CASUSBESCHRIJVING. 2013 Museumkompas Lectoraat Crossmedia Business www.museumkompas.nl Hogeschool Utrecht BMC Adviesmanagement

Vergelijkbare documenten
ZAALVERHUUR VAN BRUILOFT TOT BUSINESS MEETING

Stichting Vrienden van de Oude Hortus en het Universiteitsmuseum

voor audiovisueel erfgoed

Handleiding Museumwijzer

Inventarisatie educatie in Nederlandse musea

NMV Museumcongres 2011 Musea en onderzoek

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

Welkom in mijn Museum

PR-team, stand van zaken

CASUSBESCHRIJVING Museumkompas Lectoraat Crossmedia Business Hogeschool Utrecht. BMC Adviesmanagement

Ontmoet nieuwe klanten tijdens ONZE sfeervolle events! WORKSHOPAVONDEN THEMA EVENTS. Waarde voor ondernemers POWERED BY

Visiedocument. Educohof Podium voor duurzame leefomgeving. Presentatie versie

Crossmediaformat. Situatie

FULL SERVICE RECLAME- EN DESIGNBUREAU

Maandag 21 november Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR

WAT IS DE FOCUS VAN JE WENS TOT VERBETERING BEHOEFTE BEPALEN INNOVATIEVERKENNER AANLEIDING ACHTERGROND INNOVATIEVRAAG

AAMU MISSIE, VISIE EN STRATEGIE

Beleidsplan Stichting Vrienden van het Zeeuws Museum

Presentatie gemeenteraad 6 september Janelle Moerman

Beleidsplan Stichting WAUW

Docentenhandleiding Educatieprogramma

WAT HOUDT DEELNAME IN?

Handleiding Cultuur Canvas

Samenvatting onderzoek cultuurparticipatie 2010

Competentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg

Beleidsplan 2012 t/m 2016

Beleidsplan. Streekmuseum Oudheidkamer Reeuwijk

Kennis over Kinderarbeid

Concept Development Opdracht 1B Battle of Concepts Enexis. Niels Joormann CMD2a

De kunst van samen vernieuwen

Prestatievoorstel & verantwoording 2014 (bijlage bij subsidiebeschikking)

Verbreden en verzilveren 2.0 Beleidsplan Stichting Skyway

Werkconferentie woensdagmiddag 24 april Erfgoednota Leiden Startdocument voor hoofdthema Stad van (internationale) kennis en collecties

Binden, bewaren, bezielen en betalen

Instrument: de Actorenanalyse. 1. Wat is een Actorenanalyse. 2. Doel van een Actorenanalyse. Instrumenten Actorenanalyse

Beleidsplan Joop Holsbergen Stichting Inhoudsopgave:

Hoofdstuk 18 Bouwen aan organisatie met de netwerkmultiloog

DOE MEE MET HET WEEKEND VAN DE WETENSCHAP

Bedrijven safari. Daphne Meijer CMD 1c

BELEIDSPLAN voor de Vereniging PAULUS VAN DAESDONCK en de Stichting Paulus museum 29 maart 2010

Meer succes met je website

Onderzoeksopdracht Crossmedialab. Crossmediastrategie op festivals. Probleemomgeving

Een etalage Geen depot. Basisprincipes voor een museumwebshop

Programma Kinderen Maken Muziek

FAMILIES EN KINDEREN G R O E N E R U I T E R O P B L A U W P A A R D AMSTERDAM STEDELIJK MUSEUM WAT IS BEWEGING?

Inleiding. Inleiding. Een goede Missie, Visie en Strategie (MVS) bestaat uit twee gedeelten: Strategie Ontwikkeling en Strategie Implementatie.

Docentenhandleiding. Openbaar Vervoer Museum Doetinchem

Jaarverslag 2018 van Stichting Museum Vekemans INLEIDING

Extreme Library Makeover

Inhoud. Waarom jij niet zonder de acht randvoorwaarden van de pitch methode kunt. Het belang van Social Media voor je bedrijf. Wij zijn!

Social Action Research Plan

Onderzoeksdocument. Creatieve Bloeiplaats

Platform educatie NUMMER 116, 8 APRIL Vanzelfsprekend mooi

Kadernota Evenementen. Provincie Groningen van de

vaardigheden - 21st century skills

Welkom in het Horizon College

Het Mobiel Erfgoed Plein

Cultuurbeleid en Betekenis

Werken in de culturele sector. 11 maart 2013 Info-avond KU Leuven

Masterclass Service Design 12 juni , 26 juni en 6 juli daagse Meerdaagse

primair onderwijs groep 4 en 8 samen Mijn verhaal van Brabant docentenhandleiding

OPDRACHT 2 - DELIVERABLE 3 RAPPORTAGE WORKSHOP

Onderzoeksopdracht Crossmedialab. Titel Mobile meets Social: de volgende stap voor mobile marketing

Jaarplan schooljaar

Masterplan Zichtbaar professioneel. Kinderuniversiteit Haarlem

Aan Van Datum Ministerie van OCW Rebel

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen.

