ECOLOGISCHE ECONOMIE

Vergelijkbare documenten
ECOLOGIE EN POLITIEK

AANGEBODEN. Warm pleidooi voor meer menselijkheid AANGEBODEN. Geert De Cubber. vooruitgang om de technologische. de technologische vooruitgang en een

klimaatveranderingen maken het met de dag meer zichtbaar en voelbaar dat we

Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Voorbij het bbp: hoe vooruitgang meten? Alternatieve indicatoren voor welzijn, welvaart en duurzaamheid

Klaar voor de toekomst: een nieuw sociaal contract voor een ecologische transitie

De Drievoudige Bottom Line, een noodzakelijke economische innovatie

KENNISBANK - ONDERZOEK

Verduurzaming van de veehouderij: urgentie vanuit mondiaal perspectief

Alternatieve indicatoren voor economische welvaart: opportuniteiten voor duurzame transitie. Brent Bleys, vakgroep Economie, UGent

vecht voor sociale en emancipatorische verandering, doe je dat niet in de korenvelden

Van BBP naar naar NBP Wat houdt ons tegen?

Kunt u aangeven in welke mate u het met volgende uitspraken eens bent? De klimaatopwarming is een dringend probleem dat we nu moeten oplossen

Piketty: opmerkingen bij een nieuw icoon. Floris Heukelom

De rol van burgercollectieven of commons

Groene politiek tussen wetenschap en strategie

Inhoud Inleiding 1 Wat is pen sioen? 2 Hoofdrolspelers in het pen sioenstelsel 3 De bij zondere positie van pen sioenfondsen

SAMENLEVING. Cultuur van angst of leren leven met onzekerheid? SAMENLEVING. Dirk Geldof 1

Mondiaal basisinkomen als motor van Transitie

VOEDING. Less meat, less heat: een politiek argument voor vleesmatiging VOEDING. Jeroen Lavrijsen. Vleesproductie is één van de belangrijkste

Waarden van landbouw en boeren. Hendrik Hoeksema, ZLTO ( Ton Duffhues, ZLTO en Atelier Waarden van het Land (

ROLLENSPEL: FORUM THEATER

Sturen op geluk zorgt voor draagvlak voor duurzaam gedrag

Inhoudsopgave. Inleiding 7. 1 Het zichtbare boek Een boek is meer dan tekst De waarde van boeken Kinderboeken 63

Inhoud. Voorwoord Nepparlement De kloof Wie wordt vertegenwoordigd? Waarom afspiegeling? Stemmen zonder last 89

Over het Murray Rothbard Instituut

Werkblad 3. Klimaatconferentie Parijs december 2015

ANALYSE. Illich revisited: een herbeschouwing in het licht van de ecologische crisis ANALYSE. Marius de Geus. Oikos 51, 4/2009

Verantwoordelijkheid dragen gaat niet om macht, zei Lubbers, of om het vermogen om belangrijke zaken te regelen of iets af te dwingen.

POLITIEK EN ETHIEK. Pleidooi voor een waardevolle progressieve POLITIEK EN ETHIEK. Jan Mertens. De vrijheid heroveren

Nederland in de poule des verderfs

EEN DUIM VOOR DELEN. ik deel INFOFICHE. daar wordt iedereen beter van

WONEN MET EEN GROEN WOONT ENERGIE NEUTRAAL COMFORTABEL WONEN EN TOCH GELD BESPAREN. Lodewijk Hoekstra NIEUW! DE ENERGIE-EXPERT Steeds meer

INHOUD. Nieuwe fouten maken 6 Thomas Rau. gebonden grondgebruik als motoren van een duurzame. agrarische erven Ruut van Paridon.

De antwoorden van het antiglobalisme

(Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE

POLITIEK. De valkuilen van het groene vertoog POLITIEKE. Francine Mestrum. Oikos 47, 4/2008

Studiedienst PVDA Studie over de transfers van lonen naar winsten onder de regering-michel.

