"Dus met deze medicijnen los ik dat probleem niet op": Medicatie en de organisatie van medische interactie



Vergelijkbare documenten

Patiënt weigert medicijnen in te nemen. Probleemoplossend gesprek

1 Inleiding. 1.1 Inleiding

Niveaus van het Europees Referentiekader (ERK)

U in het middelpunt Die migraine hè Levenservaring verzilveren

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

Niveaubepaling Nederlandse taal

Neus correctie Aanleiding. Intake gesprek. Stap 1: Wat gaan we doen

UW OPVATTINGEN OVER UW DIABETES


Komt u mij leren mijn ziekte te aanvaarden? : over psychologische ondersteuning van patiënten met darmkanker

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.

Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen

VRAGEN EN ANTWOORDEN over de elektronische uitwisseling van medische gegevens

Professor dr. E van Leeuwen Dr. W Dekkers Dr. M Dees

Interviewfragmenten. Vraag 1: Heeft u een zeer goede, goede, redelijke of slechte gezondheid?

Communicatie op de werkvloer

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

2 Farmaceutische patiëntenzorg en therapietrouw

Voorlichtingsgesprek over chemotherapie

Gezond thema: DE HUISARTS

U ontvangt deze brief omdat uw kind bekend is met ADHD.

Onderzoek Stress. 5 Juni Over het 1V Jongerenpanel

BINNENSUIS Jehudi van Dijk

Nederrij Herentals t Weg met pijn... Want pijn is niet fijn!!! Informatieboekje voor kinderen en hun ouders

Wie heeft die rare knopen erin gelegd? vraagt hij. Ik, geeft Bibi eerlijk toe. Vorige week waaide het nogal hard. Dus toen heb ik de rubberboot en

Van mij. Een gezicht is geen muur. Jan Bransen, Universiteit Utrecht

De rol van de huisarts in de nazorg voor de oudere kankerpatiënt: gewone of bijzondere patiënten? dr. Marjan van den Akker

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

VRAGENLIJST. Zorgvrager, vervolgmeting

HELDER! SPREKEN. Een praktische voorbereiding voor beroepssprekers. Marieke Dooper

in het midden Dit ben ik - maxx! computer tomografie voor kinderen.

Individueel Transitieplan Jongere eerste fase (12-14 jaar)

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.


Introducties telefonisch interview

\ Thuiszorg. Zorg en hulp bij u thuis. BrabantZorg, met aandacht

Patiënten handleiding

Tekst: Job 16: 20 Thema: Doge jo wol? Bijzonderheden: Tweede zondag in de 40-dagentijd. Beste mensen,

3 de bach Geneeskunde. Communicatie: basic skills

VERGADEREN VOOR DUMMIES

Effectmeting onder leerlingen en leraren

Huiselijk geweld tussen zussen

Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie

UW PARTNER HEEFT KANKER EN HOE GAAT HET MET U?

Slapen op voorschrift. Persconferentie 27 maart 2015

Marjolein Luijendijk-Gombert Energetisch Counselor & Coach- Practitioner

Toegankelijkheid van gezondheidszorg voor de Roma populatie in Gent

6555 BW Wat kun je doen als je te snel boos bent.indd 12

PDS B e l a n g e n v e r e n

Er was eens een Kleine Ziel die tegen God zei: Ik weet wie ik ben, ik ben het licht net als alle andere zielen.

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

RAPPORTAGE WACHTKAMERINTERVIEWS

Op bezoek. bij Sam op de Intensive Care

Illness Perception Questionaire-R Universitair Medisch Centrum Groningen Transitiepoli adolescenten met JIA

Hoe gaat het in z n werk daar? Wat is er anders dan een gewone poli?

Vragenlijst: Wat vind jij van je

Uw RA-dagboek: volg uw RA en uw behandeling op

1. Voorbeelden voor de aanpak van een goed gesprek rond zelfzorggeneesmiddelen Feedbackformulier structuur van het gesprek.5

Kinderverhoor Je ouders gaan uit elkaar

Inleiding. onder je nagels vandaan halen. De kloof met je omgeving

COVA 2. - Voorlichtingsgesprek Colonscopie - Student.nr: Vak: COVA 2

Alternatieve behandelmethoden Mening en ervaring van mensen met reuma

BECCI: Behaviour Change Counselling Inventory

VOORBEELD / CASUS. Een socratisch gesprek volledig uitgeschreven. Moet je je aan een afspraak houden?

