Activation Area. New York: State University of New

Vergelijkbare documenten
zorg en welzijn. Amsterdam: Boom uitgevers, 2015, 248 p., 24,90. ISBN:

Dr. Erik Jansen is associate lector aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en verbonden aan Kenniscentrum HAN SOCIAAL.

ONDERNEMEND ZIJN? HOE HIP

PLAYING FOR SUCCESS: NASCHOOLS AANBOD IN EEN TOPSPORTOMGEVING

Dr. Ben W.M. Boog was actieonderzoeker en jarenlang docent methodologie van handelingsonderzoek.

Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2012 Volume 21, Issue 2, pp URN:NBN:NL:UI:

HARRIE VAN HAASTER, SASKIA VAN DORP

University of Groningen

Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2014 Volume 23, Issue 3, pp URN:NBN:NL:UI:

Vincent de Waal. De vooruitgeschoven middenvelder. burgerschap. Amsterdam: Boom Lemma, 2014, 399 p., 42,50.

B o o k s. Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2009 Volume 18, Issue 1, pp URN:NBN:NL:UI:10-1/100030

Het Maatschappelijk Belang van Cao s. Leren van Zweden, Duitsland en Australië? dr. Judith Raven Erasmus Universiteit Rotterdam

Ingrid Robeyns. Wellbeing, freedom and social justice:

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Over werken in de postindustriele samenleving Beer, B.T. Link to publication

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen pilot 2014-II

Examenopgaven VMBO-KB 2004

ONDERZOEK ALS DOENDENKEN

Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2015 Volume 24, Issue 1, pp URN:NBN:NL:UI:

Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald

Kinderarmoede en opvoedingsondersteuning. Prof. Dr. Rudi Roose Universiteit Gent Vakgroep Sociaal Werk en Sociale Pedagogiek Senaat - 6 juli 2015

Bespreking van A true love story. Young people s romantic and sexual development in the context of everyday life Steenbeek, Henderien

Gerda Scholtens is zelfstandig professional in de GGz en kwartiermaker.

GROEN IS VOOR DE HAPPY FEW, BLAUW

Welfare vs Workfare: op weg naar maatschappelijke tweedeling?

Harrie van Haaster. De wijze van Vriend GGZ. Lessen

Marjolijn Staal (Projectleider) Padualaan CH Utrecht. Postadres Postbus SB, Utrecht

Tegen 4 Demonen. Fiscaal werk maken van sociale duurzaamheid. Joseph J. M. Evers

DRIE MISVERSTANDEN OVER SOCIALE INNOVATIE

s o c i a a l w e r k

S o c i a a l w e r k va n d e. arteveldehogeschool

Emigrerende Nederlander heeft nooit heel erge haast

Verdere ontwikkeling van de extended enterprise Een nawoord

maatschappijwetenschappen (pilot)

Kolen, M. (2017). De ongekende mogelijkheid van het. en zorgprofessionals (Proefschrift). Universiteit voor

B o o k s. Deel I beschrijft de doelstellingen, geschiedenis, theorievorming en theorievergelijking voor de samenlevingsopbouw.

ARTS-BASED RESEARCH VOOR HET SOCIAAL DOMEIN EEN ANDERE MANIER VAN PRAKTIJKGERICHT ONDERZOEK

Verslag college 1: Democratische waarden onder druk?

Resultaten van het project 50+ In Europa

Van verzorgingsstaat naar

Examen VWO. Maatschappijleer (nieuwe stijl en oude stijl)

Beste Paul de Beer, Maisha van Pinxteren en anderen,

Vaardigheden van Nederlandse leraren taal, rekenen, problemen oplossen

LEREN IN EEN COMMUNITY OF PRACTICE

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

DIT IS EEN UITGAVE VAN

Reactie Landelijke Cliëntenraad op wetsvoorstellen VN-verdrag rechten mensen met een beperking

Bruto nationaal geluk: een proef op de som 19

YOUTH ORGANIZING ALS NIEUWE WERKWIJZE VAN HET JONGERENWERK

Voorwoord 9. Inleiding 11

Sociale netwerken. Waarom en hoe?

