JAARVERSLAG 2015/ MEI 2015 T/M 30 APRIL 2016 COÖPERATIE CSV COVAS U.A. Jaarverslag 2015/2016 1

Vergelijkbare documenten
Programma. Meer rendement door opbrengstverhoging. GBM-update

Coöperatie CSV COVAS u.a. Jaarverslag 2010 / mei 2010 t/m 30 april Duurzaam waarde toevoegen voor de leden. Jaarverslag 2010/2011 1

JAARVERSLAG 2011/ MEI 2011 T/M 30 APRIL 2012 COÖPERATIE CSV COVAS U.A.

REGLEMENT SUIKERSYSTEEM. Coöperatie Koninklijke Cosun U.A. gevestigd te Breda

REGLEMENT SUIKERSYSTEEM. Coöperatie Koninklijke Cosun U.A. gevestigd te Breda

Evolutie van de Belgische voorraden

JAARVERSLAG 2012/ MEI 2012 T/M 30 APRIL 2013 COÖPERATIE CSV COVAS U.A

MAISTEELT 2019: DE SUCCESFACTOREN!

Resultaten na 3 jaar. Suikermarktordening. Acties Cosun: Prijsdaling Volumedaling Geografische herverdeling. Forse reorganisatie suikersector in EU

Teelthandleiding. 8.1 kwaliteit

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Evolutie van de Belgische voorraden

SUIKERBIETEN. Wereld productie suiker? Wereldproductie van suiker. Productie: ton 20% uit Riet 80% uit Suikerbieten

CSV COVAS. Huishoudelijk Reglement

Coöperatie CSV COVAS u.a. Jaarverslag 2009 / mei 2009 t/m 30 april SAMEN ÉÉN jaar. Jaarverslag 2009/2010 1

Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011

REGLEMENT SUIKERSYSTEEM. van Coöperatie Koninklijke Cosun U.A. gevestigd te Breda

KWS Suikerbieten Rassenoverzicht 2016 SEEDING THE FUTURE SINCE 1856

Teelthandleiding. 1.3.schietergevoeligheid

Onderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag. Ir. L. van den Brink

De duurzaamheid van perspulp

Handleiding 2014 voor Unitip online Unitip extern module

CSV COVAS. Huishoudelijk Reglement

landbouw en natuurlijke omgeving plantenteelt open teelten CSPE KB

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Telers met hogere suikeropbrengsten hebben geen hogere kosten!

Teelthandleiding. 7.2 opbrengstprognose

landbouw en natuurlijke omgeving plantenteelt open teelten CSPE BB

Handboek snijmaïs. 1 Inleiding 1.1 Herkomst en introductie maïs Arealen Rasontwikkelingen Gebruiksvormen van maïs...

Groeicurve Bintje en Fontane 2014

Workshop Voorjaarsproblemen

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17

Betrouwbaarheidstypologie. Akkerbouw

KWS Suikerbieten Rassenoverzicht 2017 SEEDING THE FUTURE SINCE 1856

Veel gestelde vragen ledenleveringsbewijzen (LLB s)

REGLEMENT SUIKERSYSTEEM. van Coöperatie Koninklijke Cosun U.A. gevestigd te Breda

Meer en beter gras van Eigen land met onze nieuwe graslandverzorgingsmachine

Peilgestuurde drainage

Teelthandleiding. 4.8 kalkbemesting

De invloed van een goede ph op maïsopbrengsten, na bekalking met Ankerpoort kalk

ALGEMENE LEVERINGSVOORWAARDEN BEHOREND BIJ HET TELERSCONTRACT

Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw. Rapportage ervaringen no-till

Voorjaarstoepassing van drijfmest op kleigrond voor aardappelen

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

De suikerfabriek is eigenlijk een waterfabriek

Groeicurve Amora en Anosta (2015)

Ervaringen met voederbieten

BODEMBREED INTERREG Resultaten veldonderzoek 2009 nateelt groenbemesters

Maïsopbrengsten. Case study Verdien 395 per hectare met het bekalken van uw maïspercelen

Sectorrapport Bos- en haagplantsoen

Programma voor vandaag:

Onderzoek biologische onkruidbestrijding in. suikerbieten R02

Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers

Boerenexperiment No 4 aanvulling

Biedt de nieuwe GLB kansen voor voedergewassen? L.Tjoonk Kennisontwikkelaar ruwvoerteelt

8.1 Kwaliteit. versie: mei Suikergehalteverrekening /ton CONTACTPERSOON: TOON HUIJBREGTS. IRS Betatip 3. Verrekening in /ton biet

Teelthandleiding. 3.1 vroeg of laat zaaien

5.2.4 Rhizoctonia De ziekte. In deze paragraaf wordt verwezen naar foto s. Deze kunt u vinden op de website als bijlage bij

Nieuwsbrief 13. Vergelijking van NKG en ploegen op zand voor aardappelen na grasland.

Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij

Hoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 16

Aanleiding project. 2. Opzet project 3. Resultaten eerste. 4. Vervolg. Bodemkwaliteit op zandgrond. Inhoud presentatie

VAN OERS AGRO SECTORRAPPORT SEIZOEN 2017/2018

SPNA SPNA. Laboratorium. Directzaai. Directzaai Minimale grondbewerking in het Oldambt Ervaringen SPNA

Rassenadvies Wintertarwe Zuid-Nederland

versie: maart Diagnostiek CONTACTPERSONEN: ELMA RAAIJMAKERS EN BRAM HANSE

Vooruitgang bietenrassen gaat gestaag door

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)

Toepassing van Agro-Vital en Agriton bemestingsproducten in de teelt van zaaiuien.

Het begint met ons.

Groeicurve Première en Sinora (2016)

Actualiteiten Emeltenbestrijding Elma Raaijmakers

pca Bewaarproblemen oogst 2014

KENNISBUNDEL. Biologische aardappelen. Mei 2013 KOSTPRIJZEN AARDAPPELEN.

Handleiding 2014 voor Unitip online

Verbetering ketenresultaat door beter uitgangsmateriaal bruine bonen. Ing. R.D. Timmer

effectiviteit en verlaging

SEEDING THE FUTURE SINCE 1856 LEONELLA KWS

Melderslo maisadvies Loonbedrijf Heldens

Workshop Najaarsproblemen bieten en cichorei

Rijenbehandeling in aardappel met Amistar

Rassenproef biologische quinoa 2018

Eiwitgewassen. Voordelen luzerne. Nadelen luzerne 1/14/2016. Luzerne Rode klaver Lupine Veldbonen Soja. Eiwitrijke gewassen

Rassenproef biologische triticale : Droogte staat goede opbrengst niet in de weg

Maatschap Tieben, Hoofdkanaal OZ 134 te Emmer- Compascuum

Eindelijk een nieuw. SUIKERBIETENTELERS hebben voor komend. In elk segment een ras met aanvullende rhizomanie-resistentie

- 1 - Informatie over het bedrijf van Jaap Dogterom dochters van 15 en 18 jaar.

Kijk kritisch naar de kosten van speciaal pillenzaad en zaaien

Teeltsystemen voor concurrerende teelt van wintertarwe EH 0412 Door: Henk Floot (SPNA) en Ruud Timmer (PPO)

Actualiteiten. Suikerbieten voor bio-energie?! Suikerbieten voor bio-energie. Voorwaarden. Waarom? Toon Huijbregts

Droogtemonitor (update)

Grasgids voor. Belgisch Witblauw. Méér vlees uit gras. Groot in Gras. Waar koopt u? Voor verkoopadressen kijk op of bel

LG-BROCHURE voor voederbieten

RASSEN DICHT BI. OP de rassenlijst van 2018 staan acht nieuwe. Vooruitgang in aanvullende resistentie

KENNISBUNDEL. Biologische aardappelen. Mei 2013 ZIEKTEN EN PLAGEN / INSECTEN. TEELTTECHNISCHE ASPECTEN LOOFDODEN

Omzet GMO. Verkiezingen Lid zijn: rechten en plichten Communicatie. Onderhandelingen prijzen Contractteksten

Ruwvoeravond. Passen alternatieve gewassen bij u?