Luisteren en samenvatten

Waarom interculturalisatie moeilijker is dan het lijkt

18 DECEMBER 2008: Besluit project Atalanta ( project dierenpark / centrum / theater)

Analyserapport van de patiëntenvragenlijsten over de huisarts: MimpenMG

GELOOFSVRAGEN EN LEVENSVRAGEN

Kinderen zullen zich graag herkennen in de grappige kleine Bever. En wie wil er niet zo n lieve, grote Beer als vriend?

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

De MS van Tess Als elke dag onzeker is

Mysteryshopping zachte vloeren. Nieuwegein, april 2010 Jeroen Kleingeld

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Voorwoord. 15 miljoen mensen Op dat hele kleine stukje aarde Die moeten niet t keurslijf in Die laat je in hun waarde

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf.

Autisten uit de kast. Binnen het bedrijf gebruik ik vaak een neutralere term, maar u begrijpt waar het over gaat: schaamte en angst.

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord

Eerste nummer. Op kamers Eerst durfde ik de woonkamer niet naar binnen. Eetfobie. Het was moeilijk om te zien dat mijn nichtje van 5 meer at dan ik.

Hoe je je voelt. hoofdstuk 10. Het zal je wel opgevallen zijn dat je op een dag een heleboel verschillende gevoelens hebt. Je kunt bijvoorbeeld:

Een overtuigende tekst schrijven

Onderzoek Veilig of niet?

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Anamnese Formulier Pijn

OUDER IN BALANS 17 OKTOBER 2013 WELKOM!

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Thema Gezondheid. Les 3. De huisarts

Questionnaire for patients with HIV

Samen werken aan het behandelplan Werkboekje behandelplan

Ik wilde een opdracht ontwikkelen voor leerlingen die voldoet aan de uitgangspunten van competentiegericht leren.

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

ADHD: je kunt t niet zien

Niveaus Europees Referentie Kader

Ik heb een nieuw horloge, zegt papa. Kijk.

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Transcriptie:

"Dus met deze medicijnen los ik dat probleem niet op": Medicatie en de organisatie van medische interactie Paul ten Have In dit artikel vat ik een deel van mijn elders gerapporteerde bevindingen over 'de interactionele organisatie Vöi.O huisarts-spreekuurgesprekken' samen, dat relevant lijkt voor het voorschrijfgedng van artsen. Vervolgens bespreek ik enkele fragmenten uit één specifiek gesprek waarin het gebruik van medicijnen herhaaldelijk aan de orde is, zowel in de zin van een vertoonde ambivalentie van arts en patiënt ten aanzien Völn medicijngebruik, als in die van de lokale, gespreksorganisatorische functionaliteit van medische voorschriften. Er zijn allerlei omstandigheden die een rol spelen bij besluiten om medicijnen te gebruiken. Een deel hiervan is aan de orde in het medisch spreekuur. In mijn studie naar spreekuurgesprekken (Ten Have 1987) heb ik geprobeerd zowel de globale als de lokale interactie tussen huisartsen en patiënten analytisch in kaart te brengen, op basis van gedetailleerde beschouwingen van voorbeelden van zulke interacties. Hier vat ik enkele bevindingen daaruit samen voor zover ze relevant lijken voor het voorschrijfgedrag van artsen. Ik beschouw dat nadrukkelijk als interactioneel gesitueerd optreden. Het gaat mij dus niet om medisch-rationele, persoonlijke of sociaal psychologische motieven, maar vooral om de organisatorische zin ervan. De vraag!s in welke opzichten het uitschrijven van recepten vanuit de organisatie van het spreekuurgesprek voor de hand ligt. De structuur van spreekuurgesprekken Spreekuurgesprekken zijn zeer variabel, maar toch lijkt er een vrij logische algemene structuur aan ten grondslag te liggen, die zich voordoet als een typerende opeenvolging van handelingsfasen. In mijn genoemde studie vat ik die als volgt samen. 1 Opening 2 Klachtbespreking 3 Nader onderzoek 4 Diagnose 5 Advies/Behandeling 6 Afsluiting MEDISCHE ANTROPOLOGIE 2 (1), 1990 51