Vrijwillig aan het werk bij Welzijn Capelle. welzijncapelle. Wat je moet wetenen

Architectuur in de nieuwe realiteit ArchiNed

Dag accountantsverklaring, hallo controleverklaring

Eerlijker, eenvoudiger, efficiënter

Bas van Bavel Universiteit Utrecht. Brede welvaart. 18 september 2018

Malthus ( ) Kan landbouw de wereld blijven redden? Het ongelijk van Malthus. An essay on the principle of population 25/11/2013

de missing link tussen geld en duurzaamheid

Nieuwsmonitor 6 in de media

Heeft IFRS 13 Fair value measurement toegevoegde waarde?

SBR Assurance: zekerheid geven over digitale rapportages

Presentatie aan opdrachtgevers Provincies Fryslân, Groningen, Drenthe

Is de tijd voor een duurzaamheidstransitie

18 Big is beautiful?

EEN. De feiten op een rij! BEWUSTE KEUZE MAKEN VOOR UW NIEUWE HAARD

Cultuurverschillen in het controledossier

samen werken aan een lokale voedselstrategie

Bruto nationaal geluk: een proef op de som 19

De Vereniging Brabantse Gemeenten en Provincie Noord-Brabant slaan de handen ineen om te komen tot een gezamenlijk Brabantse Omgevingsvisie.

GROEN PRODUCEREN. Cradle to cradle : een nieuwe oude visie op economie en milieu GROEN PRODUCEREN. Johan Malcorps.

Transparantie gaat verder dan verslaggevingregels

Eindexamen vwo economie II

Deel deze inleiding via:

KU LEUVEN ONDERZOEKSEENHEID CENTRUM VOOR ECONOMISCHE STUDIËN LEUVENSE ECONOMISCHE STANDPUNTEN 2013/138

TEGENBEGROTING 2017 GroenLinks Tweede Kamerfractie,

Visie Communicatie SIDEQICK. The secret of change is to focus all of your energy not fighting the old but on building the new - Socrates

Duurzame deeleconomie: de rol van de stad volgens Martijn Arets

Tijd van burgers en stoommachines De sociale kwestie.

Traject naar een lange termijnvisie voor het energiebeleid

ONTWIKKELING. Het dominante ontwikkelingsmodel, de collaterale damage en de vluchtroutes van het Westen ONTWIKKELING.

Op naar continuous assurance

Ludo Cuyvers. Marxistische economie. herbekeken. (jamv\\

en Science (www. sciencemag.org informatie die relevant is voor het inzicht in de risico s van klimaatverandering voor

bouwstenen cultuursensitieve-def.indd 4

Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen voor iedereen in de stad

Paperopdracht, Architectuurtheorie, deel 2 Tendensen en vertogen

Argumentenkaart Pensioenbeslissing. Werknemers

Probleemstelling en opzet van conferentie over economische groei en indicatoren daarvoor

balansen van materiaalgebruik en uitstoot, en indicatoren die de efficiëntie van het grondstofgebruik meten.

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen

Duurzame Ontwikkeling

Bedrijven willen elkaar opzoeken, overheden faciliteren

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

Energiebesparing is in. Tenminste, als je afgaat op het grote aantal

Harry Lintsen Technische Universiteit Eindhoven in samenwerking met CBS en Universiteit Groningen. 1 Duurzame ontwikkeling van Nederland

WORKSHOP MARKTWERKING EN SOCIAAL WERK PETER RAEYMAECKERS

ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN

Onderwijs: Voorbereiding op een leven met onzekerheden

Platform Duurzame en Solidaire Economie

De bodem draagt de bio-economie

Inhoudsopgave. Deel I Mijn profiel als belegger. Deel II Rentewoestijn en geldillusie. Deel III Basis van het beleggen

Projectoproep Circulaire economie

Biodiversiteit, ecosysteemfuncties, en ecosysteemdiensten

DOELSTELLING VOOR ONDERZOEK EN ONTWIKKELING

Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doelstelling van de activiteit... 2 Overzicht...

