Hout van de opgraving LR 78- Bouwloods in De Meern (gemeente Utrecht)

Vergelijkbare documenten
Houten constructie De Bilt-KNMIterrein

Hout van het onderzoek aan de Heiligeweg in Krommenie, gemeente Zaanstad (Noord-Holland)

Hout uit een Romeins castellum te Leiden-Roomburg

Onderzoek aan hout van twee waterputten en uit een vennetje van een opgraving in Udenhout, gemeente Tilburg (provincie Noord-Brabant)

Twee middeleeuwse boomstamputten uit Cothen-De Kamp, gemeente Wijk bij Duurstede

Hout van mogelijke visweren bij Schoonebeek

Romeins bouwhout van het onderzoek aan de Middelbroekweg in Naaldwijk (provincie Zuid-Holland)

Hout van de opgraving LR76 Coehoorn in Utrecht

Hout van een boerderij en van andere structuren uit de Romeinse tijd, vindplaats Trade Parc Westland in Naaldwijk (provincie Zuid-Holland)

Houtskool uit ijzertijdcrematiegraven en mogelijke middeleeuwse meilers uit Lomm-Hoogwatergeul

Houten wagenwielen en een ton uit waterputten van de opgraving Terp Heinis (regio s-hertogenbosch).

Houtskool uit een kuil van een rivierduin bij Rotterdam-IJsselmonde 't Hart

Houtskoolanalyse van een Romeins crematiegraf, Heule-Peperstraat (Kortrijk, België)

Onderzoek van een houten voorwerp uit de opgraving Grote Markt te Lier (België)

Onderzoek aan drie karrenwielen en een archeobotanisch monster uit waterputten van de opgraving Valkenswaard-Lage Heide (provincie Noord-Brabant)

Onderzoeks- en Adviesbureau voor Biologische Archeologie en Landschapsreconstructie

Hout van een vroegmiddeleeuwse vindplaats in Oegstgeest-Nieuw Rhijngeest-Zuid

Hout en houtskool van Elst-Grote Molenstraat uit de IJzertijd, Romeinse tijd en Middeleeuwen

Houtskool van de Romeinse rookkuil, Dr. Poelsstraat, Heerlen

Ees-Zuidesch, houtskool uit mesolithische haardkuilen

Houtskool uit een neolithische haardkuil, vindplaats Flanders Expo (stad Gent, provincie Oost-Vlaanderen, België)

Beschrijving schaal van Oegstgeest. Figure 1: Bovenaanzicht van de schaal. Foto: Restaura, Haelen.

evaluatierapport zaltbommel-ruiterstraat 8 archeologische begeleiding

BIJLAGE III wb EISEN AAN DE ANALOGE VELDTEKENING

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA

Anthracologisch onderzoek aan twee meilerkuilen van de vindplaats Roeselare (BE)

Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken.

AWP-VERSLAG-WAARNEMING OCB (PURMEREND)

Romeinse weg naast het riool

Publiekssamenvatting. Archeologisch onderzoek Groene Rivier Pannerden

Onderzoek aan macroresten en hout uit de 16e eeuw in Enkhuizen-De Baan

WANDELROUTE KENNEMERSTRAATWEG POLLEPEL HAMERBIJL ZEVENHUIZERLAAN SIKKELS SPANJAARDSLAAN HOUTWAL WATERPUT PALENCIRCEL WONINGBOUW START HOOGEWEG

% &! '!#(&#! )"(*!# #+ &,-. '!#( )(/ -#'#!#(0

Houtskool uit de overgang van het Allerød naar de Jonge Dryas van vindplaats Aalsterhut (gemeente Heeze Leende)

hij qua positie onderdeel van

Protocol voor het uitvoeren van een inspectie aan houten paalfunderingen versie 2003

Experiment Bouwer: Jef Bogers. Plaats: Prehistorisch Openluchtmuseum Eindhoven. Tijd: april

Evaluatiebrief Archeologisch onderzoek Sevenum-Beatrixstraat IVO-P

Een bijzondere boerderij in Someren Een beknopte verkenning van Houtbroekdijk 15

MET KWAST EN VERGROOTGLAS

Vijfde BAP voorjaarssymposium:

Verslag 4-daagse duikevenement bij Cuijk 20 juli 2007

Het object is stabiel en zal stabiel blijven in de huidige omgevingsomstandigheden. Het object vereist geen restauratie

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag

Ieper, Grote Markt 33 / D hondtstaat

Adres: Derringmoerweg 7 Plaats: Arnemuiden Gemeente: Middelburg eventueel (centrum)coördinaat (en):

Onderzoeks- en Adviesbureau voor Biologische Archeologie en Landschapsreconstructie

ADDENDUM 10. Werkput 5

Dendrochronologische onderzoeken in Bergen op Zoom

Carport met houten dak

ARMACOMFORT MONTAGEHANDBOEK. T. +49 (0)

Afgedankte luxe. Houten voorwerpen uit beerputten van Tiel-Koornmarkt. Intern rapport ROB

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Van harte welkom bij deze uitleg van de Protocol voor de baggerindustrie voor archeologische vondsten. Dit pakket legt uit:

HOE IK EEN BALG MAAK

INFORMATIERAPPORT EN SELECTIEADVIES

Over de kerk van Marum

Project 434: Bureaustudie Actualisering archeologische verwachting nieuwbouwlocatie Stadhuiskwartier. Interne Rapportages Archeologie Deventer 55

Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68

V&L. Selectiebesluit archeologie Breda, Klokkenberg. Bijlage 5 bij besluit 2017/2000-V1

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld

Onderstaande tabellen geven de meest voorkomende afmetingen van hout in België verhandeld.