Algemene beschouwing

Eindexamen maatschappijleer vwo 2003-II

De belofte van vitamines: voedingsonderzoek tussen universiteit, industrie en overheid Huijnen, P.

4 Opvattingen over kerk en godsdienst 1

VAN MULTICULTURALISME NAAR DUURZAAM BURGERSCHAP. TIEN JAAR MASTER CULTURELE ANTROPOLOGIE (UNIVERSITEIT

University of Groningen. Up2U Harder, Annemiek T.; Eenshuistra, Annika

Ontwerpeisen internationalisering t.b.v. Social Work onderwijsinnovatie (juli, 2016) Jolanda Berends en Peter Hendriks

Trends in Mantelzorg. November Trends in Mantelzorg

Voorwoord. Erik Sterk Guido Walraven

Samen voor een sociale stad

Zekerheden over een onzeker land

Procesevaluatie van het Navigator project Jager, John Mike

University of Groningen. Structured diabetes care in general practice Fokkens, Sudara Andrea

together forever is het motto van het Europees Jaar van de Interculturele Dialoog 2008 in Nederland Vakantieliefde

Cover Page. Author: Çelik, Saniye Title: Sturen op verbinden : de business case van diversiteit van publieke organisaties Issue Date:

NEETs in Limburg: trends, spreiding, en duiding. NEETs in Limburg: trends, spreiding, en duiding

Het komende uur. Bevolkingsparticipatie. Zuid-Amerika als nieuwe examenregio: een voorproefje. De achtergrond van bevolkingsparticipatie

D e H B O M a s t e r S o c i a l W o r k :

Waarover gaat M/Powerbook #1?

Transvorm Actueel. en de zorg verandert mee. Het werk(en) in de zorg verandert. Hoe reageert u als werkgever en wat doet dat met uw medewerkers?

Jongerenwerk en voortgezet onderwijs: partners in het versterken van schoolcarrières van jongeren Sarti, A.; Manders, W.A.; Metz, J.W.

Dit boekje heeft geen inhoudsopgave. U kunt willekeurig waar het u belieft, gaan lezen en er weer mee stoppen.

University of Groningen. Inferior or superior Carmona Rodriguez, Carmen

Op een belletje kunnen drukken telt sinds kort als teken van zelfredzaamheid,

ONDERZOEK IN DE LERARENOPLEIDING! Wat vinden lerarenopleiders en hun managers daar eigenlijk van?

Werknemers en innovatie

Introductie Extended Enterprise

Citation for published version (APA): Boot, A. W. A. (2004). Management en Organisatie: wat nu? Tijdschrift voor het Economisch Onderwijs, 2,

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

Trouwen over de grens. Achtergronden van partnerkeuze van Turken en Marokkanen in Nederland Hooghiemstra, B.T.J.

Praktische antwoorden op de complexiteit van het sociale werkveld. Bevlogenheid terug in het werk

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Het sociaal plan van der Hulst, J. Link to publication

Understanding the role of health literacy in self-management and health behaviors among older adults Geboers, Bas

Presentatie advies Onderwijs en Open leermiddelen. Tweede Kamer 3 september 2008

NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN

Recente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek

Oplegmemo met nadere toelichting matrix arbeidsmarkt

PrOmotie. Cultuur en maatschappij. Werkboek Media 2

University of Groningen

Kwaliteit op Maat - Nieuwsbrief

VISIE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING BOEKEL, LANDERD, SINT-OEDENRODE UDEN EN VEGHEL

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

maatschappijwetenschappen vwo 2019-I

Behouden beleid: Naar decentrale arbeidsvoorwaarden in het voortgezet onderws van Schoonhoven, R.

