Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1
Procedureverloop 31/01/2014 Voorstel werd ingediend Verwezen naar de commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke ordening en Onroerend Erfgoed 12/03/2014 Ontwerp werd aangenomen in de commissie 23/04/2014 Ontwerp werd aangenomen in de plenaire vergadering 27/08/2014 Decreet werd bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad 25/04/2014 Decreet werd bekrachtigd en afgekondigd 2
Beleidsbrief en adviezen Het decreet kadert in de beleidslijn 3 Herdenken en een vereenvoudiging van het instrumentarium van de beleidsbrief Ruimtelijke Ordening, beleidsprioriteiten 2013-2014 Meer bepaald initiatief 14 Een krachtdadige en gedifferentieerde handhaving Het decreet moet een moderne, krachtdadige en billijke gerechtelijke handhaving garanderen Het decreet moet de uitwisseling van informatie en bevoegdheden van de betrokken inspectiediensten in het kader van de omgevingsvergunning toelaten 3
1. Inleiding Krachtlijnen Ontwerp van dit decreet gaat hand in hand met het Omgevingsvergunningsdecreet Het decreet stelt zich tot doel: o Het aanvragen van vergunningen, ter voldoening van de onderscheiden vergunningsplichten op het vlak van ruimtelijke ordening en milieu, via een eenvormig procedureel kader, met een eengemaakte omgevingsvergunning als resultaat Het vormt een procedureel kaderdecreet, dat het materieel recht onverlet laat 4
1. Inleiding Krachtlijnen Het decreet betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning is geen eengemaakt procedureel kader op het vlak van handhaving De handhaving van ruimtelijke ordening en milieu zal zowel op inhoudelijk als op procedureel vlak worden aangestuurd door onderscheiden regelgevingen o Enerzijds de VCRO o Anderzijds het DABM (decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid) 5
1. Inleiding Krachtlijnen Op vlak van de handhaving gaat het dus niet om een inhoudelijke of procedurele integratie Wel vereist het project van de omgevingsvergunning dat beide systemen minstens compatibel zijn met elkaar, en samenwerking en informatie- en bevoegdheidsuitwisseling tussen de betrokken diensten toelaten o Op dit vlak waren er immers verschillende technische bezwaren o Deze bezwaren vloeien vooral voort uit de incompatibiliteit van het op vele vlakken gedateerde handhavingsluik van de VCRO met het veel modernere kader van het DABM De wijzigingen van dit decreet strekken dan ook vooral tot de modernisering van de VCRO naar het voorbeeld van het DABM en het ontwerp van decreet onroerend erfgoed, en laten het DABM op enkele details na onverlet o Doordat de ingrepen in de VCRO dermate ingrijpend zijn, wordt de huidige Titel VI van de VCRO vervangen door de titel Handhaving 6
Krachtlijnen van de wijzigingen De mogelijkheid tot bestuurlijke beboeting en het onderscheid tussen stedenbouwkundige inbreuken en stedenbouwkundige misdrijven worden opgenomen in de VCRO Het beruchte instandhoudingsmisdrijf verdwijnt uit de strafwet o In kwetsbare gebieden blijft instandhouding wel nog een stedenbouwkundige inbreuk Stedenbouwkundige inbreuken kunnen enkel nog gestraft worden met een exclusieve bestuurlijke geldboete Stedenbouwkundige inbreuken blijven een grondslag vormen voor het opleggen van gerechtelijke of bestuurlijke herstelmaatregelen o Rechterlijke herstelmaatregelen Naast de straf beveelt de rechtbank, ambtshalve of op vordering van een bevoegde overheid, een meerwaarde te betalen en/of bouw- of aanpassingswerken uit te voeren en/of de plaats in de oorspronkelijke toestand te herstellen of het strijdige gebruik te staken Stedenbouwkundige misdrijven waarvoor het parket aangeeft niet tot vervolging te willen overgaan zullen voortaan kunnen worden gesanctioneerd met een alternatieve bestuurlijke geldboete o 3. De procureur des Konings deelt zijn beslissing mee aan de gewestelijke beboetingsambtenaar, de stedenbouwkundige inspecteur en de burgemeester. Een beslissing houdende strafrechtelijke behandeling sluit het opleggen van een bestuurlijke geldboete uit. De oplegging van een bestuurlijke geldboete is ook uitgesloten als de procureur des Konings nalaat om tijdig zijn beslissing mee te delen aan de gewestelijke beboetingsambtenaar. Een beslissing houdende geen strafrechtelijke behandeling van het stedenbouwkundige misdrijf houdt het verval van de strafvordering met betrekking tot dit misdrijf in, maar laat de strafvordering met betrekking tot andere feiten onverminderd bestaan, zelfs in geval van eenheid van opzet. o 4. Een alternatieve bestuurlijke geldboete kan worden opgelegd aan alle overtreders. Ze bedraagt maximaal 250.000 euro 7
