Waarstaatjegemeente.nl 2014 Resultaten burgerpeiling

Vergelijkbare documenten
Waar staat je gemeente. Gemeente Enschede

Meer informatie:

WAAR STAAT GEMEENTE GRAVE?

WAAR STAAT MOERDIJK 2015

BURGERPEILING WAAR STAAT JE GEMEENTE WINTERWIJK 2 FEBRUARI

De vragen gaan over uw eigen situatie binnen de gemeente waarin u woont.


Onderzoeksrapport Waar staat je gemeente. Inwonerspanel Doetinchem Spreekt. Onderzoeksperiode: Kwartaal Referentie: 14086

WAAR STAAT ENKHUIZEN?

Samenvatting uitkomsten waarstaatjegemeente gemeente Wassenaar

Gemeentelijke dienstverlening. *gematigde tevredenheid over dienstverlening score 6,5 (54% score 7 of hoger)

Samenvatting uitkomsten waarstaatjegemeente gemeente Wassenaar

WAAR STAAT DRECHTERLAND?

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

WAAR STAAT DRECHTERLAND, ENKHUIZEN EN STEDE BROEC?

Uitgevoerd door Dimensus Monitor Sociale Kracht Houten 2016

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Presentatie rapporten Leefbaarheid in Lansingerland 2016 en Waar staat je gemeente. Amke Zevenbergen en I&O/Martijn de Quartel

Waarstaatjegemeente.nl Burgerpeiling

WAAR STAAT MOERDIJK 2017

WAAR STAAT GEMEENTE TYNAARLO? Gemeente Tynaarlo Juni - augustus 2018

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Burgeronderzoek gemeente Velsen November 2017

WAAR STAAT GEMEENTE GRAVE? Gemeente Grave November/december 2014 & januari 2015

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

BURGERPANEL EEMNES PEILING BESTUURLIJKE TOEKOMST II

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013

Enquête herinrichting Botenbuurt 2016

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Waarstaatjegemeente.nl Burgerpeiling

Burgerpeiling Hoeksche Waard 2015

Blik van Burgers Gemeente Houten 2012

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

*Z00BC9ADFE4* documentnr.: INT/C/15/13789 zaaknr.: Z/C/15/16751

Burgerpeiling gemeente Nunspeet. Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Burgerpeiling 2017 gemeente Groningen Age Stinissen Maart 2018

Blik van Burgers Gemeente Houten 2010

college 1 - GEMEENTE REIMERSWAAL Adviesnummer: Casenummer : Datum : 11 augustus 2016 Onderwerp: Burgertevredenheidsonderzoek 2015

BURGERPEILING. Waar staat Overbetuwe? Rekenkamercommissie Overbetuwe 2018

Resultaten USP-Bewonersscan, meting 2015

Waar staat de gemeente Gorinchem nu?

Burgerpeiling. Wassenaar. Colofon:

Burgerpeiling. Kapelle. Colofon:

WAAR STAAT TYTSJERKSTERADIEL?

Waarstaatjegemeente Burgerpeiling versie 8.0 juni Page #1 LET OP:

Bijlage 1 Burgerpeiling

Waarstaatjegemeente.nl Burgerpeiling en KTO balie

Burgerpanel gemeente Oisterwijk. Resultaten onderzoek burgerparticipatie

Barendrechtse Barometer Burgerpeiling. maart 2015 In opdracht van gemeente Barendrecht

PARTICIPATIE IN GORINCHEM

Zelfredzaamheid Eenzaamheid Financiële zelfredzaamheid Participatie - Leefbaarheid - Veiligheid

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Waar staat de gemeente Hellevoetsluis in 2017?

Waar staat de gemeente Elburg?

Betrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015

Klantonderzoek Wmo over 2013 Wmo-voorzieningen

Burgeronderzoek Bodegraven-Reeuwijk. Gemeente Bodegraven-Reeuwijk Juli 2012

WAAR STAAT HEERHUGOWAARD?

Burgerpeiling Gemeente Best. Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Uitgevoerd door Dimensus Gemeentebeleidsmonitor 2015

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

Uitgevoerd door Dimensus Klanttevredenheidsonderzoek /20

BURGERPEILING 2017 Citisens door Necker van Naem. Gemeente Waalre

WAAR STAAT WINTERSWIJK?

STADSPANEL HOORN OVER VUURWERK

Waar staat de gemeente Elburg?

Burgerpeiling Leeuwarden 2016 (waarstaatjegemeente.nl) download 31 aug 2016

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Van: D. Loman Tel nr: 8301 Nummer: 15A Portefeuillehouder: burgemeester

Samenvatting resultaten. Rapportage Waarstaatjegemeente.nl (najaar 2009)

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

WAAR STAAT ACHTKARSPELEN?

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

WAAR STAAT LOON OP ZAND?

KLANTTEVREDENHEID WWB. Gemeente Veenendaal Februari/Maart 2014

WAAR STAAT HOLLANDS KROON?

WAAR STAAT HEERHUGOWAARD?

Waarstaatjegemeente.nl Burgerrollen. Staat op maat - Bloemendaal Najaar 2011

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK

Waarstaatjegemeente.nl Burgerrollen Staat op maat Bloemendaal Najaar 2013 Extra vragen + vergelijking kernen + vergelijking 2011 & 2013 burgerrollen

* *

Waarstaatjegemeente.nl Burgerpeiling

Toezichthouders in de wijk

Hoofdstuk 22 Vrijwilligerswerk

Waarstaatjegemeente.nl Beleidsthema s

SOCIALE KRACHT BUNNIK 2017

Uitgevoerd door Dimensus Monitor Sociale Kracht IJsselstein

Wijkrapport Gesworen Hoek 2014 Wijkbezoek SP Tilburg November-December 2014

Tevredenheid Abw-cliënten. Benchmark rapportage gemeente Maassluis. December 2003

Rapporteigenschappen. Netto respons

Waar staan de Drechtsteden?