Titel Communities online en offline: casus Roots2Share

Docentenhandleiding. Jij als onderzoeker. Groep 4 t/m 8. mei 2017

Jaarbericht auditoren SCOB. Zeven signaleringen over 2015

Hierbij informeren wij u over de stand van zaken met betrekking tot de transitie van het Noordelijk Scheepvaartmuseum naar een historisch museum.

logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag 12 september 2006 OWB/AI-2006/12668

& het ROC Een programma over beeldvorming

Projectmatig 2 - werken voor lokale overheden

levendige voorziening in Naam Leidsche auteur Rijn Centrum Utrecht

Je creëert en produceert zelfstandig en in opdracht. Je stelt doelen, neemt de verantwoordelijkheid en streeft naar het beste resultaat

CASUSBESCHRIJVING Museumkompas Lectoraat Crossmedia Business Hogeschool Utrecht BMC Adviesmanagement

Beleidsplan Stichting Omroep Logos

Netwerkbijeenkomst Workshop promotie van het gebied

TStichting Marketing Haagse Binnenstad

De participatiebibliotheek

Checklist Zichtbaarheid

Activiteitenbeleid 2013

Ontwerp rapport Digitaal Instellingsplan Hogeschool van Amsterdam

BELVUE MUSEUM. Jongeren eerst!

9. Gezamenlijk ontwerpen

Test naam Marktgerichtheidsscan Datum Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige

Plan van aanpak Het plan van aanpak voor dit project bestaat uit drie fasen:

Welkom bij ITCH CREATIVE STUDIO

KBO Zeeland. beleidsplan

Boekwerk. Voorstel voor een project omschrijving. 1.1 Doelstelling

Culturele Hoofdstad Kansen voor SWF

Een geslaagde activiteit

Sponsorplan 2014 Museum Kennemerland

1. Management samenvatting

Theater de Omval brengt de cultuur dichterbij

CASUSBESCHRIJVING Museumkompas. Lectoraat Crossmedia Business. Hogeschool Utrecht. BMC Adviesmanagement

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Transcriptie:

CASUSBESCHRIJVING 2013 Lectoraat Crossmedia Business www.museumkompas.nl Hogeschool Utrecht BMC Adviesmanagement

Inhoudsopgave Pagina 1.Beschrijving museum Speelklok 3 1.1 Locatie 3 1.2 Wie is het museum Speelklok? 3 1.3 Wat wil het museum Speelklok? 4 1.4 Doelgroepen 5 1.5 Collectie 6 1.6 Publieksactiviteiten 6 1.7 Communicatie en marketing 7 1.8 Inkomsten 8 1.9 Samenwerkingsverbanden 8 1.10 Archetype 8 2. De opdracht 11 2.1 Opdrachtomschrijving 11 2.2 Uitvoering van de opdracht 12 2.2.1 Museum Battle 12 2.2.2 Veldtest 15 3. Impact 16 3.1 Service domein 16 3.2 Technische domein 18 3.3 Organisatie domein 19 3.4 Financiële domein 19 3.5 Conclusie 20 4. Reflectie best practices 21 Referenties, 24 [2]

1. Beschrijving Museum Speelklok Het Museum Speelklok presenteert een collectie muziekinstrumenten vanaf de 15 de eeuw, waaronder speeldozen, straat, kermis- en dansorgels,. 1.1 Locatie Het Museum Speelklok is gevestigd in Utrecht en heeft vanaf 1956 meerdere locaties bewoond. Vanaf 1984 zijn ze gehuisvest in de gerestaureerde middeleeuwse Buurkerk, waarbij middels een restauratie in 2005 de ruimtelijke kwaliteiten en gotische bouwtraditie van de kerk zo veel mogelijk zijn benut. Er is veel ruimte en zicht op de collectie zodat het museum zo goed mogelijk tot zijn recht komt. De jaarlijks 6 miljoen passanten van de Steenweg worden, door de verplaatste hoofdingang, beter verleid tot een bezoek aan het Museum. Adresgegevens Steenweg 6 3511 JP Utrecht 030 231 2789 www.museumspeelklok.nl Contactpersoon Ebelin Boswinkel, Hoofd Publiek en Communicatie eboswinkel@museumspeelklok.nl 1.2 Wie is het museum Speelklok? Naar aanleiding van een tentoonstelling Van Speeldoos tot Pierement in 1956 is het museum het Nationaal Museum van Speeldoos tot Pierement opgericht met initiatiefnemers Stichting Stadsontspanning Utrecht en Kring van Draaiorgelvrienden. In 1958 gingen de deuren voor het publiek open. Het Museum Speelklok presenteert een collectie muziekinstrumenten vanaf de 15 de eeuw, waaronder speeldozen, straat, kermis- en dansorgels, heeft een toegankelijk restauratieatelier en organiseert regelmatig publieksevenementen. Totdat in 1970 de eerste medewerkers werden aangenomen werd het museum vrijwel alleen door vrijwilligers gerund in een vleugel van het Catherijneconvent. Het Museum is in de zomer van 2010 begonnen met het doorvoeren van een naamswijziging Museum Speelklok. Daarnaast is er tegelijkertijd een nieuwe huisstijl ontwikkeld die gefaseerd in alle uitingen van het museum is doorgevoerd. Er is hierbij tevens aan de slag gegaan met de indeling en aankleding van het museum. In oktober 2010 is de tentoonstelling SingSong Schatten uit de Verboden Stad door Prinses Maxima geopend. Ze zijn momenteel bezig met een grote herinrichting die gefaseerd wordt uitgevoerd. Het eerste deel is in december 2012 geopend. Het tweede deel wordt in de zomer van 2013 geopend. Het laatste deel staat voor 2014 gepland. [3]