Krachtlijnen van de wijzigingen Bevoegdheidsuitbreiding voor de onderscheiden beboetingsambtenaren Ruimtelijke Ordening en Milieu in geval van samenloop tussen stedenbouwkundige inbreuken of stedenbouwkundige misdrijven enerzijds, en milieu inbreuken of misdrijven anderzijds Gemengde feiten kunnen geïntegreerd worden afgehandeld door één enkele instantie Bij de uitoefening van deze uitgebreide bevoegdheid wordt steeds advies ingewonnen van de andere beboetingsambtenaar In geval van samenhangende feiten dient bijzondere aandacht te worden besteed aan het respecteren van het non bis in idem beginsel o Om te vermijden dat ook in de VCRO de (potentieel te ruime of te enge) interpretatie van dit beginsel moet wordt overgenomen, wordt ze uit het DABM geschrapt 8
Krachtlijnen van de wijzigingen Naast de bestuurlijke geldboete voorziet het DABM in de mogelijkheid om een voordeelontneming op te leggen Om dubbele voordeelontneming bij gemengde gevallen vermijden o De maatregel van de meerwaarde wordt geheroriënteerd naar een forfaitaire gedoogvergoeding o De maatregel van de meerwaarde is op heden nog steeds gericht op het wegnemen van verrijking uit het misdrijf en is binnen het DABM niet als herstelmaatregel gekend o De naam meerwaarde blijft behouden De meerwaarde is een vergoeding voor het behoud van een ruimtelijke situatie die volgens de actuele regelgeving, stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften, niet legaliseerbaar is. Zolang sprake is van een illegale ruimtelijke situatie, geldt voor de toepassing van dit artikel een onweerlegbaar vermoeden van niet-legaliseerbaarheid 9
Krachtlijnen van de wijzigingen In de VCRO wordt voorzien in de mogelijkheid tot het opleggen van bestuurlijke maatregelen Naar voorbeeld van het DABM en het Onroerenderfgoeddecreet De stedenbouwkundige inspecteur geldt niet langer van rechtswege als opsporingsambtenaar en Officier van Gerechtelijke politie o Hierdoor wordt het mogelijk om bevoegdheden op vlak van het nemen van bestuurlijke maatregelen en het vorderen van gerechtelijke maatregelen uit te wisselen tussen de verschillende diensten o Artikel 16.3.8. 1 DABM wordt daarbij niet geschonden 10
Krachtlijnen van de wijzigingen Met de komst van de bestuurlijke maatregelen wordt de figuur van de minnelijke schikking in de VCRO anders ingevuld Minnelijke schikking heeft voortaan enkel nog betrekking op de herstelmaatregel en leidt tot wederzijds bindende, definitieve afspreken o Deze worden op schrift gesteld en overgeschreven in het hypotheekkantoor o De naleving van deze afspraken wordt bevestigd in een proces-verbaal van vaststelling van uitvoering o Bij gebreke aan vrijwillige uitvoering kan de minnelijke schikking desnoods gedwongen worden via bestuurlijke maatregelen o Minnelijke schikking laat de strafvordering onverlet Akkoord van parket is niet langer vereist Art. 6.4.19 1 VCRO: De stedenbouwkundige inspecteur of de burgemeester kan, respectievelijk in naam van het Vlaamse Gewest of de gemeente, met de overtreder, overtreders of andere belanghebbenden een minnelijke schikking aangaan onder de volgende voorwaarden ( ) 11
Krachtlijnen van de wijzigingen Instrumenten van zachte handhaving zoals voorzien in het DABM en het Onroerenderfgoeddecreet worden overgenomen in de VCRO De mogelijkheid tot raadgeving en aanmaning Bestuurlijke maatregelen zoals bedoeld in het DABM worden opgelegd door toezichthouders, de gouverneur en de burgemeester In het decreet wordt de bevoegdheid tot het opleggen van bestuurlijke maatregelen gelegd bij de gewestelijke en gemeentelijke stedenbouwkundige inspecteurs en de burgemeester Het inleiden van een herstelvordering namens de gemeente wordt voortaan toegewezen aan de gemeentelijke stedenbouwkundige inspecteur en de burgemeester Het gegeven dat dat het provinciaal niveau geen rol speelt bij de handhaving inzake de ruimtelijke ordening wordt bestendigd 12
Krachtlijnen van de wijzigingen Strafrechter krijgt de mogelijkheid om voor stedenbouwkundige misdrijven desnoods ambtshalve een herstelmaatregel te bepalen overeenkomstig de strikte toewijzingsregels van de VCRO De facto betekent dit dat een herstelvordering van de bevoegde overheid die strijdig is met deze regels, door de rechter hervormd kan worden Het bindend advies van de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid voor het inleiden van herstelvorderingen bij het parket, het vorderen voor de burgerlijke rechter en de ambtshalve uitvoering van vonnissen en arresten, is onbekend in het DABM Dit verschil in benadering blijft, maar wordt afgezwakt door de (op vlak van de ruimtelijke ordening nieuwe) bevoegdheid van de rechter om ambtshalve het door het decreet bepaalde herstel te bevelen Het advies is hierdoor enkel nog bindend voor het bestuur, maar niet voor de rechter Zelfs bij afwezigheid van een herstelvordering zal de strafrechter nog steeds een herstelmaatregel kunnen bevelen 13
