Bouwen door Duitse aannemers in Nederland De VROM-Inspectie staat voor een betere naleving van het VROM beleid en de wet- en regelgeving. Dit resulteert in een betere kwaliteit van de leefomgeving. Om dit waar te maken wordt extra aandacht gegeven aan signalen uit de maatschappij. In 2004 waren er indicaties dat woningen die in Nederland door Duitse aannemers zijn gebouwd, niet zouden voldoen aan de Nederlandse bouwregelgeving. Het project 'Bouwen door Duitse aannemers in Nederland' van de VROM-Inspectie onderzoekt of de woningbouw door Duitse aannemers wel of niet voldoet aan de Nederlandse eisen. 1. Waarom een project over Duitse aannemers? 2. Wat houdt het project in? 3. Met wie werkt de VROM-inspectie samen? 4. Welke wetten en regels gelden voor Duitse aannemers in Nederland? 5. Hoe werd het project uitgevoerd? 6. Welke verschillen zijn er in bouwgewoonten? 7. En, voldoen de Duitse aannemers aan de Nederlandse bouwregels? 8. En voldoen Duitse aannemers aan de Nederlandse Arbowetgeving? 9. Houden gemeenten voldoende toezicht? 1. Waarom een project over Duitse aannemers? In 2004 waren er geluiden dat woningen die in Nederland door Duitse aannemers gebouwd worden, niet zouden voldoen aan de Nederlandse bouwregelgeving en dat gemeenten hier te weinig toezicht op zouden houden. Naar aanleiding van deze signalen heeft de branchevereniging Bouwend Nederland een onderzoek uitgevoerd over dit onderwerp. Conclusie van dat onderzoek was, dat er verschillen zijn in bouwmethoden en materiaalgebruik tussen Nederland en Duitsland, waardoor Duitse bouw tot 30 procent goedkoper zou zijn en niet in alle gevallen voldaan zou worden aan de Nederlandse bouw- en arbo wet- en regelgeving. Het rapport was voor de kamerleden Hofstra en Veenendaal aanleiding om Kamervragen te stellen. De VROM-Inspectie vond dat deze signalen een potentieel risico opleverden voor de leefomgeving. Daarom is in 2005 het project 'Bouwen door Duitse aannemers in Nederland' gestart. 2. Wat houdt het project in? Het onderzoek 'Bouwen door Duitse aannemers in Nederland' wil duidelijkheid creëren in de kwestie of de woningbouw door Duitse aannemers wel of niet voldoet aan de Nederlandse eisen in wet- en regelgeving. Het onderzoek richtte zich op de bouw van woningen op particulier initiatief. Daarbij wordt ingegaan op de volgende vragen: a. Met betrekking tot de bouw van de woningen: Is bij de verlening van de bouwvergunning voldoende getoetst of de bouwplannen voldoen aan de wet- en regelgeving Wordt er op de bouwplaats gebouwd conform de vergunning? Wordt er door de gemeenten voldoende toezicht gehouden op de bouw? b. Met betrekking tot de arbeidsomstandigheden tijdens de bouw: Wordt er op de bouwplaats gewerkt conform de regels in de Arbowetgeving?
3. Met wie werkt de VROM-inspectie samen? De signalen die aanleiding waren voor de start van het project, hadden betrekking op zowel de eisen die aan de bouw worden gesteld, als die aan de veiligheid en gezondheid van de werknemers op de bouwplaats worden gesteld. Daarom is samenwerking gezocht met de Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie is een handhavings- en uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). 4. Welke wetten en regels gelden voor Duitse aannemers in Nederland? a. Bouwwetgeving De regels waar aannemers zich bij de bouw van woningen aan moeten houden zijn te vinden in de Woningwet, het Bouwbesluit en de gemeentelijke Bouwverordeningen. In het Bouwbesluit staan voorschriften die waarborgen dat een bouwwerk veilig en bruikbaar zal zijn, en dat deze geen gevaar oplevert voor de gezondheid (bijvoorbeeld door een goede ventilatie en te zorgen voor daglicht in het gebouw). Deze voorschriften geven niet aan welke bouwmethode gebruikt moet worden. Ze geven wel prestatienormen; dit zijn normen voor bijvoorbeeld de sterkte van de fundering of de capaciteit van dakgoten. Aannemers zijn vrij in hóe zij aan deze eisen voldoen. Gemeenten houden toezicht op deze regels. Dat doen zij op twee momenten. Vooraf toetsen zij of de bouwplannen