Burger neemt vaker heft in eigen handen

Nieuwe thema-analyse van Belfius Research. Vergrijzing van de bevolking : impact op de gemeentelijke aanvullende personenbelasting

Learning is what can happen throughout life for those willing to risk it (Jennifer Sumner)

Inhoud. 1. Het mysterie dat geld heet 7

gemeenschappelijke leiding is

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

Overzicht lessenserie Energietransitie. Lessen Energietransitie - Thema s en onderwerpen per les.

Transcriptie:

Meer, minder of anders? Het debat over groei anno 2008 Dirk Geldof Met de Verklaring van Tilburg 1 proberen wetenschappers in Nederland en Vlaanderen het debat over groei opnieuw op de agenda te ze en. Grenzen aan de groei, luidde reeds de titel van het rapport aan de Club van Rome in 1971. De centrale boodschap was dat op een eindige planeet geen oneindige groei mogelijk is. Op basis van scenario s poogde men de uitpu ing van energie- en grondstofvoorraden in kaart te brengen. De ontdekking van nieuwe voorraden, de ontwikkeling van nieuwe (ontginnings)technologieën en doorgedreven vormen van recyclage op industriële schaal deden misschien wel de deadlines verschuiven, maar de essentie van de boodschap blij overeind. De 21 ste eeuw wordt de eeuw waarin de betaalbare aardolievoorraden uitgeput zullen raken. En de groeicijfers van onder meer China wegen zwaar door op de internationale grondstofmarkten. Anno 2008 duikt het groeidebat dus stilaan weer op. Geleidelijk winnen de klimaatopwarming en de ecologische voetafdruk aan belang op de maatschappelijke agenda. In hun kielzog ontstaat ook ruimte voor een hernieuwd debat over de zin en onzin, wenselijkheid en onwenselijkheid, maar ook over de aard van economische groei. Economie wordt ook één van de cruciale thema s in het Horizondebat van Groen! dit najaar. Wat is de plaats van economische groei en hoe komen we tot een groene groei, hee e het in de inleidende teksten. Maar misschien zijn de vragen fundamenteler. Wat is groei? Willen we groei? Kunnen we zonder groei? Welke groei? En hoe meten we dat? Opvallend is de groeiende diversiteit aan invalshoeken in het groeidebat. 2 Wat volgt is een verkenning van dat debat aan de hand van enkele recente publicaties en initiatieven. Décroissance, of het Franse debat Décroissance is een sleutelwoord in het Franse debat. Illustratief is het recente en sterke boekje Petit traité de la décroisssance sereine van Serge Latouche. 3 Hij pleit voor ontgroeiing, zet de argumenten pro op een rij, en poogt de tegenargumenten te weerleggen. Het is in de stijl van een onderbouwd Frans discours/essay een mooi overzicht van het theoretische en ideologische debat. Vertrekpunt is de vraag hoe je oneindige groei kan hebben in een eindige wereld. Twee cijfers: de huidige groei van 10% per jaar in China betekent een ver-736- voudiging (een ver-zevenhonderd-zes-en-dertig-voudiging) van de huidige Chinese economie op 100 jaar of één eeuw tijd. Of dichter bij huis: jaarlijks drie procent 49