RAPPORT OKTOBER Discriminatiemonitor. Midden-Drenthe TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM

Transcriptie:

Waarstaatjegemeente.nl 2014 Resultaten burgerpeiling Gemeente Scherpenzeel 14 september 2014 Dr. I. Van Straaten Correspondentienummer: 020982

Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 INLEIDING EN METHODE 3 1.1 Waarstaatjegemeente 3 1.2 Uitvoering van het onderzoek 4 1.3 Vragenlijst 4 1.4 Analyse 4 HOOFDSTUK 2 RESULTATEN ALGEMEEN 5 2.1 Algemene tevredenheid 5 2.2 Waardering voor de inspanningen van de gemeente 5 2.3 Wat weegt het zwaarst? 6 HOOFDSTUK 3 WOON- EN LEEFOMGEVING 7 3.1 Sociale kwaliteit 7 3.2 Veiligheid en overlast 7 3.3 Onderhoud 9 3.4 Verbeteringen in de buurt 9 3.5 Gezamenlijke inzet op leefbaarheid en veiligheid. 10 3.6 Voorzieningen 12 3.7 Leefbaarheid algemeen 13 HOOFDSTUK 4 RELATIE BURGER-GEMEENTE 14 4.1 Vertrouwen in het bestuur 14 4.2 De wijze van besturen 14 HOOFDSTUK 5 GEMEENTELIJKE DIENSTVERLENING 16 5.1 Algemene waardering dienstverlening 16 5.2 Contact met de gemeente 16 5.3 Gemak van aanvragen product of voorleggen vraag 17 5.4 Communicatie en informatie 18 5.5 Digitale dienstverlening 19 HOOFDSTUK 6 ZORG EN WELZIJN 21 6.1 Beperkingen participatie 21 6.2 Sociale contacten 22 6.3 Verenigingsleven 22 1/30

6.4 Inzet voor anderen en maatschappelijke doelen 23 6.5 Inspanningen van de gemeente voor kwetsbare burgers 25 HOOFDSTUK 7 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 27 HOOFDSTUK 8 ACHTERGRONDKENMERKEN 30 2/30

Hoofdstuk 1 Inleiding en methode 1.1 Waarstaatjegemeente De gemeente Scherpenzeel is verantwoordelijk voor veel verschillende taken. Om inzicht te krijgen in de sterke en minder sterke punten van de gemeentelijke prestaties heeft de gemeente een Waarstaatjegemeente.nl onderzoek uitgevoerd. Bovendien kan de gemeente in de toekomst met herhalingsmetingen trends waarnemen en ontdekken hoe de waardering van inwoners over de gemeente zich ontwikkelt. Gegevens van de burgerpeiling worden gepresenteerd via www.waarstaatjegemeente.nl, een website van het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING). De benchmark Waarstaatjegemeente.nl Voor de benchmark waarstaatjegemeente.nl, waar burgers en ambtenaren prestaties van hun eigen gemeenten kunnen vergelijken met die van andere gemeenten, vraagt KING de openbare gegevens op bij datapartners, zoals het CBS of de KLPD. Maar niet alle gegevens zijn via externe bronnen beschikbaar. Door het uitvoeren van twee onderzoeken, namelijk het zelfonderzoek en een burgerpeiling, wordt de benchmark volledig gevuld. In deze rapportage worden de uitkomsten van de burgerpeiling behandeld. De gegevens uit de benchmark (19 gemeenten < 50.000 inwoners, zoals bekend begin september 2014) worden vermeld waar relevant. Op waarstaatjegemeente.nl kunt u ook zien hoe Scherpenzeel scoort ten opzichte van andere niet-stedelijke gemeenten. Aan de hand van vier maatschappelijke thema s wordt gekeken in hoeverre de inwoners tevreden zijn over verschillende aspecten van de gemeente. De vier maatschappelijke thema s zijn: woon- en leefklimaat; relatie tussen de burger en het bestuur; dienstverlening; zorg en welzijn. Nieuwe standaard vanaf 1 januari 2014 De benchmark Waarstaatjegemeente.nl bestaat al sinds 2007 en is ontstaan uit www.watdoetjegemeente.nl en de Staat van de Gemeente. Sinds 2009 beheert KING de benchmark Waarstaatjegemeente.nl. Omdat de wereld van gemeenten in beweging is, heeft KING een nieuwe standaard ontwikkeld voor de benchmark Waarstaatjegemeente.nl. De thema s van de nieuwe standaard sluiten beter aan bij de ontwikkelingen waar gemeenten mee te maken hebben. De burgerrollen zijn losgelaten en de maatschappelijke thema s weer geïntroduceerd. Na uitvoerige testen is de nieuwe standaard betrouwbaar gebleken. 3/30

