R e g e l s rgl

Vergelijkbare documenten
R e g e l s rgl

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl

PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

B i j l a g e 5 : R e g e l s b e h o r ende bij de ruimtelijke onderbouwing projectb es l u i t rgl

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl

Inhoudsopgave. Bestemmingsplan Bestemmingsplan Luttermolenveld, 4e partiële herziening Vastgesteld

1 van :15

Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN"

REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE REGELS... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

Bestemmingsplan Kinderboerderij, Waspik. Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6

bestemmingsplan "Boomkwekerij nabij Akkerweg 9"

R e g e l s rgl

Regels Bestemmingsplan Uitbreiding zorgcentrum Dekelhem, Gieten

R e g e l s rgl

bestemmingsplan Bestemmingsplan appartementencomplex Bleekstraat te Goor Toelichting 3 Regels 279

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

Inhoudsopgave. Heerde Dorp, Brede School Heerde West, 1 e herziening Vastgesteld

Voorthuizerstraat 5(vastgesteld) Regels 3. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 8

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl

wijzigingsplan Nieuwveenseweg 36a Inhoudsopgave Regels vastgesteld

Regels. Groene Scheg- Oldenzaalsestraat

Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening

R e g e l s rgl

het project het projectbesluit Loo, Husselarijstraat 46 in de gemeente Duiven.

1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten Bestemmingsregels Artikel 3 Woongebied...

s-heerenberg, Zeddamseweg 13-19

Bestemmingsplan Luttermolenveld, 1e partiële herziening: Regels

Bestemmingsplan. Woning Hammerweg. Gemeente Ommen. Regels. Datum: 15 mei 2012 Projectnummer: ID: NL.IMRO.0175.

R e g e l s rgl

INHOUD 1 I N L E I D E N D E R E G E L S 1 2 B E S T E M M I N G S R E G E L S 5 3 A L G E M E N E R E G E L S 7

Voorschriften aan projectbesluit "Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg"

1.1 plan: het bestemmingsplan 'Varkenshouderij Laarstraat' van de gemeente Oude IJsselstreek; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde

Regels bestemmingsplan "2e herziening van het bestemmingsplan Dubbeldam, locatie Haaswijkweg west 116"

1 Inleidende regels Bestemmingsregels Algemene regels Overgangs- en slotregels... 11

Delden Zuid 2015, wijzigingsplan kade Delden

Regels. Kenmerk: R05

... Voorschriften vrs

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

R e g e l s rgl

Hertog Reinaldlaan 2, Horst

De Whee e.o., herziening Rubensstraat 2 BESTEMMINGSPLAN. Datum: onherroepelijk NL.IMRO.1735.GOxrubens2-OH10

R e g e l s rgl

GEMEENTE HILLEGOM REGELS. onderdeel van het bestemmingsplan Fietspad Hillegom - Bennebroek van de gemeente Hillegom

Buitengebied, partiële herziening ontsluitingsweg Oude Rijksweg 395 te Rouveen O N T W E R P

Rypsterdyk 43 in Marsum. Menameradiel Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Bestemmingsplan Mgr. Kuijpersplein 18, Borkel en Schaft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3

1. INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 - Begrippen 2 Artikel 2 - Wijze van meten 5

Regels bestemmingsplan Anne Franklaan 50 / Joop Westerweelstraat 18

Zuidelijk Molenveld, Beatrixstraat - Prins Bernhardplein

Bestemmingsplan Voetgangersverbinding. Castricum Limmen REGELS

Bestemmingsplan N240 - Westerterpweg

Regels. Bestemmingsplan Windturbines Netterden - Azewijn

Nieuw-Amsterdam, bedrijfswoning Verlengde Herendijk

Regels bestemmingsplan 4e Herziening Wielwijk, locatie Krabbestein

Regels Buitengebied Noord, deelplan Kinholtweg 1 Fluitenberg 2010 NL.IMRO.0118.BP VG02 vastgesteld februari 2011

R e g e l s rgl

bebouwingspercentage: een percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van het bouwvlak van het bouwperceel dat maximaal mag worden bebouwd.

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3

Artikel 1 Begrippen 2. Artikel 3 Verkeer 4. Artikel 8 Slotregel 7

Broek 6, 8 en 10 te Sevenum Deze standaard is gebaseerd op de Bro (juni 2007) en SVBP2008 (22 februari 2008).