Eindexamen wiskunde B havo II

Houtaantasting onder water -stopt het ooit-

(FRUIT-)BOMEN SCHRIJVEN GESCHIEDENIS

Uitpakken 3: Een merovingische pottenbakkersoven uit Kessel-Hout

MAAK JE BAKKEN & ANDERE MATERIALEN

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

De aanzetsteentjes van de toren van de Dorpskerk van IJsselmuiden door Gerard Bastiaan

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Kampen Reevediep R.C.A. Geerts (ADC ArcheoProjecten)

Virtual Classroom Biologie: Objectief: - ter ondersteuning van (plantkunde) praktika en werkstukken

Lederen schoenen uit de 14de en 15de eeuw

(bandeliersluiting) (verschillende zalfpotjes)

memo Locatiegegevens: Inleiding

RAPPORT FUNDERINGSINSPECTIE PAALFUNDERING GEBOUW F & G.

Drempt. Rapport Ned. 52. Gld. 4.

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t

Middenbeemster, Korenmolen De Nachtegaal

Verslag 2 maal houten schaakstuk (pion) kopiëren Juli/augustus 2007.

Archeologie Betuweroute

Historisch beeldmateriaal Vanaf het jaar van de oudste weergave van de ruimte (tekening 1768) is het vertrek in hoofdopzet onveranderd gebleven.

Vertrek van een plaat van 1024 x 720 mm. Zaag een opening in de plaat volgens de werktekening. Dit

Jurgen Vansteenkiste : Atlas Atheneum Gistel. Dwarse doorsnede van een boomstam

Hygroscopische eigenschappen

Archeologie Betuweroute

Verder zijn er toetsen bij de theorie en praktijk. Je hoort van jouw leraar wanneer je die moet maken.

Dendrochronologisch onderzoek

OPGRAVING BEST-AARLE AFGEROND

Procedures voor het meten van rondhout

Vloerplaat (5): Vertrek van een plaat van 1000 x 1000 mm. Zaag 4 hoeken uit de plaat van 68 x 68 mm, volgens de tekening.

Kamerstraat te Hechtel (gem. Hechtel- Eksel) Programma van Maatregelen

Programma van Eisen AK PUTTEN T (0341) E mstruijs@putten.nl. Naam, adres, telefoon, datum paraaf. Regio Noord-Veluwe

Tuinplank geschaafd. Vierkantpaal. Vierkantpaal dik. Tuinplank geschaafd met ronde kanten. Potdeksel Zweeds rabat. Scandinavisch Rabat

BIJLAGE: Proeven met graveren en eroderen van de cortex van vuursteen.

Houtskool uit drie Romeinse crematies. Vinex-locatie Wateringse Veld, Den Haag 1997, terrein Vellekoop

Onderzoek van de drakenfiguur

Opdrachtgever. : Gemeente Breda : Toezichthouder. : J.L. de Jong Deelopdracht / perceel. : Mechelenstraat NTO-formulier nummer : -

Transcriptie:

Hout van de opgraving LR 78- Bouwloods in De Meern (gemeente Utrecht) RAPPORTNUMMER DATUM AUTEUR 659 MEI 2013 SILKE LANGE

Colofon Titel: BIAXiaal 659 Hout van de opgraving LR 78-Bouwloods in De Meern (gemeente Utrecht) Auteur: S. Lange Opdrachtgever: Afdeling Erfgoed gemeente Utrecht Gemeente: Utrecht Plaats: De Meern Toponiem: Bouwloods, Alendorperweg 121 ARCHIS-onderzoeksmeldingsnummer: 46500 Centrumcoördinaten vindplaats: 131.370/455.745 ISSN: 1568-2285 BIAX Consult, Zaandam, 2013 Correspondentieadres: BIAX Consult Hogendijk 134 1506 AL Zaandam tel: 075 61 61 010 fax: 075 61 49 980 e-mail: BIAX@BIAX.nl www.biax.nl