1.3 Wat wil het museum Speelklok? De doelstelling van het museum is het wekken van belangstelling voor automatisch spelende muziekinstrumenten. Volgens het museum is deze doelstelling vanaf het begin met succes in de praktijk gebracht. Dit baseren zij op de hoge bezoekersaantallen die het museum vanaf het begin trekt. Daarnaast is de museumcollectie aanzienlijk gegroeid waardoor ze tot twee keer toe genoodzaakt zijn om te verhuizen naar een grotere locatie. De missie van museum de Speelklok luidt: Museum Speelklok vertelt klinkende verhalen over het eeuwenoude verlangen muziek te kunnen weergeven, door de zelfspelende instrumenten in hun context op onvergetelijke wijze tot leven te laten komen Daarnaast streeft Museum Speelklok ernaar om uitgebreide collectie-informatie toegankelijk, vindbaar en bruikbaar te maken voor eigen medewerkers, andere kennisinstellingen en het brede publiek. Met het oog op de toekomst wil het museum tenslotte meer experimenteren met, en leren over het gebruik van nieuwe presentatievormen, die aansluiten bij de behoeften van de bezoeker. Daar komt bij dat bezoekers komen met verwachtingen die wellicht gebaseerd zijn op een eerder bezoek aan dit of een ander museum. Begin 2010 is de strategie voor de periode 2010-2015 bepaald. De kernpunten van de strategie zijn: Het behouden en uitbreiden van een brede, spelende collectie en de kennis hiervan Het presenteren van de collectie in context om deze op verschillende manieren voor verschillende doelgroepen toegankelijk(er) te maken Het organiseren van wisselende activiteiten om het museum aantrekkelijk(er) te houden, ook voor herhaal- en nieuwe bezoekers Het creëren van een gezonde(re) financiële basis Het verder professionaliseren van de organisatie In het jaarverslag van 2011 zijn er nog specifiekere strategische kernpunten bepaald, namelijk voor de collectie, educatie en projecten. Collectie & kennis - Een spelende, brede collectie - Kennis en ervaring op het gebied van restauratie en de collectie - Een netwerk van verzamelaars/ collecties, restauratoren en experts - Het vastleggen van kennis voor de toekomst Presentatie & educatie - Live spelende instrumenten - De collectie in context geplaatst, toegankelijk op verschillende manieren, voor verschillende doelgroepen, d.m.v. een gelaagde kennisoverdracht - Aansluitend op kerndoelen primair onderwijs - Herkenbare, consistente uitstraling [4]

Projecten (evenementen, tentoonstellingen, voorstellingen, speciale partijen etc.): - Het trekken van nieuwe bezoekers - Het stimuleren van herhaalbezoek - Bij voorkeur met een duidelijke link met de collectie - Terugkerende programma structuur met 8-jaren beleidsplan 1.4 Bezoekers Het museum richt zich op een brede doelgroep: van kinderen tot senioren, van muziekliefhebbers tot techneuten, van ingetogen luisteraars tot uitbundige meezingers. Kortom iedereen die een plezierige middag met muziek wil beleven is van harte welkom. Het museum leent zich daarom ook goed voor een bedrijfsuitje, familiedag, kinderfeestje en schoolreisje en is geschikt voor het hele gezin, kinderen, volwassenen en ouderen. Voor zowel individuele bezoekers als bezoekers in groepsverband uit basisonderwijs, middelbaar onderwijs, volwasseneneducatie en hoger onderwijs zijn er ook veel mogelijkheden voor leren en spelen. Ook samenwerkingsverbanden en marketingacties worden met diverse organisaties en partijen aangegaan en opgezet. Het museum ontvangt jaarlijks duizenden nationale en internationale bezoekers. In 2011 trok het Museum ongeveer 110.000 bezoekers. In onderstaande tabel is te zien hoeveel bezoekersaantallen er in 2009 en 2010 waren en waaruit deze bezoekersaantallen bestonden. Tabel: Bezoekersaantallen 2009 en 2010 (bron: jaarverslag 2010) Tabel: Bezoekersaantallen 2010 en 2011 (bron: jaarverslag 2011) Ook heeft museum Speelklok veel ervaring opgebouwd met het op maat presenteren van de collectie en muziek die uit heel de wereld afkomstig is. Deze ervaring heeft het museum [5]

