio Drechtsteden dat niet alleen de bus garages waren wegbezuinigd, maar ook de bijbehorende faciliteiten als kantines en toiletten. Onacceptabele situaties, die zich vaker kunnen gaan voordoen, naarmate de nadruk sterker komt te liggen op de kostenreducties en het verhogen van rendement. Europese dimensie Voor liberalisering en marktwerking wordt vaak het argument gebruikt "dat het van de EG moet". Bij stad- en streekvervoer gaat dit argument echter niet op. Weliswaar heeft de Europese Commissie een poging gedaan deze markt open te stellen, maar het Europees Parlement heeft in november 2001 met grote meerderheid van stemmen dit voorstel verworpen. Op grond van het subsidiariteitsbeginsel besloot het Europees Parlement toen om het aanbesteden van openbaar vervoerconcessies facultatief. te maken. Op lokaal en regionaal niveau wil het Europees Parlement de bevoegdheid laten om direct aan het eigen vervoerbedrijf de opdracht te kunnen verstrekken voor het verrichten van openbaar vervoer. Met het eenzijdig openstellen van de Nederlandse openbaar vervoennarkt, loopt ons land thans voor de Europese muziek uit. Nederlandse vervoerbedrijven, zoals de BBA, verkopen aan buitenlandse concerns, die op de thuismarkt een beschennde positie hebben (zoals hetfranse CONNEX) is in dat licht bezien, helemaal onbegrijpelijk. Het stedelijk openbaar vervoer In de meeste Europese landen wordt het stedelijk openbaar vervoer thans verzorgd door overheidsbedrijven, die direct worden aangestuurd door een stedelijk of regionaal bestuur. Dat is een waarborg voor een 'grote'mate van zeggenschap over het voorzieningenniveau, de service, de tarieven, de sociale veiligheid e.d. Niet incidenteel, zoals bij aanbestedingen het geval is, maar permanent zijn deze vervoerbedrijven onderworpen aan toezicht vanuit de lokale politiek. Deze gemeentelijke vervoerbedrijven zijn lokaal heel sterk en beschikken over een grote kennis van de thuismarkt, maar internationaal gezien is hun omvang beperkt en vermogenspositie heel bescheiden. Hun eigenaren zijn ook niet geïnteresseerd in het verwerven van marktaandeel buiten de eigen regio. Bij invoering van marktwerking hebben deze stedelijke vervoerbedrijven, zo leert de ervaring in Engeland en Scandinavië, weinig kans in de concurrentiestrijd met de grote internationale concerns. Onze dringende oproep is om te leren van de fouten die in andere sectoren inmiddels met de introductie van marktwerking zijn gemaakt. De politiek zou nu de keuze moeten maken om: 1) Af te zien van de nu in de Wet Personenvervoer 2000 vastgelegde vemlichte aanbesteding van het stedelijk vervoer 2) Op Europees niveau de opstelling van het Europees parlement te steunen, waarbij de keuze om bus, tram en metro wel of niet aan te besteden op lokaal en regionaal niveau wordt gelegd. 3
--:~3 De tekst van het Regeerakkoord is een uitgelezen kans om nu het signaal af te geven dat een andere weg wordt ingeslagen. Graag zijn we bereid om met u van gedachten te wisselen. Met vriendelijke groet, namens de gezamenlijke ondernemingsraden van de stedelijke vervoersbedrijven: Voorzitter OR GVB Amsterdam J.G.:- r! Voorzitter OR RET Rotterdam M.]." voor~r L.A. Do~ / M. Swee " Den OR Novio Nijmegen /, ","'", ~~~ti;ror OVU Utrecht 6 Orwt:.,"'liS) e' "-~-- L/ ~;:=- --~="""-- ~9~~VD rdfecht de Vries ~-- - ~- ~&'--=z-~ : -- leden van de regionale besturen( ROA Amsterdam, Stadsregio Rotterdam, BRU Utrecht, Stadsgewest Haaglanden, Knooppunt Arnhem-Nijmegen). leden van de gemeenteraden van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Nijmegen en Dordrecht. personeel van de stedèlijke'vervoersbedrijven. reizigers organisatie Rover. media. 4