Interacties die herkenbaar zijn als realisering van w.u onder deze aanduidingen valt, komen meestal in ongeveer deze volgorde aan bod. In handelings-logische termen is dit ook een begrijpelijke volgorde. Eerst wordt het gesprek in scène gezet via de opening. Dan geeft de patiënt als initiatiefnemer een uiteenzetting van de redenen voor het bezoek. Dat werkt dan als een dubbel verzoek, enerzijds om uitsluitsel in de vorm van een diagnose, anderzijds om een advies of een behandeling. In veel gevallen wordt aan deze verzoeken pas voldaan na nader onderzoek. Dan volgt meestal eerst het voldoen aan het ene en dan dat aan het andere verzoek, die als logisch met elkaar verbonden worden voorgesteld. Als we de patiënt voorstellen als degene die deze verzoeken doet, dan is het ook aan de patiënt om vast te stellen of daaraan is voldaan. Dat krijgt vaak de vorm van een aanvaarding van eerst de diagnose en dan het advies of de behandeling. Blijft die uit, dan wordt daar regelmatig naar gevraagd, zoals in het volgende voorbeeld. 1 138 A 'hen nou (z) wat ik je nou wilde voorstellen is om een pijn- 139 A stiller te nemen (.) tegen de pijn 140 p (hmhm) 141 A dat je in ieder geval je(.) laten we maar zeggen alles d'r 142 A mee kan doen 143 p (hmhm) 144 A 'hh (.) en dat moet je niet langer als een week gebruiken 145 p (hmhm) 146 A en dan zullen we kijken hoe het in die tijd gaat 147 p Ga) 148 A en zodra je (.) toch niet eh tevreden bent 'hh[( 149 p ['t is e:h 150 p 'snachts is 't 't ergste hè 151 A Ja 152 p want dan ja dan wil je slapen normaal als (.) 'K in bed stap 153 p nou eh dan slaap ik al 154 A ja 155 p (wa-) meestal nog wel eh of moe of eh 'hh 156 A jaja ['hh 157 p [(pft) 158 (.) 159 A nou- 160 p -(w) daar word je gek van 161 (.) 162 A maar vind je 't een goed voorstel? om het zo te doen? 163 p ja natuurlijk [als 'k ma- (slapen kan) 164 A [eh dan e:h 165 A 'hh dan eh(.) hoop ik dat het in deze week dus afzakt als je 166 A dus minder pijn hebt hoef je ook minder tabletten te nemen 'hh 167 A je begint met vier (.) per dag 168 p ja 169 A en dan e:h zo minder en dan voor die ne11s zal ik j-nog wat nezts- 170 A druppels geven dan kan je tenminste [door die nerts weer ademen 171 p [ja 52

172 P enne (.) ben ik daar ook gelijk vanaf 173 A JOl 174 (.) De voorstellen van de arts (138-148) worden door de patiënt.niet expliciet aanvaard, waarna hij - hiertoe als het ware 'uitgelokt' door de verwijzing naar 'tevredenheid' (148)- doorgaat op de hinderdie hij van zijn klachten ondervindt. Na een eerste poging om 'er tussen te komen' in 159, vraagt de arts in 162 expliciet om de instemming van de patiënt, die deze onmiddellijk geeft. Daarna gaat het gesprek nog geruime tijd door, deels over andere zaken dan de centrale klacht, maar de arts heeft zijn zaak als het ware 'binnen'. Na de 'aanvaarding' van de behandeling treedt er vaak een zekere ontspanning op, tijdens schrijfwerk van de arts bij voorbeeld, waarbij de patiënt nog allerlei toelichtingen, commentaren of vragen in kan brengen. Maar in andere gevallen leidt de 'aanvaarding' onmiddellijk tot het initiëren door de arts van het afsluiten van het gesprek als geheel. Mijn stelling ten aanzien van het voorschrijven van medicijnen is nu, dat dit een handeling is die zich onderscheidt van alternatieven- zoals gedragsadviezen, de overweging om het nog eens aan te zien, mededelingen van de strekking dat er niets aan te doen is, enzovoort- door een grotere 'duidelijkheid' en daarmee 'aanvaardbaarheid'. Geheel afgezien van de houding van de patiënt tegenover het gebruiken van medicijnen - in het algemeen of in dit geval in het bijzonder- heeft het uitschrijven en overhandigen van het recept iets helders en definitiefs: dit is het behandelingsvoorstel en als de patiënt dat aanvaardt, is de zaak voor dit moment klaar. Dat schept dan hetzij de mogelijkheid van onmiddellijke afsluiting, hetzij de ruimte voor buiten de globale sequentie van het spreekuur vallende interacties, zoals incidentele adviesverweken, 'small talk', enwvoort. De combinatie recept - aanvaarding lijkt een bijzondere efficiëntie te hebben als afsluiting van de centrale medische transactie. Het is een goed herkenbare afronding van de 'super-sequentie' die met de klachtpresentatie, als impliciet dubbelverzoek, begonnen 1s. Uit deze analyse volgt dat het voorschrijven van medicijnen voor de arts grote gespreksorganisatorische voordelen heeft: het is zijn eindbod en meestal hebben patiënten er weinig tegen in te brengen, zodat hen slechts de aanvaarding rest. Daarop kan het gesprek snel, eventueel na nog wat uitvoerend werk of minder cruciale uitwisselingen, afgerond worden. Ambivalenties De besproken organisatorische functionaliteit van het voorschrijven van medicijnen sluit een inhoudelijke ambivalentie ten aanzien van medicijngebruik geenszins uit. Vaak nemen artsen nadrukkelijk afstand van het nut van medicijnen, benadrukken ze dat het 'allemaal gif' is of prijzen patiënten die zeggen dat ze geen medicijnen (meer) gebruiken. Ik bespreek nu een gesprek waarin enerzijds die ambivalenties getoond worden, maar anderzijds ook de genoemde functionaliteit blijkt. 53