NL.IMRO BP001PH

R e g e l s rgl

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS

N307 Passage Dronten (9071)

Van Alewijkstraat Beerzerveld

HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS 9 Artikel 7 Antidubbeltelregel 9 Artikel 8 Algemene bouwregels 10 Artikel 9 Algemene ontheffingsregels 11

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Bestemmingsplan Loppersum, partiële herziening Kavels Over de Wijmers V A S T G E S T E L D

uitwerkingsplan Mortiere fase 7

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën

R e g e l s rgl

Transformatorstation Vijfhuizen. Regels

Regels bestemmingsplan Camperstandplaatsen Balk. Planstatus: ontwerp Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0653.BPL ON01 Auteur: Ontwikkeling

Westsingel. Datum 22 juni 2009

R e g e l s rgl

Bestemmingsplan. N307 Passage Dronten (9071)

Inhoudsopgave. Regels. Vaststellingsbesluit 16

V o o r s c h r i f t e n

GEMEENTE ASSEN Vincent van Gogh, locatie Lariks

P l a n r e g e l s vrs

Bestemmingsplan Meester Heblystraat, Varik Gemeente Neerijnen. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 7

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Oude IJsselstreek 2009; Bongersstraat ong. Ulft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels... 7

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

REGELS. van het bestemmingsplan. Spoorwegonderdoorgang Den Dolder. van de GEMEENTE ZEIST

Bestemmingsplan Taxiopstelstrook Leidsebosje

pompstation Breehei te Leunen REGELS

Regels. Kenmerk: V01

Purmerweg 35/35a

Bestemmingsplanregels Provincie Utrecht

Transcriptie:

R e g e l s 275.00.11.02.00.rgl

I n h o u d s o p g a v e H o o fd s tu k 1 I n l ei d ende reg e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 10 H o o fd s tu k 2 B e s t emmings r eg e l s Artikel 3 Woongebied 13 H o o fd s tu k 3 A lg e m en e r eg e l s Artikel 4 Anti-dubbeltelbepaling 19 Artikel 5 Algemene afwijkingsregels 20 Artikel 6 Overige regels 21 H o o fd s tu k 4 O v er g a n g s - en slo tr e g els Artikel 7 Overgangsrecht 25 Artikel 8 Slotregel 26 275.00.11.02.00.rgl

H o o f d s t u k 1 I n l e i d e n d e r e g e l s 275.00.11.02.00.rgl

A r t i k e l 1 B e g r i p p e n In deze regels wordt verstaan onder: a. p l a n : het bestemmingsplan woningen aan de Kruisweg en de Oosterweg te Den Andel van de gemeente Winsum; b. b e s te m m i ng p la n : de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0053.BPDA2011INBR1-VA01 met de bijbehorende regels; c. a a n - e n u i t b o uw : een aan het (hoofd)gebouw aanwezig gebouw dat ruimtelijk ondergeschikt is aan dat (hoofd)gebouw, maar in functioneel opzicht deel uitmaakt van dat (hoofd)gebouw; d. a a n d ui d i ng : een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; e. a a n d ui d i ng s g r e ns: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; f. a a n h uis ve r b on d e n b e r o e p e n / o f b e d r i j f : een dienstverlenend beroep en/of bedrijf, dat in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is; g. b e s taand: 1. het gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig is en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning; 2. het onder 1 bedoelde geldt niet voorzover sprake was van strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, de voorheen geldende Beheersverordening, daaronder mede begrepen het overgangsrecht van het bestemmingsplan of een andere planologische toestemming; h. b e s te m m i ngsgre n s : de grens van een bestemmingsvlak; Artikel 1 Begrippen 7

i. b e s te m m i ngsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; j. b o u w e n : het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats; k. b o u w g r e ns: de grens van een bouwvlak; l. b o u w p e r c e e l : een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; m. b o u w p e r c e e lg r e n s : de grens van een bouwperceel; n. b o u w v lak: een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten; o. b o u w w e r k : elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; p. b i j g e b o uw : een gebouw, dat zowel ruimtelijk als functioneel ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen (hoofd)gebouw en ten dienste staat van dat (hoofd)gebouw; q. d e tailha ndel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling voor de verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; r. erf: al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voorzover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden; 8 Artikel 1 Begrippen