voldoen aan de voorschriften. Achteraf controleren zij op de plaats van de bouw of alles volgens de afspraken wordt uitgevoerd. De VROM-inspectie houdt toezicht op de uitoefening van het bouw- en woningtoezicht door gemeenten. b. Arbowetgeving De Arboregels waar aannemers zich bij de bouw van woningen aan moeten houden zijn te vinden in de Arbeidsomstandighedenwet, het Arbeidsomstandighedenbesluit, de Arboregeling en de Beleidsregels en de Arbeidstijdenwet. In dit project zijn alleen de voorschriften uit de Arbeidsomstandighedenwet gecontroleerd. Hierin staan voorschriften die betrekking hebben op de veiligheid en de gezondheid van de werkenden op de bouwplaats. c. Duitsland In Duitsland (deelstaat Niedersachsen) is de situatie anders geregeld: daar wordt gewerkt met een soort kwaliteitskeur voor aannemers waarmee zij aangeven conform de daaraan verbonden bouw- en arboregels te werken. Er zijn zowel publieke als private toezichthouders. Op de bouwplaatsen wordt minder frequent gecontroleerd dan in Nederland; met name bij kleine bouwplaatsen is dit het geval. 5. Hoe werd het project uitgevoerd? Van veertien woningbouwplannen (in acht gemeenten) waar Duitse aannemers de bouw realiseren, werd bekeken of deze voldoen aan de gestelde regels. Er werd nagegaan of de bouwplannen voldoen aan de regels en dus of de vergunning op de juiste gronden is verleend. Verder werd ter plaatse onderzocht of de bouw ook volgens de regels en de vergunning is uitgevoerd. En tenslotte werd bekeken of gemeenten toezicht hebben gehouden op het naleven van de regels. 6. Welke verschillen zijn er in bouwgewoonten? Uit het onderzoek blijkt dat Duitse bouwmethoden en materiaalgebruik verschillen vertonen met die in Nederland. Hieronder staan de belangrijkste verschillen aangegeven. Verschillen in bouwmethoden en -gewoonten 1
Sterkte van de fundering Isolatie van de fundering (koudebruggen) Isolatie daken Toegankelijkheid woning; drempelhoogte Ventilatie Nederlandse Duitse bouwgewoonten bouwgewoonten Bouwen met Kruipruimteloos: kruipruimte: beton voor betonbalken en vloeren de fundering storten in direct storten op zand bekisting afgedekt met folie, nadat leidingen en wapening zijn aangebracht. "Warme fundering': isolatie wordt aan de onderzijde van de fundering aangebracht. Toepassing van systeemplaten met geïntegreerde isolatie Stelkozijnen Mechanisch ventilatiesysteem met natuurlijke toevoer: toepassen van ramen met ventilatieroosters Bakgoten 'Koude fundering': isolatie aan de bovenzijde van fundering en begane grond vloer. Toepassing van sporenkap met aanbrengen isolatie ter plekke Montagekozijnen Gebruik van draaikiepramen als ventilatievoorziening, zonder ventilatieroosters Mastgoten Capaciteit van dakgoten Trap Kant en klare trappen In werk gemaakte trappen 1 Het gaat hierbij om de tegenwoordig meest gangbare bouwmethoden- en gebruiken. 7. En, voldoen de Duitse aannemers aan de Nederlandse bouwregels? Ondanks de verschillen in bouwmethoden en materiaalgebruik voldoen Duitse aannemers in ongeveer gelijke mate aan de Nederlandse bouwregelgeving als de Nederlandse aannemers. Op sommige aspecten leveren Duitse aannemers woningen van een hoger kwaliteitsniveau dan gebruikelijk bij Nederlandse aannemers. Verder kan de Duitse wijze van bouwen worden gekarakteriseerd als degelijk. Ook zijn Duitse aannemers vaak flexibel tijdens het bouwen: ook tijdens het bouwen kunnen nog veranderingen worden doorgevoerd. Op enkele punten voldoet de Duitse bouwgewoonte niet altijd aan de Nederlandse voorschriften. Hier is dus extra aandacht voor nodig. Dat betreft: Isoleren van de fundering. In Duitsland is men gewend om te bouwen met een zogenoemde 'koude fundering': er wordt isolatie aangebracht op de bovenzijde van de fundering en de begane grond vloer. Dat is een gevolg van het 'kruipruimteloos' bouwen: betonbalken en vloeren rusten direct op het zand. De Nederlandse regelgeving schrijft voor dat men de