Het gesprek verloopt globaal als volgt. Patiënte klaagt dat ze last van haar maag heeft, onder andere maagzuur. Hier wbrdt even over gepraat en dan volgt: 30 A hmmhm 'hh 31 (.6) 32 A waar kan dat nou vandaan komen denkt u? 33 p nou ik dacht eigenlijk misschien heel raar van m'n hoofdpijntablet 34 (.) 35 A hun 36 p want die neem ik op het ogenblik erg veel in want ik barst van de hoofdpijn 37 (.7) 38 A e:n hoe komt-tattan? ((snuif)) 39 p e:h (.) nou dat z.d wel weer door alle hhh uh.die dingetjes 40 p bij [elkaar komen 41 A [heheum 42 p da-t is weere:h lekker allemaal aan het rollen 43 A wat is [dat allemaaij? 44 p ['hhh [nou weer van ((naam)) ((etc.)) We zien hier dat de arts de gebruikelijke rolverdeling omdraait, door aan patiënte te vragen wat zij denkt over de achtergtonden van haar klacht. In haar eerste antwoord (33) geeft zij met veel slagen om de arm te kennen dat zij denkt aan een mogelijke bijwerking van medicijnen - in de lijn van algemeen beschikbare ideeën over aspirientjes. Na een teken van verbazing van de arts (34) sluit zij aan met het melden dat zij veel last heeft van een andere klacht, hoofdpijn, waar ze dat medicijn voor neemt. Hier blijkt dus haar ambivalentie ten aanzien van dat medicijn: ze neemt het in voor de ene klacht, maar vermoedt dat het de achtergronc\. vormt voor een andere. De arts vraagt dan waar die nieuwe klacht vandaan komt (38) en dat leidt, na nog een aanmoediging (43) tot een- niet geciteerde- uitvoerige bespreking van gezinsmoeilijkheden, met name rond de aanpak van haar zoon. Op een gegeven moment begint de arts aan een soort samenvatting van hoe hij de situatie ziet. Dat is op zichzelf al een soort voorbereiding van een afsluiting. Daarin vlecht hij ook een vermelding van een medicatie: 146 A lijkt me heel best waarschijnlijk 'hhh nou(.) dus met deze 147 A medicijnen los ik dat probleem niet op (.) maar ik vind dat u 148 A d't wel erg goed e::h ziet hoe hoe dat zit eigenlijk(.) hoe 149 A machteloos u 150 P Ja:: 151 A zich vo[elt hè 152 P [ja: dat is 't 'm juist ik heb 'm gezegd jóh breng je 153 kleren thuis dan zal ik ze wassen Hierop gaat patiënte nog enige tijd door met het vertellen over haar moeilijkheden. Hetlijkt dat ook hier de vermelding van een gevoel van de ander, 'machteloos', verdere 54