s. e r k e r : een hoek- of rondvormig uitgebouwd deel van een hoofdgebouw, bouwkundig bestaande uit een lichte constructie met een overwegende transparante uitstraling; t. g e b ou w : elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; u. h o o f d g e b ou w : een gebouw dat, gelet op de bestemming, zowel ruimtelijk als functioneel als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt; v. o v e r k a p p i ng : elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder, dan wel met ten hoogste één wand; w. p e i l : 1. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de bouwhoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; 2. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de bouwhoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw; x. s e k s i nrichti ng : een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar; y. v o o r g e v e l r o oilijn: de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw; z. w o ni ng / w o on e e nhei d : een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden. Artikel 1 Begrippen 9

A r t i k e l 2 W i j z e v a n m e t e n Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: a. d e d a k helli ng : langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; b. d e g o o t h oogte v a n e e n b ou w w e r k : vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; c. d e i n h o u d v a n e e n b ou w w e r k : tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken van dakkapellen; d. d e b o uw h o og t e v a n e e n b o u w w e r k : vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; e. d e op p e r v lakte v a n e e n b o u w w e r k : tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk; f. d e a fs ta nd t o t d e ( zi j d e li ngse) g r e n s v a n e e n b o u w - p e r c e e l : vanaf enig punt van een bouwwerk tot de (zijdelingse) grens van een bouwperceel. Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van de plaatsing van gebouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt. 10 Artikel 2 Wijze van meten

H o o f d s t u k 2 B e s t e m m i n g s r e g e l s Artikel 3 Woongebied 11

A r t i k e l 3 W o o n g e b i e d 3.1 B e s t e m m i n g s o m s ch r i j v i n g De voor 'woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. aan huis verbonden beroepen en/of bedrijven; c. groenvoorzieningen, speelvoorzieningen en waterpartijen; d. openbare nutsvoorzieningen; 3.2 B o u w r eg e l s a. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels: 1. als hoofdgebouwen mogen uitsluitend woningen worden gebouwd; 2. hoofdgebouwen worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd; 3. per bouwvlak is ten hoogste één hoofdgebouw toegestaan; 4. de goot- en bouwhoogte van een hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 3,5 m respectievelijk 9 m; 5. de dakhelling van een hoofdgebouw bedraagt ten minste 30 en ten hoogste 55, dan wel ten minste de dakhelling van de bestaande woning indien deze minder dan 30 bedraagt; 6. ten hoogste 50% van het bouwperceel mag worden bebouwd. b. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels: 1. gebouwen moeten met een redelijke verspringing (minimaal 2 m) achter de naar de weg gekeerde gevel van de woning worden gebouwd; 2. de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden ten minste 1 m vanaf de zijdelingse perceelgrens, dan wel op de zijdelingse perceelgrens gebouwd; 3. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij een hoofdgebouw zal ten hoogste 100 m 2 bedragen, met dien verstande dat: - de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen ten hoogste 50% van de oppervlakte van het bouwperceel, voorzover gelegen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouwen verminderd met de oppervlakte van het hoofdgebouw, zal bedragen, dan wel ten hoogste het percentage aan bestaande bebouwing indien dit meer bedraagt; 4. de bouwhoogte van een aan- of uitbouw, bijgebouw of overkappingen zal ten hoogste 6,5 m bedragen. Artikel 3 Woongebied 13

c. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1. de bouwhoogte bedraagt voor vlaggenmasten ten hoogste 9 m; 2. de bouwhoogte bedraagt voor overige bouwwerken ten hoogste 3 m; 3. de bouwhoogte van terreinafscheidingen bedraagt voor de voorgevelrooilijn ten hoogste 1 m en daarachter ten hoogste 2 m, met dien verstande dat de bouwhoogte op zijerven die grenzen aan een openbare weg (niet zijnde een brandgang tussen twee gebouwen) of openbaar groengebied op een afstand van 1 m of minder uit de perceelgrens ten hoogste 1 m bedraagt. 3.3 N a d e r e ei s en Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op: - de invloed van de bebouwing op het stedenbouwkundig beeld; - de belangen ten opzichte van de bewoonbaarheid van aangrenzende woningen en tuinen waaronder bezonning, lichtval en privacy; - de verkeersveiligheid; nadere eisen stellen aan: - de oriëntatie van gebouwen op de percelen; - de afstand van de gebouwen tot de kant van de weg; - de onderlinge afstand van de gebouwen. 3.4 A f w i j k e n v a n d e b o u w r eg e l s Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: - de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden; - het bebouwingsbeeld; - de verkeersveiligheid; bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in: - l i d 3. 2, o n d e r a, s u b 2 : en toestaan dat een hoofdgebouw gedeeltelijk buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits: - de horizontale diepte van het gedeelte van het hoofdgebouw dat buiten het bouwvlak wordt gebouwd, ten hoogste 3 m zal bedragen; - l i d 3. 2, o n d e r a, s u b 4 : en toestaan dat de goothoogte van een hoofdgebouw wordt vergroot tot ten hoogste 4,50 m; - l i d 3. 2, o n d e r c, s u b 1 : tot een bouwhoogte van 15 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van reclamemasten niet meer dan 6 m mag bedragen. 14 Artikel 3 Woongebied