The Fact Club jeugdwerkloosheid

R E L I G I O U S J O U R N A L I S M C O M M U N I T Y O F P R A C T I C E T I L B U R G C O B B E N H A G E N C E N T E R

- Dossier 10.1: Globalisering en de behoefte aan versterking van de nationale identiteit

Oud maar niet out. Denken en doen met de Oudheid vandaag _Oud maar niet out_vw.indd 1 13/03/12 10:24

BIJLAGE 1 Glijdende schaal van maatregelen

Transcriptie:

Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4, pp. 70 75 http://doi.org/10.18352/jsi.504 ISSN: 1876-8830 URL: http://www.journalsi.org Publisher: Utrecht University of Applied Sciences, Faculty of Society and Law, in cooperation with Utrecht University Library Open Access Journals Copyright: this work has been published under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-No Derivative Works 3.0 Netherlands License Mariely López-Santana. The New Governance of Welfare States in the United States and Europe Between decentralization and centralization in the Activation Area. New York: State University of New York Press, 2015, 170 p., 23,50. ISBN 978-1-4384-5468-9 Books RICK KWEKKEBOOM Dr. ir. Rick Kwekkeboom is lector Community Care aan de Hogeschool van Amsterdam. Tussen 1990 en 2010 was zij werkzaam bij het Sociaal en Cultureel Planbureau, waar zij (vooral) onderzoek deed naar de ontwikkelingen in het lokale beleid voor mensen met langdurige ondersteuningsvragen. E-mail: r.kwekkeboom@hva.nl OOK ELDERS WORDT VERBOUWD VERZORGINGSSTATEN IN ONTWIKKELING Zoals collega Ton Notten in zijn bijdrage aan deze rubriek al opmerkt, lijkt participatiesamenleving het woord van deze eeuw te worden. Dat heeft het dan te danken aan het gebruik van dit woord door onze koning in zijn eerste troonrede, want toen Wim Kok het begrip in de jaren negentig van de vorige eeuw introduceerde riep het minder reacties op (Van der Lans, 2014). Nú staat het woord, niet alleen in de wereld van sociale professionals, vrijwel gelijk aan de teloorgang van wat in de ogen van velen Nederland als verzorgingsstaat gekenmerkt zou hebben: een 70 Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4

RICK KWEKKEBOOM alomvattende verstrekking van overheidswege van zorg, sociale zekerheid, onderwijs, huisvesting en mogelijk zelfs voeding. Toch was de Nederlandse verzorgingsstaat bij zijn inrichting louter en alleen bedoeld als een leniging van noden, urgente behoeften van bepaalde groepen, die hun directe bestaanszekerheid aantastten en waarin niet op familiale basis kon worden voorzien. Bovendien stonden soberheid en eenvoud van uitkeringen centraal, waarbij op geen enkele wijze werd voorbijgegaan aan eigen verantwoordelijkheid, initiatieven van en aansporingen van betrokkenen (citaat in Schuyt, 2013, cursivering door auteur). En ook al werden in de loop van tijd het aantal en de soorten risico s, het aantal gerechtigden en sectoren waarover de verzorgingsstaat zich uitstrekte vergroot, het uitgangspunt dat van ieder verwacht werd eerst zelf of in eigen kring in de behoefte te voorzien bleef gehandhaafd. In mijn werkzame leven als onderzoeker op het terrein van mensen met langdurige zorgvragen weet ik niet anders dan dat eerst een beroep gedaan werd op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van mensen en dat de verstrekkingen vanwege de verzorgingsstaat Nederland altijd bedoeld waren als aanvulling op wat men zelf kon of voor elkaar kon krijgen. Schuyt (2013) geeft in zijn openbare les een mooie beschrijving van de expansie en krimp van de Nederlandse verzorgingsstaat en de achtergronden van deze veranderingen in omvang en toegankelijkheid. Dat Nederland in zijn beroep op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid niet of nauwelijks van andere verzorgingsstaten afwijkt hoeft niet te verwonderen, als je je realiseert dat het begrip welfare state na de Tweede Wereldoorlog in Groot-Brittannië als assistance, especially by government, to those in need werd geïntroduceerd en van daaruit geëxporteerd naar andere landen in Europa en naar de (ex-)koloniën van Groot-Brittannië in het Angelsaksisch taalgebied (Schuyt, 2013, p. 10). De landen ontwikkelden wel, zoals Esping-Andersen (1990) beschreef, verschillende typen verzorgingsstaten, waarin reikwijdte van de voorzieningen, de toegankelijkheid ervan en de verdeling van de verantwoordelijkheden tussen overheden, sociale partners en individuele burgers sterk uiteenlopen. Tussen deze landen is de afbakening van assistance, especially by government en those in need dan weliswaar verschillend, de ons bekende verzorgingsstaten hebben wel weer met elkaar gemeen dat ze voortdurend in beweging zijn en de afbakeningen steeds aan verandering onderhevig. Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4 71