Mycorrhiza. Test met Micosat

Gewasbeschermingsplan 2011

Transcriptie:

JAARVERSLAG 2015/2016 1 MEI 2015 T/M 30 APRIL 2016 COÖPERATIE CSV COVAS U.A Jaarverslag 2015/2016 1

Profiel Aan de basis van CSV COVAS ligt de coöperatieve gedachte van de suikerbietentelers in Zuidoost- Nederland. Met de teelt van suikerbieten als lidmaatschapsvoorwaarde, wordt door ruim 1.600 leden (akkerbouwers) jaarlijks 11.200 hectare suikerbieten geteeld. De coöperatie verzorgt voor haar leden alle activiteiten die bijdragen aan een goede en succesvolle teelt. Van de inkoop van bietenzaad tot aan de levering van suikerbieten aan de verwerkende industrie van Suiker Unie, een onderdeel van coöperatie COSUN. CSV COVAS heeft op meerdere niveaus een bestuurlijke en operationele relatie met de groep bedrijven die vallen onder de coöperatie COSUN, die in de rest van Nederland op een vergelijkbare wijze haar taken uitvoert. Het werkgebied van CSV COVAS bestaat uit vijf kringen. Deze worden vertegenwoordigd door de 31 leden in de ledenraad van de coöperatie. Naast de bietenteelt verzorgt de coöperatie ook de dienstverlening voor andere gewassen. Daarvoor maakt zij afspraken met Sensus, Aviko en Duynie. Het betreft afspraken over teeltbegeleiding, transport van agrarische producten, het afsluiten van aardappel- of cichoreicontracten of de verkoop en afzet van agrarische reststromen. CSV COVAS is een coöperatie met een eigen identiteit en activiteiten in het eigen werkgebied Een coöperatie van suikerbietentelers.. Jaarverslag 2015/2016 2

Inhoud Voorwoord... 4 Directieverslag... 6 Teelt in beeld... 11 De suikerbietenteelt... 11 Zaaien en opkomst... 11 Onkruidbestrijding... 11 Ziekten en plagen... 12 Groeiomstandigheden... 12 Campagne... 14 Campagnelogistiek... 16 De cichoreiteelt... 17 Aardappeltelersvereniging Zuid-Nederland (AZN)... 19 Brouwgerst in Limburg... 20 Jaaractiviteiten... 23 Betacal... 23 Suikerbieten- & cichoreidag... 27 Projecten in de regio... 27 Bestuurlijke organisatie... 29 Jaarrekening CSV COVAS... 34 Geconsolideerde winst- & verliesrekening... 36 Toelichting jaarrekening... 37 Betaalde bietengelden... 38 Financiële aspecten... 39 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant... 42 Verklaring Raad van Toezicht... 43 Jaarverslag 2015/2016 3

Voorwoord Een boekjaar met veel veranderingen Het afgelopen boekjaar mochten er minder bieten worden uitgezaaid, omdat er het jaar daarvoor door overvloedige oogsten grote voorraden waren ontstaan. Minder bieten betekende minder omzet voor de leden en voor CSV COVAS minder dekking van kosten. We hadden er dan ook rekening mee gehouden, dat ons resultaat negatief zou worden. Door enkele kleine meevallers en door onze kosten goed in de hand te houden, hebben we toch een klein positief resultaat kunnen realiseren. Als gevolg van de lage suikerprijzen is de bietenprijs wel lager dan we de laatste jaren gewend waren. Echter veel beter dan in de ons omringende landen. We mogen dan ook best trots zijn dat we lid zijn van COSUN, waar ons bietengeld vandaan komt. Het afgelopen boekjaar stond ook in het teken van het quotumloze tijdperk dat start in 2017. Het nieuwe systeem, waarbij aandelenbelang en leveringsrecht zijn gekoppeld in het nieuwe LedenLeveringsbewijs (LLB), is het afgelopen jaar in de steigers gezet. In 2017 worden deze LLB's met 20% uitgebreid. Zoals u weet kost één LLB 5,50. De uitbreiding zal de coöperatie betalen uit het eigen vermogen. Op die manier wordt een stukje vermogen op naam van de leden gezet. Naast deze uitbreiding is op de dag dat ik dit voorwoord schrijf bepaald, dat het toewijzingspercentage is vastgesteld op 112%. In totaliteit betekent dit een uitbreiding van 32% (van het areaal) voor volgend jaar. De marges van de organisatie staan echter onder druk en de kosten blijven, o.a. door CAO-verhogingen, stijgen. Het laatste halfjaar is door het bestuur daarom uitgebreid gesproken over de toekomst van de coöperatie. Bij de afwegingen hierover hebben drie elementen een rol gespeeld: De service naar onze leden moet gelijk blijven; De leden moeten dezelfde bietenprijs ontvangen als de COSUN-leden; De organisatie gaat niet interen op het eigen vermogen. Er waren twee oplossingen mogelijk: 1. De organisatie gaat zwaar reorganiseren; 2. Een fusie met COSUN. Jaarverslag 2015/2016 4

Na veel overleg, extra ledenvergaderingen en ledenraden, is gekozen om een fusie met COSUN te gaan onderzoeken. Dit onderzoek, gekoppeld aan andere zaken, zal ongeveer één jaar in beslag nemen. De mogelijke fusiedatum zou 1 mei 2017 kunnen zijn. Conclusie Komend jaar moet er nog veel gebeuren. De doelstelling is de bietentelers in het CSV COVAS-gebied volop perspectief te bieden en de bietenteelt in Zuidoost-Nederland te behouden. A.C.J.M. van Vught Algemeen voorzitter Gemiddelde quotumprijs 70,00 66,57 64,48 18,00% 60,00 55,01 17,50% 50,00 40,00 30,00 39,06 41,81 42,05 46,72 42,24 17,00% 16,50% 20,00 16,00% 10,00 15,50% 0,00 2008/20092009/20102010/20112011/20122012/20132013/20142014/20152015/2016 15,00% Prijs per ton quotum % gem. suiker Jaarverslag 2015/2016 5

Directieverslag Ter voorbereiding op het schrijven van dit verslag, heb ik eerst het verslag van vorig jaar gelezen. Destijds heb ik namelijk, vanuit mijn verwachtingen, enkele zaken opgeschreven. De vraag is: hoe kijk ik daar nu, één jaar later, op terug? Dan blijkt dat de toekomst zich niet laat voorspellen. De werkelijkheid is altijd weerbarstiger, waardoor er andere uitkomsten zijn dan ik destijds had verwacht. Vorig jaar schreef ik: We gaan samen werken aan de uitbreiding van de aardappel- en cichoreiteelt. Hier pakte de werkelijkheid al anders uit. Er is wel uitbreiding in deze twee teelten gerealiseerd, maar in de aardappelteelt is vooral de wijze van samenwerking veranderd. AZN (Aardappeltelers Zuid-Nederland) heeft namelijk een andere markpositie gekregen. Tot voorjaar 2016 was het nog als zelfstandig bedrijf actief in de aardappelmarkt. Door het bestuur van de coöperatie is echter de keuze gemaakt om vanaf mei 2016 voor een 100% samenwerking met Aviko Potato te kiezen. Het besluit is genomen omdat de mogelijkheden voor de vrije handel door AZN sterk zijn verminderd, waardoor het zelfstandig voortbestaan onder druk kwam te staan. Een tweede punt van vorig jaar betrof de onzekerheid over de groei van het areaal suikerbieten vanaf 2017; wat kunnen onze leden in de toekomst gaan telen? Dit is inmiddels een zekerheid geworden. Vanaf 2017 kunnen leden van de coöperatie 20% in areaal groeien ten opzichte van het teeltjaar 2016. Uit een enquête onder de leden van de coöperatie is duidelijk geworden dat leden ook bereid zijn om deze extra groei te gaan telen. Dit is zowel voor de leden als voor de coöperatie een positief signaal voor de toekomst. Aan telers vertel ik altijd dat een financieel gezonde bietenteelt de combinatie is van drie punten: 1) de teler, die werkt aan een maximale opbrengst per hectare, 2) de zaadveredeling, die stappen maakt in het verbeteren van rassen en 3) de suikerindustrie, die efficiënt werkt en de suiker voor de hoogste prijs verkoopt. Ik durf te stellen dat de Nederlandse situatie goed in elkaar steekt. Het is niet zo dat er geen verbeteringen meer mogelijk zijn of dat er niet nóg duurzamer gewerkt kan worden. Daarvoor zijn er zeker nog kansen. Het steekt goed in elkaar omdat de contacten tussen de partijen goed zijn en dat aan elkaar kan worden uitgelegd wat de toekomstwensen zijn. Met andere woorden: er wordt goed samengewerkt. Daar past de uitdaging waarop is ingezet prima bij. Dit is 18% suiker bij 90 ton bieten per hectare, wat een hectare-opbrengst levert van gemiddeld 16,2 ton suiker per hectare. Voordat ik over de toekomstige zaken ga schrijven, zaken waarmee we in het boekjaar 2015/2016 volop in de weer zijn geweest, eerst een kort relaas over het verloop van de teelt en campagne in dit boekjaar. Jaarverslag 2015/2016 6