BIAXiaal 659 1 1. Inleiding In de Meern, gemeente Utrecht, heeft een archeologisch onderzoek plaatsgevonden op de locatie bouwloods aan de Alendorperweg 121. Het veldwerk is verricht door archeologen van het Team Erfgoed Utrecht onder leiding van Erik Graafstal. Het onderzoek heeft sporen uit de Laat-Romeinse periode t/m Vroege- Middeleeuwen aan het licht gebracht. Een rechthoekige greppelstructuur is als mogelijke cultusplaats geïnterpreteerd. In de noordelijke hoek van de structuur waren twee handgevormde potten naast elkaar ingegraven. Bovendien zijn verbrande en onverbrande dierenbotten aangetroffen die vermoedelijk met rituele praktijken in verbinding staan. In de greppelstructuur zijn twee paalkuilen gedocumenteerd, waarvan er één nog de resten van een houten paal bevatte. Onduidelijk is of de palen die hier stonden deel uitmaakten van de cultusplaats of tot een beschoeiing hebben behoord. De mogelijke cultusplaats is voorlopig gedateerd in de 3 e /4 e eeuw na Chr. Twee palenrijen vormden waarschijnlijk het toegangspad tot de cultusplaats. Ook hier is veel dierlijk en mogelijk zelfs menselijk botmateriaal aangetroffen. Bovendien zijn er enkele metaalvondsten en resten van Romeins bouwpuin opgegraven. Opmerkelijk was ook het voorkomen van een zeer diep spoelgat of wiel waarin metaalvondsten, leervondsten (waaronder een schoen), botresten van kroeskoppelikaan en stukken bouwhout uit de Romeinse en mogelijk ook nog middeleeuwse periode bewaard zijn gebleven. Tenslotte heeft een middeleeuwse waterkuil vier houtvondsten opgeleverd. Dit rapport omvat de resultaten van het onderzoek aan de houtvondsten. De vragen die ten grondslag lagen aan het houtspecialistische onderzoek, zijn afgeleid van de onderzoeksvragen uit het Programma van Eisen 1 en waren gericht op de landschappelijke genese, het houtgebruik en op houttechnologische aspecten. Het doel was om de aard, omvang en datering van de verschillende houtconcentraties op de vindplaats te achterhalen. 1 Van Enckevoort & Vos 2006.

BIAXiaal 659 2 2. Materiaal en methode In totaal zijn 31 stuks hout van zes structuren onderzocht. Een overzicht van de geanalyseerde houtvondsten met hun contextgegevens wordt in tabel 1 gegeven. Tabel 1 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), overzicht van de geanalyseerde houtvondsten. vondstnummer spoor context datering 37, 38, 39, 161, 162, 185 en 1 stakenrij 1 Laat-Romeinse tijd 40, 41, 101, 156, 157, 184 stakenrij 2 Laat-Romeinse tijd 148, 149 en 150 stakenrij 3 Laat-Romeinse tijd 70, 104, 105, 121, 136, 137 en 140 wiel Laat-Romeinse tijd 91 t/m 94 2 waterkuil Late-Middeleeuwen De houtvondsten zijn met water schoongemaakt en daarna beschreven. Daarbij zijn de afmetingen vastgelegd en zijn bewerkings- en gebruikssporen gedocumenteerd. Voor de bepaling van de houtsoort zijn coupes gemaakt van drie vlakken: haaks op de lengteas (transversaal) en twee in het verlengde van deze, zowel door de lengteas (radiaal) als evenwijdig daaraan (tangentiaal). De coupes worden onderzocht met een doorvallend-lichtmicroscoop (Zeiss Standard) met vergrotingen tot 10x40. De identificatie is verricht met behulp van determinatieliteratuur. 3 2.1 DENDROCHRONOLOGISCH DATERINGONDERZOEK Om de ouderdom van het bouwhout te kunnen bepalen, is gekeken in hoeverre de houtmonsters in aanmerking komen voor een dendrochronologisch dateringonderzoek. Voor een dendrochronologisch onderzoek zijn eik, es, iep en sommige naaldhoutsoorten geschikt. Een voorwaarde is een minimum aantal groeiringen van zestig en een relatief regelmatig gevormd groeipatroon. Dat betekent dat delen van stam- of takhout waar knoesten of zijtakken zitten, niet geschikt zijn om te bemonsteren. Hier is het groeipatroon vervormd en blijft een meting daarom achterwege. Om het kapjaar te kunnen bepalen, is de aanwezigheid van de laatstgevormde jaarring (de wankant) essentieel. Indien deze niet aanwezig is, dan zal een schatting worden gemaakt van het aantal ontbrekende groeiringen. In dit geval is sprake van een terminus post quemdatering, de vroegst mogelijke datering van het hout. 2 Vondst 94 is niet meegenomen uit het veld, 3 Schweingruber 1982.

