Teelthandleiding. 7.2 opbrengstprognose

Vergelijkbare documenten
Teelthandleiding. 7 groeiverloopopbrengstprognose

Teelthandleiding. 3.1 vroeg of laat zaaien

Teelthandleiding. Oogst & bewaring

Teelthandleiding. Rassen & Zaad

Teelthandleiding. 3.5 overzaaien of niet overzaaien

ICT in suikerbietenonderzoek en voorlichting

2.1 Grondbewerking en zaaibedbereiding voor suikerbieten

Rassenkeuze wat zijn de afwegingen

7.2 Opbrengstprognose

Onderzoek biologische onkruidbestrijding in. suikerbieten R02

APP FOR GROWTH (SUGAR BEETS) (126)

Actualiteiten. Suikerbieten voor bio-energie?! Suikerbieten voor bio-energie. Voorwaarden. Waarom? Toon Huijbregts

Groeicurve Amora en Anosta (2015)

Teelthandleiding. 1.3.schietergevoeligheid

BIETENSTATISTIEK 1999

Voor opkomstberegening luidt het advies om ongeveer 15 mm water per keer te geven. Overschrijd deze hoeveelheid op slempgevoelige percelen niet!

Het effect van een niet-kerende hoofdgrondbewerking op de opbrengst en interne kwaliteit van suikerbieten

effectiviteit en verlaging

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Teelthandleiding. 4.5 kaliumbemesting

BIETENSTATISTIEK 2000

Veranderingen Mestwetgeving 2007

No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher.

3.2 Zaaimachines Werking

BIETENSTATISTIEK 2002

Teelthandleiding. 8.1 kwaliteit

Telers met hogere suikeropbrengsten hebben geen hogere kosten!

Teelthandleiding. 3.6 horizontale bieten

Handleiding 2014 voor Unitip online Unitip extern module

BIETENSTATISTIEK 2001

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Groeicurve Bintje en Fontane 2014

BEREGENING MET REMOTE SENSING (29)

8.1 Kwaliteit. versie: mei Suikergehalteverrekening /ton CONTACTPERSOON: TOON HUIJBREGTS. IRS Betatip 3. Verrekening in /ton biet

Invloed van het rooitijdstip op opbrengst. en kwaliteit van rassen 14P05

Plaatsspecifiek groeimodel suikerbieten Pagina 35. Figuur 33:Groeipuntsdatum gerelateerd aan de suikeropbrengst. Bron: IRS

Gescheurde suikerbieten in campagne 2008

KWS Suikerbieten Rassenoverzicht 2016 SEEDING THE FUTURE SINCE 1856

Rijenbemesting in suikerbieten, 2010

Teelthandleiding. 8.3 oogst wat gegroeid is

Invloed van neerslag op residu na een Ethrel-A bespuiting in zure kers 2007

06P01 BIETENSTATISTIEK 2005

Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij

Teelthandleiding. 8.2 oogsttechniek

Kijk kritisch naar de kosten van speciaal pillenzaad en zaaien

Groeicurve Première en Anosta

2.2 Lage bandspanning spaart bodemstructuur

C. Meijer BV Lady Anna. Willem in t Anker

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17

De suikerfabriek is eigenlijk een waterfabriek

Naar een nieuwe systematiek voor N-bemestingsadviezen als basis voor precisiebemesting

Groeicurve Première en Sinora (2016)

No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher.

Schadedrempel en vermeerdering van witte bietencysteaaltjes (Heterodera schachtii) bij partieel resistente rassen

Rassenkeuze Noud van Swaaij, Elma Raaijmakers, Hans Schneider. Rassenlijstcijfer: gemiddelde van onderzoek

BIO BASED ECONOMY WERKT!

Beschrijving teeltcoach onkruid

Rassenbulletin suikerbieten 2011 Aangepaste uitgave augustus 2012

Betrouwbaarheidstypologie. Akkerbouw

Teelthandleiding. 9 diagnostiek

Plaatsspecifiek groei- en opbrengstmodel suikerbieten Onderzoeksrapport

Evolutie van de Belgische voorraden

Programma. Meer rendement door opbrengstverhoging. GBM-update

Resultaten na 3 jaar. Suikermarktordening. Acties Cosun: Prijsdaling Volumedaling Geografische herverdeling. Forse reorganisatie suikersector in EU

Stikstofonderzoek 2010 en Verslag over drie stikstofhoeveelhedenproefvelden 12P04

Achtergrondinformatie bij het artikel: Rooikosten verlagen door het beter benutten van rooiers en kippers.

Zzoom Hybride gerst. toleranties. teelttechniek

Teelthandleiding. 8 kwaliteit oogst en bewaring

Teelthandleiding. 2.2 lage bandspanning spaart bodemstructuur

Evolutie van de Belgische voorraden

BIETENSTATISTIEK 2006

Lange campagne: anders oogsten

IRS Postbus AA Bergen op Zoom / Van cercosporawaarschuwingsdienst naar bladschimmelwaarschuwingsdienst

Teelthandleiding. 1.2.bietenzaad

Toepassing van Agro-Vital en Agriton bemestingsproducten in de teelt van zaaiuien.