Het areaal suikerbieten in 2015/2016 was, zoals ik had verwacht, ongeveer 20% lager dan het jaar daarvoor. Er was immers 20% quotumsuiker vanuit 2014/2015 doorgeschoven naar dit boekjaar. Dit doorschuiven was voor veel leden een nieuw fenomeen, waar ze weinig ervaring mee hadden. Dat bleek met name uit de zaadbestellingen. Telers vroegen de medewerkers van de coöperatie om advies hoeveel er uitgezaaid moest worden, en óf er wel uitgezaaid moest worden. Nu ik hier achteraf op terugkijk, heeft ieder lid zijn suikerquotum gewoon vol geleverd, wat betekent dat het teeltjaar 2015/2016 toch weer een goed jaar was. Ondanks een daling van het areaal met 20%, is er door de goede opbrengsten per hectare landelijk meer suiker geproduceerd dan de opgestelde prognose. Het teeltjaar is, op basis van hectareopbrengsten, zelfs in de top vijf terechtgekomen. Hectare-opbrengsten tonnage 100,000 90,000 80,000 70,000 60,000 50,000 40,000 30,000 20,000 10,000 0,000 89,5 80,6 75,6 77,0 78,0 78,8 70,2 17,44% 16,95% 16,91% 16,65% 16,67% 16,61% 16,04% 13,185 11,704 13,635 13,021 12,956 14,363 13,130 90,0 18,00% 16,200 18,50% 18,00% 17,50% 17,00% 16,50% 16,00% 15,50% 15,00% boekjaren ton suiker per hectare tonnen per hectare % gem. suiker Logistiek Het vervoer van de suikerbieten naar de fabriek is een belangrijke schakel in het totale proces. Dit wordt door de medewerkers van de coöperatie aangestuurd. In de campagne rijden er dagelijks tussen de 80 en 90 vrachtwagens die meerdere ritten per dag uitvoeren met bieten, cichorei en/of perspulp. Wat dit jaar speelde was dat vervoerders niet meer de productiviteit met hun vrachtwagens konden realiseren, zoals ze dat in de jaren daarvoor wél voor elkaar kregen. Het vervallen van de flexibiliteit doordat er geen ZZP ers meer Jaarverslag 2015/2016 7

ingezet konden worden en het strikter naleven van de wetgeving rij- & rusttijden waren hiervan de oorzaak. Dit leidde ertoe dat in de eerste weken van de campagne, met name in de maand oktober, er onvoldoende bieten per dag geleverd konden worden. Hierop hebben we actie moeten ondernemen. Er zijn nieuwe vervoerders benaderd om in de lopende campagne met een aantal vrachtwagens mee te gaan rijden. Het was een hele klus om dit te realiseren, maar het is uiteindelijk gelukt. Tegelijkertijd werd er in overleg met Suiker Unie ook in enkele weekenden extra aanvoer georganiseerd, om de fabriek van voldoende bieten te voorzien. Hierop terugkijkend heb ik, samen met alle collega s, uit deze campagne de nodige leermomenten gehaald. Daaruit zullen we voor de toekomst de voordelen moeten halen. We zullen op onderdelen de logistiek tijdens de campagne anders moeten gaan aanpakken. LedenLeveringsBewijzen Wat ik ervaar is dat de concretere invulling van de LedenLeveringsbewijzen, de leden de gewenste duidelijkheid heeft gebracht. De voorwaarden waaronder ze suikerbieten kunnen blijven telen zijn bekend. Deze LLB s vormen de basis voor de toekomst van de bietenteelt in Nederland. Het geeft de suikerindustrie bovendien zekerheid dat er voldoende bieten beschikbaar zijn, om de gevraagde suiker te kunnen produceren. Waar we samen trots op mogen zijn, is dat de oplossing met LLB s in Nederland relatief snel en in alle openheid met alle partijen tot stand is gekomen. In andere Europese landen is het proces veel moeizamer verlopen, en is pas in het late voorjaar van 2016 duidelijk geworden hoe de situatie er na 2017 uit gaat zien. Hieruit blijkt de kracht van ons Nederlandse coöperatieve model. In dit verslag zijn bij de financiële aspecten meer details over de werking van de LLB s beschreven. Toekomst Ik stel vast dat de Nederlandse suikerindustrie een financieel gezonde toekomst ziet voor de bietenteelt in Nederland. Daarin past zelfs een forse areaaluitbreiding in het werkgebied van CSV COVAS in Zuidoost-Nederland van ongeveer 11.000 naar 13.000 hectare. Een goede basis voor de toekomst. Laat de toekomst nu het onderwerp zijn dat de laatste maanden van het boekjaar prominent op de agenda heeft gestaan. Wat is het juiste toekomstscenario en verdienmodel van onze coöperatie, of anders gezegd: wat is het beste voor de leden? Om deze vraag te kunnen beantwoorden, heb ik de afgelopen maanden veel tijd besteed aan het in beeld brengen van mogelijke toekomstscenario s voor de coöperatie. Zowel de cijfermatige (financiële begrotingen) als organisatorische aspecten zijn daarin meegenomen. Een organisatie moet immers de nodige body hebben om haar werk uit te voeren en service aan de leden te kunnen blijven geven. En dat met een gezonde financiële exploitatie. Jaarverslag 2015/2016 8

Rond de afsluiting van dit boekjaar heeft het bestuur besloten de voorstellen die hieruit kwamen aan de ledenraad voor te leggen. Dat gebeurde in mei en juni 2016 (reeds het nieuwe boekjaar). Het voorstel dat werd gekozen, Het onderzoeken van een fusie met COSUN', geeft een compleet andere invulling aan de toekomst van de coöperatie, dan ik aan het eind van het boekjaar 2015 had voorzien. Maar, zoals ik vorig jaar al schreef, het moet onze leden goed gaan. Het voornemen om een fusie te onderzoeken met COSUN, is mijns inziens, wel de meest duurzame, veilige en bestendige oplossing voor de toekomstige bietenteelt in Zuidoost-Nederland. Tot slot wil ik nog graag mijn kijk op de financiële resultaten van het boekjaar met u delen. De opgestelde begroting liet een negatief exploitatieresultaat zien. Toch is het boekjaar uiteindelijk met een klein positief resultaat afgesloten. De hogere opbrengsten zijn gerealiseerd met de goede service en dienstverlening die de coöperatie voor haar leden heeft ingevuld. De besparingen zijn gerealiseerd door vertrekkend personeel niet te vervangen en doordat in dit boekjaar de resultaten van de vorig jaar ingezette besparingen zichtbaar worden. We blijven echter kritisch op alle kosten die de coöperatie maakt. Wat de nabije toekomst voor de leden van CSV COVAS gaat bieden, moet in de loop van het boekjaar 2016/2017 helder worden. Voor de personeelsleden betekent het een grote verandering, en daar ben ik als directeur onderdeel van. Maar desondanks voel ik het ook als taak om er voor hen te zijn en eraan bij te dragen dat alles zo goed mogelijk geregeld wordt. Ing. G.B.J. Gosselink Directeur Kengetallen 2015/2016 2014/2015 Aandelen coöperatie COSUN 28.061 28.061 Tonnage per aandeel geleverd 25,3 36,3 Suikerreferentie in tonnen 120.816 117.286 Geleverde suiker in tonnen 118.169 (98%) 163.280 (139%) Geleverde suiker per hectare in kg 13.125 14.363 Aantal medewerkers per 30 april Aantal FTE (einde boekjaar) 14 13,3 15 14,3 Jaarverslag 2015/2016 9

