Nederlandse Ski Vereniging

Vergelijkbare documenten
PORTFOLIO SKI- OF SNOWBOARD INSTRUCTEUR NIVEAU 2 NAAM: DATUM:

Handboek Opleidingen 2004 Hoofdstuk Algemeen opleidings- en examenprogramma instructeur A. 1. Algemene bepalingen

Onderdelen en op te leveren producten t.b.v. de opleiding tot Docent Weerbaarheid en Agressieregulatie

FIT!VAK GROEPSLESDOCENT EREPS LEVEL 3 cursistenhandleiding 10 dagen

KWALIFICATIEPROFIEL INSTRUCTEUR 3

ski- en snowboardvakanties

Handleiding voor de Praktijkbegeleider van de opleiding Jazzdans Assistent Leider- niveau 2

Naam: Stageplek: Klas:

OPLEIDING SNOWBOARDBEGELEIDER

MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Controleformulier. Naam cursist. Vereniging / organisatie

nederlandse culturele sportbond Lesgever Zwem-ABC naam cursist... naam vereniging /organiserende instantie

Voorbereidingsopdrachten Keuzedeel Lesgever Zwem ABC. Naam student:

Maatschappelijke Stages

Assisteren bij activiteiten

Zwartewaterland Informatieboekje Maatschappelijke Stage

Stagefolder Laurentius Praktijkschool

Inleiding maatschappelijke stage

Handleiding examinering student eind stage

PVB 3.1 Geven van lessen Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3

BEROEPSOPLEIDING. ALLROUND ZWEMBADMEDEWERKER (aqua & leisure host) Algemene informatie

Stage map. Keuzevak: Recreatieve Activiteiten Docent: Marc Hollander. Leerjaar: 3

Waarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2

Beoordeling en evaluatie

Toetsplan van de kwalificatie ski- of snowboardinstructeur niveau 2

Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan

Nr. HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESDOCENT INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT

Informatie Opleiding peuterdans. Opbouw Opleiding. Studie belastinguren Totaal 175 uur. Opbouw/ omvang opleiding

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Studiegids Opleiding Allround Wandelsport Instructeur, niveau 2 (AWI-2)

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

Maatschappelijke Stages

Maatschappelijke Stages

EXAMENREGLEMENT CURSUSSEN NATIONAAL DUIKCENTRUM

HANDLEIDING PORTFOLIO BEWEEGDESKUNDIGE NAH

BPV GIDS ICT Opleidingen

HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESINSTRUCTEUR

BB (± LWOO) 1 naar BB 2 KB 1 naar KB 2 GT 1 naar GT 2 A. Bevorderd (gelijk niveau) A. Bevorderd (gelijk niveau) A. Bevorderd (gelijk niveau)

Toetsplan van de kwalificatie Para-wintersportinstructeur niveau 3

Beargumenteer je beoordeling met minimaal één voorbeeld uit je stage Is je motivatie voor het werk toegenomen of afgenomen? Leg uit waarom.

Nationaal Platform Zwembaden NRZ

Afspraken stage Initiator Rope skipping

S P O R T E N B E W E G E N A R N H E M. Stage map. Profiel / Keuzevak: Bewegingsagogie (BAG) Docent: Lindy Hendrikx- Jans.

Wij vragen aan u en uw bedrijf om de leerlingen hartelijk te ontvangen en hem/haar in staat te stellen inzet te leveren in de vorm van stage.

DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT WSI 2

Maatschappelijke Stages

Stappenplan houtbewerken

Beleidsplan Maatschappelijke stage Vmbo, Havo en Vwo Elzendaalcollege

Stagebedrijf: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Leerroute: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Naam: Klik hier als u tekst wilt invoeren.

EISEN & BEVOEGDHEDEN LERAREN

HANDLEIDING PORTFOLIO FITNESSTRAINER A

Toetsplan van de kwalificatie ski- of snowboardinstructeur niveau 3

Cursusgids bijenteeltonderwijs

Stage map. Profiel: Basisjaar 1. Docent: Kay Harskamp/Judith Schlaman. Leerjaar: 1. Voor stage bedrijf