In de nazomer van 2013 heeft in de gemeente ook een burgerpeiling plaatsgevonden. Deze gebruikte een destijds nieuwe versie van de vragenlijst. Helaas bleek deze versie van onvoldoende kwaliteit, waarna KING de vragenlijst opnieuw heeft opgesteld. Vanwege het gebruik van andere vraag- en antwoordformuleringen zijn de resultaten van de huidige meting niet vergelijkbaar met die van 2013. 1.2 Uitvoering van het onderzoek In mei 2014 hebben 2000 inwoners van de gemeente Scherpenzeel (van 18 jaar en ouder) een brief ontvangen met het verzoek deel te nemen aan het onderzoek. De deelname was in principe via een online enquête, maar op verzoek konden de respondenten een papieren versie van de vragenlijst toegestuurd krijgen. Na twee weken ontvingen de inwoners een herinneringsbrief. Uiteindelijk hebben 505 inwoners de vragenlijst volledig ingevuld, een respons van 25%. Van hen zijn er 39 die een papieren vragenlijst hebben ingevuld en geretourneerd. Tabel 1 Respons Aantal % Verzonden 2000 100% Beantwoord via papier 39 2% Beantwoord via internet 480 22% Totaal bruto respons 519 26% Aantal vragenlijsten die niet voldeden aan de eisen 14 1% Totaal netto respons 505 25% 1.3 Vragenlijst De benchmark Waarstaatjegemeente.nl werkt met een standaardvragenlijst. Deze vragenlijst is door KING vastgesteld en gevalideerd. De vragenlijst bestaat uit ongeveer 75 vragen en stellingen. 1.4 Analyse Op de data is een weging toegepast naar leeftijd en geslacht. Dit betekent dat de verhoudingen naar leeftijd en geslacht worden teruggebracht naar de werkelijk bestaande verhouding, zoals bekend bij het CBS. Onder- en bovengemiddelde groepen worden dus opgehoogd en verlaagd. Op deze manier zijn de resultaten representatief voor de gehele gemeente. Bij alle stellingen staat de antwoordmogelijkheid 'weet niet/ niet van toepassing'. Dit kunnen respondenten aankruisen als ze geen oordeel over het onderwerp kunnen geven. Deze antwoorden zijn buiten de analyse gehouden. Indien de percentages niet optellen tot 100 procent, is dit (tenzij anders aangegeven) het gevolg van afrondingsverschillen of van de mogelijkheid om meerdere antwoorden te geven. 4/30

Hoofdstuk 2 Resultaten algemeen 2.1 Algemene tevredenheid In grafiek 1 ziet u overzichtelijk op een rij hoe de inwoners van uw gemeente de verschillende thema s scoren. De woon- en leefomgeving (inclusief veiligheid) worden het hoogst gewaardeerd, gevolgd door zorg en welzijn en tot slot de dienstverlening. Over de relatie tussen burgers en de gemeente is geen algemene vraag in de vragenlijst opgenomen. In de volgende hoofdstukken worden de resultaten per thema weergegeven. Grafiek 1 Gemiddelde totaalcijfer per thema 2.2 Waardering voor de inspanningen van de gemeente De vragenlijst bevat ook een vraag over de waardering van de inwoners voor alle inspanningen die de gemeente voor haar burgers doet. We zouden dit als een soort algemene tevredenheid kunnen zien. Het rapportcijfer dat respondenten geven is een 6,7, gelijk aan de 6,7 in de benchmark. 5/30

Grafiek 2 Waardering voor inspanningen van gemeenten 2.3 Wat weegt het zwaarst? Niet alles wat een gemeente doet, is voor inwoners even belangrijk. In onderstaande grafiek ziet u hoe vaak de inspanning van de gemeente op een bepaald aspect als belangrijk wordt ervaren in de beoordeling van de gemeente. Veiligheid en leefbaarheid zijn het belangrijkste voor uw inwoners, gevolgd door vertrouwen, voorzieningen en dienstverlening. Grafiek 3 Aspecten die het zwaarst wegen in de beoordeling van de gemeente (max. 3 antwoorden per respondent) 6/30

Hoofdstuk 3 Woon- en leefomgeving In dit hoofdstuk leest u terug hoe uw inwoners denken over hun woon- en leefomgeving. Dit betreft de thema s kwaliteit, veiligheid, onderhoud, verbeteringen in de buurt, de gezamenlijke inzet van de gemeente en burgers, voorzieningen en de leefbaarheid. De meeste van deze aspecten worden door de respondenten van uw gemeente het vaakst genoemd als medebepalend aspect bij hun waardering voor de gemeente (zie hoofdstuk 2). 3.1 Sociale kwaliteit In onderstaande grafiek ziet in hoeverre de respondenten zich fijn voelen in hun buurt, in het algemeen en in relatie tot de sociale omgang. De meesten voelen zich thuis in de buurt en zou er niet snel weggaan. De sociale samenhang wordt ook door een meerderheid als positief gekenmerkt. Op alle vier de items scoort de gemeente Scherpenzeel op of iets boven het gemiddelde van de benchmark. Grafiek 4 Meningen over de kwaliteit van de buurt Ik voel me thuis in deze buurt 37% 53% 5% 3% 2% Ik zou niet zo snel weggaan uit deze buurt 30% 46% 14% 6% 3% Buurtbewoners gaan op een prettige manier met elkaar om 24% 58% 11% 5% 3% Buurtbewoners staan altijd voor elkaar klaar 17% 48% 26% 6% 4% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal eens Eens Niet eens / niet oneens Oneens Helemaal oneens 3.2 Veiligheid en overlast In deze paragraaf gaan we in op de veiligheid en overlast. In grafiek 5 ziet u dat 89% zich altijd of meestal veilig voelt in de buurt. De rest voelt zich soms of meestal onveilig. Ten opzichte van de benchmark scoort het gevoel voor veiligheid in Scherpenzeel iets beter. 7/30

Grafiek 5 Voelt u zich veilig in uw buurt? Het gevoel van veiligheid heeft een sterke relatie met overlast in de buurt. In grafiek 6 ziet u in hoeverre de respondenten overlast van hun buurtbewoners ervaren. 9% ervaart veel overlast, 19% niet veel/ niet weinig en 72% weinig tot geen overlast. Dit is vergelijkbaar met de benchmark. Grafiek 6 In welke mate ervaart u overlast van uw buurtbewoners? Veiligheid kan daarnaast ook betrekking hebben op het verkeer. Aan de respondenten is daarom ook gevraagd of er sprake is van onveilige verkeerssituaties. U ziet de antwoorden in grafiek 7. Een kleine minderheid ervaart zelden tot nooit onveilige verkeerssituaties in de buurt, een krappe meerderheid ervaart dit soms tot vaak. Ook dit is vergelijkbaar met de benchmark. 8/30