Pieter Hermans, kringbestuurder De Peel Als je niet leert, leef je ook niet, is het motto van ledenraadslid Pieter Hermans uit het Limburgse Ysselsteyn. Pieter heeft naast zijn akkerbouwbedrijf nog een vaste dienstbetrekking (parttime) bij John Deere in Horst. Als je met Pieter praat dan is het duidelijk dat zijn wereld groter is dan Ysselsteyn en Horst, hij is namelijk begaan met het imago van voedselproductie en de landbouw. Hij is ermee doende om hier een positieve invulling aan te geven. Ik wil ook weleens wat anders doen, daarin heb ik interesse. Maar dan zonder meteen de nek te breken, geeft Pieter aan. Hiermee bedoelt hij onder andere de teelt van quinoa de afgelopen twee jaren. Tijdens een culinair uitje in Eindhoven kwam hij in aanraking met nieuwe producten, wat hem de ogen deed openen. In combinatie met de bestuurlijke betrokkenheid bij de coöperatie Carnola, begon hij met deze teelt. Het was pionieren, ik moest alles zelf ontdekken en bijvoorbeeld uitzoeken, hoe je het moet zaaien, wat de beste ph is, welke bemesting is nodig en hoe je de teelt verzorgt. Dit vind ik leuk en uitdagend vertelt hij. Op de 25 hectare zandgrond aan de Meerselsepeel in Ysselsteyn wordt in een rotatie van 1 op 6 suikerbieten geteeld. Daarnaast bestaat het bouwplan uit aardappelen, schorseneren, gerst, lelies en spinazie. Met deze ruime bietrotatie behaalt het bedrijf de laatste jaren 15 tot 16 ton suiker per hectare: Ik beheers dan de aaltjes en ik span me in om de juiste tussengewassen te telen. Maar ook zijn deelname aan Veldleeuwerik en Unitip dragen bij aan deze hoge opbrengst. Ik zie het als een studieclub plus, dit geeft mij een kennisverrijking. Unitip is een krachtige database waar ik dankbaar gebruik van maak. Ik kijk geregeld terug naar voorgaande jaren en bekijk wat collega s doen! Sinds vier jaar is Pieter bestuurlijk actief bij de coöperatie. In 2012 is hij als ledenraadslid begonnen en sinds 2015 is hij ondervoorzitter van kring De Peel. Dit betekent dat Pieter ook namens CSV COVAS is afgevaardigd in de ledenraad van COSUN. Het traditionele coöperatiemodel van CSV COVAS en COSUN is een beter model dan een coöperatie met een directiemodel. De afstand naar de leden is namelijk kleiner, dat geeft een beter gevoel. Je kunt invloed uitoefenen en sturen, aldus Pieter over zijn bestuurlijke ervaringen. Hij ervaart de vele contacten met leden uit andere regio s van Nederland, die hij tijdens een ledenraadsvergadering ontmoet, als waardevol. Het delen van kennis en het horen van wat er leeft, maakt mij als bestuurder beter. Het blijft een afweging van individueel belang versus een collectief belang geeft Pieter aan. Tot slot maakt Pieter de vergelijking tussen zijn bestuurlijke activiteiten en zijn vaste dienstbetrekking. In de ledenraad van de coöperatie mag ik iets zeggen en daar wordt dan iets mee gedaan. Als een werknemer heb je een opdracht van je werkgever uit te voeren. Jaarverslag 2015/2016 10

Teelt in beeld De suikerbietenteelt De daling van het aantal leden zet ook dit jaar door. Dit boekjaar teelden 1.612 leden 9.003 hectare suikerbieten, wat neerkomt op een gemiddeld areaal van 5,6 hectare per lid. Een daling van 1,3 hectare ten opzichte van boekjaar 2014/2015. Deze daling werd veroorzaakt door de verplicht doorgeschoven bieten uit het jaar 2014. Hierdoor werd in ons werkgebied ca. 20% minder areaal uitgezaaid. Van de uitgezaaide rassen was 81% (iets lager dan 2014) afkomstig uit het dubbelresistente segment (rhizomanie en rhizoctonia). Het aandeel nematodenresistente rassen steeg licht naar 6%. Zaaien en opkomst Op 10 maart 2015, ruim 14 dagen later dan in 2014, startte de uitzaai in Midden-Limburg en Oost-Brabant. Van 10 tot 24 maart werd 15% van het areaal gezaaid. Vervolgens viel er in enkele dagen veel regen, lokaal tot 55 mm. Hierdoor kwam het zaaien stil te liggen tot week 16. Daarna kwam het zaaien weer op gang, met als resultaat dat op 24 april 97% van het areaal was gezaaid. Dit leidde ertoe dat de gemiddelde zaaidatum voor het werkgebied van CSV COVAS uitkwam op 11 april 2015. Landelijk was dit 3 april en daarmee ruim later dan het voorgaande jaar. Ter vergelijking: in 2014 was de gemiddelde zaaidatum 26 maart. Na de zaai bleef het droog en schraal voorjaarsweer zonder neerslag van betekenis. Op sommige plekken zorgde het scherp drogende weer voor korstvorming, waardoor er in ons gebied 129 hectare werd overgezaaid. Vanwege slakkenschade werd op 6 mei nog een perceel van vijf hectare in Zuid-Limburg opnieuw ingezaaid. In twee weekenden van mei waaide het hard (windkracht 5-6) waardoor er op enkele percelen stuifschade ontstond. Vervolgens bleven de maanden mei en juni droog en was het in juni tevens warm. Onkruidbestrijding Ondanks de droge weersomstandigheden pakten de uitgevoerde onkruidbestrijdingen redelijk tot goed uit. Het was over het gehele spuitseizoen vaak moeilijk om goede spuitmomenten te vinden. De wind waaide vaak zowel overdag als in de nacht flink. Hierdoor kwam het voor dat bespuitingen moesten worden uitgesteld, wat soms resulteerde in hogere doseringen in de vervolgbespuitingen, of in een extra bespuiting. Jaarverslag 2015/2016 11

Ziekten en plagen Het teeltjaar 2015 kende een verhoogde druk van bladluizen, met name de zwarte bonenluis. Problemen waren er op percelen met standaardzaad en waar geen Vydate was toegepast. Percelen (85%) met speciaal zaad, behandeld met insecticide, kenden nauwelijks problemen. De eerste schimmelaantasting betrof een perceel met stemphylium, een bladschimmel die steeds vaker in ons werkgebied wordt aangetroffen. Dit betekende dat op 20 juli 2015 de waarschuwingsdienst een sms-bericht verstuurde met het advies de bietenpercelen in Zuidoost-Nederland te controleren op de bladschimmels cercospora, stemphylium, ramularia, meeldauw en roest. Cercospora blijft echter de meest voorkomende bladschimmel. Door de droge weersomstandigheden, met een hittegolf in juli, kwam de ontwikkeling van de bladschimmels later op gang dan in 2014. In de maanden juli en augustus was de ontwikkeling van bladschimmels goed te beheersen, maar in september kwamen er her en der toch nog redelijk door bladschimmels aangetaste percelen voor. Groeiomstandigheden Vanaf half maart was het te koud en te droog voor de tijd van het jaar en de temperatuur bleef laag in de maanden april, mei en begin juni. Er viel in deze periode geen neerslag van betekenis. In 2015 viel de groeipuntdatum op 22 juni, ruim twee weken later dan 2014 en één week later dan het meerjarig gemiddelde. Campagne Gemiddelde zaaidatum Groeipunts- Datum Suikeropbrengst (kg/ha) 2011/2012 29 maart 5 juni 13.623 2012/2013 28 maart 18 juni 13.021 2013/2014 10 april 23 juni 12.964 2014/2015 25 maart 7 juni 14.363 2015/2016 11 april 22 juni 13.125 DOEL < 1 APRIL < 10 JUNI 16.000 Jaarverslag 2015/2016 12