3.5 S p e c i fi e k e gebruiksregels Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van deze bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval is begrepen: a. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning; b. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van een aan huis verbonden beroep en/of bedrijf, zodanig dat: 1. de bedrijfsvloeroppervlakte ten behoeve van een aan huis verbonden beroep of bedrijf meer bedraagt dan één derde deel van de oppervlakte van de gebouwen op een bouwperceel, met een maximum oppervlakte van 50 m²; 2. de woonfunctie onevenredig wordt aangetast; 3. degene die de activiteiten in de woning uitvoert, geen bewoner van de woning is; 4. er detailhandel plaatsvindt die geen verband houdt met het aan huis verbonden beroep of bedrijf; 5. de activiteiten qua aard, omvang en uitstraling niet passen in een woonomgeving; 6. de activiteiten meldingplichtig of vergunningplichtig zijn ingevolge de Wet milieubeheer; 7. de verkeers- en parkeerdruk in de naaste omgeving onevenredig toeneemt en niet wordt geparkeerd op eigen terrein. Artikel 3 Woongebied 15

H o o f d s t u k 3 A l g e m e n e r e g e l s Artikel 3 Woongebied 17

A r t i k e l 4 A n t i - d u b b e l t e l b e p a l i n g Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing. Artikel 4 Anti-dubbeltelbepaling 19

A r t i k e l 5 A l g e m e n e a f w i j k i n g s r e g e l s 5.1 Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van: a. de in het plan gegeven maten en afmetingen tot niet meer dan 10% van die maten en afmetingen; b. het bepaalde in het plan voor het bouwen van antennes, waarvan de bouwhoogte ten hoogste 15 m mag bedragen en voor een centrale antenne tot een bouwhoogte van ten hoogste 25 m. 5.2 De onder 5.1 bedoelde omgevingsvergunning mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van: - de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden; - het bebouwingsbeeld; - de verkeersveiligheid. 20 Artikel 5 Algemene afwijkingsregels

A r t i k e l 6 O v e r i g e r e g e l s P r o s ti tu ti e b e l eid Het bestemmingsplan verzet zich tegen het oprichten van een seksinrichting. Artikel 6 Overige regels 21

H o o f d s t u k 4 O v e r g a n g s - e n s l o t r e g e l s 275.00.11.02.00.rgl

A r t i k e l 7 O v e r g a n g s r e c h t A O v e r g a n g s r e c h t b o u w w er k e n 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; b. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan. 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. B O v e r g a n g s r e c h t g e b r u i k 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan. Artikel 7 Overgangsrecht 25

A r t i k e l 8 S l o t r e g e l Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan woningen aan de Kruisweg en de Oosterweg te Den Andel. 26 Artikel 8 Slotregel

C o l o f o n O p d r a c h t g e v e r Gemeente Winsum B e s t e m m i n g s p l a n BügelHajema Adviseurs F o t o g r a f i e BügelHajema Adviseurs P r o j e c t l e i d i n g Mevrouw A.M. Reessink MSc BügelHajema Adviseurs P r o j e c t n u m m e r 275.00.11.02.00 BügelHajema Adviseurs bv Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu BNSP Vaart nz 48-50 Postbus 274 9400 AG Assen T 0592 316 206 F 0592 314 035 E assen@bugelhajema.nl W www.bugelhajema.nl Vestigingen te Assen, Leeuwarden en Amersfoort