Grafiek 7 Hoe vaak heeft u te maken met onveilige verkeerssituaties in uw buurt? 3.3 Onderhoud Naast de sociale kwaliteit en veiligheid, is ook de fysieke omgeving van belang en de mate waarin deze goed onderhouden worden. In grafiek 8 ziet u terug hoe tevreden de inwoners zijn over het onderhoud van de buurt. Het meest tevreden is men over het feit dat er weinig dingen kapot zijn (door vandalisme of verval), het minst tevreden is men over het onderhoud van de groenvoorzieningen. Scherpenzeel scoort op deze punten iets beter dan de benchmark, de groenvoorzieningen uitgezonderd. Grafiek 8 Onderhoud 3.4 Verbeteringen in de buurt In grafiek 9 vindt u terug in hoeverre de respondenten van mening zijn dat de buurt op de drie voorgaande thema s voor- of achteruit is gegaan. Ruim de helft van de respondenten zich geen verschil, een kwart ziet vooruitgang en 15% vindt dat de buurt achteruit is gegaan. Ten opzichte van de benchmark zien iets meer respondenten vooruitgang in de buurt (26% versus 19%). 9/30

Grafiek 9 Is de buurt voor- of achteruit gegaan? In een open vraag bij deze burgerpeiling hebben de respondenten aangegeven op welk vlak verbeteringen nog mogelijk zijn. Naast een aantal zeer specifieke opmerkingen (bijvoorbeeld over een bepaalde straat, kruispunt, groenstrook, bedrijventerrein, etc) zien we toch een aantal zaken meerdere malen terug komen in de antwoorden. Het gaat daarbij met name om: Overlast van hondenpoep in de perken en op de stoep. Er zou niet genoeg gehandhaafd worden. Snelheidsovertredingen, ook in de 30km-zones Onderhoud van wegen en stoepen Onderhoud van groenstroken (frequentie) Onderhoud door bewoners zelf (velen geven aan dat buurtbewoners niet goed voor hun eigen omgeving zorgen, zoals hun tuin, stoep, pad, etc.). 3.5 Gezamenlijke inzet op leefbaarheid en veiligheid. Verbeteringen op het gebied van leefbaarheid en veiligheid kunnen van twee kanten komen: van de gemeente zelf of haar inwoners. Het samenspel tussen deze twee wordt steeds belangrijker. Er moet een goede passende balans zijn tussen de mate waarin de gemeente het voortouw neemt en de mate waarin de gemeente de inzet van bewoners stimuleert en faciliteert. In grafiek 10 ziet hoe de bewoners deze balans ervaren. Zo n 40 tot 50% van de respondenten is hierover neutraal, wat deels ook te maken zal hebben met de onbekendheid met het thema. Dit kan een gevolg zijn van een afwezige/kleine inzet van de respondent zelf en/of onduidelijkheid over wat de gemeente of buurtbewoners op dit vlak doen. De respondenten met een meer uitgesproken mening, geven in meerderheid aan dat er op het gebied van leefbaarheid en veiligheid in ieder geval voldoende wordt gedaan in de buurt. Over de rol die de gemeente daarin geeft aan burgers (door hen te stimuleren, de buurt te betrekken of buurtinitiatieven te ondersteunen) is men kritischer: rond de 30% is 10/30

positief en zo n 25% negatief. Op alle punten scoort Scherpenzeel vergelijkbaar met de benchmark. Grafiek 10 Gezamenlijke inzet op leefbaarheid en veiligheid Er wordt voldoende gedaan aan de leefbaarheid en veiligheid van mijn buurt 5% 45% 39% 9% 1% De gemeente betrekt de buurt voldoende bij de aanpak van leefbaarheid en veiligheid 1% 31% 41% 22% 5% De gemeente doet een beroep op de buurtbewoners om zelf een bijdrage te leveren aan leefbaarheid en veiligheid 2% 28% 43% 21% 6% De gemeente ondersteunt buurtinitiatieven op het gebied van leefbaarheid en veiligheid voldoende 2% 24% 52% 19% 4% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal eens Eens Niet eens / niet oneens Oneens Helemaal oneens Leveren de inwoners van uw gemeente ook een bijdrage aan de leefbaarheid en veiligheid? In grafiek 11 leest u dat een kwart van de respondenten dit het afgelopen jaar gedaan heeft. Grafiek 11 Actieve inzet voor de buurt in het afgelopen jaar In de volgende grafiek ziet u of men dat (ook) in de nabije toekomst van plan is te doen. 16% weet dat zeker, 61% zal dat misschien doen. Een kwart geeft aan dit niet te zullen doen. In totaal is dus driekwart van de inwoners bereid zich in te zetten voor de buurt, terwijl nog maar een kwart dat het afgelopen jaar daadwerkelijk gedaan heeft. De uitdaging is de 36% die wel de intentie of wil heeft maar het afgelopen jaar niet actief is geweest, te verleiden dit ook daadwerkelijk te doen. 11/30

Grafiek 12 Actieve inzet in de nabije toekomst 3.6 Voorzieningen In de volgende grafiek ziet u de mate waarin men tevreden is met een aantal basisvoorzieningen in de eigen buurt. Over de groenvoorzieningen, winkels en basisonderwijs is men in overgrote meerderheid positief. Dat geldt niet voor de parkeergelegenheid. Ruim 57% is daar positief over, de rest is neutraal of negatief over de beschikbaarheid van parkeerplekken in de eigen buurt. De cijfers zijn vergelijkbaar met de benchmark, met uitzondering van de tevredenheid over de winkels. Daarover is men in Scherpenzeel positiever dan in de andere gemeenten met minder dan 50.000 inwoners. Grafiek 13 Voorzieningen in de eigen buurt Een aantal andere voorzieningen dient voor inwoners voldoende nabij te zijn. Wat nabij precies is, verschilt per voorziening. Zo is het prettig als speelvoorzieningen voor kinderen om de hoek zijn, terwijl gezondheidsvoorzieningen ook in een andere wijk kunnen zijn. In grafiek 14 leest u of men een aantal van de huidige voorzieningen voldoende dichtbij vindt. Het meest positief is men over de zorg- en sportvoorzieningen. Speelvoorzieningen voor jonge kinderen lijken het minst 12/30

