Terreinvoorbeelden aanvullend bij

Terreinvoorbeelden aanvullend bij variant GRB V3.5.0-2.0.0,, gvl7 en 0 A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e Gebroeders Van Eyckstraat 16, B-9000 Gent Tel: 09/261.52.00 - Fax: 09/261.52.99 - http://www.agiv.be

versie 3.5.0-2.0.0 auteur Stefanie De Veirman datum aanmaak maart 2010 datum afdruk maart 2010 documenthistoriek 1.0: Originele versie

Inhoudstafel 1. Inleiding... 4 1.1 Bedoeling... 4 1.2 Opbouw... 4 A Beschrijvend gedeelte... 4 B De steekkaart... 4 2. Terrestrisch gemeten gevel van een gebouw... 5 3. GVL6 Aanzet van een zijgevel / constructiegevel... 29 4. GVL7 Terrestrisch ingebrachte niet-duurzame aanzet van een zijgevel... 32 5. 0 Terrestrisch gemeten gevelstuk van een gebouw... 37

A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e V l a a n d e r e n 1. Inleiding 1.1 Bedoeling Dit document bevat een verzameling van typische voorbeelden en markante probleemsituaties waarmee de karteerders van GRB-gegevens en de medewerkers van het OC tijdens hun activiteiten werden geconfronteerd. Ieder geval werd uitgewerkt onder de vorm van een steekkaart waarbij naast de terreinsituatie ook de specifieke GRB-projectbenadering of het resultaat wordt aangegeven. Met de publicatie van deze collectie wil het Ondersteunend Centrum de ervaring van haar GRBteam op een eenvoudige manier aan anderen overbrengen. Op die manier wordt het mogelijk dat iedereen in vergelijkbare omstandigheden eenzelfde aanpak voor topografische opmetingen volgt. Het is duidelijk dat naarmate de metingen een verdere uitbreiding nemen, er steeds meer en andere voorbeelden aan de onderstaande verzameling zal worden toegevoegd. 1.2 Opbouw Dit document is georganiseerd per entiteit. De gestandaardiseerde opname van terreingegevens tot databanken begint in veel gevallen met dit document. In de regel worden enkel de relevante exemplaren gevisualiseerd op de steekkaart, tenzij er topologische verbanden bestaan met exemplaren van andere entiteiten. Hierdoor kunnen meerdere foto s op verschillende steekkaarten terugkeren, indien benaderd vanuit verschillende entiteiten. Elke steekkaart heeft een uniek nummer en komt maar één keer voor. De steekkaarten worden hierdoor geordend volgens het hoofdthema (de entiteit) waarvoor de terreinfoto werd genomen. Elke groep van steekkaarten van een welbepaalde entiteit wordt voorafgegaan door een be-schrijvende tekst. A Beschrijvend gedeelte Dit beschrijvend gedeelte is bedoeld om als verduidelijking bij de verschillende steekkaarten te worden gebruikt. Elke steekkaart wordt achtereenvolgens behandeld, georganiseerd per steekkaartnummer. De desbetreffende steekkaarten volgen direct op het beschrijvend gedeelte. Bij elk steekkaart nummer kunnen één of meerdere problemen aangestipt worden. Vooreerst wordt steevast het hoofdprobleem behandeld. Eventuele randproblemen worden in Italic nadien behandeld. B De steekkaart Dit grafisch gedeelte bevat de individuele en genummerde steekkaarten. Deze worden vol-gens volgnummer binnen de entiteit afgedrukt. Omwille van de dynamiek binnen de GRB-activiteiten komt het wel eens voor dat een steekkaart verbeterd of voorbijgestreefd wordt door een meer recente vaststelling. De originele steekkaart wordt dan teruggetrokken zodat de aangeboden lijst onvolledig lijkt. Het ontbreken van zo n nummer uit de lijst is echter normaal. Indien een steekkaart herzien wordt krijgt ze het suffix g toegekend. Iedere steekkaart bevat naast haar opschrift onderaan, in principe twee blokken: het bovenste blok bevat een terreinfoto, van de grond genomen of een luchtfoto, waarop de relevante GRB aspecten grafisch zijn aangeduid. In de marge van de foto worden ze benoemd of becommentarieerd; het onderste blok stelt de gekarteerde toestand voor zoals die er volgens het GRB-model voorkomt. Merk op dat er bij de terrestrische metingen voor GRB uitsluitend punten lijn-gerichte structuren voor traditionele digitale kaarten worden gehanteerd. Het zijn overwegend deze structuren die hier worden voorgesteld. Sommige steekkaarten werden niet voorzien van het grondplan. T e r r e i n v o o r b e e l d e n : Aanvullend bij variant GRB versie 3.5.0-2.0.0 - GVL p. 4