BIAXiaal 659 3 3. Resultaten De resultaten van het houtonderzoek staan weergegeven in bijlage 1. 3.1 CONSERVERING De conservering van het hout was vooral matig. Deels was het hout door postdepositionele processen aan de buitenkant lamellenachtig uitgedroogd. Later is in deze lamellen klei afgezet. Ook bleek het hout met riet doorworteld, zoals het bij enkele staken van stakenrij 3 het geval was. Het hout was zacht qua consistentie en bewerkings- en gebruikssporen zijn daarom minder scherp en duidelijk zichtbaar bewaard gebleven. 3.1.1 Dendrochronologisch dateringonderzoek Het bouwhout omvatte geen dateerbaar hout. Dit had te maken met een tekort aan groeiringen of een voor dendrochronologie niet geschikte houtsoort. Wel geschikt zijn twee objecten, namelijk een fragment van een tondeksel (V93) en een dakpan (V136). Deze vondsten moeten echter eerst worden getekend, voordat ze mogen worden verzaagd voor het onderzoek aan jaarringen. 3.1.2 Cultusplaats (V33) Van de cultusplaats is één houten paal afkomstig. De conservering van het hout was matig tot slecht. Aan de binnenkant was de paal verrot. Deze paal is van eik (Quercus) en heeft een bewaard gebleven lengte van 72 centimeter. Voor de paal is een eiken tak met een diameter van 14,5 centimeter op het uiteinde vierzijdig toegespitst. De lengte van de aanpunting bedraagt 56 centimeter. In de doorsnede zijn circa 35 groeiringen geteld, te weinig voor een dendrochronologische datering. Figuur 1 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), eikenhouten paalpunt, vondstnummer 33 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 4 3.1.3 Stakenrij 1 (V37, V38, V39, V161, V162, V185 en V187) Van de stakenrij zijn zeven staken geborgen. In alle gevallen betreft het hout van els (Alnus). Men heeft takken gebruikt en de kleinere zijtakken met een bijl eraf gehakt. De bewaard gebleven lengte van de staken varieerde tussen 22 (V39) en 44 (V162) centimeter. Drie staken (V38, V39, V185) hadden een diameter van 8 centimeter, de overige waren kleiner, namelijk tussen 5,5 en 6,5 centimeter. De staakuiteinden waren drie- of vierzijdig toegespitst over een lengte die varieerde tussen 20 en 41 centimeter. Twee staken, namelijk vondstnummers 162 en 187, hadden een opvallend scherpe en spitse punt. Op de puntfacetten van twee staken (V39 en V185)waren fijne bramen zichtbaar. Deze zijn tijdens de houtbewerking veroorzaakt door beschadigingen op de bijlsnede. Figuur 2 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), elzenhouten staak met spitse punt, vondstnummer 162 ( BIAX Consult). 3.1.4 Stakenrij 2 (V40, V41, V101, V156, V157, V184) Net zoals voor de eerste stakenrij zijn ook voor deze elzenhouten takken, vaak met zijtakrestanten, gebruikt. De bewaard gebleven staaklengte varieerde tussen 25 en 37 centimeter, de diameter van de staken tussen 4,5 en 8 centimeter. De staken waren twee-, drie- en één keer vierzijdig aangepunt over een lengte die varieerde tussen 19 en 33 centimeter. De punten bleken deels recent afgebroken. In de meeste gevallen kon de oorspronkelijke puntlengte worden gereconstrueerd. In de tabel met houtgegevens (zie bijlage 1) is dit aangegeven met puntlengte*. Op de kapvlakken van vondstnummer 40 zijn fijne bramen van een metalen bijl gedocumenteerd (zie figuur 3).

BIAXiaal 659 5 Figuur 3 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), elzenhouten staak met bramen op kapvlakken, vondstnummer 40 ( BIAX Consult). 3.1.5 Stakenrij 3 (V148, V149 en V150) Van stakenrij 3 zijn drie staken met een bewaard gebleven lengte van maximaal 42 centimeter geborgen. Net zoals de boven beschreven stakenrijen bestond ook stakenrij 3 uit aangepunte elzenhouten takken met afgekapte zijtakken. De doorsnede van de staken bedroeg minimaal 5,5 centimeter en maximaal 7 centimeter. De staken waren voorzien van een één-, vier- en vijfzijdige aanpunting met een lengte die varieerde tussen 21 en 42 centimeter. Op de kapvlakken van vondstnummers 148, 149 en 150 waren grove bramen te herkennen. Deze zijn identiek qua patroon. Men mag ervan uitgaan dat deze staken met dezelfde bijl zijn aangepunt. Mogelijk is ook een staak (V40) van stakenrij 2 met deze bijl bewerkt. Het braampatroon bleek echter vervaagd door de matige conservering van het hout waardoor dit niet met zekerheid kan worden gesteld (zie figuur 3).

BIAXiaal 659 6 Figuur 4 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), elzenhouten staak met bramen op kapvlakken, vondstnummer 148 ( BIAX Consult). Figuur 5 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), elzenhouten staak met bramen op kapvlakken, vondstnummer 150 ( BIAX Consult). 3.1.6 Wiel of spoelgat (V70, V104, V105, V121, V136, V137 en V140) Uit het wiel kwamen vier palen (V70, V105, V140 sub 1 en sub 2) en een staak van elzenhout (V121), vier dunne eiken plankjes die als dakpannen zijn geïnterpreteerd (V104, V136, V140 sub4 en sub5), en een gefragmenteerde speelbal (V140 sub3), eveneens van els. Het hout van drie palen was aan de