aanwezig in de nabijheid van de inwoners; één op de drie respondenten is daar neutraal of negatief over. Ten opzichte van de benchmark is men in Scherpenzeel over het algemeen positiever over het aanbod van voorzieningen (het aandeel respondenten dat positief is is ongeveer 10%-punt groter), speelvoorzieningen uitgezonderd. Grafiek 14 Tevredenheid over het aanbod van voorzieningen in de nabijheid 3.7 Leefbaarheid algemeen Tot slot is gevraagd aan de respondenten hoe zij in het algemeen de leefbaarheid in hun buurt waarderen. Leefbaarheid omvat daarbij de kwaliteit van de omgeving in brede zin, de sociale relaties in de buurt en de voorzieningen. Ook is gevraagd hoe men de zorg van de gemeente voor de woon- en leefomgeving waardeert. De antwoorden op beide vragen ziet u in grafiek 15. De leefbaarheid krijgt een 7,6 gemiddeld als rapportcijfer, de zorg van de gemeente hiervoor een voldoende met een 6,8 gemiddeld. Grafiek 15 Leefbaarheid 13/30

Hoofdstuk 4 Relatie burger-gemeente In dit hoofdstuk gaan we in op de gemeente als bestuurder en relatie van de gemeente met de inwoners. 4.1 Vertrouwen in het bestuur Respondenten is gevraagd naar de hoeveelheid vertrouwen die men heeft in de wijze waarop de gemeente wordt bestuurd. U ziet de antwoorden in grafiek 16. Eén op de drie heeft (heel) veel vertrouwen en één op de vijf weinig tot geen vertrouwen. Deze verhouding is positiever dan in de benchmark. De overige helft van de respondenten is niet uitgesproken positief of negatief over het ervaren vertrouwen. Grafiek 16 Vertrouwen in wijze waarop de gemeente wordt bestuurd 4.2 De wijze van besturen In grafiek 17 ziet u de antwoorden van de respondenten op een aantal stellingen over de wijze waarop de gemeente bestuurt en de wijze waarin burgers betrokken worden in beleidsvorming en uitvoering. Veel respondenten hebben geen uitgesproken mening over dit onderwerp. Degenen die dat wel hebben, zijn in twee derde van de gevallen positief. We zagen al in grafiek 1 dat de respondenten een 6,2 gemiddeld gaven voor de wijze waarop de gemeente burgers en organisaties betrekt en de samenwerking zoekt, een magere voldoende (wel vergelijkbaar met de benchmark). Onderstaande toont dat de gemeente naar de mening van veel respondenten beter moet luisteren naar de mening van haar burgers, burgers actiever zou kunnen betrekken bij beleidsvorming en -uitvoering en maatschappelijke initiatieven meer ruimte zou kunnen geven. Ten opzichte van de benchmark (<50.000 inwoners) scoort de gemeente op onderstaande punten wel beter (vergelijkbaar met andere weinig stedelijke gemeenten). In Scherpenzeel vindt men dat de gemeente iets meer doet wat ze zegt, beter toezicht houdt en zich flexibel opstelt. Ook op het vlak van inspraak 14/30

scoort de gemeente beter. Op het vlak van burgerinitiatieven echter scoort de gemeente niet beter dan de benchmark (<50.000 inwoners) en minder goed dan andere weinig stedelijke gebieden. Grafiek 17 De wijze van besturen De gemeente doet wat ze zegt 1% 31% 51% 13% 4% De gemeente houdt voldoende toezicht op het naleven van regels 2% 37% 38% 18% 5% De gemeente stelt zich flexibel op als dat nodig is 1% 28% 46% 16% 9% De gemeente luistert naar de mening van haar burgers 1% 36% 41% 15% 8% De gemeente betrekt burgers voldoende bij haar plannen, activiteiten en voorzieningen 1% 41% 38% 14% 6% Burgers en organisaties krijgen voldoende ruimte om ideeën en initiatieven te realiseren 1% 34% 47% 12% 6% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal eens Eens Niet eens / niet oneens Oneens Helemaal oneens Wat zijn dan de ideeën die de inwoners hebben? Aan de respondenten is gevraagd wel beleidsideeën of initiatieven men de gemeente wilde meegeven. Naast een herhaalde oproep van respondenten om hun verbeterpunten (zoals weergegeven in 3.4) te realiseren, zien we met name een aantal keer de volgende zaken terugkeren in de antwoorden: - Beter luisteren, waarbij men doelt op enerzijds iets doen met de inspraak die er nu is en anderzijds beter zou moeten reageren op klachten vanuit de bewoners. - Ook oog hebben voor de wensen van niet-christelijke inwoners, bijvoorbeeld waar het gaat om activiteiten/ festiviteiten/ voorzieningen op zondag. - Seniorenwoningen ontwikkelen. Deze zouden er onvoldoende zijn. 15/30

Hoofdstuk 5 Gemeentelijke dienstverlening Gemeenten hebben naast een bestuurlijke rol ook een dienstverlenende rol. Dit hoofdstuk betreft de waardering voor deze dienstverlening door de inwoners. 5.1 Algemene waardering dienstverlening De respondenten waarderen de dienstverlening in het algemeen met een 7,0, vergelijkbaar met de benchmark. Grafiek 18 Waardering voor de dienstverlening 5.2 Contact met de gemeente Van de respondenten heeft 63% het afgelopen jaar contact gehad met de gemeente. In grafiek 19 ziet u hoe vaak men het afgelopen jaar contact heeft gehad: driekwart één tot drie keer en een kwart meer dan drie keer. Grafiek 19 Aantal contactmomenten in de afgelopen 12 maanden 16/30