Bestuur Stichting De Zevensprong

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

Cursusgids bijenteeltonderwijs. voor de. Opleiding Leraar Bijenteelt

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

Aanvulling PTA & Examenreglement VMBO

Handboek Examinering Praktijkonderwijs Versie: februari 2019

Kynologisch Gedragstherapeut

Stageboek Ilex college

Handleiding BPV-Beoordeling voor de beoordelaar. Dossiers vmbo

Stageboek Ilex college

TANDARTSASSISTENTE. Lis Hendriks 11 NOVEMBER Sectorwerkstuk HET ASSINK LYCEUM

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9

Consulent therapeutische elastische kousen

Hoofdstuk 3 Beoordeling en evaluatie. 3.1 Beoordelingsformulier beroepshouding. Instructie beoordeling: Beoordeling

WintersportExperience

HANDLEIDING PORTFOLIO FITNESSTRAINER A

UITVOERINGSREGELS KYNOLOGISCHE OPLEIDINGEN

Manege Instructeur KNHS OPLEIDINGEN. Inhoudsopgave. KNHS Opleidingen De manege instructeursopleidingen. Aspirant Manege Instructeurs

BEVORDERINGSNORMEN WOLFERT COLLEGE

Aanvulling PTA & Examenreglement VMBO

Stagereglement Masteropleiding leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Godsdienst en Levensbeschouwing Tilburg School of Catholic Theology

S T A G E - G I D S POLITICOLOGIE INHOUDSOPGAVE

TAALBELEIDSPLAN OPLEIDING POLYVALENT VERZORGENDE

Regeling Praktijkonderzoekstage-scriptietraject (POSST)

Stage boek Waterski & Wakeboard Instructeur 3

MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Handleiding Praktijkbegeleider

Opleiding Allround Wandelsport Instructeur Niveau 3

Studentenevaluatie: Totaal

Certificeerbare eenheid 2 en 3

Informatiebulletin voor studenten Bijlage 3

BEROEPSHOUDING (blok 1 t/m4)

Hoofdstuk 1 Algemene en begripsbepalingen 03

Beroepsgerichte Examens Consortium Beroepsonderwijs serie 2014 Zorg & Welzijn Instructie voor de examenkandidaat

Stagehandleiding. bedoeld voor studenten en docenten bachelor- en masteropleiding Rechtsgeleerdheid, Ondernemingsrecht en Fiscaal Recht

Stagehandleiding 3e jaar Niveau 3 MBO College Hilversum Opleiding Sport en Bewegen

Basisopleiding Pilates instructeur(trice) - 7 weken

GROEIDOSSIER Praktijk SOV

Beroeps oriënterende stage. Informatieboekje 3 VMBO Naam leerling:. School: Stella Maris College. Stage bedrijf/instelling:.

HANDLEIDING BPV HANDLEIDING BEROEPS PRAKTIJK VORMING

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

Aanvraag Erkend leerbedrijf Calibris

Verslag snuffelstage week St. Aloysiuscollege. 12 t/m 16 oktober Naam: Klas 3:

Sportleider SeniorenSport (SSS)

Transcriptie:

Nederlandse Ski Vereniging reader voor de stagebegeleider Skileraar-A

2 11 Stage Inleiding De Nederlandse Ski Vereniging (NSkiV) heeft kaderbeleid hoog in het vaandel. Goed opgeleid kader is immers een eerste voorwaarde voor het goed opleiden van beginnende wintersporters. Veilig en met plezier leren skiën, vergroot het sportplezier en kan bijdragen aan langdurige wintersportbeoefening. De NSkiV-opleiding tot Skileraar-A is onderverdeeld in twee delen. 1. Bij het eerste deel wordt de cursist opgeleid tot het niveau Skibegeleider. 2. Het vervolgdeel bestaat uit het NSkiV-diploma Skileraar-A. Het tweede deel dient de cursist binnen twee jaar na het eerste deel te behalen om recht te kunnen hebben op het diploma Skileraar-A. Tijdens de opleiding tot Skibegeleider en Skileraar-A krijgt de cursist theorie- en praktijkles. In de praktijklessen besteden we aandacht aan het verder ontwikkelen van de eigenvaardigheid en aan de praktijk van het begeleiden en lesgeven. Werkelijk begeleiden en lesgeven leert men natuurlijk vooral in de praktijk door het veel te doen, door aanwijzingen te krijgen van ervaren leraren en door het kritisch evalueren van het eigen handelen. Dit leren in de praktijk gebeurt door middel van opdrachten die de cursist in de stageperiode uitvoert. De opzet en inhoud van de stage verschilt per deel van de opleiding. In deze reader geven wij informatie over de stages die de cursist voor de opleiding tot Skibegeleider of Skileraar-A moet doorlopen.