economische groei bij ons betekent een ver-twintig-voudiging van onze economie op één eeuw. Is dat verzoenbaar met een nu reeds te grote ecologische voetafdruk? Met onze groei rennen we recht op de muur af, we weten het en toch blijven we verdere groei bepleiten. De logica van groei is groei-om-de-groei, aldus Latouche. De notie décroissance wil vooral het absurde van onze ongelimiteerde groei benadrukken. De dominantie van het groeidenken maakt zelfs het vinden van een woord voor de kritiek erop al moeilijk. Décroissance is geen dogma, het wil ook geen negatieve groei of krimp zijn in een maatschappij die blij denken in een groeilogica. Het is een zoeken naar een andere maatschappij. Latouche zou liever van a-croissance spreken, zoals een atheïst zijn wereldbeeld ook niet langer vanuit een godsbeeld wil laten bepalen, maar een eigen invulling op basis van eigen waarden uitbouwt. De strijd om woorden en ideeën blijkt ook uit de sterke kritiek op voor hem verhullende concepten als duurzame ontwikkeling. Naast ecologische grenzen vormt een culturele kritiek op de groeimaatschappij de tweede bron voor Met onze groei rennen we recht op de muur af, de pleidooien voor décroissance. Latouche schrij in de we weten het en toch blijven we verdere groei traditie van en verwijst naar auteurs als Andre Gorz, bepleiten. De logica van groei is groei-om-degroei, aldus Latouche. verdwenen zijn in de publieke deba en. 4 De pleidooien Jacques Ellul en Ivan Illich; namen die bij ons haast voor verregaande arbeidsduurvermindering sluiten aan bij de Gorziaanse oproep Travailler moins pour travailler tous et vivre mieux. Minder werken met meer arbeidskwaliteit en minder consumptie, heet het bij Latouche. Het gaat niet om het einde van de arbeid, maar wel om een halt aan een maatschappij van arbeid zonder einde. Minder werken gaat samen met een andere cultuur, een tijdspolitiek, gekoppeld aan minder consumptie. Onze maatschappij van hyperconsumptie draait volgens Latouche op publiciteit, krediet en geplande overbodigheid. 5 Daartegenover plaatst Latouche de voor hem concrete utopie van décroissance. Er is daarbij een breuk nodig met de productivistische logica van alle moderne samenlevingen tot nu toe. Dat betekent voor Latouche ook een breuk met het kapitalisme. Hiervoor is nood aan andere denk- en beleidskaders, die tegelijk voor een Er is een breuk nodig met de productivistische logica van alle moderne samenlevingen tot nu toe. Dat betekent voor Latouche ook een breuk met het kapitalisme. breuk en een serene overgang zorgen. Acht R-woorden vormen het kader. Réevaluer (het herevalueren van ons waardekader), reconceptualiser (een herdefiniëring van begrippen als armoede en rijkdom), restructurer (de productieverhoudingen hieraan aanpassen), redistribuer (een sociale herverdeling die de enen minder en de anderen meer laat consumeren, met ecologische trekkingsrechten), relocaliser (meer productie voor de lokale markt in plaats van wereldwijde productieketens), réduire (het beperken van onze ecologische voetafdruk) en ten slo e réutiliser en recycler (hergebruiken en recycleren). De sterke nadruk op een herlokalisering en lokale verankering van onze productie staat lijnrecht tegenover de heersende globalisering. De vraag is immers hoe die globaliseringsdynamiek zal evolueren bij groeiende transportkosten door duurdere olie en stijgende uitstootrechten. Décroissance omvat voor Latouche dan ook méér dan een andere en meer duurzame economie alleen. Het gaat om een politiek programma op alle niveaus. Daarvoor gee hij in het laatste deel ook concrete voorze en voor partijen. Een aparte décroissance-partij vindt hij niet wenselijk. Als beweging bepleit hij het terugbrengen van de ecologische voetafdruk tot het eerlijk-aarde-aandeel (van 5,6 hectare tot 1,8 hectare voor België, 50 Oikos 45, 2/2008