uitgebreid met rondleidingen met speciale verhalen en muziek voor allochtonen. Bijzondere museumstukken uit herkomstlanden van de deelnemers worden gedemonstreerd en spelen muziekstukken die speciaal voor deze doelgroep aantrekkelijk zijn. Naar aanleiding van de naturalisatieceremonies voor de Gemeente Utrecht waarmee het museum in 2007 ongeveer 2500 allochtone bezoekers ontving hebben zij dit verder uitgebouwd. Het museum richt zich daarom ook op de ouders, grootouders en kinderen van 4 12 jaar uit de vier grootste groepen allochtonen in Nederland: Turken, Marokkanen, Surinamers en Antilianen. Met behulp van publieksactiviteiten probeert het museum specifiekere doelgroepen te bereiken. Educatieve projecten met bijvoorbeeld Lot Lohr uit Sesamstraat voor de kleine kinderen en optredens van bekende muzikanten voor de jongeren. Het museumpodium dat in 2010 is opgericht is speciaal bedoeld om de jongere generatie aan te trekken. Daarnaast verwacht Museum Speelklok met het museumpodium een aantrekkelijke partner te worden voor de vele regionale en nationale festivals en evenementen. Met deze samenwerking verwacht het museum een jongere en nieuwe publieksgroep te trekken in de leeftijd van 18 tot 40 jaar. Ook organisaties waarmee het museum reeds jaren samenwerkt hebben baat bij het museumpodium in Utrecht met de juiste faciliteiten, zoals het Festival Oude Muziek, Culturele Zondagen, het Gothic Festival Summer Darkness en het Nederlands Film Festival. 1.5 Collectie In de collectie bevinden zich speeldozen, klokken met speelwerken, pianola's, automatisch spelende piano's, draaiorgels (pierementen), dansorgels, en een torenuurwerk met carillon. De collectie en haar context wordt toegankelijk door middel van een rondleiding, waarbij de instrumenten live spelend worden gedemonstreerd. Het repertoire varieert van Weense wals en tango tot smartlap en top40. Naast rondleidingen kan er vrij worden rondgelopen in de museumzalen. In de MuziekFabriek kunnen kinderen met behulp van verschillende media zelf muziek componeren en programmeren. In Café Decap kunnen verschillende zelfspelende muziekinstrumenten beluisterd en bediend worden. Het museum beschikt over een repertoire van meer dan 10.000 muziekstukken op rol, orgelboek of speelplaat. Daarnaast kunnen bezoekers ook nog een kijkje nemen in het Restauratieatelier. In het atelier zijn de restauraties van vele instrumenten zichtbaar. Tot op de dag van vandaag wordt daar gewerkt aan projecten die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het museum als kenniscentrum. De collectie wordt met zorg en professionele kunde onderhouden, gerestaureerd en uitgebreid. Daarnaast wordt de vakkennis behouden voor de toekomst door het opleiden van restauratoren. De collectie is inmiddels de grootste ter wereld die de volledige periode dekt van de eerste zelfspelende muziekinstrumenten uit de late Middeleeuwen tot aan het heden. 1.6 Publieksactiviteiten Een manier om het museum en de collectie toegankelijk en aantrekkelijk te maken voor een breed publiek is door verscheidene evenementen, activiteiten en bijzondere voorstellingen te [6]

organiseren, dit in combinatie met elementen uit het museum: muziek en techniek. Het museum organiseert projecten met bekende artiesten onder de naam Museumpodium Speelklok. Onder het motto Daring Crossovers gaan de zelfspelende instrumenten van Museum Speelklok verrassende onverwachte muzikale confrontaties aan met artiesten. Zo hebben er al vele artiesten samen met de instrumenten uit het museum opgetreden op Museum Podium Speelklok. Onder andere Wouter Hamel met een voor hem geprogrammeerd speeldoosje, Ellen ten Damme met vioolspelend konijn, Lucky Fonz III met een kermisorgel en Spinvis met de Photoplayer. De combinaties tussen het repertoire van artiesten en museuminstrumenten wil het museum voor een breed en groot publiek toegankelijk maken. Ook wordt er jaarlijks deelgenomen aan de Utrechtse museumnacht, met name met het Museum Podium Speelklok. Er wordt dan op een leuke manier ingespeeld op een jongere generatie door het gebruik van nieuwe media en het organiseren van wedstrijden (Stichting Nederland Kennisland, 2011). De musea trekken samen op tot het bereiken van een nieuwe doelgroep die anders misschien niet bereikt zou worden. Verhuur van verschillende ruimten zoals het middenschip, of van muziekinstrumenten zoals draaiorgels is mogelijk tijdens en na openingstijden. Dit is verder uitgewerkt met: presentaties, congressen, huwelijken, huwelijksfeesten, themarondleidingen en particuliere feesten en partijen. Deze commerciële activiteiten geven het museum een betere financiële basis om op andere vlakken nog meer kwaliteit te kunnen bieden. 1.7 Communicatie en marketing Het museum heeft een aantal eigen middelen ontwikkeld zoals het Museum Magazine, een digitale nieuwsbrief, activiteitenagenda en een website met onder andere een restauratieblog. De website werd in 2010 door 125.614 bezoekers bezocht. Met een piek van oktober tot en met december, de maanden waarin de tentoonstelling SingSong, Schatten uit de Verboden Stad net geopend was en veel media-aandacht kreeg. Voor de promotie van het museum wordt veel free publicity gebruikt. Door de beperkte budgetten voor marketing is dit van vitaal belang. Over het museum werd in 2010 veelvuldig gesproken en geschreven in verschillende media, waaronder nationale en regionale radio en televisie, landelijke en regionale dagbladen, weekbladen, (vak)tijdschriften en maandbladen. De totale waarde van alleen al de geschreven free publicity is in 2010 uitgekomen op 1.376.019. Daarbij zijn alle televisie en radio uitzendingen (oa. NOS Journaal, RTL Boulevard, Uur van de Wolf, Blauw Bloed, BZT show) buiten beschouwing gelaten. In het verleden heeft het museum ook prcampagnes uitgevoerd om allochtone doelgroepen te trekken door muziekstukken uit hun cultuur in het museum te implementeren. Hierbij werden speciale rondleidingen, lezersacties en kortingsbronnen gebruikt om de bekendheid van het museum onder deze specifieke doelgroep te vergroten. [7]