BIAXiaal 659 7 buitenzijde sterk verkoold (V137, V140 sub1 en sub2, zie figuur 6). Eén van de palen stond waarschijnlijk ingegraven omdat het bekapte uiteinde niet door brand was aangetast (V140 sub1, zie figuur 7). De paal was voorzien van een schuin aangebracht kapvlak met een lengte van 16 centimeter. Op het kapvlak waren twee parallelle rijen bijlafslagen onder elkaar zichtbaar bewaard gebleven. De breedte van de bijl met een licht gebogen bijlsnede was meer dan 7 centimeter breed (zie figuur 7). Een paal met een diameter van 13 centimeter was zeszijdig toegespitst over een lengte van 50 centimeter (V105, zie figuur 8) en een kromme tak met een diameter van 5 centimeter was aan de onderkant schuin afgekapt over een lengte van 21 centimeter (V121). Onder vondstnummer 70, een paal met een bewaard gebleven lengte van 44 centimeter en een diameter van 8 centimeter, bevond zich een brok klei dat men tot een balletje had gevormd. De klei heeft de afdruk van de recht bekapte paalonderkant. Het lijkt erop als of de klei bewust onder de paal is geplaatst (zie figuur 9, figuur 10). De functie hiervan is niet achterhaald. Bijzonder is de vondst van delen van houten dakpannen, of Schindeln zoals ze in het Duits worden genoemd. Alle fragmenten zijn radiaal gespleten uit eiken stamhout. Helaas was geen van de dakpannen compleet qua lengte. Van twee dakpannen is echter een origineel uiteinde bewaard gebleven, waarbij vondstnummer 104 afgeschuinde hoeken vertoonde. Dit type dakpan is ook gevonden in Voorburg, bij de opgraving van het Forum Hadriani. 4 Ook hier waren dakpannen vaak voorzien van afgeschuinde hoeken (voor een voorbeeld uit Voorburg, zie figuur 15). Vondstnummer 104 had een bewaard gebleven lengte van 43 centimeter, was 8,3 centimeter breed en één centimeter dik. Er waren vier spijkergaten te herkennen, waarvan er één op de rand van de dakpan zat. De spijkergaten hadden een doorsnede van 3 tot 4 millimeter (zie figuur 14). Het eerste spijkergat zat op 16 centimeter vanaf het originele uiteinde, gevolgd door een tweede op 24 en een derde op 33 centimeter. Het onderste spijkergat bevond zich in het midden, de twee spijkergaten er boven op 2,5 centimeter vanaf de rand. Mogelijk is de plank afgescheurd ter hoogte van een vijfde spijkergat. Vondstnummer 136, een fragmentarisch bewaard gebleven dakpan met een maximale lengte van circa 86 centimeter, had een breedte van maximaal 16,8 centimeter en was 0,3 en 1 centimeter dik. Doordat de dakpannen radiaal, dat wil zeggen op de houtstraal zijn gekliefd, is de doorsnede min of meer driehoekig met een dikkere kant in de richting van de buitenkant van de stam, en een dunnere kant in de richting van het hart. Dit zal ook wel effect hebben gehad op de verwerking van de dakpannen. Mogelijk kan met behulp van de locatie van de spijkers op vondstnummer 104 een reconstructie worden gemaakt van de dakbedekking, waarbij de houten dakpannen elkaar een stuk overlappen. De elzenhouten speelbal is op de draaibank vervaardigd, getuige de concentrische ringen en het gat van de draaispil in het midden. De diameter van de bal bedraagt 7,5 centimeter. De bal is in het midden gebroken waarbij de resterende helft een hoogte van 2,7 centimeter heeft. 4 Lange 2010.