om concreet te zijn) en een energierevolutie (energiebesparing met factor 4). Daarvoor moeten we alle (geëxternaliseerde) transportkosten eindelijk doorrekenen, wat al jaren wordt gezegd, maar nog steeds niet gebeurt, eerder integendeel. Het gaat ook om herlokalisering van activiteiten, ook inzake landbouw en voedselproductie voor de lokale markt. Maar het hangt evenzeer samen met arbeidsduurvermindering en arbeidsherverdeling, het zeer zwaar belasten van reclame en een moratorium op vormen van technologische innovatie. Dit soort voorstellen, maar bijvoorbeeld ook het invoeren van lokale geldsystemen als Lets, geven het boekje soms een wat nostalgische en premoderne bijsmaak. Confronterend en frustrerend Latouche s pleidooi is confronterend en frustrerend tegelijk. Confronterend omdat hij op vele punten de ecologische kritieken ten aanzien van de opwarming van de aarde en de ecologische voetafdruk doordenkt. Alle pleidooien voor meer eco-efficiëntie, cradle-to-cradle-ontwerpen en ecodesign en win-win-situaties bij duurzame groei ten spijt, weten we eigenlijk dat de huidige groei niet houdbaar is. Alleen vloekt dat zo hard met het dominante economische discours, dat de consequenties van de beperking van CO2 -uitstoot of van de ecologische voetafdruk zelden worden vernoemd. Op dat punt dwingt Latouche tot een verdieping van het debat en een verscherping van de standpunten. Hoe haalbaar is groene groei? Verwachten we niet teveel van ecologische innovatie, waarvan we alle mogelijkheden maximaal moeten benu en? Maar tegelijk is zijn essay frustrerend. De Franse essayistische discoursstijl zorgt misschien wel voor een coherent en verleidelijk intellectueel pleidooi, maar staat mijlenver van het huidige maatschappelijke debat over economie en klimaat. Terecht stelt Latouche dat het ontbreken van groei geen optie is in een groeigerichte samenleving. De vraag is dan hoe die samenleving ook praktisch kan veranderen. Waar de antwoorden bij Latouche grotendeels achterwege blijven, vinden we wel aanze en in de deba en in Nederland, België en Groot-Bri annië. Ze hebben alles te maken met het anders meten van onze economie en maatschappij. En tegelijk ook met een andere deba raditie. Voorbij de eenzijdigheid van het BNP Op 10 januari 2008 vond aan de Universiteit van Tilburg de conferentie plaats met als thema Een comfortabele waarheid. Groei naar een duurzame en solidaire economie. 6 Meer dan 300 mensen namen deel: Vlaamse en Nederlandse economen, wetenschappers, politici, vertegenwoordigers van de vakbeweging en het bedrijfsleven en mensen uit sociale bewegingen. Het doel was om de urgentie van economische bijsturingen aan de orde te stellen. De conferentie kwam voort uit petities in Nederland en in Vlaanderen, met een oproep aan de parlementen tot een eerlijk meten van de economie. 7 Deze petitie werd door duizenden mensen, waaronder veel prominente economen, onderschreven. Centraal is de vaststelling dat het BNP een slechte leidraad is voor ons economisch beleid. In het huidige rekenmodel gaat men er immers nog steeds van uit dat het Bruto Nationaal Product (BNP) een betrouwbare indicator is voor maatschappelijke welvaart. Maar die BNP-meetlat vertoont ernstige tekortkomingen en leidt tot onjuiste beleidsconclusies. 51