Books Als ik college geef over de Nederlandse en andere verzorgingsstaten probeer ik de studenten uit te leggen dat deze veranderingen deels te maken hebben met economische ontwikkelingen en deels met de opvattingen in de samenleving zelf, over de rollen die overheden, sociale partners en burgers dienen te vervullen. Als ex-werknemer van de rijksoverheid weet ik immers dat wat verstaan wordt onder zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid in hoge mate afhangt van de politieke kleur van parlement en kabinet. En die kleur, zo houd ik mijn studenten voor, wordt dan weer in het stemhokje door de kiesgerechtigde Nederlanders bepaald. In dat college leg ik dan ook uit dat de ons bekende verzorgingsstaten steeds weer op zoek zijn naar de juiste reactie op ontwikkelingen waar we, met elkaar vergroeid als we zijn, allemaal mee te maken hebben: een groter beroep op zorg, lagere economische groei, toenemende migratie, een tendens tot verdergaande liberalisering en de vergroting van de verschillen in bijvoorbeeld opleidings- en inkomensniveau binnen de bevolking. Een van die reacties is, of kan zijn, het verleggen van de verantwoordelijkheden van centrale naar decentrale overheden. Niet alleen Nederland heeft daar zeker in het jaar 2015 voor gekozen; ook in andere verzorgingsstaten wordt of is bezien of een dergelijke decentralisatie een oplossing kan bieden voor het beter geven van assistance to those in need. In haar boek The new governance of Welfare States in the United States and Europe beschrijft de Amerikaanse Mariely López-Santana hoe een aantal landen door decentralisatie of juist (re) centralisatie een uitweg proberen te vinden uit de problematiek van langdurige werkloosheid van een groot deel van hun burgers. Daarvoor gaat zij in het eerste hoofdstuk terug naar de jaren zeventig van de vorige eeuw, waarin een einde kwam aan de gestage welvaartsgroei in de meeste westerse landen. De stagnatie bracht met zich mee dat de assistance die de overheden konden bieden moest worden herzien en in de jaren negentig resulteerde dat in de meeste landen tot de ontwikkeling van een actief arbeidsmarktbeleid. Zoals in Nederland Wim Kok opriep tot de ontwikkeling van een participatiemaatschappij, waarin iedereen, naar eigen mogelijkheden, (weer) moest kunnen werken, zo werd ook in andere verzorgingsstaten in en buiten Europa een poging gedaan mensen die werkloos waren geworden te activeren tot de arbeidsmarkt. Om een beroep te kunnen doen op de door de verzorgingsstaten geboden sociale zekerheid moesten werklozen zich aantoonbaar inspannen om alsnog, of weer, betaald werk te krijgen. In de meeste landen werd daartoe het arbeidsmarktbeleid gedecentraliseerd, omdat werkgelegenheid nu eenmaal sterk bepaald wordt door decentrale factoren én omdat de overtuiging bestond dat decentrale overheden dichter bij de burgers staan en dus beter in kunnen spelen op wensen, behoeften en voorkeuren van deze burgers. 72 Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4