Benut de rooicapaciteit en

REGLEMENT SUIKERSYSTEEM. van Coöperatie Koninklijke Cosun U.A. gevestigd te Breda

Zwaartevan degronden stikstofbehoefte van suikerbieten

Achtergrondinformatie bij het artikel Uitgekiende onkruidbestrijding bespaart geld!

Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman. Saalland Advies 1

Suikerbiet. signalen. Praktijkgids voor een optimale suikeropbrengst. copyright. protected

Gevolgen van klimaatverandering voor de landbouw

Bijlage 7: opstellen marktpotentie crematorium De Omarming

Eindelijk een nieuw. SUIKERBIETENTELERS hebben voor komend. In elk segment een ras met aanvullende rhizomanie-resistentie

Actualiteiten Emeltenbestrijding Elma Raaijmakers

Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl

Gladiolen Bakkenproef 2011

Vliesdoek nut en noodzaak

Warmte in de Suiker: Het mes snijdt aan twee

Vooruitgang bietenrassen gaat gestaag door

WOW-NL in de klas. Les 2 Aan de slag met WOW-NL. Primair Onderwijs. bovenbouw. WOW-NL Les 2 1

Verkeerstellingen Nicolaas van Eschstraat, Oisterwijk. April 2016

No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher.

RASSEN DICHT BI. OP de rassenlijst van 2018 staan acht nieuwe. Vooruitgang in aanvullende resistentie

Opgesteld door: drs. G.W. Brandsen. Gecontroleerd door: ing. N.G.C.M. Quaijtaal. Projectnummer: B Ons kenmerk: :A

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)

versie: maart Diagnostiek CONTACTPERSONEN: ELMA RAAIJMAKERS EN BRAM HANSE

Naar verbeterde actuele verdamping: Van Makkink naar Penman-Monteith?

Gelijkmatig witloofwortels ontdooien loont de moeite

Transcriptie:

Teelthandleiding 7.2 opbrengstprognose

7.2 Opbrengstprognose... 1 2

7.2 Opbrengstprognose Versie: januari 2011 Om de suikerindustrie in staat te stellen op tijd een goede planning te maken van de campagne en het bietentransport, geeft het IRS al vanaf de jaren dertig in de periode juli - september elke twee weken een opbrengstprognose. Opbrengstprognoses werden in het verleden opgesteld aan de hand van periodieke oogsten van bietenpercelen in de praktijk. Vanaf 1996 gebruikt het IRS het computergroeimodel SUMO (SUikerbieten MOdel). Dit model werkt op basis van automatisch ingevoerde weersgegevens afkomstig van 17 weerstations. Naast de eindopbrengsten wortel en suiker voorspelt SUMO ook het K+Na- en aminostikstofgehalte. Figuur 1 geeft een globaal schema van het groeimodel. De laatste jaren gebruikt Suiker Unie de leveringgegevens van uitgeleverde telers om tijdens de campagne de opbrengstvoorspelling bij te stellen. Al na een aantal weken geeft dat een betrouwbare indicatie van de eindopbrengst. Figuur 7.7. Invoer en uitvoer van het groeimodel SUMO 7.2.1 Berekening groei De berekeningen in SUMO (zie figuur 7.8) beginnen met de gemiddelde zaaidatum van een gebied. Op basis van de temperatuur en de vooraf ingestelde benodigde temperatuursom wordt vervolgens de opkomstdatum en de groeipuntsdatum (GPD) berekend. Daarbij wordt soms gecorrigeerd voor de vochtbalans van het gebied. Zowel te veel als te weinig vocht kan van invloed zijn op de snelheid van bereiken van de groeistadia. Tijdens de beginontwikkeling is dus vooral de temperatuur van belang. 1

Na de groeipuntsdatum is vooral de zonnestraling belangrijk voor de groei. De instraling wordt vermenigvuldigd met de conversiefactor voor de omzetting van zonne-energie naar biomassa in de plant. Deze verschilt per regio en per periode van het groeiseizoen. De aldus berekende groei geeft aan wat onder ideale omstandigheden behaald kan worden (potentiële groei). Een belangrijke beperkende factor is vocht. Daarom bevat het computermodel ook een module voor het berekenen van de vochtbalans in de bodem uit onder andere neerslag, verdamping en grondsoort. Met behulp van deze vochtbalans en het aandeel droogtegevoelige/ nietberegende grond in een gebied wordt de actuele groei berekend uit de potentiële groei. Figuur 7.8. Stappen in de berekening van de opbrengstprognose. Boven de pijl de belangrijkste invoergegevens, onder de pijl de secundaire factoren die de berekeningen beïnvloeden 7.2.2 Prognose eindopbrengst De voorspelling van de eindopbrengst van wortel en suiker komt tot stand door de actuele groei door te rekenen tot de einddatum in het model: 21 oktober. Dit gebeurt met weergegevens over het twintigjarig gemiddelde (1990-2009). Het KNMI past deze cijfers eenmaal per tien jaar aan. Om een prognose te kunnen geven van de hoeveelheid bieten die uiteindelijk bij de fabriek worden aangeleverd, wordt de berekende groei gecorrigeerd voor verliezen als gevolg van onder andere vroege levering, oogst, wendakkers, transport en bewaren. De omrekeningsfactor voor de verliezen wordt bepaald op basis van een tienjarige regressie van de berekende groei met de werkelijke leveringen per IRS-gebied. 7.2.3 Invoer gegevens In het model wordt gewerkt met een opdeling van Nederland in twaalf IRS-gebieden en 34 kleinere regio s. De gegevens over de areaalgrootte, de grondsoort en de fractie droogtegevoelige en niet- 2