In grafiek 20 ziet u dat 61% van de respondenten dit contact in het afgelopen jaar in ieder geval ook via de balie heeft gehad. Daarna volgt telefonisch contact met 32%. Internet is voor nog maar 8% van de respondenten het contactkanaal geweest. E- mail wordt wel redelijk vaak nog gebruikt als kanaal (24%). Grafiek 20 Contactwijze (meerdere antwoorden mogelijk) 5.3 Gemak van aanvragen product of voorleggen vraag Respondenten is gevraagd of men het als gemakkelijk ervoer om een product of dienst aan te vragen, dan wel een vraag of probleem voor te leggen. In grafiek 21 ziet u 78% dit zo heeft ervaren, 15% is er neutraal over en 7% vond het niet gemakkelijk. Grafiek 21 Ik vond het aanvragen of voorleggen gemakkelijk In grafiek 22 ziet u in de vier bovenste staven de antwoorden op een aantal specifiekere vragen over de afhandeling. Deze betroffen de kwaliteit van de 17/30

informatie, tijd die de afhandeling in beslag nam, de tussentijdse voortgangsinformatie en of men uiteindelijk voldoende geholpen was. De informatie die men ontving en de tijd die de afhandeling in beslag nam werden het meest positief ervaren (drie op de vier is daar positief over). De voortgangsinformatie werd met ruim 60% iets minder positief beoordeeld. Ook geeft 17% aan uiteindelijk niet gekregen te hebben wat men wilde. Ten opzichte van de benchmark zien we weinig verschillen, hoewel de tevredenheid over de voortgangsinformatie iets achterblijft. Grafiek 22 Afhandeling en informatie algemeen 5.4 Communicatie en informatie In de voorgaande grafiek ziet u in de onderste twee staven de antwoorden van alle respondenten op vragen over de informatievoorziening in het algemeen: de vindbaarheid en het taalgebruik. 70% tot 80% is daar tevreden over. Ten opzichte van de benchmark vinden de respondenten de gemeentelijke informatie iets beter verkrijgbaar en de taal van de gemeente vrij helder. In grafiek 23 ziet u dat respondenten gemiddeld een 6,6 geven aan de communicatie en voorlichting. 18/30

Grafiek 23 Waardering voor communicatie en voorlichting 5.5 Digitale dienstverlening De dienstverlening van gemeenten wordt steeds meer digitaal afgehandeld. Het digitale kanaal levert in theorie voor zowel inwoners als de gemeente voordelen op ten opzichte van de traditionele kanalen zoals de balie of de telefoon. Voor inwoners kan het meer gemak betekenen (contact vanuit huis, geen wachttijden) en voor de gemeente efficiency-voordelen. Om inwoners te stimuleren gebruik te maken van het digitale kanaal, is het belangrijk dat het gebruik ervan als positief wordt ervan. Dat is nog niet altijd het geval. Gemiddeld geven klanten die het digitale kanaal kennen en gebruiken een 6,6 voor de digitale dienstverlening (vergelijkbaar met andere gemeenten). 1 Grafiek 24 Waardering voor dienstverlening via digitale faciliteiten Aan de respondenten is nog gevraagd wat er in de dienstverlening verbeterd kan worden. De meest genoemde zaken zijn: 1 Het gemiddelde bij de gemeenten met minder dan 50.000 inwoners is iets lager (6.3), maar kent een paar uitschieters naar beneden. 19/30

20/30 - Onvrede over het feit dat gemeentelijk informatie in een betaalde krant wordt geplaatst en niet in een openbaar, gratis, huis-aan-huismedium en/of een digitale nieuwsbrief. - Vindbaarheid van informatie en formulieren op de website. - E-mails die niet of pas na lange tijd beantwoord worden.

Hoofdstuk 6 Zorg en welzijn In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de decentralisaties en de maatschappelijke veerkracht. 6.1 Beperkingen participatie In grafiek 25 vindt u terug welke beperkingen de respondenten ervaren en hoe sterk deze belemmering voor hen is voor deelname aan het maatschappelijk leven (participatie). De grootste belemmeringen voor participatie lijken de geestelijke gezondheid en het gevoel er niet bij te horen. Grafiek 25 Ervaren beperkingen Ook is de respondenten gevraag hoe zij hun eigen gezondheid waarderen. Respondenten gaven gemiddeld een 7,7 hieraan, gelijk aan de benchmark. Grafiek 26 Waardering eigen gezondheid 21/30

6.2 Sociale contacten Een belangrijk onderdeel van participatie is het sociale leven. We hebben de respondenten gevraagd of men vindt dat men voldoende betekenisvolle relaties heeft. In grafiek 27 ziet u dat 4% hier duidelijk ontevreden over is en dat 14% wel betekenisvolle relaties heeft, maar behoefte heeft aan meer van dergelijke relaties. In grafiek 28 is weergegeven 9% van de respondenten zich soms of vaak eenzaam voelt. Ten opzichte van de benchmark zien we dat er in Scherpenzeel iets minder inwoners zijn die onvoldoende sociale contacten hebben en/of zich eenzaam voelen. Grafiek 27 Betekenisvolle relaties Grafiek 28 Eenzaamheid 6.3 Verenigingsleven Van de respondenten is 70% actief in het verenigingsleven, meer dan gemiddeld 54%). In grafiek 29 ziet dat dit met name sportverenigingen en maatschappelijke/religieuze verenigingen betreft. 22/30