RICK KWEKKEBOOM Na haar beschrijving van deze historie komt López-Santana tot de (voorlopige) conclusie dat 1) binnen het paradigma decentralisatie diverse varianten mogelijk zijn en 2) mede afhankelijk van historische contexten ook aan decentralisatie zulke nadelen verbonden kunnen zijn dat (re) centralisatie uiteindelijk toch beter blijkt te zijn. In hoofdstuk twee legt zij vervolgens uit welke onderzoeksaanpak ze heeft gekozen om de invloed van deze met name territoriale contexten in kaart te brengen. Al dan niet samen met haar collega Milena Büchs heeft zij daartoe in een aantal verschillende verzorgingsstaten binnen en buiten Europa het actuele arbeidsmarktbeleid bestudeerd, door naast een analyse van de diverse beleidsdocumenten ook de brede range van beleidsverantwoordelijken en uitvoerders veelal in hun eigen taal te interviewen. Gezien de uitgebreide citaten in de empirische hoofdstukken drie tot en met vijf moeten dat behoorlijk intensieve interviews zijn geweest! In hoofdstuk drie wordt onder de noemer Favoring subnational flexibility over standardization het arbeidsmarktbeleid in Italië en de Verenigde Staten beschreven. In, volgens de indeling van Esping-Andersen, de mediterrane verzorgingsstaat Italië worden vergelijkbare maatregelen genomen als in de uiterst liberale VS: vergaande decentralisatie van de verantwoordelijkheden voor het activeren van (langdurig) werklozen. In haar beschrijving laat López-Santana zien dat deze vergaande decentralisatie past bij de cultuur die in deze staten heerst: Italië kent een historie van onafhankelijke stadstaatjes, die pas eind negentiende eeuw tot een gezamenlijke staat uitgroeiden en de VS vormen vanaf hun ontstaan een federatie van in feite onafhankelijke staten. Centralisatie voelt als tegennatuurlijk, maar hierdoor ontstaat een dusdanig grote ongelijkheid tussen de staten en regio s dat die de eenheid van de betrokken landen bedreigt. Het is niet moeilijk om voor te stellen wat de gevolgen zouden zijn als de tegenstellingen tussen noord en zuid Italië zo groot zouden worden dat het noorden zich af zou scheiden. En het vraagt evenmin veel verbeeldingskracht om te bedenken wat nog grotere verschillen binnen de VS als het gaat om werkgelegenheid en armoede kunnen gaan betekenen voor de uitslag van de presidentsverkiezingen. In hoofdstuk vier wordt het arbeidsmarktbeleid in opnieuw een mediterrane en een liberale verzorgingsstaat beschreven, maar dit keer gaat het om landen die beide een historie als sterke eenheidsstaat hebben: Spanje en Groot-Brittannië. De titel van het hoofdstuk Balancing subnational flexibility and national unity verraadt al hoe deze landen in hun activeringsbeleid worstelen met de wenselijkheid om decentraal aan te kunnen sluiten bij de lokale of regionale omstandigheden en behoeften en de noodzaak om binnenlandse contrasten zo goed mogelijk te voorkomen. Ook hier kost het geen moeite om te doordenken wat grote(re) verschillen binnen Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4 73

Books deze landen met naar meer autonomie strevende regio s (Catalonië) of landen (Schotland) kunnen betekenen voor de stabiliteit. In hoofdstuk vijf Flexibility within centralization staat een corporatistische verzorgingsstaat centraal: Duitsland. In dit land, met zijn historie van deels communistische eenheidsstaat en deels Bismarckiaanse federatie, wordt nadrukkelijk gezocht naar een centraal arbeidsmarktbeleid dat genoeg flexibiliteit toelaat om aan de lokale verschillen tegemoet te komen. Deze verschillen mogen echter niet zo groot worden dat de moeizaam bereikte eenwording teniet wordt gedaan. Het laat zich raden hoe voor een dergelijk land de recente ontwikkelingen met instroom van potentieel werkzoekenden in juist de oostelijke landen dit centrale beleid onder druk zet. In het afsluitende hoofdstuk zes wordt nog kort ingegaan op het arbeidsmarktbeleid in een sociaaldemocratische verzorgingsstaat als Denemarken, waar, nadat aanvankelijk de gemeenten verantwoordelijk waren voor het arbeidsmarktbeleid, nu weer gestreefd wordt naar centralisatie. Vervolgens worden de diverse regimes met elkaar vergeleken en wordt aangetoond dat de indeling in verzorgingsstaten, die Esping-Anderson maakte, niet voldoende is om verschillen in voorkeuren voor centralisatie of decentralisatie te verklaren. De historie van een land waar het gaat om de territoriale afbakeningen en machtsstructuren spelen een minstens zo grote rol. Tot slot roept de auteur op om beschrijvingen en analyses, zoals zij die opstelde over het arbeidsmarktbeleid, ook te maken voor andere facetten van de verzorgingsstaat, zoals bijvoorbeeld het onderwijs en de zorg. Het leuke van dit boek vond ik, ten eerste, dat de auteur niet schroomt om actuele ontwikkelingen en verschillen tussen landen te verklaren uit jaren, soms eeuwen teruggaande historie. Dat geeft meer reliëf aan de indeling in verzorgingsstaten van Esping-Andersen en maakt het mogelijk om de per type verzorgingsstaat verschillende reacties op globale veranderingen als economische recessie, migratie en groeiende zorgvraag als gevolg van vergrijzing te verklaren. Daarbij helpt de aandacht voor regionale contrasten binnen de betreffende landen om de keuze voor (de) centralisatie beter te begrijpen. Ten tweede vond ik het leuk én leerzaam om weer eens, maar nu door de bril van een Amerikaanse, te lezen dat alle ons bekende verzorgingsstaten verbouwd worden én dat dit een continu proces is. Ook bij ons zijn en worden daarin afwegingen gemaakt tussen centraal en decentraal, die om goede redenen ook herzien kunnen worden. Ook daarin kan ik Ton Notten bijvallen: de discussie over aard en omvang van de assistance, especially by government, to those in need en wie daarin welke rol heeft te vervullen zal nooit zijn afgerond en dus 74 Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4