3 1. Informatie over de opleiding Allereerst willen we u informatie verschaffen over de opleiding zelf. De cursist die stage wil lopen volgt een opleiding bij de NSkiV. Deze opleiding is opgedeeld in twee delen. Skibegeleider Het eerste gedeelte leidt op tot het niveau Skibegeleider. Tijdens dit deel volgt de cursist 3 cursusdagen en een examendag. Deze dagen vinden meestal in de maanden mei en juni plaats, maar ook wordt de opleiding op andere momenten in het jaar aangeboden. Tevens moet de cursist tenminste 4 uur stage lopen. Deze stage vindt plaats op bij voorkeur een sneeuwbaan (eventueel borstelbaan of indoorrolbaan is mogelijk). Een cursist die het certificaat Skibegeleider behaald kan beginnende skiërs les geven en groepen begeleiden op een sneeuwbaan. Meer uitgebreid kan een Skibegeleider het volgende. Hij/zij: - kan als assistent optreden van de Skileraar-A, en leerlingen en klanten (kinderen en volwassenen) begeleiden bij het aanleren van de eerste beginselen van het skiën op een sneeuwbaan - kan sporters en klanten recreatief of sportief begeleiden tijdens eenmalige ski-activiteiten - kan activiteiten op een geanimeerde, veilige en verantwoorde manier aanbieden - kan de primaire beginselen van de EHBSO toepassen - kan door het hoge niveau van eigenvaardigheid een voorbeeldfunctie vervullen voor leerlingen en klanten - kan leerlingen en klanten informeren over het te gebruiken materiaal, en kan verwijzen naar een leverancier of een materiaalman of -vrouw. Nadat de cursist het deel Skibegeleider heeft behaald dan kan hij of zij verder gaan met het tweede deel van de opleiding. Skileraar-A Het tweede gedeelte leidt op tot het niveau Skileraar-A. Tijdens dit deel volgt de cursist 3 cursusdagen in Nederland, een opleidingsweek in de sneeuw en een examendag. Daarbij leert de cursist op de ondergronden indoorrolbaan, borstelbaan en de daadwerkelijk sneeuw als leraar actief te zijn. Deze dagen vinden meestal in de maanden september t/m december plaats, maar ook wordt de opleiding op andere momenten in het jaar aangeboden. Tevens moet de cursist tenminste 20 uur stage lopen. Deze stage vindt plaats op een sneeuwbaan, borstelbaan en/of indoorbaan. Bijvoorkeur loopt de cursist stage op twee verschillende ondergronden. Een cursist die het diploma Skileraar-A behaald kan zelfstandig en op verantwoorde wijze, beginnende en gevorderde skiërs lesgeven en begeleiden op borstelbanen, indoorrolbanen en sneeuwbanen in Nederland en op pistes in de sneeuwgebieden. Je kunt lesgeven aan kinderen en volwassenen. Meer uitgebreid kan een Skileraar het volgende. Hij/zij: - kan leerlingen en klanten, kinderen en volwassenen, beginners, en licht- en matiggevorderden op een op het individu gerichte manier instrueren, met als doel hen de eerste beginselen van het skiën te leren en de skivaardigheid te la-

4 ten ontwikkelen. Dit, op een sneeuwbaan, een borstelbaan, een indoorrolbaan, en op pistes in de sneeuwgebieden - kan sporters en klanten instrueren tijdens eenmalige ski-activiteiten, recreatief en sportief - kan zijn of haar activiteiten op een geanimeerde, veilige en verantwoorde manier aanbieden op de diverse ondergronden - kan de skirelevante beginselen van de EHBSO toepassen - kan door het hoge niveau van eigenvaardigheid een voorbeeldfunctie vervullen voor klanten en cursisten - kan zijn of haar functie uitoefenen op een sneeuwbaan, een borstelbaan of een indoorrolbaan - kan leerlingen en klanten adviseren over materiaal, en verwijzen naar een leverancier of een materiaalman of -vrouw - kan klanten en cursisten (kinderen en volwassenen) verwijzen naar vervolgactiviteiten in Nederland, recreatief en sportief. - kan het verschil uitleggen tussen het skiën op een sneeuwbaan en het skiën op een borstelbaan of indoorrolbaan. 2.1 Opzet en inhoud van de stage voor Skibegeleider Voor de Skibegeleider is er een stageverplichting van tenminste 4 uur op een skibaan (bij voorkeur sneeuwbaan). In de vorm van een stagewerkboek toont de cursist de doorlopen stage aan. Het stagewerkboek is onderverdeeld in een oriënterende stage en een praktijkstage. Oriënterende stage De opdrachten in de oriënterende stage gaan over: - overzicht organisatiestructuur - beschrijving skimateriaal - oriëntatie op de klant - veiligheid - professionele beroepshouding Praktijkstage Tijdens de praktijkstage dient de cursist lesgevers te observeren. Als het op de stageplaats mogelijk is moet de cursist ook een aantal uur assisteren bij het geven van skiles. Binnen het praktijkonderdeel worden opdrachten gegeven over: - voorbereiding van een les - start van een les - methodische opbouw - organisatie - animeren - evalueren Het praktijkonderdeel bestaat uit 4 uur werken met groepen of klanten, waarvan 2 uur observatie en 2 uur assisteren.