Grafiek 29 Type vereniging waarin men actief is 6.4 Inzet voor anderen en maatschappelijke doelen Maatschappelijk participatie gaat daarnaast over de inzet voor anderen en/ of maatschappelijke doelen. In grafiek 30 ziet u dat een groot deel van de respondenten zich op enigerlei wijze inzet voor anderen of maatschappelijke doelen. Incidentele aandacht voor buren komt het vaakste voor, gevolgd door mantelzorg (zorg voor naaste). Van deze laatste groep doet de helft dat intensief. Grafiek 30 Inzet voor anderen en maatschappelijke doelen Zoals in bovenstaande grafiek weergegeven is, is 44% (incidenteel) actief als vrijwilliger, meer dan gemiddeld. Degenen die dat niet doen, hebben hier uiteenlopende redenen voor. Deze ziet u terug in grafiek 31. Met name tijdgebrek en gebrek aan interesse zijn de meest voorkomende redenen. Daarnaast geven veel respondenten aan te oud te zijn en/of in het verleden al erg veel gedaan te hebben. 23/30

Grafiek 31 Redenen om geen vrijwilligerswerk te doen Vervolgens is nog aan alle respondenten gevraagd of men in de nabije toekomst vrijwilligerswerk wil blijven of gaan verrichten. 40% zegt dat zeker te gaan doen en 33% misschien. Tezamen dus 73% van de respondenten. Net als bij de inzet voor de leefbaarheid en veiligheid, lijkt er dus een groep inwoners aanwezig die wellicht te verleiden is om hun intentie en wil om te zetten in daadwerkelijk vrijwilligerswerk. Gezien de redenen dat dit nog niet gebeurt (met name tijdgebrek), zal laagdrempelig, incidenteel en kortdurend vrijwilligerswerk hen het meeste kunnen verleiden. Grafiek 32 Vrijwilligerswerk in de nabije toekomst Eveneens in grafiek 30 zag u dat 53% van de respondenten mantelzorg verricht (zorg aan hulpbehoevende naaste), waarvan de helft incidenteel en de andere helft intensief. Mantelzorg (met name intensieve) kan een grote impact hebben op het dagelijkse leven van de mantelzorger. In Grafiek 33 is weergegeven hoe groot de belemmering is die de mantelzorgers ervaren. 31% van de mantelzorgers geeft aan dat de zorg die ze bieden hen belemmert in hun dagelijkse activiteiten. Dat is een minder groot aandeel dan in de benchmark (38%). 24/30

Grafiek 33 Belemmeringen in dagelijkse activiteiten door mantelzorg Tot slot is nog gevraagd of men zélf terug zou kunnen op anderen als men hulp of zorg nodig heeft. De antwoorden ziet u in grafiek 34. Het merendeel kan (waarschijnlijk) terugvallen op anderen, maar voor 6-18% geldt dat er geen vangnet is. Grafiek 34 Terug kunnen vallen voor hulp of zorg op 6.5 Inspanningen van de gemeente voor kwetsbare burgers Aan de respondenten is gevraagd of men vindt dat de gemeente zich voldoende inzet voor mensen met een beperking of mensen in een zorgwekkende situatie. Zorgt de gemeente ervoor dat deze kwetsbare burgers voldoende deel kunnen nemen aan de maatschappij? In grafiek 35 ziet u dat respondenten dit met een 6,5 waarderen, vergelijkbaar met de benchmark. Dit betekent dat de inspanning daadwerkelijk beter kan en/of beter zichtbaar gemaakt zou kunnen worden. 25/30

Grafiek 35 Waardering voor de inspanning van gemeente voor participatie van kwetsbare burgers Aan de respondenten is nog gevraagd welke ideeën men heeft op het vlak van Zorg en Welzijn. In de antwoorden komen met name veel punten rondom de transities naar voren: - Veelgenoemd is dat er betere en meer seniorenwoningen of verzorgingstehuizen moeten komen, zodat het zelfstandig wonen ook gerealiseerd kan worden voor ouderen. Men maakt zich er zorgen over dat voor deze doelgroep onvoldoende woonruimte én ondersteuning zal zijn. - Een aantal benoemt het risico van overbelasting van mantelzorgers als gevolg van de soberdere voorzieningen op het gebied van de Wmo en AWBZ. - Sommigen zouden graag zien dat er initiatieven worden ontwikkeld die de beschikbaarheid van vrijwilligers beter in kaart brengen voor de ondersteuning van kwetsbare plaatsgenoten. 26/30

Hoofdstuk 7 Conclusies en aanbevelingen We gaan kort in op de resultaten van de burgerpeiling van Waarstaatjegemeente. Waar mogelijk geven we u nog suggesties mee. Algemene tevredenheid De algemene tevredenheid van de inwoners van Scheprenzeel is vergelijkbaar met landelijke cijfers. De buurt en de leefbaarheid ervan waardeert men met een ruime zeven als rapportcijfer. De dienstverlening en de relatie tussen het bestuur en de burgers wordt weliswaar als voldoende beoordeeld, maar krijgt geen hele hoge score. Dit zien we ook in de benchmarkgemeenten. Woon- en leefomgeving De respondenten voelen zich over het algemeen thuis in de buurt. Driekwart zou dan ook niet zo snel weggaan uit de buurt waar ze wonen. De omgang wordt als prettig ervaren en twee op de drie respondenten geeft aan dat men voor elkaar klaar staat. De veiligheid en mate van overlast worden ook positief beoordeeld, vergelijkbaar met de benchmark. De ervaren veiligheid scoort in Scherpenzeel iets beter dan gemiddeld. Voor de verkeersveiligheid geldt dat men kritischer is, wat ook voor de benchmarkgemeenten geldt. 60% heeft wel eens met onveilige verkeerssituaties te maken, wat ook blijkt uit de verbeterpunten die men heeft gesuggereerd. Met name het hard rijden binnen en buiten de woonwijken is iets wat men zorgen baart. Het onderhoud in de wijk wordt iets positiever beoordeeld dan in de benchmarkgemeenten. Met name groenonderhoud lijkt voor verbetering vatbaar. Hondenpoep is ook een put van ergernis van sommige respondenten. De huidige leefbaarheid van de buurt wordt door de inwoners met een 7,4 als ruim voldoende beoordeeld. De helft van de respondenten is tevreden over de inzet van de gemeente op het gebied van leefbaarheid en veilig. Een groot deel van de respondenten ziet daar dus wel mogelijkheden voor verbetering. Het betrekken van inwoners hierbij gebeurt volgens veel respondenten nog onvoldoende. Dit kan vanuit een luisterende rol zijn (respondenten willen zich gehoord voelen) of vanuit een activerende (driekwart van de respondenten zou zich zelf in willen zetten voor de verbeteringen of zou dat overwegen). Ook de inzet van de inwoners voor de leefbaarheid direct rondom hun woning (stoep, tuin, etc.) kan volgens veel respondenten beter. Aanbeveling: Ga na of verbeteringen van de leefbaarheid, specifiek gevaarlijke verkeerssituaties en het groenonderhoud, mogelijk is. Ga hiervoor ook af op suggesties van inwoners zelf en maak gebruik van de tijd en energie die men bereid is zelf te steken in dit doel. 27/30