1.8 Inkomsten Het museum genereert voor een groot aandeel zelf de inkomsten. De entreegelden, de inkomsten uit de museumwinkel, het museumcafé en de zaalverhuur vormen een belangrijke financiële basis. De Gemeente Utrecht biedt daarnaast een structurele exploitatiesubsidie die noodzakelijk is voor het museum. Ook is het museum zeer actief in het werven van fondsen voor verschillende projecten. De BankGiro Loterij is daarbij de belangrijkste begunstiger, met een structurele bijdrage ten behoeve van de collectie en presentatie van 200.000 per jaar. 1.9 Samenwerkingsverbanden Musea Utrecht is een initiatief van de Stichting Utrechts Museumkwartier. Dit is een samenwerkingsverband van elf Utrechtse musea: AAMU, museum voor hedendaagse Aboriginal kunst, Centraal Museum, dick bruna huis, Domtoren, Geldmuseum, Het Spoorwegmuseum, Het Utrechts Archief, Museum Catharijneconvent, Museum Speelklok, Sonnenborgh museum & sterrenwacht en het Universiteitsmuseum. De Utrechtse Musea hebben in 2010 de samenhang en samenwerking versterkt. De stichting heeft tot doel de gezamenlijke marketing van de Utrechtse musea vorm te geven en de samenwerking tussen de musea te bevorderen. Om dit samenwerkingsverband duidelijk neer te zetten en de stad Utrecht herkenbaarder te maken als museale trekpleister is er een gezamenlijk logo ontwikkeld. Op zaterdag 12 februari 2011 is als resultaat van de gezamenlijke marketingstrategie een nieuw logo gelanceerd. 1.10 Archetype De museumwijzer is gebruikt om te bekijken welke archetypen voor museum Speelklok van toepassing zijn, en om te bekijken welke ontwikkeling het museum de komende jaren wil maken. Aangezien Museum Speelklok in een overgangsfase zit naar een nieuwe inrichting is de museumwijzer concreet ingevuld vanuit de huidige en nieuwe situatie. In de huidige situatie is gekeken naar de manier hoe het museum op dit moment is ingericht en hoe ze zich naar het publiek presenteren. Voor de gewenste situatie is gekeken naar de manier hoe en waarom het museum zich met de herinrichting naar het publiek wil presenteren. Op dit moment speelt de collectie van Museum Speelklok in de tentoonstelling een belangrijke rol. Het museum is namelijk geordend op het soort instrument en techniek. Dit betekent dat het museum zich tijdens het museumbezoek met name met haar collectie naar het publiek wil profileren. Dit is een kenmerk van een heiligdom waarbij de collectie als belangrijkste waarde van het museum wordt beschouwd. Het heiligdom streeft naar het verzamelen en presenteren van de topcollectie van authentieke en unieke objecten. De bezoeker kan deze collectie bezichtigen en krijgt daarbij alle informatie over de authenticiteit en uniciteit van de objecten. De museummedewerkers handhaven daarbij het respect voor en veiligheid van de collectie en de museumdirectie stuurt op de kwaliteit, compleetheid en uiteraard op het behoud en beheer van de collectie. De collectiewaarde van een heiligdom komt dus redelijk overeen met hoe museum Speelklok op dit moment is ingericht en [8]