A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e V l a a n d e r e n 2. Terrestrisch gemeten gevel van een gebouw Steekkaart ID _001 _002 _004g _005 _006 _008 _010 _013 _014 _015 _017 _018 Beschrijving Tussen de voorgevel van de garage en het verlengde ervan is geen éénduidig waarneembare scheiding merkbaar. Bijgevolg wordt de gevel van dit gebouw verlengd met het verlengde van de voorgevel van de garage. Aangezien de afvoergoten niet ingewerkt zijn, wordt de gemene gevel op de normale wijze bepaald. Wachtgevels bij gesloten en/of halfopen bebouwing maken geen deel uit van de gevel, het gevelhoekpunt wordt dan bepaald door het vooruitgesprongen hoekpunt van het eigenlijke gevelvlak van de voorgevel. Het zichtbaar gebouwfundament bepaalt de gevelwand wanneer het funda-ment een hoogte van meer dan 50cm boven het maaiveld vertoont OF een breedte van minder dan 10cm heeft tov de gevelwand. Wanneer door een ingewerkte afvoerpijp bij aansluiting van aangrenzende gebouwen (gemene gevels) het eigenlijke gevelhoek- en scheidingspunt van de gevels niet éénduidig meetbaar is, wordt conventioneel het gevelhoekpunt van de gevel weerhouden dat rechts van de afvoerpijp gelegen is. Dit geveldetail is een dubbele verspringing en geen insprong doordat de lig-ging van de gevellijn niet onveranderd blijft. Hierdoor gelden de specificaties van verspringing. Beide verspringingen zijn groter dan 10cm en dienen dus gekarteerd. De bepaling van de gevelhoekpunten is van primordiaal belang bij het karte-ren van de gevel. In dit geval vertoont de voorgevel drie verspringingen, tel-kens van de wegbaan weg. Het bestek stelt dat slechts een gedeelte van de voorgevel dient gekarteerd wanneer voldaan aan o.a. volgende voorwaarde het gekarteerde gedeelte bevat minstens twee versprongen gedeelte van de gevel het gekarteerd gedeelte heeft het grootste aandeel in de gevellijn de verspringing met het (niet-gekarteerde) aansluitende gedeelte van de gevel bedraagt minstens 1,50m. Indien voldaan is aan alle drie voorwaarden volstaat het desbetreffende ge-deelte van de voorgevel binnen de opdracht. Omwille van cartografische redenen is de wegopdeling niet weergegeven. Elke terrestrisch gemeten voorgevel wordt gekarteerd als een. Hieronder vallen ook (desgevallend ter hoogte van de hoekpunten) gebogen gevels die niet langer als een ingebracht worden Het uitstalraam van een winkel bepaalt in de regel de gevel niet, tenzij bij de benadering van de gevelwand geen alternatieve hoek - en/of meetpunten ter beschikking zijn en deze voor de kartering van andere objecten wezenlijk zijn. Het niet opmeten van deze laatste punten zou de voorstelling van het gebouw en de aangrenzende objecten sterk vertekenen. De gevel wordt steeds aangemeten ter hoogte van het maaiveld. Uitzonderlijk bepalen uitstalramen en constructies de voorgevel wanneer de eigenlijk gevel-lijn ter hoogte van het maaiveld verborgen blijft en niet-aanmeetbaar is. Veranda s en gelijkaardige afgesloten ruimtes, aanleunend bij gebouwen, worden steeds geïntegreerd in het gebouw. T e r r e i n v o o r b e e l d e n : Aanvullend bij variant GRB versie 3.5.0-2.0.0 - GVL p. 5

A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e V l a a n d e r e n _019 _020 _022 _025 _026 _027 _028 _033 _029 _032 Uitspringende muren binnen of in het vlak van een gevelwand worden in de regel niet gekarteerd. Hier bestaan volgende uitzonderingen op indien er geen éénduidige aanmeetbaar scheidingspunt tussen de gevelwand en muur voorkomt: vrije muren in het vlak van de voorgevel kunnen desgevallend in één geheel met de gevel van het overeenkomstig gebouw gekarteerd worden. vrije muren korter dan 2m in het vlak van de zijgevel kunnen desgevallend in één geheel met de gevel van het overeenkomstig gebouw gekarteerd worden. Een gebouw met een dak tot aan de grond wordt opgenomen als een. Een vooruitspringend gedeelte (door verspringing of uitsprong naar de wegbaan toe) van de voorgevel bepaalt de (hoekpunten van deze) voorgevel indien dit vooruitspringende gedeelte meer dan 5m naar de wegbaan toe verspringt t.o.v. de aansluitende façade De gevellijn wordt opgemeten ter hoogte van de gevelbasis. Enkel de pijlers van inrichtingselementen worden opgenomen die gelegen zijn binnen de wegbaan of binnen een afstand van 5m van de rand van de wegbaan. Door de aanwezigheid van het raam is er hier geen sprake van een wachtgevel. Het uiterste hoekpunt wordt aangemeten. De verspringing wordt hier niet gedetailleerd aangezien deze minder dan 10cm bedraagt. Een portiek in de gevel wordt niet opgenomen. _033: dit is een gebouw gelegen op een hoekperceel Een terras bepaalt de gevelbasis wanneer het onderkelderd is en dus toegankelijk. De insprongen worden hier niet opgenomen aangezien hun lengte kleiner is dan 2m. De gevel wordt gekarteerd als 1 rechte lijn. T e r r e i n v o o r b e e l d e n : Aanvullend bij variant GRB versie 3.5.0-2.0.0 - GVL p. 6