5 2.2 Opzet en inhoud van de stage voor Skileraar-A Voor Skileraar-A is er een stageverplichting van tenminste 20 uur op een skibaan (indoorrolbaan, outdoorbaan of sneeuwbaan). In de vorm van een stageverslag toont de cursist de doorlopen stage aan. De cursist maakt het stageverslag aan de hand van opdrachten die hij/zij in een stagehandleiding kan vinden. In het verslag wordt ook de stage in de praktijk verwerkt. Dat gebeurt onder meer door middel van het invullen van verschillende stageformulieren. Het verslag dient in ieder geval te bestaan uit: - titelblad - inhoudsopgave - verwerking van de opdrachten - lesvoorbereidingsformulieren en beoordelingsformulieren - eindbeoordelingen van de stagebegeleiders - persoonlijk verslag van de stageperiode In de stagehandleiding staan een aantal opdrachten. De volgende onderwerpen komen hierbij aan de orde: - Maken van lesvoorbereidingen - Maken van een foutenanalyse - Observeren of assisteren bij kinderskiles - Hulpmiddelen en veiligheid De opdrachten werkt de cursist zelf uit en de opdrachten worden uitgevoerd bij de organisatie waar de cursist de stage loopt. Via de stageformulieren worden de volgende punten door de cursist verzameld: - overzicht van de stageplaatsen - aantal uur dat stage is gelopen en welke lesopdrachten zijn uitgevoerd - assistentieformulier of lesvoorbereiding van een daadwerkelijk gegeven les - zelfevaluatieformulier van een daadwerkelijk gegeven les - beoordeling/feedback stagebegeleider van een daadwerkelijk gegeven les - eindbeoordeling van de stagebegeleider over de gehele stage Bij Skileraar-A is er een stageverplichting van minimaal 20 uur. De opbouw van de stage is als volgt: - deel 1: maximaal 8 uur werken met groepen of klanten als assistent, - deel 2: minimaal 12 uur werken met groepen of klanten als lesgever. De cursist wordt geadviseerd om de stage te verdelen over de verschillende ondergronden in Nederland.

6 3. Contact met stageplaats en stagebegeleider De cursist is zelf verantwoordelijk voor het regelen van een stageplaats. Tijdens het eerste deel van de opleiding, Skibegeleider, is het mogelijk dat de cursisten in groepjes van maximaal vier cursisten stagelopen. In dit gedeelte van de opleiding kunnen cursisten terecht bij een sneeuwbaan (eventueel borstelbaan of indoorrolbaan is mogelijk) en dienen tenminste 4 uur stage te lopen. Dit doen ze door te observeren of assisteren. Tijdens het tweede gedeelte van de opleiding, Skileraar-A, is de cursist wederom zelf verantwoordelijk voor het regelen van een stageplaats. Het is het mogelijk dat de cursisten in groepjes van maximaal twee cursisten stagelopen. De cursist moet tenminste 20 uur stage lopen. Deze stage vindt plaats op een sneeuwbaan, borstelbaan en/of indoorbaan. Bijvoorkeur loopt de cursist stage op twee verschillende ondergronden. 4. Rol van de stagebegeleider Voor de realisering van de stage vragen wij graag de medewerking van ervaren leraren en instructeurs, die beginnende collega s de gelegenheid willen bieden zich verder te ontwikkelen in het vak. De cursisten gaan zelf op zoek naar stageplaatsen en leggen contact met potentiele stagebegeleiders. Voor Skibegeleider geldt dat de stagebegeleider bij voorkeur minimaal de NSkiV-opleiding tot Ski-instructeur-A met goed gevolg heeft afgerond. Bij een tekort aan begeleiders kun hier bij Skibegeleider van afgeweken worden. Voor Skileraar-A geldt dat de stagebegeleider bij voorkeur minimaal de NSkiVopleiding tot Skileraar-B met goed gevolg heeft afgerond. Bij een tekort aan begeleiders kan hier van afgeweken worden door de een Ski-instructeur-A te laten begeleiden. Het is bij de stage voor Skibegeleider niet noodzakelijk dat er een vaste stagebegeleider aanwezig is. Het is voldoende als er vragen gesteld mogen worden en als er op de baan meegekeken of geassisteerd mag worden naar een aantal lessen.de accommodaties worden vlak voor aanvang van de opleiding geïnformeerd over de mogelijke komst van stagiaires. Bij de stage voor Skileraar-A wordt er meer van de stagebegeleider verwacht. De cursist doet er het beste aan om de begeleider de stagehandleiding te laten lezen. De begeleider moet namelijk enkele formulieren ondertekenen en dit kan soms pas na het observeren van lessen van de cursist. Er moet dus ook voor de cursist de gelegenheid zijn om les te kunnen geven of assisteren. Regelmatig contact en een goede begeleiding zijn zeer belangrijk voor het welslagen van een stage. Een cursist kan te laat in de gaten hebben dat zaken mis dreigen te lopen. Daarom dient u dit tijdig aan te geven wanneer dit het geval is. Uw specifieke deskundigheid en belangstelling voor de stagiair worden zeer gewaardeerd.