Het BNP gee niet de reële welvaart van een nationale economie aan. Het BNP meet de omzet: de monetaire toegevoegde waarde staat voorop. Sociale en ecologische waarden die men niet direct in geld kan vertalen, blijven buiten beschouwing. Het BNP telt alle formele economische activiteiten op, zonder onderscheid tussen positieve en negatieve bedrijvigheden. Volgens het BNP worden we bijvoorbeeld rijker van alle kosten die ke ingbotsingen of olierampen met zich meebrengen. Het BNP negeert ook onbetaalde activiteiten die de welvaart wel stimuleren. Dit maakt dat economische BNP-groei soms oneconomische groei vertegenwoordigt: groei waarvan de marginale baten niet langer opwegen tegen de marginale kosten. Recent onderzoek naar subjectief welzijn leert bovendien dat in de rijkste landen zoals het onze meer geld niet echt gelukkiger maakt. Vanaf een bepaalde drempelwaarde (een jaarinkomen boven de 20.000 dollar, aldus Elchardus 8 ) vlakt de gelukscurve af, wat betekent dat een verdere stijging van het inkomen geen noemenswaardig stijging van het geluk of de levenstevredenheid meer creëert. In rijke landen vormt BNPgroei bijgevolg een zeer inefficiënte wijze om het subjectief welzijn van mensen te verhogen. Ten derde is het mondiale effect van het nationaal BNP-denken nefast. Zo zou BNPgroei nodig zijn om de armoede te bestrijden. dige BNP-groei moeten we in de 21ste eeuw In plaats van de fixatie op de huidige eenzij- Maar mondiale economische groei is daarvoor dringend werk maken van indicatoren die de zeer inefficiënt. Volgens een recente studie van verschillende dimensies van echt duurzame de New Economics Foundation vereiste één dollar ontwikkeling benadrukken: reële economische armoedeverlichting tussen 1990 en 2001 liefst 166 dollar mondiale economische BNP-groei. welvaart, ecologische duurzaamheid, menselijke welvaart en subjectief welzijn. Het doorsijpeleffect van economische groei is mondiaal zo goed als nihil. Bovendien brengt de huidige economische groei een enorme milieukost met zich mee, die de armsten ook nog eens disproportioneel tre. Ten slo e overschrijden we vandaag reeds de duurzame draagkracht van de aarde, met de globale opwarming en het snelle biodiversiteitverlies als meest gekende gevolgen. Dit valt moeilijk te verzoenen met eindeloze BNP-groei in de rijke landen. Een ander rekenmodel voor een andere economie Op de Conferentie in Tilburg plei e men dan ook voor een ander rekenmodel, dat verder gaat dan monetaire transacties. In plaats van de fixatie op de huidige eenzijdige BNP-groei moeten we in de 21ste eeuw dringend werk maken van indicatoren die de verschillende dimensies van echt duurzame ontwikkeling benadrukken: reële economische welvaart, ecologische duurzaamheid, menselijke welvaart en subjectief welzijn. Dat is geen theoretisch pleidooi, want dergelijke indicatoren bestaan. Verwijzen we bijvoorbeeld naar de Index voor Duurzame Economische Welvaart, de Ecologische Voetafdruk, de Menselijke Ontwikkelingsindex en de Levenstevredenheidsindex. Om economische welvaart te meten is de Index voor Duurzame Economische Welvaart (ISEW) een goede kandidaat om de plaats van het BNP in te nemen. 9 Die indicator maakt een onderscheid tussen positieve en negatieve economische bedrijvigheid, brengt welvaartsverhogende informele activiteiten in rekening, en neemt de ongelijkheid van de inkomensverdeling mee op. Ook het verlies aan natuurlijk kapitaal wordt in rekening gebracht. 52 Oikos 45, 2/2008