emotionele expressie, 'ja: dat is 't 'm juist ', heeft uitgelokt. Daarmee doorkruist zij de afsluiting die de arts lijkt te initiëren. In zijn 'conclusie' heeft de arts de medicatie als 'non-oplossing' voor de problemen waar het eigenlijk om gaat voorgesteld, aan een positieve duiding is hij nog niet toegekomen. Na een verdere bespreking van de huiselijke moeilijkheden en advies van de arts om zich ten aanzien van haar won op de achtergrond te houden komt patiënte met een complicatie: 212 P jaha maar ja nu weet-ie natuurlijk dat ik geweest ben (.) 213 P krijgt-ie te horen 214 A oké 21S P (huh) 216 A zè- 't is erg moeilijk een dieetje (.) viee- vier weekjes (.) 217 deze poeders veertien dagen als dat goed gaat bestelt u voor 218 veertien dagen bij(.) als 't niet goed gaat zie ik u over 219 veertien dagen terug 220 P ja en mag ik m'n hoofdpijntabletten in blijven nemen? 221 A wat dacht u zelf? 223 P nou eh af en toe dan zie ik weer di:t (.) dus dat halve [gezicht 224 A [hmm 22S A hmmhmm 226 P en dan heb ik 'm echt wel nodig 227 A ((snuif)) nou (.) niet meer dan echt nodig 228 p Ja 229 A ja? 230 P Oké 231 A Oké 232 P bedankt (-) dag dokter Als patiënte via een complicatie laat zien dan het pedagogische advies van de arts niet eenvoudig uit te voeren is, breekt deze de bespreking af met een staccato uitgesproken dieetadvies en medicatie, voorafgegaan door een 'formele' bevestiging dat 'het' - haar moeilijkheden in het algemeen en/of het opvolgen van zijn advies in het bijzonder - 'erg moeilijk' is. Opnieuw komt patiënte met een complicatie, maar deze betreft de medicijnen die ze al gebruikt voor haar hoofdpijn, eerder door haarzelf als mogelijk oorzaak voor de maagklachten genoemd. De arts laat dat gebruik aan haar eigen oordeel over, maar geeft wel als streven aan 'niet meer dan echt nodig'. Daarna wordt het consult, na een aanvaarding en eed. herbevestiging daarvan, snel afgesloten. Aldus bleek het gesprek dat via huiselijke adviezen in de relationele sfeer geen 'natuurlijk einde' leek te kunnen vinden, alsnog via concrete adviezen voor dieet en medicatie, afgesloten te kunnen worden. De door patiënte en arts getoonde ambivalenties ten aanzien van medicatie stonden deze gespreksorganisatorische functionaliteit niet in de weg. Medicatie heeft mede zijn basis in de praktische organisatie van het medisch contact. In een ruimer kader bezien kan men dit gespreksverloop ook in verband brengen ss

met de typerende organisatorische moeilijkheden die voortvloeien uit de situatie W<larin bij de bespreking van een lichamelijke klacht een psycho-sociaal interpretatiekader wordt geïnitieerd. Zulke niet w frequente, maar toch wel regelmatig voorkomende gesprekken vertonen kenmerkende organisatorische moeilijkheden, die ik elders, mede aan de hand van dit gesprek, uitvoeriger heb bespr~ken (Ten Have 1987: o.a. 142-74, 229-39). Enerzijds hebben zulke gesprekken vaak een 'pedagogisch' karakter in de zin dat gepoogd wordt de patiënt te leren denken in een ander kader dan het gebruikelijke, wat zeker bij minder in 'theapeutische' denkwijzen geschoolde patiënten niet meevalt. En anderzijds hebben gesprekken over levensmoeilijkheden op zichzelf al geen 'natuurlijk' einde. In het bovenbesproken gesprek lijkt met name ook teruggegrepen te worden op de eerder aangeduide 'gewone' spreekuurvorm vanwege de bëeindigbaarheid daarvan. Noten Paul ten Have is UHD voor k...alitatieve medische sociologie bij de Vakgroep Sociologie van de Universiteit van Amsterdam. Hij doet- binnen het VFprogramma 'Ziekre, gezondheidszorg en cultuur'- onderzoek naar cognitieve en interactionele aspecten van her contact van professionals en leken, met name artsen en patiënten. De weergavevan het gesprokeneverloopt via een vereenvoudigdeversic van de in de conversatie-analyse gebruikelijke conventies (zie Ten Have 1987). Enkele hoofdpunten: h staat vooruitademing en 'h voor inademing, cursivering geeft nadruk aan,? stijgende intonatie, - aansluitende uitingen, : klinkerverlenging, xx-het afbreken van een woord,(.) een korre pauze, (.6) een pauze van 6/10 seconde en [resp. ] begin en einde van overlappende uitingen. Literatuur Have, Paul ten 1987 Sequenties en formuleringen; aspecten van de interactionele organisatie van ht~isartsspreektmrgesprekken. Dordrecht: Foris. 56