Qua voorzieningen zien we op drie punten na geen grote verschillen met de benchmark. Men is over het algemeen over met name winkels, onderwijs en zorgen sportvoorzieningen scoren goed, ook ten opzicht van de benchmarkgemeenten. De parkeergelegenheid met name wordt minder positief beoordeeld. In open antwoorden komt nog het tekort aan woningen voor senioren vaak ter sprake. Men vindt dat lastig te rijmen met de participatiedoelstellingen van de gemeente en Den Haag. Aanbeveling: Onderzoek de parkeerproblematiek in de gemeente en neem maatregelen waar mogelijk. Aanbeveling: Bepaal hoe de huidige woonvoorzieningen aansluiten bij de huidige en toekomstige behoefte aan passende woningen voor ouderen. Relatie tussen burgers en de gemeente Het vertrouwen van de burgers in het gemeentebestuur van Scherpenzeel is iets groter dan gemiddeld; 33% heeft (veel) vertrouwen. Op de verschillende onderliggende aspecten scoort de gemeente gemiddeld of iets positiever (luisteren, flexibiliteit, handhaven). Een groep niet-christelijke respondenten heeft wel moeite met een aantal besluiten die op christelijke waarden gestoeld zijn, zoals rondom activiteiten en voorzieningen op zondag. Het gemeentebestuur geeft daarnaast volgens de respondenten minder ruimte aan ideeën en initiatieven vanuit de inwoners dan gemiddeld. Aanbeveling: Benut het potentieel binnen de gemeenschap op het gebied van burgerinitiatieven. Hiervoor is een faciliterende houding nodig: belemmerende regels wegnemen en begeleiding vanuit de gemeente om bureaucratische processen soepel te laten verlopen. Dienstverlening De dienstverlening krijgt in het algemeen een voldoende van een 7,0. De digitale dienstverlening, waar momenteel nog maar een klein deel van de respondenten gebruik van maakt, krijgt een 6,6. Geen hoge cijfers, maar dit zien we ook bij benchmarkgemeenten. Op de afzonderlijke aspecten rondom de afhandeling van (aan)vragen et cetera scoort de gemeente Scherpenzeel ook vergelijkbaar. De grootste verbetering lijkt mogelijk op het gebied van tussentijdse informatie over de voortgang van aanvragen. Ook geven veel respondenten aan dat ze gemeentelijke informatie willen ontvangen buiten de lokale (betaalde) krant om. Aanbeveling: Verbeter de digitale dienstverlening, zodat een groter deel van de inwoners daar gebruik van zal maken. Aanbeveling: Ook de processen rondom tussentijdse statusupdates van aanvragen zouden onder de loep genomen kunnen worden. Aanbeveling: Ga na of er naast de Scherpenzeelse Krant een aanvullend geschikt medium is voor berichtgeving. 28/30

Zorg en welzijn Ongeveer een vijfde van de respondenten heeft onvoldoende betekenisvolle relaties en/of voelt zich wel eens eenzaam. We zien ook dat een kleine 25% in meer of mindere mate het gevoel heeft er niet bij te horen. Hoewel dit altijd een punt van aandacht blijft, scoort de gemeente beter dan gemiddeld. Vrijwilligerswerk en het verenigingsleven vormen voor een aanzienlijk deel van de inwoners onderdeel van hun participatie binnen de gemeente, meer dan gemiddeld in de benchmark Ruim 70% van de respondenten geeft daarnaast aan in de nabije toekomst (misschien) vrijwilligerswerk te willen doen. Ook mantelzorg en burenhulp komt veelvuldig voor. Inzet als mantelzorger brengt het risico van overbelasting met zich mee, maar dat lijkt in Scheprenzeel wel iets minder vaak het geval dan in de benchmarkgemeenten. Het grootste deel van de inwoners zegt terug te kunnen vallen op mensen in de buurt of familie of vrienden. Toch is er een klein deel dat dit niet zegt te kunnen. Deze groep participeert waarschijnlijk weinig. In het algemeen geven de respondenten de inzet van de gemeente voor kwetsbare burgers een krappe voldoende, evenals in benchmarkgemeenten. Aanbeveling: Onderzoek of de potentie van vrijwillige inzet voor anderen die in de gemeente aanwezig is, nog meer benut kan worden. Wellicht kan deze ingezet worden om kwetsbare en/of eenzame inwoners te ondersteunen in hun belemmeringen. 29/30

Hoofdstuk 8 Achtergrondkenmerken In dit hoofdstuk ziet u op een rij wat de kenmerken zijn van de respondenten in dit onderzoek. Grafiek 36 Geslacht Grafiek 37 Leeftijd 30/30

Grafiek 38 Opleidingsniveau Grafiek 39 Situatie werk/studie 31/30

Grafiek 40 Gezinssituatie Grafiek 41 Netto maandinkomen 32/30

Grafiek 42 Woontijd in de buurt 33/30

TELEFOON 070-310 3800 E- MAIL info@bmconderzoek.nl WEBSITE www.bmconderzoek.nl 34/30