BIAXiaal 659 8 Tabel 2 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), afmetingen van eiken dakpannen. dakpan (vondstnummer) lengte breedte dikte 104 meer dan 43 cm 8,3 cm maximaal 1 cm 136 maximaal 86 cm 16,8 cm maximaal 1 cm 140 sub4 meer dan 11 cm 12 cm maximaal 1 cm 140 sub5 meer dan 36 cm 15 cm maximaal 1 cm Figuur 6 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), twee verkoolde palen, vondstnummers 140 sub1 en sub2 ( BIAX Consult). Figuur 7 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), bekapt uiteinde van paal, vondstnummers 140 sub1 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 9 Figuur 8 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), aangepunte paal van els, vondstnummer 105 ( BIAX Consult). Figuur 9 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), paal van els met kleipropje, vondstnummer 70 ( BIAX Consult). Figuur 10 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), detail van paal van els met kleipropje, vondstnummer 70 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 10 Figuur 11 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), fragmenten van eiken dakpannen, vondstnummers 140 sub4 en sub5 ( BIAX Consult). Figuur 12 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), eikenhouten dakpan. vondstnummer 140 sub5( BIAX Consult). Figuur 13 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), eikenhouten dakpan. vondstnummer 104 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 11 Figuur 14 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), detail van dakpan met spijkergat, vondstnummer 104 ( BIAX Consult). Figuur 15 Voorburg-Forum Hadriani, deel van eikenhouten dakpan met afgeschuinde hoeken, vondstnummer 2578 ( BIAX Consult). Figuur 16 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), speelbal van els, vondstnummer 140 sub3 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 12 3.1.7 Middeleeuwse waterkuil (V91 t/m V93) Uit de waterkuil zijn een paal (V91), een latje (V92) en een plank van een tondeksel (V93) geborgen. Met uitzondering van de tondeksel was het hout matig bewaard gebleven. Vondstnummer 91 was een eiken tak met een bewaard gebleven lengte van 135 centimeter, en een diameter van 7,5 en 10 centimeter. De bredere onderkant, daar waar de tak aan de stam heeft gezeten, was schuin afgekapt over een lengte van 7 centimeter. Drie zijtakken zijn met een bijl eraf gehakt. Het latje was eveneens van eik en had een bewaard gebleven lengte van 107 centimeter, een breedte van 5,5 centimeter en een dikte van 2 en 1,5 centimeter (zie figuur 17). Het houtoppervlak was gehavend en bovendien was het hout aangetast door houtworm. Op het recht afgehakte, originele uiteinde waren drie ijzeren kraampjes zichtbaar (zie figuur 18). Mogelijk is het latje afkomstig van een meubelstuk. Vondstnummer 93 omvatte de helft van een eikenhouten tondeksel met een diameter van 45 centimeter (dikte maximaal 2,2 centimeter). Het hout bleek uitstekend geconserveerd. Op het houtoppervlak was een kruisvormig merkteken, waarschijnlijk een telmerk, aangebracht. Gezien de strakke, halfronde bewerkingssporen heeft men het merkteken met een smalle profielguts uitgesneden. Deze gutsen zijn ook gebruikt in de houtdraaierij. Figuur 17 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), delen van eiken latje, vondstnummer 92 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 13 Figuur 18 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), detail met kraampjes op latje, vondstnummer 92 ( BIAX Consult). Figuur 19 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), eiken dekselplank van ton, vondstnummer 93 ( BIAX Consult).

BIAXiaal 659 14 Figuur 20 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht), detail van merkteken op dekselplank van ton, vondstnummer 93 ( BIAX Consult). 4. Conclusies Bij de opgraving aan de Bouwloods in De Meern zijn houten vondsten uit de Romeinse en middeleeuwse tijd aan het licht gekomen. Met uitzondering van een dekselplank uit een middeleeuwse waterkuil, bestond het vondstenspectrum uit Bouwhout: palen, staken en enkele planken. Twee houtsoorten zijn gedetermineerd, namelijk els en eik, waarbij els meer dan twee derde van het geheel uitmaakt. Zes van de 31 houtvondsten waren goed geconserveerd. De conservering van het overige hout was matig tot slecht. Post-depositionele processen hebben hun werking gehad op de stevigheid van het hout en op de zichtbaarheid van details (van bewerking en/of gebruik) op het houtoppervlak. Bramen op de kapvlakken van het bewerkte hout zijn wel aanwezig, maar deels vervaagd (of helemaal verdwenen) door post-depositionele processen. Van de cultusplaats is één houtvondst geborgen. Het betreft een eikenhouten paal met een vierzijdige aanpunting. Het houtgebruik van de drie stakenrijen komt goed met elkaar overeen. Voor alle staken zijn elzenhouten takken aangepunt. De aanpunting varieert daarbij tussen staken die aan één kant schuin zijn afgehakt en meerzijdig toegespitste staken. De drie staken die zijn geborgen van stakenrij 3 vertonen een overeenkomstig braampatroon. Het is aannemelijk dat deze staken zijn bewerkt met één en dezelfde bijl. Het lijkt erop dat een staak uit stakenrij 2 (V40) hetzelfde

BIAXiaal 659 15 braampatroon vertoont als de drie staken uit stakenrij 3, maar vanwege de matige conservering is dit niet met zekerheid te zeggen. Meer variatie qua houtsoort en verschijning vertonen de houtvondsten die uit het wiel afkomstig zijn. Vooral het voorkomen van delen van eikenhouten dakpannen laat vermoeden dat er in de directe nabijheid een nederzetting heeft gelegen. De dakpannen zijn beschadigd geraakt op de plekken waar spijkers hebben gezeten. Waarschijnlijk zijn ze ooit van het dak eraf gescheurd en als afval (dump?) in het wiel terecht gekomen. Het houtgebruik en de rechthoekige vorm met afgeronde hoeken vertoont grote overeenkomsten met dakpannen die in Voorburg op het Forum Hadriani zijn opgegraven. 5 Het betreft dun gespleten eikenhouten Dachschindeln, de Duitse term voor houten dakpannen, met een lengte die kan variëren tussen 60 en 90 centimeter, en een breedte tussen 8 en 20 centimeter. Waarschijnlijk is sprake van verschillende types die voor specifieke doeleinden zijn gebruikt. Bij de opgraving van Forum Hadriani zijn binnen één type verschillende afwerkingvormen herkend. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de locatie en functie van een dakpan binnen de constructie. De onderste dakpannen hebben vaak een andere afwerking dan de gewone dakpannen. In Forum Hadriani zijn dakpannen met een afgerond uiteinde, maar ook met een spits toelopend uiteinde gedocumenteerd. De halve tondeksel van eik uit een waterkuil was voorzien van een merkteken, een telmerk. Het telmerk is waarschijnlijk aangebracht door de handelaar. Geadviseerd wordt om de dakpannen (V136, V104 en V140 sub 5) en de dekselplank (V93) te laten tekenen. Daarna wordt geadviseerd om de vondsten te laten dateren met behulp van een dendrochronologisch onderzoek. Op grond van de zeldzaamheid en informatiewaarde is het aan te bevelen om twee dakpannen te laten conserveren én restaureren (V136 en V140 sub5). 5 Lange 2010.