buitenschil van een gebouw in een bepaalde mate moet isoleren. Om de 'koude fundering' hieraan te laten voldoen, kunnen onder andere holle bakstenen of blokken foamglas geplaatst worden onder de binnenspouwbladen. Op die manier wordt voorkomen dat de kou via de vloerplaat naar de binnenspouwmuur doorslaat. Ventilatie In Duitsland is men gewend om draai-kiepramen te gebruiken als ventilatievoorziening. In Nederland is het voorschrift dat in ruimten een mogelijkheid is voor luchtverversing. Dit kan door een ventilatierooster, een draai- of schuifraam, een klap- of klepraam, een luik, etc. Er zijn aanvullende eisen gesteld aan de ramen, onder andere dat zij meerdere standen kennen (dus naast 'open' en 'dicht' nog een stand). Daarnaast moeten zij voldoen aan comfort-eisen (onder andere geen tocht veroorzaken). Draaikiep-ramen kunnen meestal niet aan deze eisen voldoen. Dakgoten In Duitsland past men veelal koperen, halfronde dakgoten toe: mastgoten. De capaciteit aan water die ze kunnen verwerken, is niet altijd genoeg om te voeldoen aan de Nederlandse regels, die een minimum geven voor de capaciteit (gebaseerd op een neerslag van 300 liter/seconde/ha). Toegankelijkheid (deurhoogtes en drempels) In Duitsland geldt een norm voor de breedte van een binnendeur van 0,80m en van 0,90m voor een buitendeur. Er is geen eis voor de deurhoogte. De Duitse standaarddeuren zijn vaak niet hoger dan 2,25m. In Nederland dienen binnen- en toegangsdeuren minimaal 0,85m breed te zijn en 2,30m hoog. De Duitse regelgeving kent verder geen toegankelijkheidseis met betrekking tot de drempelhoogte. In Nederland mag deze bij een toegangsdeur niet hoger zijn dan 2 cm. Tuindeuren en deuren naar bijvoorbeeld een buitenberging zijn vaak geen toegangsdeur in de zin van het Bouwbesluit. Hier gelden de genoemde eisen niet, maar het verdient aanbeveling om toch alle deuren in een woning te ontwerpen met deze afmetingen. Daar waar de bouw niet voldeed aan de regels, was onbekendheid een belangrijke oorzaak. Duitse aannemers weten vaak niet precies waaraan zij volgens de Nederlandse regels moeten voldoen. Regels verschillen soms van datgene wat in Duitsland voorgeschreven is. Ook gebruikt men soms andere bouwmethoden en materialen. 8. En voldoen Duitse aannemers aan de Nederlandse Arbowetgeving? Voldoet de Duitse bouw veelal aan de Nederlandse bouwregels, op het terrein van de Arbowetgeving ligt het anders. Er zijn op dit terrein relatief meer tekortkomingen geconstateerd in de naleving dan bij Nederlandse aannemers. De tekortkomingen betreffen voornamelijk het onvoldoende tegengaan van het gevaar voor vallen, en het werken met nietgekeurde arbeidsmiddelen of die van onvoldoende kwaliteit. Onbekendheid met controles is wellicht één van de oorzaken dat er relatief veel Arbo-overtredingen zijn geconstateerd. 9. Houden gemeenten voldoende toezicht? Het signaal dat de gemeenten onvoldoende toezicht houden op de bouw door Duitse aannemers is in het onderzoek niet bevestigd. Sommige gemeenten besteden juist extra aandacht aan de verschillen tussen Nederland en Duitsland: door voorlichting en door in de controle goed te letten op de verschilpunten in bouwmethoden. Dit leidt tot goede resultaten, namelijk het voldoen aan de Nederlandse normen. Sommige gemeenten stellen echter eisen aan Duitse aannemers die boven het niveau van het Bouwbesluit uitgaan. Dit is niet toegestaan.
Download Brief aan Tweede Kamer, 4 oktober 2006 (Word, 85 KB) Rapport Bouwen door Duitse aannemers in Nederland, juni 2006 Dossieronderzoek Bouwen door Duitse aannemers, Rapport RPC Bouwcentrum, 14 februari 2006 Informatieblad Bouwen door Duitse aannemers in Nederland, september 2006 Informatieblad Bouwen door Duitse aannemers in Nederland voor opdrachtgevers, september 2006 Informatieblad Bouwen door Duitse aannemers in Nederland voor gemeenten, september 2006 Informationsbulletin für deutsche Bauunternehmen in den Niederlanden, oktober 2006. Zie ook Meer informatie over bouwregelgeving is te vinden in het Dossier Bouwregelgeving. Informatie over Arbowet- en regelgeving staat op de website van de Arbeidsinspectie: http://www.arbeidsinspectie.nl.