georganiseerd. Echter, Museum Speelklok is een verandering aan het ondergaan. Uit de vragen over de gewenste situatie bleek dat museum Speelklok zich meer wil positioneren als een kennishuis. Met de nieuwe inrichting willen ze namelijk, meer dan het museum op dit moment beoogt, verhalen over de bijzondere objecten vertellen met een educatieve basis, zodat het publiek meer kan leren van de collectie. In een kennishuis staat de leerervaring centraal. Het kennishuis streeft naar het overdragen van een educatief verhaal over de thema s uit het museum. De bezoeker neemt kennis van het verhaal en leert daarmee over de werking van de muziekinstrumenten uit de tentoonstelling. De museummedewerkers geven de bezoekers uitleg over de werking van de getoonde objecten en taferelen. De museumdirectie stuurt op de begrijpelijkheid van de tentoonstellingen en de uitleg daarbij. Museum Speelklok wil zich dus meer op hun educatieve waarde focussen, door klinkende (educatieve) verhalen over de collectie te vertellen. Ze zijn op het moment van deelname aan de Museum Battle op zoek naar de manier hoe ze de inrichting thematisch (en educatief verantwoord) kunnen inbedden. Museum Speelklok heeft daarnaast een aparte doelstelling opgesteld over de manier hoe ze zich naar het publiek willen richten om mensen naar het museum te trekken. Deze doelstelling is: op een toegankelijke en aantrekkelijke manier met uitgebreide collecties verschillende (nieuwe) doelgroepen aantrekken en binden. Het publiek wordt hierbij aangesproken vanuit de waarden muzikaal, vrolijk, kleurrijk en vermakelijk om voor een aangenaam museumbezoek te zorgen. Deze doelstelling en waarden zijn kenmerken van een experience centre. Het experience centre streeft namelijk naar het samenstellen en presenteren van aantrekkelijke tentoonstellingen als een avontuurlijke en meeslepende ervaring voor een breed publiek. De bezoeker wordt actief betrokken als figurant bij het verhaal van de tentoonstelling. De museummedewerkers betrekken de bezoekers actief bij de tentoonstelling zodat zij de thema s van het museum aan den lijve ondervinden. De museumdirectie stuurt op de aantrekkingskracht van de tentoonstellingen en op het behalen van voldoende bezoekers en inkomsten. Dus naast de educatieve waarde (kennishuis) wil museum Speelklok zich met hun belevingswaarde (experience centre) bij het publiek positioneren. Samenvattend, Museum Speelklok presenteert zich bij het publiek als een toegankelijk en aantrekkelijk museum (experience centre). Tegelijkertijd willen ze hun collectie en tentoonstellingen meer inbedden in een educatief verhaal (kennishuis) om de waarde van de collectie voor de bezoekers te vergroten. Dit betekent dat ze zich van een interne naar een externe gerichtheid zullen verplaatsen. Zie figuur hieronder. [9]

Figuur 1: Archetypen model [10]

2. De opdracht In dit hoofdstuk zal de opdracht die het museum Speelklok heeft gegeven aan de studenten van de Hogeschool Utrecht beschreven worden. De studenten hebben deze opdracht tijdens de Museum Battle uitgewerkt. Een aantal van de concepten worden in de tweede paragraaf van dit hoofdstuk beschreven. 2.1 Opdrachtbeschrijving De collectie van museum Speelklok is op dit moment alleen te horen tijdens de rondleidingen. Hierin wil Museum Speelklok verandering brengen. Het museum ziet dat ze - op het gebied van presentatie - niet goed genoeg aansluiten bij de veranderde informatiebehoefte en er valt momenteel tussen de rondleidingen door niet veel te beleven in de museumzalen. Maar wellicht nog belangrijker, er blijven nu te veel verhalen over de bijzondere objecten verborgen. Het museum wil de bezoeker ook buiten de rondleiding de mogelijkheid bieden om speelwerken te laten horen. In plaats van een ordening op soort instrument en techniek zal de nieuwe presentatie thematisch worden ingericht. Aan de hand van verrassende en onverwachte thema s zoals Kermis, Money, money, money, Kunst en Kitsch, Zoals het klokje thuis tikt en Dierenmanieren worden klinkende verhalen verteld. Om deze verhalen te vertellen geeft de nieuwe presentatie antwoord op een aantal vragen rondom de inhoudelijke gebieden: cultuurhistorie, muziek, techniek en kunsthistorie. Het authentieke en vrolijke karakter van het museum wordt hierbij zeker in stand gehouden. Verder heeft het museum een mascotte laten ontwerpen. De mascotte heet Toon en is een orgelaapje dat met een speeldoos speelt. Het is de bedoeling dat Toon een drieledige rol gaat vervullen: - Als rode draad door het museum voor kinderen van 8 t/m 12 jaar: Toon neemt ze bij wijze van spreke aan de hand en wijst ze op de voor deze doelgroep interessante zaken - Als marketingtool voor het in de markt zetten van de herinrichting: Toon wordt daarmee de mascotte het smoel van Museum Speelklok - Als leidend voorwerp van merchandising: Toon is zelf als collectoritem te koop in de museumwinkel. Met de afbeelding van Toon kan ook een hele lijn producten voor in de winkel worden ontwikkeld Dit heeft geleidt tot de volgende vraagstelling: Op welke manieren kan Museum Speelklok mascotte Toon in en buiten het museum inzetten met betrekking tot de bovengenoemde rollen? [11]

2.2 Uitvoering van de opdracht De concepten van de studenten zijn tijdens de MuseumBattle in presentaties vertoond. Hieronder bevinden zich de presentaties die aan Museum Speelklok zijn laten zien. 2.1.1 Museumbattle DC1 Toon en Noot Toon en Noot nemen kinderen mee door het museum. Waarbij de kinderen zelf een muziekfilmpje op kunnen nemen voor de camera en tekeningen kunnen maken van draaiorgels. DC 2 Kids school battle Deze groep heeft een marketingcampagne bedacht met Toon als hoofdrolspeler waarbij kinderen kunnen deelnemen aan een (school)battle. Daarbij is het de bedoeling om tijdens het museumbezoek vragen te beantwoorden. De antwoorden kunnen ze in een muziekkaart knippen. Bij de juiste antwoorden wordt het goede muziekje afgespeeld. Zie afbeeldingen voor een sfeerimpressie: [12]