De tweede helft van juni kende een weersomslag naar warm tot zeer warm zomerweer, met als hoogtepunt een hittegolf van 30 juni t/m 7 juli. De temperaturen liepen plaatselijk op tot 38 C. Er moest volop worden beregend in alle gewassen en dus ook in de suikerbieten. Het vochttekort gedurende het jaar was op 28 juli opgelopen tot 166 mm. Pas in de week van 10 augustus kwam er neerslag van betekenis. In het gehele werkgebied vielen er buien, mooi verdeeld over enkele dagen, die in totaal 60 mm brachten. Een verlichting voor de gewassen. Bij de start van de campagne viel, als gevolg van de hergroei van de bieten, het suikergehalte met 14,5% tot 15,5%, tegen. In de daaropvolgende weken, liep dit echter op tot normale waarden door de prachtige weersomstandigheden in oktober. In de laatste week van oktober lag het suikergehalte tussen de 15,8% tot 16,7%. Het gemiddelde campagneresultaat kwam uit op 78,8 ton netto per hectare met een suikergehalte van 16,67%. Dit geeft een gemiddelde polsuikeropbrengst van 13.125 kilo per hectare. Een mooi resultaat. Weliswaar lager dan de topopbrengst van 2014, maar toch een opbrengst in de top vijf. De opbrengst kan temeer als goed worden gezien, vanwege het feit dat 83% van het areaal in het CSV COVAS-werkgebied niet kan profiteren van de genetische vooruitgang, zoals bij de rhizomanie-resistente rassen. Dit betekent dat de teler teelttechnisch alles uit de kast moet halen om deze opbrengst vast te houden of, liever nog, te verbeteren. Voorbereiding van een proefveld Jaarverslag 2015/2016 13

Campagne De verwerking van de bieten startte op 22 september 2015, veertien dagen later dan in het topjaar 2014. Door het doorschuiven van bieten uit 2014 was het areaal ca. 20% kleiner en had de fabriek dus minder tijd nodig om alle bieten te verwerken. Het rooien verliep vanaf het begin voorspoedig en de bieten lagen dus netjes op tijd klaar voor verlading naar de suikerfabrieken in Dinteloord, Jülich (D) en Appeldorn (D). Als gevolg van de snelle verwerking door fabriek Dinteloord, met capaciteiten tot 26.800 ton per dag gedurende de gehele campagne, konden er meer bieten dan oorspronkelijk gepland worden verwerkt. De gemiddelde dagverwerking kwam uit op 24.500 ton. Er konden tijdens deze campagne echter minder suikerbieten dan vorig jaar in Duitsland worden verwerkt. Om de afvoer toch optimaal te laten verlopen, werd besloten vanuit het werkgebied bieten uit één bietenhoop naar twee fabrieken af te voeren. Dat maakte de campagne extra uitdagend. Op 16 november 2015 moest er nog 3.050 hectare (34%) worden gerooid. Mede door het goede weer vanaf die datum en een goed geoutilleerd en deskundig loonwerker-korps, zijn deze laatste hectares suikerbieten tijdig gerooid. Uiteindelijk duurde de campagne tot en met 28 december 2015, wat in vergelijking met de laatste jaren als een zeer kort kan worden beschouwd. De geleverde bieten waren over het algemeen goed van kwaliteit. Slechts enkele percelen waren door de schimmel rhizoctonia aangetast. Deze bieten werden dan ook met voorrang afgevoerd. Het fraaie najaarsweer met hoge temperaturen betekende een stijgend suikergehalte en een doorgroei van de suikerbieten tot zelfs in november, wat gunstig was voor de suikerproductie. Het verloop van het suikergehalte tijdens de campagne wordt in de onderstaande grafiek weergegeven. 18,50 18,00 17,50 17,00 Verloop suikergehalte 2013/2014 (vanaf 19-9-2013) 2014/2015 (vanaf 9-9-2014) 2015/2016 (vanaf 21-09-2015) 16,50 16,00 15,50 15,00 14,50 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 Campagneweken Jaarverslag 2015/2016 14

Rob Eggen, kringbestuurder Zuid-Limburg Het bedrijf van Rob Eggen ligt in Windraak, een gehucht gevormd door een lintbebouwing langs de N276 in de gemeente Sittard-Geleen. Het akkerbouwbedrijf van Rob ligt aan de rand van het plateau van Doenrade en bestaat uit ruim 65 hectare lössgrond. Mijn lössgrond heeft niet echt snel last van droogte, en beregenen loont niet altijd voor mijn gronden. Ze zijn, in tegenstelling tot andere regio s, wel slempgevoelig, dus dat betekent voor mij dat ik de bieten op een juist moment moet zaaien. Dat betekent dat er de dagen na het zaaien geen regen mag vallen, aldus Rob over zijn grond. Doordat op het bedrijf al jaren niet-kerend wordt gewerkt, geeft Rob aan dat er minder wateroverlast is. De aanwending van drijfmest en/of Betacal wordt in het najaar gedaan, want anders tekenen de rijsporen van de zware machines zich af in de gewassen door een slechtere groei. In het voorjaar wordt alleen de grond losgetrokken en wordt er met eigen machines gezaaid en/of gepoot. Want behalve het rooien van de suikerbieten en de aardappelen worden alle werkzaamheden in eigen beheer gedaan. In 1996 heeft Rob het bedrijf van zijn ouders overgenomen. Men was toen al gestopt met de rundveetak. Daarvoor in de plaats kwam de thuiswinkel, die door de vrouw van Rob wordt gerund. In deze boerderijwinkel worden de eigen aardappelen verkocht met daarnaast nog een breed assortiment aan groenten en fruit. De aanloop is de hele dag door, en dat zijn veel passanten die hier dagelijks voorbijkomen. Jaarlijks worden er ongeveer 15 hectare suikerbieten in een ruime rotatie van 1 op 4, en soms 1 op 5 verbouwd. Andere gewassen zijn aardappelen, wintertarwe en brouwgerst voor coöperatie Triligran. De uitbreiding met 20% suikerbieten, zoals dit met de nieuwe LLB s mogelijk gaat worden, past op het bedrijf van Eggen. Dan ga ik 18 hectare bieten telen, dit past dan nog prima, geeft Rob met een positieve lach aan. Voor ons gebied is de muisverlading heilig en alle telers in Zuid-Limburg willen nog jaren bieten blijven telen, maar niet met extra transportkosten worden geconfronteerd. Nu (deze tekst is 10 juni 2016 geschreven) we als ledenraad het bestuur de opdracht hebben gegeven om een fusie met COSUN te onderzoeken, moet dit goed geborgd worden, benadrukt Rob. Naast de ledenraad van CSV COVAS is Rob nog meer bestuurlijk actief. Hij zit in het bestuur van coöperatie Swentibold, het LLTB-kringbestuur Sittard e.o. en in het bestuur van de studieclub. Rob zegt hierover: Ik verzorg mijn bedrijf samen met mijn vrouw, en ik heb nog geen opvolger. Soms helpt een collega in drukke tijden. Daarnaast doe ik nog bij vier collega-boeren al het spuitwerk, en in de winter sta ik voor de gemeente klaar voor gladheidsbestrijding. Het is dan soms lastig om alles goed te plannen, waardoor ik weleens een vergadering moet laten schieten. Mijn bedrijf gaat dan voor. Tot slot geeft Rob aan dat hij vertrouwen heeft in de toekomst van de coöperatie CSV COVAS. Jaarverslag 2015/2016 15