7 5. Verslaglegging stage Het tijdig inleveren van het verslag is voor de cursist een voorwaarde voor deelname aan het examen. Het stagewerkboek (Skibegeleider) of stageverslag (Skileraar-A) dient volledig te zijn doorlopen. Hierbij moeten alle opdrachten zijn uitgevoerd. 6 Beoordeling stage Alleen indien het stageverslag tijdig is ingeleverd dan kan de cursist deelnemen aan het examen. Voor het stageverslag krijgt de cursist een waardering. Deze waardering moet voldoende zijn om te kunnen slagen voor Skibegeleider of Skileraar-A. Hieronder is te zien in hoeverre de stage zich verhoudt ten opzichte van de andere onderdelen waarop de cursist wordt beoordeeld. 6.1 Onderdelen eindbeoordeling Skibegeleider/Skileraar-A Bij de opleiding tot Skibegeleider bestaat de beoordeling uit vier onderdelen: - een examen eigenvaardigheid, - een examen lesgeven, - een schriftelijk theorie-examen, - stagewerkboek/stageverslag (zie uitleg inhoud in de vorige paragraven) Op de examendag van de opleiding Skibegeleider en de laatste cursusdag van de opleiding Skileraar-A neemt de cursist het examen eigenvaardigheid af. Hierbij wordt hij/zij beoordeeld op een aantal examentechnieken die gedurende de opleiding zijn getraind. Er wordt beoordeeld in de vorm van cijfers. Het examen lesgeven wordt voor beide opleidingen gehouden op de examendag. Daarbij wordt lesgegeven aan medecursisten (Skibegeleider) of aan proefpersonen van het niveau beginner tot gevorderd (Skileraar-A). Na de examenles wordt met de cursisten een nagesprek gehouden. Er wordt beoordeeld in de vorm van een voldoende of onvoldoende. Het theorie-examen bestaat uit mutiple choice vragen (Skibegeleider) en open vragen (Skileraar-A), waarbij alle behandelde onderwerpen in de opleiding worden getoetst. Het examen vindt plaats op een avond voorafgaand aan de examendag. Er wordt beoordeeld in de vorm van cijfers.

8 6.2 Norm voor de eindbeoordeling De vaststelling van de einduitslag geschiedt volgens de volgende norm: Geslaagd De kandidaat is geslaagd als: a. de cijfers voor eigenvaardigheid, theorie minimaal zes (6) zijn en de waardering voor het lesgeven en het stageverslag voldoende zijn, OF b. het eindcijfer voor theorie minimaal een vijf (5) is, de som van de twee eindcijfers eigenvaardigheid en theorie minimaal twaalf (12) punten bedraagt en de waardering voor het lesgeven en portfolio voldoende is. Herexamen In alle andere gevallen is de kandidaat toegelaten tot een herexamen. Stageverslag Indien een kandidaat zakt vanwege een onvoldoende voor het stageverslag kan de stageperiode worden verlengd en het verslag worden aangepast.