Tegelijk verleggen deze indicatoren het debat: van een symbolische en theoretische discussie over meer of minder groei, naar een debat over welke ontwikkeling we binnen welke grenzen wenselijk achten; van meer of minder naar anders. Drie parallelle discussies Woorden wekken, voorbeelden strekken, luidt het spreekwoord. De ontwikkeling en vooral de toepassing van andere indicatoren maken de weg naar décroissance concreter. Zij maken immers duidelijk dat het niet langer gaat over gebrek aan groei in een groeieconomie, maar over een wetenschappelijk en maatschappelijk juistere manier van weten en meten, die een beter inzicht gee in de reële economische, ecologische en sociale impact. De steeds dwingender gegevens over de klimaatopwarming en de discussie over de onhoudbare ongelijkheid inzake de ecologische voetafdruk maken dat drie discussies parallel zullen verlopen de volgende jaren. De eerste discussie gaat over de te nemen klimaatmaatregelen en de noodzakelijke energierevolutie; een debat waarin eco-efficiëntie en cradle-to-cradle centraal zullen staan, in de hoop de impact van de economie op onze planeet zoveel mogelijk te beperken. De tweede discussie gaat over de economie zelf. Hier staat het debat over de indicatoren waarmee we onze economie meten en ons beleid sturen centraal. Geleidelijk, maar veel te traag, ontwikkelen zich hier alternatieven. Ten slo e valt een debat over duurzame levensstijlen en consumptiepatronen niet te vermijden. Want hoezeer we de eco-efficiëntie ook opdrijven, en hoezeer we ook anders gaan meten op macroniveau, de ecologische omslag zal een impact hebben op ons consumptiepatroon en ons consumptieniveau. 10 Deba en over sufficiëntie of een economie van het genoeg gaan daarbij niet alleen over individuele levensstijlen, maar ook over het economisch groeidebat op macroniveau. Kortom, willen we nog economische groei? En kan onze planeet dat aan? Serge Latouche stelt juiste vragen en dwingt tot nadenken. Maar om tot antwoorden te komen moeten we het theoretische debat voorbij. We zullen de ideeënstrijd op de drie fronten moeten voeren: niet alleen de vraag of we groei willen, maar ook welke, hoe we dat meten en wat we willen meten, en wat dat voor onze levensstijlen en consumptie betekent. Noem het desnoods Vlaamse pragmatiek: groene groei waar het kan, maar evenzeer a ouw van milieuvernietigende sectoren. En beperking van de CO2-uitstoot en de ecologische voetafdruk door eco-efficiëntie en cradle-to-cradle waar mogelijk, maar evenzeer door beperking van milieuvernietigende consumptie en een ander beeld van het goede leven. BIO Dirk Geldof is socioloog, publicist en redactielid van Oikos. Hij is op de politieke cel van Groen! verantwoordelijk voor sociale thema s. In 2007 publiceerde hij We consumeren ons kapot (Houtekiet). Meer info en reacties op www.dirkgeldof.be 53

NOTEN 1 Zie www.economischegroei.net. In Oikos nr. 44 verwees Jef Peeters in zijn edito eveneens naar deze Conferentie. 2 Zie hiervoor ook de brede waaier aan bijdragen op het décroissance-congres op 18 en 19 april 2008 in Parijs. Zie hiervoor http://events.it-sudparis.eu/degrowthconference/en/themes/ 3 Serge Latouche, 2007. Petit traité de la décroisssance sereine. Editions Mille et une nuits, 172 p. (in de zeer democratische reeks Les petits libres, boekjes ter grootte van een postkaart, voor amper 3,95 euro). In 2004 verscheen van Latouche in deze reeks ook Survivre au développement (Editions Mille et une nuits, 128 p.) 4 Voor een mooi overzicht van het denken van André Gorz, zie de postuum verschenen bundel van Ecologica (Paris, Galilée, 2008, 160 p.), met essays geschreven tussen 1975 en 2007, over kapitalisme, vrijheid, destructieve groei en productieve décroissance, rijkdom zonder waarden versus waarden zonder rijkdom. 5 Zie ook Dirk Geldof, 2001. Onthaasting. Op zoek naar tijd in de risicomaatschappij. Antwerpen, Houtekiet, 200 p. (downloadbaar op www.dirkgeldof.be) Zie ook Dirk Geldof, 2007. We consumeren ons kapot. Antwerpen, Houtekiet, 200 p. 6 Zie www.economischegroei.net. In Oikos nr. 44 verwees Jef Peeters in zijn edito eveneens naar deze Conferentie. 7 Petitie aan het Nederlands Parlement over de ontwikkeling van een duurzame en solidaire manier van economisch meten. Zie: h p://www.globalternatives.nl/index.php?topic=mevaanbieding. Voor Vlaanderen namen Peter Tom Jones en Dirk Barrez het initiatief voor de petitie Pleidooi voor een duurzaam en solidair economisch beleid. Wie welvarend wil zijn, moet een goede meetlat hanteren. Zie www.vodo.be 8 Mark Elchardus en Wendy Smits, 2007. Het grootste geluk. Leuven, Lannoo Campus, p. 51 9 Zie bv. Brent Bleys, 2007. Alternatieve indicatoren voor welvaart. In Oikos, nr. 41. www.oikos.be/ content/view/38/ 10 Zie Dirk Geldof, 2007. We consumeren ons kapot. Antwerpen, Houtekiet. 54 Oikos 45, 2/2008