RICK KWEKKEBOOM zullen verzorgingsstaten altijd in beweging zijn. En daardoor zullen de opleiders van sociale professionals inderdaad om de vijf jaar hun colleges moeten herzien, om hun studenten adequaat te kunnen voorbereiden op het vervullen van hun rol in de Nederlandse verzorgingsstaat. Ikzelf geef de studenten dan als mijn overtuiging mee, dat in een land als Nederland, gekenmerkt door een historie waarin liberale, confessionele en sociaaldemocratische stromingen steeds wisselend dominant zijn, de golfbewegingen niet zo extreem zullen zijn als in een aantal andere verzorgingsstaten waarover ik hen vertel. Het boek van López-Santana sterkt mij daarin. Dat wil niet zeggen dat ik haar werk tot verplichte literatuur in de bachelor opleidingen zou willen rekenen. Voor het uitvoerend werk van de professionals is het toch wat te abstract. Maar de docenten in het hoger (beroeps) onderwijs zou ik het lezen van dit boek wel aanbevelen. Ik reken het toch tot hun taak om de aanstaande professionals in het sociale domein te leren nadenken over de achtergronden van zowel het ontstaan van onze verzorgingsstaat als de voortdurende veranderingen daarin. Kennis van de wijze waarop in andere, met ons verbonden landen, met dezelfde vraagstukken wordt omgegaan is daarbij dienstbaar. Verder vind ik het boek voor iedereen die de discussie over de veranderingen in de Nederlandse verzorgingsstaat boven het niveau van goedkope retoriek wil uittillen wel aan te bevelen leesvoer. Tot slot zou ik natuurlijk dolgraag willen dat López-Santana s aanbeveling om ook eens de zorg en het sociaal werk vanuit haar invalshoek te beschrijven en analyseren tot uitvoering kon worden gebracht. Misschien helpt dat de verbouwing van de Nederlandse verzorgingsstaat ikzelf zou het overigens liever groot onderhoud willen noemen. Het plan waaraan zo n behoefte lijkt te bestaan. REFERENTIES Esping-Andersen, G. (1990). The three worlds of welfare capitalism. Princeton, New Jersey: Princeton University Press. Lans, J. van der (2014). Participatiesamenleving. Retrieved November 4, 2016, from http://www. canonsociaalwerk.eu/nl_wmo/details.php?cps=19 Schuyt, C. J. M. (2013). Noden en wensen. De verzorgingsstaat gezien als historisch fenomeen. Rotterdam: Erasmus Universiteit. Journal of Social Intervention: Theory and Practice 2016 Volume 25, Issue 4 75