[13]

Groep 3: Gilles Grijpgraag In dit concept neemt Toon je mee door de tentoonstelling. Daarbij is als uitgangspunt storytelling genomen. In het verhaal zijn muziekinstrumenten gestolen door Gilles Grijpgraag. Door middel van opdrachten kunnen kinderen de instrumenten terug winnen. Groep 4: Activiteiten In dit concept zijn er verschillende activiteiten bedacht die binnen en buiten het museum gedaan kunnen worden. Daarbij is bijvoorbeeld een bakfiets bedacht met attributen van het museum en worden ouderwetse draaiorgels op een nieuwe manier gepresenteerd met behulp van een flatscreen, fietscontest en geluidsinstallaties. [14]

2.1.2 Veldtest Als museum Speelklok wel verder zou zijn gegaan met een veldtest hadden ze de nieuwe inrichting van het museum willen onderzoeken. Deze vraag - die van operationele aard is - volgt vanuit de behoefte om beter aan te sluiten op de verwachtingen en wensen van het publiek. Ze willen het publiek meer kunnen vermaken en op andere manieren het verhaal met een educatieve ondergrond overbrengen. In plaats van de collectiewaarde, die middels het centraal stellen van techniek en instrumenten werd benadrukt, willen ze een educatieve tentoonstelling ontwikkelen waarbij het publiek wordt meegenomen in het verhaal achter de collectie en ze een compleet beeld kunnen vormen van de tentoonstelling. Door meer verhalen te vertellen -waar de collectie van het museum uiteraard van belang is- zal de belevingswaarde een grotere rol gaan spelen. De wijze waarop ze het museum willen inrichten moet daarom zorgen voor het verrassen en enthousiasmeren van het publiek, waarbij ze tegelijkertijd een educatieve boodschap van de collectie willen overbrengen. Echter, hoe ze dat precies willen doen hebben ze nog niet duidelijk. Er is daarom behoefte aan meer kennis en inzicht in de manier waarop ze een dergelijke tentoonstelling, waarbij het publiek ook buiten het spel van de instrumenten kan genieten van de klanken en verhalen van de instrumenten, educatief kunnen verantwoorden. Deze vraag zou op twee niveaus onderzocht kunnen worden. Allereerst kan dat op een strategisch niveau. Vanuit dit perspectief zou onderzocht kunnen worden waarom een educatieve inrichting van het museum meerwaarde zou geven voor het museum en voor het publiek. Een dergelijke onderzoeksvraag zou onderzocht kunnen worden met een kwalitatieve studie naar de beweegredenen en motivaties waarom het museum zich op deze manier wil presenteren naar het publiek en anderzijds of dit overeenkomt met de motivaties en behoeften van het publiek. Dit zou dan een vraag zijn die op de wezensvraag van het museum reflecteert en zal kijken naar de archetypen die zijn geformuleerd vanuit de museumwijzer en in hoeverre dit aansluit op de motivaties en behoeften van het publiek. Wanneer de vraag op operationeel niveau onderzocht zou worden, zou er gekeken kunnen worden op welke manier de educatieve aspecten in de inrichting geïmplementeerd kunnen worden en welk effect dit heeft voor de waardering daarvan bij het publiek. Er zou dan een voormeting uitgevoerd kunnen worden om te onderzoeken in hoeverre de huidige inrichting van het museum ontvangen en gewaardeerd wordt door het publiek, met de specifieke vraag op welke manier het publiek het museum leerzaam vindt en waar ze behoefte aan hebben. Met de input daarvan kan een concept worden bedacht voor de nieuwe inrichting. Vervolgens zou het museum kunnen afwegen welke aspecten als leerzaam worden gevonden, in hoeverre er meer of minder behoefte is aan educatie en op welke manier het museum de tentoonstelling educatief wil verantwoorden. Dit zou kunnen worden uitgewerkt in een concrete herinrichting die getest kan worden met een nameting in hoeverre het publiek de herinrichting leerzaam, vermakelijk en verrassend vindt. Zodoende kan het museum uit de resultaten evalueren of het publiek de herinrichting waardeert en of ze tevreden zijn met de mate waarin het educatieve aspect naar voren komt. [15]