BIAXiaal 659 16 Literatuur Lange, S. 2010: Houtonderzoek Forum Hadriani, gemeente Voorburg. (Rapport Bureau voor Eco-Archeologie), Heiloo. Schweingruber, F.H., 1982: Mikroskopische Holzanatomie, Birmensdorf.

BIAXiaal 659 17 Uitleg van de codering gebruikt in bijlage 1 alle afmetingen zijn in cm put werkput spoor spoor vondst vondstnummer sub volgnummer, wanneer binnen één vondstnummers meer houtvondsten zijn (door BIAX toegekend) locatie CP=cultusplaats; P1=palenrij 1, P2=palenrij 2, P3=palenrij 3, WI=wiel, WA=waterkuil soort houtsoort, wetenschappelijke naam artefact algemene omschrijving van object (constructiehout/voorwerp/bewerkt/onbewerkt); bij? is de toewijzing niet zeker stamcode stamcode = schematisch aangeven van de wijze waarop het object in de stam georiënteerd is (grondvorm), zie bijgevoegd schema. tan=tangentiaal uit boom gehaald deel_boom st= stam t = tak w = wortel schors x=ja, br=bastrestanten maar geen schors (dode deel van boom) L min/max lengte minimaal/maximaal (=compleet) B min/max breedte minimaal/maximaal (=compleet) Dikte min hoogte/dikte minimaal/maximaal (=compleet) Dia min/max diameter minimaal/maximaal (=compleet) puntvorm puntvorm, d.w.z. het aantal vlakken halverwege de punt; zoals 2 =2 bekapte vlakken enz. puntvorm+ extra opmerking over puntvorm x kleine extra kap k (kk) (kkk) één of meer kliefkanten Deze onbewerkte vlakken en kliefkanten zijn dus niet inbegrepen in het aantal vlakken aangegeven met een cijfer. Bijvoorbeeld: 4kk = punt gevormd door 4 bewerkte vlakken en twee (onbewerkte) kliefkanten. puntlengte d.w.z. de lengte van het hoogste kapvlak van de punt (PL = 0: vlak gekapte onderkant) puntlengte* gereconstrueerde puntlengte cons conservering g goed m matig s slecht Njr aantal jaarringen dendro monster voor dendrochronologisch onderzoek: ja advies T advies voor tekenen F advies voor fotograferen C advies voor conservering D advies voor dendrochronologisch dateren W weggooien B bewaren code wetenschappelijke naam nederlandse naam ALNUS-SP Alnus Els QUERC-SP Quercus Eik

BIAXiaal 659 18 stamcodes 1 hele stam 11 drie- (11b) of vierzijdig (11) gerechte balk uit kwart stam 2 halve stam 12 eenzijdig gerechte plank 3 derde stam 13 radiale plank door hart (kwartiers) 4 kwart stam 14 radiale plank maximaal tot hart 5 radius kleiner dan boog 15 tangentiale plank, hart hooguit rakend (h), breedte groter dan radius (dosse) 6 radius gelijk aan boog 16 plank hart hooguit rakend (h), breedte maximaal radius 7 radius groter dan boog 17 relatief klein deel uit stam 8 eenzijdig gerechte balk 18 segment van een uitgeholde stam 9 twee-(9bb), drie- (9b) of vierzijdig (9) gerechte balk door het hart van de stam 19 L-profiel 10 twee- (10bb), drie- (10b) tot vierzijdig (10) gerechte balk uit halve stam 0 = onbekend 99 = eigen vorm (zie tekst)