Campagnelogistiek Dat een kortere campagne vaak hectischer verloopt, hebben we in het verleden vaker ervaren. Deze ervaring werd dit jaar wederom bewaarheid. Bij de opstart van de campagne moesten we meteen bijsturen om voldoende suikerbieten aan de fabrieken te krijgen. Dit legde een behoorlijke druk op de planning en werkorganisatie. Als gevolg daarvan werd in de aanloop naar het weekend van 25 oktober 2015 de weekplanning van de bietenafvoer veranderd. Eén bietenmuis werd vanuit Zuid-Limburg naar de Peel gehaald. Op die manier konden, door de kortere afstand, meer bieten per dag worden vervoerd. Leden van de coöperatie hebben hier, gelukkig, weinig hinder van ondervonden. Vervoerde producten in tonnen (bruto) 200.000 150.000 2015/2016 2014/2015 100.000 2013/2014 2012/2013 50.000 2011/2012 0 Perspulp cigarant Cichorei Diversen Betacal 2010/2011 2009/2010 Als gevolg van een grootscheepse controle in 2015 die door het IL&T (Inspectie Leefomgeving en Transport) bij alle bietenvervoerders in Nederland werd uitgevoerd, gingen zij zich strikter houden aan de wet- & regelgeving voor het goederenvervoer. Daardoor konden er echter niet meer de gewenste aantallen vrachten bieten, cichorei of pulp per dag worden vervoerd. Concreet betekende dit onder meer dat de vervoerders, anders dan voorheen, geen beroep meer mochten doen op de flexibele inzet van ZZP-chauffeurs. Deze ZZP ers werden veelal in de weekenden ingezet, zodat de vaste chauffeurs de wettelijke weekendrust konden nemen. Er ontstond daardoor een onderbezetting op het aantal beschikbare chauffeurs. Bovendien veroorzaakte het strikt naleven van de Rij- & Jaarverslag 2015/2016 16

Rusttijdenwet meer stilstand van de vrachtwagens, door het in acht nemen van de verplichte pauzes, maar meer nog door de maximale rijtijd die één chauffeur per dag c.q. per week mag maken. Daarnaast hebben we deze campagne ook ervaren dat zowel de bietenstromen als de pulpstromen vlak voor, en tijdens, de campagne veranderden. Dit vroeg dan meteen om aanpassing van de inzet van het aantal vrachtwagens, omdat de gemiddelde afstand per rit langer werd. CSV COVAS moest in deze campagne regelmatig alle zeilen bijzetten. Het was een grote uitdaging om de gewenste extra (nieuwe) vrachtwagens te vinden, wat uiteindelijk wel is gelukt. De cichoreiteelt In Zuidoost-Nederland en het aangrenzende Duitse Selfkant groeit 25% van het Nederlandse areaal cichorei. Hiermee blijft dit een belangrijk teeltgebied voor de agroindustrie. Sensus besloot dit jaar iets minder areaal te contracteren. Het areaal daalde daardoor van 942 hectare in 2014/2015 naar 901 hectare in 2015/2016. De eerste uitzaai startte eind maart, een vroege uitzaai zat er dit jaar niet in. Het goede weer om te zaaien met een geschikte bodemtemperatuur was er vanaf 8 april. Door de hoge temperaturen in april was er een goede opkomst. De maand mei was vervolgens weer te koud, waardoor de beginontwikkeling van het jonge cichoreiplantje zeer traag verliep. Het onkruidbestrijdingsmiddel Bonalan werd ook in 2015 door veel telers ingezet. Dit middel heeft inmiddels een vaste plek gekregen bij de onkruidbestrijding. De techniek bij de toepassing van Bonalan is inmiddels zo ver gevorderd dat de teler dit middel voldoende diep kan inwerken en combineert met het zaaiklaar leggen van het perceel. Vanuit het rassenonderzoek werd gemeld dat er een nieuw herbicide-tolerant ras aan zat te komen voor 2016, waarvan de naam nog niet bekend was. Dit nieuwe ras zou duidelijk meer opbrengstpotentie hebben dan het bestaande ras Chrysolite. Bij de gewone, niettolerante, rassen is het ras Selenite het meest gezaaid vanwege zijn hoogste financiële opbrengst. Op 26 mei 2015 organiseerde de Agrarische dienst van CSV COVAS een veldexcursie voor de cichoreitelers in het Midden-Limburgse Neeritter. De excursie werd bezocht door ruim 40 telers die werden bijgepraat op het gebied van onkruidbestrijding en over de invloeden van het wel of niet gebruiken van Bonalan. De zaaicombinatie die werd gepresenteerd kon in één werkgang Bonalan inwerken, het bed zaaiklaar leggen en tot slot zaaien. Jaarverslag 2015/2016 17

Op het tweede perceel dat werd bezocht, was de cichorei na zaai afgedekt met een vliesdoek. Na twee maanden onder het vliesdoek te hebben gegroeid, werd deze afgedekte cichorei als eerste geoogst en als eerste op 7 september 2015 aan Sensus geleverd. Dit gaf een meeropbrengst van 9 tot 10 ton cichorei per hectare. De jaarlijkse doorbemonstering liet zien dat de opbrengst van de cichorei achterbleef bij het langjarig gemiddelde. Mede daardoor werd de campagnestart door Sensus verzet naar 7 september 2015. De rooi- en transportomstandigheden bleven de gehele campagne, tot de laatste dag op 15 januari 2016, goed. De verdeling van het areaal over het werkgebied laat zien dat in Oost-Brabant en Zuid- Gelderland door 19 telers, samen, 209 hectare cichorei is geteeld. In Limburg teelden 39 telers samen 395 hectare, met in het aangrenzende Duitse Selfkant ter hoogte van Roermond nog eens 23 telers die samen 296 hectare teelden. In totaal 81 telers met een gemiddeld areaal van 11,2 hectare per teler. Cichoreiopbrengst 2015 2014 Areaal 901 ha 942 ha * Netto-opbrengst per hectare 47,6 ton 46,5 ton Tarra 9,3% 10% Inulinegehalte 16,17% 16,1% Inuline per hectare 7.697 kg 7.500 kg * Inclusief het Sensus-contract Cimone In de zomer van 2015 maakte Sensus bekend de cichoreiteelt in de komende jaren naar een hoger plan te willen tillen, met als doel gezamenlijk naar 10 ton inuline per hectare. De eerste stap was de introductie van Cimone, een teeltregistratiesysteem. De tweede stap betrof de invoer van kwaliteitsrassen. Sensus maakte voor de telers een uitgebreide analyse van hun leveringsgegevens van de achterliggende jaren. De teler kan nu zien wat zijn inuline-opbrengst is en vervolgens bespreekt de agent met de teler eventuele knelpunten bij zijn cichoreiteelt. De uitkomsten van deze gesprekken worden door Sensus verzameld om daarmee nog betere adviezen te kunnen geven over alle aspecten die bij de teelt van belang zijn. Jaarverslag 2015/2016 18

Met de introductie van kwaliteitsrassen heeft Sensus een belangrijke tool voor de kwaliteit van de inuline, lees de lengte van de inulineketen. Rassen die minder kwaliteit inuline hebben, zijn bedoeld voor de vroege levering en de rassen met goede kwaliteit inuline zijn bedoeld voor de late levering. Kwaliteitsrassen zijn Benulite en Fugato. Een minder goed kwaliteitsras is Chrysolite. Contracten cichorei teeltjaar 2016 In de loop van september 2015 werden de contractvoorwaarden voor het teeltjaar 2016 door Sensus bekendgemaakt. De grootste veranderingen zijn de uitbetaling van de inuline en het standaardinuline-getal gaat van 16% naar 17% inuline. Tijdens de periode van contracteren werden we als agent gevraagd om voor extra areaal te zorgen. Dat is gelukt met 20 nieuwe telers, die samen 200 hectare cichorei gaan telen. Daarmee komt het areaal voor 2016 op ongeveer 1.100 hectare uit. Aardappeltelersvereniging Zuid-Nederland (AZN) Geen jaar is hetzelfde Het pootseizoen voor de oogst van 2015 ging begin april op tijd van start en verliep vlot met weinig pootgoedklachten. Na de regen van eind maart bleef het tot half juni droog. Het werd steeds droger en daardoor moest er volop worden beregend. Telers maakten zich al zorgen over de opbrengst, en proefrooiingen lieten een lager dan gemiddelde opbrengst zien. Achteraf werd het toch een redelijke oogst met een goede kwaliteit aardappelen. De oogstomstandigheden voor de hoofdoogst waren, na een korte periode van regen en kou begin oktober, tot zelfs begin november goed. Prijzen Door de droogte tot ongeveer half juni steeg de termijnmarkt tot zelfs 250 per ton (levering april 2016). Op het moment van regen, zwakte de stemming op de termijnmarkt af. De aardappelverwerkende industrie kon lang, tot begin augustus, op de overvloedige oogst van 2014 draaien. De midden/vroege fritesrassen startten begin augustus op een prijsniveau van ca. 150-170 per ton. Eind augustus werd echter duidelijk dat het toch een normale oogst zou worden. Daardoor zakte de prijs, ook voor aardappelen geleverd uit opslag, zelfs tot ongeveer het prijsniveau van de contracten. De verwerkingscapaciteit van de fritesindustrie liet een stijging zien, maar deze extra vraag had geen invloed op het prijsniveau. De Belgische en Franse noteringen waren lager dan de Nederlandse en Duitse prijzen. Jaarverslag 2015/2016 19