3 Impact In dit hoofdstuk zal in worden gegaan op de impact die de herinrichting van het museum kan gaan hebben in de toekomst. Aangezien er alleen concepten zijn opgeleverd en geen concrete producten of diensten is hiervoor gekozen. De impact zal geanalyseerd worden middels het uitvoeren van een Quick Scan van het Business Model van STOF. Dit business model gaat in op vier domeinen: service, technisch, organisatorisch en financieel. Vaak wordt de term business model verward met de term verdienmodel. Een verdienmodel gaat in op de vraag hoe een organisatie meerwaarde creëert. Een businessmodel beschrijft alle facetten die invloed hebben op het creëren van deze meerwaarde. De term business model heeft dus een veel ruimere betekenis. Een business model is een blauwdruk voor hoe een netwerk van organisaties wil samenwerken om waardecreatie en behoud van de nieuwe innovatieve dienst (of product) te realiseren. Het heeft uiteindelijk als doel om de levensvatbaarheid van de dienst te analyseren. Bij museum Speelklok is de belangrijkste vraag in hoeverre het concept van de herinrichting past binnen de gehele strategie van het museum. 3.1 Service domein Klant en eindgebruikers: Wie is de eindgebruiker? Bezoekers van museum Speelkok gaan de dienst gebruiken, namelijk in de vorm van het afleggen van een bezoek aan het (heringerichte) museum. Doelgroep: Wat is de grootte van de doelgroep? Museum Speelklok is voor een breed publiek interessant en aantrekkelijk door de gevarieerde collectie, de vrolijke rondleidingen met live presentaties, de grote verscheidenheid aan activiteiten en het in 2011 geopende Museum Podium Speelklok. In 2011 ontving het museum 110.000 bezoekers. De grootte van de doelgroep is echter nog omvangrijker. Het betreffen toeristen, schoolgaande kinderen, muziekliefhebbers, families, etc. Hoe groot is de potentiële markt? De potentiële markt zullen voornamelijk educatieve instellingen, cultuurliefhebbers en toeristen zijn. Dit zijn dus al bestaande doelgroepen van het museum. Echter, omdat ze zich meer willen profileren met een educatieve basis zullen de educatieve instellingen en mensen die naar het museum komen met een insteek om er iets van op te steken de grootste potentiële groep zijn voor deze dienst. Waarde propositie: Wat gaat de service doen voor de klant of de eindgebruiker? De tentoonstelling zal een culturele ervaring bieden met interactiviteit waarbij bezoekers actief aan het museum kunnen deelnemen. Waarom zouden mensen de dienst willen gebruiken? Bezoekers kunnen op een leuke en ontspannende manier bezig zijn met kunst en cultuur door actief met de speurtocht mee te doen om oplossingen te zoeken en instrumenten uit te proberen. [16]

Wat zijn de unieke en onderscheidende voordelen van de dienst? Het museum zal een speurtocht in de tentoonstelling uitzetten waarbij bezoekers zelf actief bezig gaan met materialen en vraagstukken die in de speurtocht naar voren komen. De speurtocht zal daarbij van educatieve waarde zijn. Uniek en onderscheidend is dat de instrumenten uit het museum niet alleen (passief) te beluisteren zijn, maar ook actief worden meegenomen in de speurtocht door bijvoorbeeld materialen van de instrumenten te zoeken en antwoorden te geven op vragen over de instrumenten. Wat is de essentie van de dienst? De tentoonstelling zal heringericht worden waarbij de belangrijkste verandering is dat bezoekers actief met de collectie te werk kunnen gaan middels een speurtocht door de tentoonstelling. De speurtocht zal daarbij een educatieve basis krijgen. Dienstverlening: Wat wordt er daadwerkelijk aan de gebruiker aangeboden? De bezoekers krijgen een tentoonstelling aangeboden waarbij ze zelf met het materiaal bezig gaan op een leuke manier. Wat zijn de onderscheidende elementen van de dienst? Onderscheidende waarden van de tentoonstelling zijn: leerzaam, vermakelijk, levendig Gebruikerscontext: In welke specifieke situaties zullen mensen de dienst willen gebruiken? Mensen zullen deze dienst willen gaan gebruiken om een leuke en gezellige middag te beleven. Hierbij wordt de dienst dus gebruikt als vrijetijdsactiviteit bijvoorbeeld in vakanties of weekenden door families. Daarnaast zal het ook specifiek gebruikt kunnen worden in educatieve programma s voor jonge kinderen, dus in schoolverband. Hoe past de dienst in het dagelijkse of professionele leven van de gebruikers? De dienst zal voornamelijk passen in de vrijetijdsbesteding van de bezoekers en middels schooluitjes. In welke sociale context (cultureel of politiek) past de dienst? De dienst past goed in de sociale context van het maatschappelijke belang van cultuur in de samenleving. Specifieker past het goed in het culturele beleidsplan van het Ministerie van OCW. Daarin is vast gesteld dat musea een belangrijke educatieve functie vervullen. Dat doen ze vooral voor kinderen en jongeren, die door een museumbezoek hun kennis van de Nederlandse cultuur en geschiedenis vergroten. De rijksgesubsidieerde musea ontvangen per jaar ca. 5,5 miljoen bezoeken, waaronder 420.000 kinderen in schoolverband. Inspanningen voor de klant/gebruiker: Welke inspanningen moeten de klanten leveren om gebruik te maken van de dienst? Het museum moet investeren in de nieuwe herinrichting, hierbij moeten ze ten eerste financiële middelen hebben om dit te kunnen veroorloven. Daarnaast moeten ze met creatieve ideeën komen voor de inhoud van de speurtocht. Tenslotte moeten de daadwerkelijke (technische) materialen gemaakt worden. [17]