BIAXiaal 659 19

put spoor vondst sub locatie soort artefact stamcode deel_boom schors L_min L_max B_min B_max Dik_min Dik_max Dia_min Dia_max puntvorm puntvorm+ puntlengte puntlengte* cons N jr dendro advies opmerking Bijlage 1 LR 76 Bouwloods (gemeente Utrecht). Resultaten houtspecialistisch onderzoek. CP=cultusplaats; P1=palenrij 1, P2=palenrij 2, P3=palenrij 3, WI=wiel, WA=waterkuil 1 8 33. CP QUERC-SP paal 4 t+az. 72,0...... 14,5 4. 56,0. s 35. w punt met 2 brede en 2 smalle facetten, binnenkant paal verrot, knoestig; 8 spintringen 2 15 37. P1 ALNUS-SP staak 1.. 25,0..... 5,5... 20,0. m.. w. 2 20 38. P1 ALNUS-SP staak 1 t br 30,0..... 6,5 8,0 3 a 30,0. s.. w fragmentarisch door grondcompressie omgekruld uiteinde. Op puntfacet nog bramen 2 30 39. P1 ALNUS-SP staak 1 t+az br 22,0..... 6,0 8,0 4. 22,0? s.. w zichtbaar. 14 43 161. P1 ALNUS-SP staak 1 t+az br 24,0..... 5,0 5,5 3 ax 22,0. m.. w. 14 131 162. P1 ALNUS-SP staak 1 t+az x 44,0...... 5,5 4. 41,0. m.. w lange, spitse staak fijne bramen op bekapt 11 42 185. P1 ALNUS-SP paal 1 t x 31,0...... 8,0 3 a 31,0. m.. w uiteinde 11 134 187. P1 ALNUS-SP staak 1 t+az x 43,0..... 6,5. 3 a 34,0. g.. w lange, zeer spitse staak 2 48 40. P2 ALNUS-SP staak 1 t+az br 30,0..... 6,0. 2 a 9,0 18,0 g.. w rechte, vlakke afslagen strak vierzijdig 2 84 41. P2 ALNUS-SP staak 1 t+az br 25,0..... 5,5. 4. 21,0. m.. w toegespitst kromme, aangepunte 6 6 101. P2 ALNUS-SP staak 1 t+az x 30,0...... 4,5 2 a 22,0. m.. w tak 14 88 156. P2 ALNUS-SP staak 1 t+az. 30,0..... 6,0... 29,0. m.. w. 14 87 157. P2 ALNUS-SP staak 1 t br 25,0..... 4,5 8,0.. 25,0 33,0 m.. w. rechte, vlakke afslagen, 1 smalle, aan weerszijden brede facet 11 123 184. P2 ALNUS-SP paal 1 t+az x 37,0...... 8,2 3 a 23,0 33,0 m.. w en een schorsklant eenzijdig afgeschuind 9 27 148. P3 ALNUS-SP staak 1 t x 34,0...... 7,0 1 a 21,0. m.. w uiteinde 9 20 149. P3 ALNUS-SP staak 1 t. 40,0..... 5,5. 5. 40,0? m.. w. 9 17 150. P3 ALNUS-SP paal 1 st. 42,0..... 6,0. 4. 42,0? g.. w strak vierkant paaluiteinde met fijne bramen

put spoor vondst sub locatie soort artefact stamcode deel_boom schors L_min L_max B_min B_max Dik_min Dik_max Dia_min Dia_max puntvorm puntvorm+ puntlengte puntlengte* cons N jr dendro advies opmerking 7 5 91. WA QUERC-SP paal 1 t+az. 135,0..... 7,5 10,0 1 a 7,0. m 14. w rondhout met drie afgehakte zijtakken 7 5 92. WA QUERC-SP latje 1.. 107,0.. 5,5 1,2 2,0...... m 35. w gehavend oppervlak, recht uiteinde, met 3 ijzeren kraampjes, houtworm 7 5 93. WA QUERC-SP plank 7 st..... 0,5 2,2. 45,0.... g. ja c deksel/bodemplank van ton met merkteken 4 10 70. WI ALNUS-SP paal 7.. 44,0..... 7,5 8,0....... w. 6 10 104. WI QUERC-SP dakpan 7 st. 43,0.. 8,3. 1,0.. 0... g 37. c met spijkergaten 3 en 4 mm, een kant origineel met afgeschuinde hoeken. 6 10 105. WI ALNUS-SP paal 1 st br 68,0...... 13,0 6. 50,0. m.. w punt niet concentrisch, verweerde buitenkant 6 10 121. WI ALNUS-SP staak 1 t x 42,0...... 5,0 1 a 21,0. m.. w kromme, aangepunte tak 10 2 136. WI QUERC-SP dakpan 7 st. 54,0 86,0 16,0 16,8 0,3 1,0.... 0,0. m. ja t 10 2 137. WI ALNUS-SP staak 1.. 33,0..... 6,0... 8,0. m 11. w 10 2 140 1 WI ALNUS-SP paal 1.. 43,0...... 15,0 1 a 16,0. g.. w 10 2 140 2 WI ALNUS-SP paal 1.. 40,0...... 9,0.... m.. w. 10 2 140 3 WI ALNUS-SP speelbal 17.. 2,7...... 7,5.... m.. c 10 2 140 4 WI QUERC-SP dakpan? 7.. 11,0.. 12,0 0,3 1,0..... m.. w. 10 2 140 5 WI QUERC-SP dakpan? 7.. 36,0.. 15,0 0,3 1,0..... m.. w. plank is beschadigd door het afscheuren van oorspronkelijke locatie, fragmentarisch. Delen passen niet meer goed aan elkaar. verkoold, punt mee verkoold verkoold; wigvormig bekapt uiteinde gehalveerde speelbal, gedraaid