Bemonstering aardappelen voor opbrengstbepaling Op het einde van het seizoen (vanaf mei) kwam er een prijsopleving, als gevolg van de grotere behoefte aan grondstof en een later pootseizoen. Ook deze late leveringen kenden weinig kwaliteitsproblemen en zelfs een betere bakkleur dan het voorgaande jaar. De prijs in het koelverssegment (het ras Hansa) bleef het hele seizoen achter ten opzichte van de fritesprijs, zowel af land als uit opslag. Brouwgerst in Limburg Sinds jaar en dag teelt, in de nabijheid van de Gulpener Bierbrouwerij, een vaste groep trouwe telers, ongeveer 350 hectare brouwgerst voor de coöperatie Triligran. Daarnaast speelt het bestuur van Triligran, samen met Gulpener, ook in op de verdere uitbreiding en ontwikkeling van de biologische teelt. In totaal is er in 2015, 2.480 ton gewone gerst en ongeveer 150 ton biologische gerst geleverd. Jaarverslag 2015/2016 20

De gemiddelde zaaidatum kwam dit jaar uit op 14 maart. Deze vroege zaai was een goede basis voor de ontwikkeling van het gewas. Ondanks perioden van kou en extreme warmte bleef de gerst het goed doen. Door de telers werden monsters genomen, om voor de oogst de kwaliteit vast te stellen. Met name het eiwitgehalte bepaalt of de brouwgerst geschikt is voor de mouterij. De eerste oogst diende zich aan rond 25 juli 2015 op de Graetheide, nabij de innameplaats van Huub Diederen. Snel daarna werd ook op de locatie Margraten de eerste brouwgerst aangevoerd. De gemiddelde opbrengst van de ingenomen gerst kwam dit jaar uit op 7.230 kg per hectare, met een eiwitgehalte van 10,1% eiwit. Voor 2.000 ton gewone gerst werd bij Gulpener een contractprijs gerealiseerd van 244,69. De overgerst werd aan de mouter verkocht voor 195 per ton. Volgens afspraak met Gulpener wordt alle geleverde brouwgerst onder Milieukeur geteeld. Dit betekent dat men gebonden is aan de lijst met voorgeschreven gewasbeschermingsmiddelen. Deze lijst wordt elk jaar aangepast en telers kunnen dus niet, zoals in de gangbare akkerbouw, alle middelen inzetten. Jaarlijks vindt hierop bij de telers een controle plaats. De telers van Triligran gaan hier serieus mee om, er zijn de laatste jaren geen tekortkomingen geconstateerd. Iedereen is gecertificeerd. De brouwgerstteler wordt daarnaast steeds meer het gezicht van het Gulpener bier in de media. We zien actieve telers van brouwgerst in televisieprogramma s of op het etiket van bierflesjes Ook worden er steeds vaker borden geplaatst in brouwgerstpercelen met de tekst Hier groeit gerst voor Gulpener bier. Kortom een product dat door vakmanschap groeit bij de teler en dat ook buiten Limburg wordt gewaardeerd. Wijzigingen bestuur Tijdens de Algemene vergadering van 30 november 2015 werd afscheid genomen van de voorzitter, de heer G. Roebroek. Hij heeft een bijzondere binding gehad met Triligran en de gerstteelt. Sinds de oprichting in 1996 is de heer Roebroek bestuurlijk actief geweest voor Triligran en hij was ook de bedenker van de naam Triligran. (Triticum Limburg Granen). De heer Jos Keybets volgt de heer Roebroek op. Daarnaast is de heer Frank Lenssen in het bestuur gekomen. Jaarverslag 2015/2016 21

Peter Thijssen, kringbestuurder Maas & Meierij In het land van Maas en Waal, voert Peter zijn gemengde bedrijf, bestaande uit 60 hectare akkerbouw met 250 rosékalveren, op de lichte tot middelzware komklei in het plaatsje Leur. Als de klei te zwaar is dan is deze alleen geschikt voor grasland. Wij zitten dichter naar de Maas en daar is akkerbouw goed mogelijk. De komkleigronden in ons gebied zijn een samensmelting van Maasklei en Waalklei, waarbij de Waalklei over het algemeen een hogere ph heeft aldus Peter over zijn teeltgronden. Gronden die hij in goede conditie houdt door geduld te hebben, te meten wat aan bemesting nodig is en door een juiste vruchtwisseling. Naast de 11,5 hectare suikerbieten bestaat het bouwplan voornamelijk uit aardappelen, tarwe, maïs en zaaiuien. In een vaste rotatie wordt dit plan uitgevoerd. Sinds 1992 is het bedrijf hier actief in een maatschap met zijn vader, die in 2005 alles heeft overgedragen aan Peter. De opvolging staat alweer klaar, een van de zonen wil het bedrijf overnemen en daarvoor hebben ze inmiddels een vof opgezet. De toekomst lijkt nu verzekerd, maar mijn zoon heeft helaas niet veel met de kalveren. Dus het is nog de vraag wat hiermee in de toekomst gaat gebeuren. De rosékalveren zijn voor het bedrijf een passende activiteit. Het geeft een goede verdeling van de arbeidsuren, ongeveer drie uur per dag. Alleen bij seizoensdrukte is het even passen en meten. Van de totale tarweoogst wordt 50%, nadat het door henzelf is geplet, aan de kalveren gevoerd. Dit was een rekensom voor Peter in de tijd dat het krachtvoer aan de prijs was. Sindsdien zit het in het rantsoen. Ik kies voor een constant rantsoen voor de kalveren, ook bij hogere prijzen. Want met maatwerk krachtvoer heb ik een prima resultaat, aldus Peter over zijn synergie tussen de twee takken op zijn bedrijf. Voor de teelt van aardappelen hebben wij een hogere kostprijs op onze komgronden, hoger dan de telers op de zandgronden, geeft Peter aan. Deze hogere kosten komen met name doordat de grondbewerking meer gangen (rotoreggen) vraagt als de grond hard is en dat betekent langzamer rijden waardoor er een hoger brandstofverbruik ontstaat. Daarnaast zijn de groeiseizoenen korter omdat Peter op zijn zware klei vaak later kan beginnen vanwege of nattigheid of droogte. Vanwege dezelfde argumenten moet de oogst ook tijdig worden binnengehaald. Om een goed saldo te kunnen behalen, doe ik veel werkzaamheden in eigen beheer en heb ik geïnvesteerd in bewaring van de producten. De prijs kan ik niet beïnvloeden, maar wel het moment van leveren, zegt hij met een glimlach. Sinds 2002 is Peter actief in de ledenraad van de suikerbietencoöperatie. In datzelfde jaar is zijn vader, die inmiddels in aangeschoven, gestopt als voorzitter van het kringbestuur. Ik heb vertrouwen in COSUN en CSV COVAS, dit zijn twee coöperaties met een echt boerenbestuur. Dit vind ik een groot goed. Het zijn korte lijnen en de coöperatie onderhoudt goede contacten met de leden. We worden goed geïnformeerd en er is ruimte om mijn mening te zeggen. Daar wordt naar geluisterd. Om een goed contact met zijn achterban te houden is Peter actief in de akkerbouwstudieclub. Jaarverslag 2015/2016 22