beregende grond worden één keer per jaar ingevoerd op het niveau van de 34 regio s. Op het niveau van de gebieden worden onder andere de zaaidatum, de benodigde temperatuursommen voor de ontwikkelingsstadia, de coëfficiënten voor de hoeveelheid groei per stralingseenheid en de omrekeningsfactor van groei naar ontvangst bij de fabriek ingevoerd. De weersgegevens van de zeventien officiële KNMI-weerstations worden automatisch ingelezen. Berekeningen kunnen op elk moment worden gestart. 7.2.4 Resultaten opbrengstprognoses 1989-2010 De afwijking van de prognose ten opzichte van de werkelijke opbrengst (tabel 7.2) was maximaal 6,4 ton per hectare voor wortel, 1,4 ton per hectare voor suiker en 143 kton voor de totale hoeveelheid witsuiker. Deze afwijkingen worden voor een groot deel veroorzaakt door het onvoorspelbare weer in de periode na half augustus en de omstandigheden bij de oogst (voorbeeld 1998!). Het groeimodel (vanaf 1996) doet in betrouwbaarheid niet onder voor de prognose op basis van periodieke bemonstering. De laatste drie jaar waren de opbrengsten extreem hoog en bleef de prognose steeds achter. Het vermoeden bestaat dat deze verhoging wordt veroorzaakt door verbeterde teeltomstandigheden die niet in het groeimodel zitten. SUMO wordt hiervoor aangepast. Tabel 7.2. Vergelijking van de prognose medio augustus van de wortel- en suikeropbrengst en van de totale hoeveelheid witsuiker in Nederland met de werkelijk gerealiseerde opbrengsten. Periode 1989-2010. jaar wortelopbrengst suikeropbrengst opbrengst witsuiker (t/ha) (t/ha) (kton) prognose 1 werkelijkverschilprognose 1 werkelijkverschilprognose 1 werkelijkverschil medio augustus medio augustus medio augustus 1989 62 62,1-0,1 9,9 9,8 0,1 1.118 1.141-23 1990 63,5 69,1-5,6 10,3 10,6-0,3 1.174 1.200-26 1991 54 57,8-3,8 8,4 9-0,6 951 1.046-95 1992 70,5 65,4 5,1 10,6 10 0,6 1.175 1.150 25 19932 69 61,7 7,3 10,7 10,1 0,6 1.153 1.130 23 1994 57 53,5 3,5 9,1 8,8 0,3 945 967-22 1995 57,5 56,5 1 9,4 9 0,4 1.007 988 19 1996 56,6 56 0,6 9,1 9,3-0,2 980 1.035-55 1997 60,2 59,7 0,5 9,6 9,5 0,1 1.034 1.032 2 19982 56,4 51,1 5,3 9,1 8 1,1 967 824 143 1999 59,4 61,6-2,2 9,4 9,8-0,4 1.044 1.118-74 2000 64,1 61 3,1 10 9,8 0,2 1.063 1.061 2 2001 56,5 56,6-0,1 9 9,1-0,1 922 953-31 2002 62,8 60 2,8 10,1 9,6 0,5 1.044 1.023 21 2003 69,3 62,9 6,4 11,2 10,8 0,4 1.104 1.074 30 2004 64,3 66,7-2,4 10,4 10,8-0,5 985 1.038-43 2005 60,7 66,1-5,4 9,8 11,1-1,3 871 1.006-135 2006 63,2 67,1-3,9 10,5 10,9-0,4 844 880-36 2007 69,3 64 5,3 11,3 11,1 0,2 852 905-53 2008 67,7 71,6-3,9 11,2 12,3-1,1 776 861-85 2009 74,9 79,2-4,3 12,6 14-1,4 877 992-115 2010 70,5 74,8-4,3 11,8 12,6-0,7 808 873-65 3

1 Prognoses tot en met 1995 op basis van het groeiverlooponderzoek; vanaf 1996 met behulp van het groeimodel SUMO. 2 In 1993 en 1998 is een aanzienlijk deel niet geoogst. De gegeven opbrengsten zijn gerealiseerd op de geoogste percelen. De prognose van de totale suikeropbrengst hield geen rekening met het niet gerooide areaal en is in die jaren daardoor respectievelijk circa 20 en 40 kton te hoog uitgevallen. Contactpersoon Noud van Swaaij 4