_001 constructiegevel constructiegevel 8 december 2003 _001

_002 gemene gevel 8 december 2003 _002

_004g gvl 1 16 februari 2004 De Veirman Stefanie _004g

_005 gemene gevel 6 januari 2004 _005

_006 8 december 2003 _006

_008 constructiegevel gvl > 1,5m < 5m 6 januari 2004 _008

_010 woz Toelichting gvl wcz Voorgevels met een boog ter hoogte van minstens één van beide gevelhoekpunten worden gekarteerd als. De aanzet van een zijgevel wordt geconstrueerd als en sluit aan op de gevelhoekpunten; in het geval dat de gevelhoeklijn niet-éénduidig kan bepaald worden (bvb gebogen gevelwanden op hoekpunten) wordt er geen -aanzet geplaatst, maar vormt de -lijn tegelijk ook een gemeten aanzet van de werkelijke zijgevel met lengte 5m. Portieken worden niet gekarteerd. > 1m 6 januari 2004 _010

_013 gvl 1 gvl 1 6 januari 2004 _013

_014 gvl 1 8 december 2003 _014

_015 gvl 1 8 december 2003 _015

_018 gemene gevel gvl 6 gvl 1 6 januari 2004 _018

_019 < 2m 19 december 2003 _019

_020 19 december 2003 _020

_022 19 december 2003 _022

_025 constructiegevel >5m 8 december 2003 _025

_026 2 september 2004 Devenijn Laurence _026

_033 3 december 2002 _033

_034 21 april 2005 Devenijn Laurence _034

A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e V l a a n d e r e n 3. GVL6 Aanzet van een zijgevel / constructiegevel Steekkaart ID _006 _007 Beschrijving De aanzet van de gemene gevel wordt rechts van de ingewerkte afvoerpijpen opgemeten. De aanzet van een zijgevel bij een doorgang wordt loodrecht geconstrueerd op de bijhorende voorgevel of een gedeelte daarvan. Op die manier wordt de functionele voorstelling van het gebouw niet vertekent. T e r r e i n v o o r b e e l d e n : Aanvullend bij variant GRB versie 3.5.0-2.0.0 - GVL p. 29

GVL6_006 gvl 1 gemene gevel gvl 6 gvl 1 8 december 2003 GVL6 _006

GVL6_007 gba1 constructiegevel gvl 6 gvl 6 gvl 1 gba1 gvl 1 6 januari 2004 GVL6 _007

A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e V l a a n d e r e n 4. GVL7 Terrestrisch ingebrachte niet-duurzame aanzet van een zijgevel Steekkaart ID gvl7_001 gvl7_002 gvl7_004 gvl7_005 Beschrijving Het betreft hier een symmetrisch gebouw waarbij de aanzet van de gemene gevel niet duurzaam is. Dit betekent dat de plaatsbepaling niet-éénduidig kan gebeuren en bijgevolg niet-duurzaam is in de tijd. Hier wordt dus geen ingebracht maar een gvl7-lijn. Deze heeft dezelfde eigenschappen als de -aanzet (loodrecht, lengte 5m). Omwille van cartografische redenen is de wegopdeling niet weergegeven. Er is geen voeg aanwezig ter hoogte van de gemene gevel. Bijgevolg wordt er een gvl7 punt ingebracht tussen de twee afvoerbuizen. Een voeg tussen deze plinten geeft geen aanleiding tot het inbrengen van een. T e r r e i n v o o r b e e l d e n : Aanvullend bij variant GRB versie 3.5.0-2.0.0 - GVL p. 32

GVL7_001 gvl7 gvl7 8 december 2003 GVL7 gvl7_001

A g e n t s c h a p v o o r G e o g r a f i s c h e I n f o r m a t i e V l a a n d e r e n 5. 0 Terrestrisch gemeten gevelstuk van een gebouw Steekkaart ID 0_001 Beschrijving De foto op de steekkaart geeft hier een moeilijk aanmeetbaar gebouw weer. Enkel een gedeelte van de voorgevel van garage kan worden aangemeten, nl. tussen de linkerhoek van de voorgevel en de rechterkant van de garagepoort. Een aanzet van de zijgevel wordt in het linkerhoekpunt van de voorgevel ge-plaatst. Indien mogelijk beschrijft een fictieve gevel (gvl9), aansluitend op het 0-lijnstuk het verdere verloop van de voorgevel. T e r r e i n v o o r b e e l d e n : Aanvullend bij variant GRB versie 3.5.0-2.0.0 - GVL p. 37

0_001 0 gvl9 0 8 december 2003 0 0_001