Jaaractiviteiten Betacal De belangrijkste veranderingen voor de Betacal-regeling 2015 waren: Een verlaging van het percentage gratis deel van 4,5% naar 3,5% voor het flow gedeelte; De afronding van het aantal vrachten bleef ongewijzigd. (< 1,5 werd 1 vracht en >1,5 werd 2 vrachten); Om aan de vraag van Betacal te kunnen voldoen is tijdens en na de campagne ook Betacal Carbo afgenomen van de bieten die in de Duitse suikerfabriek in Jülich zijn verwerkt. Dit leidde ertoe dat de leden van de coöperatie ongeveer 25.000 ton Betacal volgens de regeling 2015 bestelden. Daarnaast is er nog ongeveer 10.000 ton extra door CSV COVAS afgezet. Deze hoeveelheid was beschikbaar voor leden en niet-leden. Loonwerkersdag Jaarverslag 2015/2016 23

Introductie van Calhix Voor een gezonde bietenteelt is een ph nodig tussen de 5,5 en 6,0. Om dit te bereiken is veelal een bekalking van het perceel gewenst en daarbij passen niet altijd de fosfaten en stikstof uit de Betacal. CSV COVAS heeft een passend alternatief kalkproduct in de markt gevonden: de Calhix flow. Calhix is een kalk die als natuurproduct uit een Belgische groeve wordt gewonnen als een stapelbaar product. Door het aan te lengen met water wordt het tot een suspensie omgezet. In bijna alle eigenschappen, de toepasbaarheid en de wijze van verspreiding op de akkers, toont Calhix veel overeenkomsten met Betacal. Dat was voor de coöperatie de motivatie om dit product samen met de leverancier (Kreco), als alternatief voor Betacal, in de markt te zetten. Het grote onderscheid met Betacal is dat Calhix geen fosfaten en stikstof bevat. Deze twee mineralen vormen voor de aanwending op het land de beperkende factor, de zogenaamde gebruikersnormen van de gewassen. De eerste ervaringen met Calhix zijn positief en hoopgevend. Betacal blijft voor CSV COVAS, en voor de markt, financieel de meest interessante kalkmeststof. De snelwerkende Calhix is echter een zeer goed alternatief om de ph van de akkers op peil te brengen. Workshop strategie & visie In het voorjaar van 2015 is door het bestuur in haar jaarsessie een lijn uitgezet voor de strategie & visie van de coöperatie. Om deze visie te toetsen werd in januari 2016, in samenspraak met een extern deskundige, met de ledenraad een workshop over dit onderwerp gehouden. Over de vragen: ondersteunt de ledenraad de visie van het bestuur en wat zijn de meningen vanuit de ledenraad over de te volgen strategie & visie werd gediscussieerd. CSV COVAS is een echte telersvereniging die zich voor haar leden richt op de suikerbietenteelt in Zuidoost-Nederland. Daarnaast is de organisatie actief in de cichorei-, aardappel- en brouwgerstteelt (Zuid-Limburg). De toegevoegde waarde die de coöperatie in deze ketens biedt, is ledenservice en ondersteuning bij de jaarlijkse teelt, van zaadinkoop tot het leveren van de geoogste gewassen bij de fabrieken van de afnemers. Het bestuur én de ledenraad zijn van mening dat de strategie & visie daarop gericht moet zijn en ze zitten daarmee op één lijn. Jaarverslag 2015/2016 24

Enkele facetten die hierbij zijn genoemd, zijn verlaging van de kostprijs, levering van een goede kwaliteit van het product, service en ondersteuning door de eigen Agrarische dienst, het efficiënt werken, het goede ledencontact van de coöperatie en daarbij een goede, efficiënte invulling van de logistiek. Het op een goede manier invullen van deze facetten, zorgt echter ook voor dilemma s. Bijvoorbeeld: wat mag de service en het goede ledencontact die we als coöperatie willen bieden, kosten? Dit is tenslotte bepalend voor de kostprijs. De omgeving, of anders gezegd de externe omstandigheden, waarin we werkzaam zijn, bepalen dan veelal wat een passende kostprijs is bij een gevraagd serviceniveau. Dit is voor de coöperatie een belangrijk onderwerp op de agenda. Levering van suikerbieten in Duitsland In opdracht van Suiker Unie zijn er de laatste jaren suikerbieten verwerkt in de Duitse suikerfabrieken van Pfeifer & Langen in Jülich en Appeldorn. Waar in voorgaande jaren 300.000 ton werd verwerkt, was dat dit boekjaar slechts 160.000 ton, verdeeld over de twee fabrieken. De levering van deze bieten, voornamelijk uit het werkgebied van de coöperatie en een deel uit de Gelderse Achterhoek, werd door CSV COVAS verzorgd. Omdat in Duitsland voor het bemonsteren en tarreren van de bieten een andere methode wordt gehanteerd, moet er worden gecorrigeerd. In Nederland is daar het zogenaamde Bruine boekje voor geschreven, hierin staan alle aspecten vermeld die daarbij van belang zijn. Dit vormt de basis voor de bepaling van de kwaliteit van de bieten en de uiteindelijke eindafrekening ervan. Het vaststellen van de juiste correctiefactoren is dus belangrijk. Dit wordt gedaan middels een jaarlijkse ringproef, waarvoor een protocol is opgesteld. Hiermee worden de analyseverschillen uit de twee methoden (Duits/Nederlands) vastgelegd en ingezet om de suikerbieten naar de Nederlandse maatstaf van het Bruine boekje te waarderen. In de laatste twee boekjaren is het protocol verder verfijnd, zodat de suikerbieten die in Duitsland zijn verwerkt op hun juiste waarde worden geanalyseerd. AZN (aardappelen) Bij de aardappel-activiteiten van AZN is door het bestuur, aan het einde van het boekjaar, een organisatorische verandering doorgevoerd. AZN kende naast het commissionairsschap voor Aviko een tweede tak, namelijk de handel in vrije aardappelen. Met deze vrije handel is AZN per 1 mei 2016 gestopt. Jaarverslag 2015/2016 25

Vanaf deze datum werkt AZN voor 100% voor Aviko Potato uit Dronten. Het focust zich daarbij op het contracteren van arealen aardappelen in het werkgebied van de coöperatie. Bij het contracteren hoort ook de teeltbegeleiding, het bemonsteren van percelen en het plannen van de afvoer van de aardappelen naar de fabrieken van Aviko. Een nieuwe taak die door de medewerkers vol enthousiasme is opgepakt. Ontwikkelingen in de aardappelmarkt laten zien dat er steeds minder vraag is naar vrije aardappelen. De grote aardappelindustrieën nemen steeds meer volumes direct onder contract, en er ontstond daarnaast een behoefte aan verschuiving van rassen (kwaliteiten) van af-landleveringen naar vanuit opslag leveren. Deze combinatie van zaken heeft geleid tot de genomen koerswijziging. AZN heeft daarvoor ook de optie voor een centrale opslag voor de bewaring van aardappelen onderzocht. Deze businesscase was helaas niet haalbaar. Bestuurlijke zaken De samenstelling en grootte van de ledenraad is dit boekjaar veranderd. Tijdens de verkiezingen in december 2015 werd er afscheid genomen van in totaal elf ledenraadsleden: Kring Naam Woonplaats Maas & Meierij G.W.H. Jilissen Oeffelt A.H.J. School Heesch P. Stevens Vortum-Mullem De Kempen H.P.M. Huybregts Reusel J. Scheepers Heeze G.G.M. Schellekens Borkel en Schaft De Peel P.J.L.M. van de Burgt De Rips Midden-Limburg P.H.L. Frenken Maria Hoop W.M.J.G. Pennings Kessel Zuid-Limburg R.T.J.S. Kempener Eijsden S.J.J.M. Wimmers Wijnandsrade Er werden vervolgens acht nieuwe ledenraadsleden benoemd; 25% van het totale aantal. De krimp door het natuurlijke verloop is daardoor dit jaar volledig ingevuld en heeft geleid tot de huidige omvang van 31 ledenraadsleden. Waar de coöperatie trots op is, is dat er ook jongere leden, twintigers en dertigers, zijn toegetreden tot de ledenraad. Met deze nieuwe leden heeft de ledenraad nieuwe inzichten met een frisse kijk op de coöperatie gekregen. Jaarverslag 2015/2016 26