Krachtlijnen van de wijzigingen Onroerende goederen die het voorwerp hebben uitgemaakt van een uitgevoerde herstelmaatregel of minnelijke schikking Kunnen behouden blijven en komen in aanmerking voor een stedenbouwkundige vergunning voor het uitvoeren van vergunningsplichtige stabiliteitswerken o Dit is geen nieuw gegeven maar wordt voortaan bevestigd door de afgifte van een herstelattest o Dit attest bevestigt dat het voorwerp van de uitgevoerde herstelmaatregelen in de door het herstelattest gedocumenteerde staat behouden kan blijven o Herstelattest wordt afgegeven door het college van burgemeester en schepenen 14
Krachtlijnen van de wijzigingen De rechter bepaalt bij elke veroordeling een hersteltermijn Veroordeelde is verplicht om het bevolen herstel binnen deze termijn te verwezenlijken Bij gebreke daaraan kan het bestuur ambtshalve het herstel uitvoeren op kosten van de veroordeelde o Door een gebrek aan middelen komt het bestuur er niet altijd toe om de ambtshalve uitvoering aan te vatten o Vaak wil de veroordeelde alsnog vrijwillig uitvoeren wanneer hij de garantie heeft dat hem daartoe de nodige tijd wordt gelaten In functie hiervan kan het bestuur onder strikte voorwaarden een dading afsluiten met de veroordeelde, waarin een nieuwe hersteltermijn wordt overeengekomen Deze dading mag nooit tot gevolg hebben dat de uitvoering van het rechterlijk bevel finaal onmogelijk wordt Gedurende de nieuwe uitvoeringstermijn blijft de verjaring van het recht op uitvoeren van de definitieve rechterlijke herstelmaatregel geschorst 15
Krachtlijnen van de wijzigingen Het bestuur dat instaat voor de invordering van verbeurde dwangsommen, verkrijgt de bevoegdheid om een opeisbare dwangsomschuld niet of slechts gedeeltelijk in te vorderen Ongeacht of deze schuld zijn oorzaak vindt in een rechterlijk bevel dan wel in een bestuurlijke maatregel De Hoge Raad behoudt een gelijkaardige bevoegdheid voor wat de dwangsomschulden, gegrond op de miskenning van een rechterlijk bevel, betreft Het handhavingsbeleid van de Vlaamse Regering inzake ruimtelijke ordening wordt voortaan zoals in het DABM en het Onroerenderfgoeddecreet, aangestuurd door een Handhavingsprogramma Het bestaande Handhavingsplan Ruimtelijke Ordening 2010 blijft van kracht zolang het niet wordt vervangen 16
Gevolg van de wijzigingen Als gevolg van deze wijzigingen ontstaan regelingen die voldoende vergelijkbaar zijn om te kunnen samen sporen Anderzijds behouden zij hun eigenheid, ingegeven door het specifieke karakter van de onderscheiden belangen, de inzetbare middelen en de verschillende tradities die op het vlak van handhaving nog steeds bestaan o Het in het DABM gekende onderscheid en toezicht wordt niet geïmplementeerd in de VCRO 17
Uitvoering en inwerkingtreding Artikel 144 De besluiten die de Vlaamse Regering vóór de datum van inwerkingtreding van dit decreet heeft vastgesteld ter uitvoering van titel VI van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, blijven geldig tot ze worden opgeheven Artikel 145 Dit decreet treedt in werking op een door de Vlaamse Regering vast te stellen datum na de inwerkingtreding van het handhavingsprogramma Ruimtelijke Ordening. In afwijking van het eerste lid treden artikel 17, 18, 19, 113 en 119 tot en met 125 in werking op de tiende dag na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad De Vlaamse Regering bezorgt binnen drie jaar na de datum van inwerkingtreding, bedoeld in het eerste lid, aan het Vlaams Parlement een verslag over de wijze waarop het is toegepast en doet eventueel de nodige voorstellen tot aanpassing van het decreet o o Deze datum kan niet vroeger zijn dan de inwerkingtreding van het handhavingsprogramma Ruimtelijke Ordening, wat impliceert dat de wijzigingen die noodzakelijk zijn voor het opstellen van het handhavingsprogramma Ruimtelijke Ordening en de desbetreffende bevoegdheden daartoe voor de verschillende actoren, voorafgaandelijk in werking dienen te treden Er wordt voorzien in een parlementaire evaluatie na drie jaar 18
Meer weten? Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning, BS 27 augustus 2014, 64079. Ontwerp van decreet betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning, Parl.St. Vl.Parl. 2013-2014, nr. 2419/1. 19
Contact Forum Advocaten: Altijd bereikbaar. FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be FORUM ADVOCATEN 03/369.95.65 info@forumadvocaten.be www.forumadvocaten.be 20