M. Tierens. W. Magez. K. Van Parijs. Normen: Jongens versus Meisjes?

Vergelijkbare documenten
R. Debbaut. W. Magez. Intelligentiemeting bij kinderen met dyslexie

A. Bos. W. Magez. Onderzoek naar de intelligentie bij kinderen met dyspraxie

W. Magez A. Bos M. Tierens. CoVaT CHC Basisversie als cognitieve ontwikkelingsschaal

V. Decaluwé. M. Tierens. W. Magez. Onderzoeksrapport. Test-hertestbetrouwbaarheid

Methodologie van het gemiddelde BCV versus IQ

Methodologie van het gemiddelde BCV versus IQ

W. Magez. A. Bos. Validiteit. Wederzijdse relatie schoolse criteria - testresultaten

W. Magez. K. Van Parijs. Ontwikkelingspsychologische Validiteit - een exploratie -

W. Magez (red.) CoVaT-CHC Basisversie

W. Magez. CoVaT-CHC Basisversie Essentials

Niet-talig onderzoek van cognitieve vaardigheden

W. Magez. CoVaT CHC Basisversie Essentials

K. Van Parijs 2017 W. Magez M. Tierens. Rapportering in ontwikkeling Technisch verslag CoVaT-CHC Basisversie

W. Magez K. Van Parijs. Validiteit. BCV-IQ/GCV en studie-opties in het tweede jaar secundair onderwijs

CoVaT-CHC Basisversie:

ER ZIT MUZIEK IN HET CHC - MODEL

M. Tierens. W. Magez. Onderzoeksrapport. Betrouwbaarheid en betrouwbaarheidsintervallen

W. Magez A. Bos. Validiteit. Relatie met andere psychologische testen bij 1ste jaars secundair onderwijs

W. Magez. M. Tierens. Moeilijkheidsgraden van Items, Subtests en BCV met duiding voor de praktijk

Onderzoeksrapport Constructvaliditeit

PVOC ANTWERPEN. Provinciale Vormings- en Ondersteuningscel VCLB Antwerpen WERKBROCHURE

Een andere manier van kijken, het Cattell-Horn-Carroll model

Gebruik van de CoVaT-CHC Basisversie bij Joodse kinderen met Nederlands als tweede taal. G. Klein. R. Kubitsek. W. Magez. m.m.v.

Van Nu naar Morgen. Walter Magez. CAP vzw VVSP studiedag 21/11/2013

WERKBROCHURE. CROSS BATTERY ANALYSE VAN HET INTELLIGENTIEPROFIEL VOLGENS HET CHC INTELLIGENTIEMODEL Versie 2009

Dag van intelligentie. Selma Ruiter De Waarde van het IQ

Bijlage 10: CHC-model en intelligentie 1

Intelligentie-onderzoek volgens het CHC-model. IB/directiedagen SWV Rijnstreek 21 en 23 november 2017 Judith de Vries

A. Bos K. Olieslagers W. Magez

W. Magez. K. Van Parijs. M. Tierens. Methodologie bij de Gehanteerde Normschalen

Hoofdstuk 6 Twee populaties: parametrische toetsen

Dag van intelligentie. Lindsay Vanhecke Intelligentiemeting met WISC-V-NL en RAKIT-2

Intelligentiemeting in nieuwe banen: CoVaT-CHC

10 VeROudeRINg VAN de TeSTNORMeN 10.1 AANWIJzINgeN VOOR een MINdeR STeRk flynn-effect

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd/ hals Overig, ongespecificeerd. Communicatie, Mentale functies

Bayley III-NL Motoriekschaal

OPERATIONALISERING CRITERIA M-DECREET TYPE 2

M. Tierens. W. Magez. Onderzoeksrapport Normering

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen

PVOC ANTWERPEN. Provinciale Vormings- en Ondersteuningscel VCLB Antwerpen WERKBROCHURE

VERSLAG CHC- INTELLIGENTIEONDERZOEK 6 16 jaar

CHC - Werkdocument benadering het zeer lage IQ. Talige personen met vermoedelijke ML boven 7 jaar

Hoofdstuk 7: Statistische gevolgtrekkingen voor distributies

Over het gebruik van continue normering Timo Bechger Bas Hemker Gunter Maris

IQ weten? Doe de test! Sterker in de samenleving.

Van Gisteren naar Nu. Walter Magez. CAP vzw VVSP Studiedag 21/11/2013

Verstandelijk beperkte pa0ënten

CHC Werkdocument Benadering het zeer lage IQ. Talige personen met vermoedelijke ML tussen 2 en 7 jaar

HTS Report IST-A. Intelligentie Structuur Test Assessmentversie. John Doe ID Datum Standaard. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

Statistiek in de alfa en gamma studies. Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018

WISC-V-NL Wechsler Intelligence Scale for Children - Fifth Edition - Nederlandstalige bewerking Score Rapport

VERSLAG CHC- INTELLIGENTIEONDERZOEK 4 8 jaar

Inhoud. Woord vooraf 13. Hoofdstuk 1. Inductieve statistiek in onderzoek 17. Hoofdstuk 2. Kansverdelingen en kansberekening 28

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

IST Standaard. Intelligentie Structuur Test. meneer 1

HTS Report IST. Intelligentie Structuur Test. Jeroen de Vries ID Datum Standaard. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

Peiling van de rekenvaardigheid en de taalvaardigheid in jaargroep 8 en jaargroep 4 van het basisonderwijs meting 2010

STERKTE-ZWAKTEANALYSE IN DIAGNOSTIEK ADHD Lotte Van Dyck

Cognitieve vaardigheidstest (Covaar) voor anderstalige nieuwkomers e.a. Handleiding

Intelligentie; aanpassing door interactie. toepassing van de WAIS-III

HBO Toegepaste psychologie Contactdag GGZ Kinderen en Jeugd. Drs. Yèrma van Egeraat Registerpsycholoog NIP

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste

Uitgebreide toelichting van het meetinstrument. Clinical Evaluation of Language Fundamentals (CELF-4- NL ) 20 augustus 2010.

INTELLIGENTIEMETING BIJ

HOOFDSTUK 7: STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN VOOR DISTRIBUTIES

TECHNISCHE HANDLEIDING IQ TEST

NAAR EEN TAAL- EN CULTUURFAIRE BENADERING VAN HET IQ OP DE WPPSI-III (WPPSI-R) Walter Magez Riete Debbaut Annemie Bos

Vastlopen op de ondergrens van intelligentietests is verleden tijd

De TODIO-L door een CHC-bril:

21/09/2018 CULTUUR EN PSYCHODIAGNOSTIEK WIE INHOUD. Caroline Dejonghe

Naar een nieuwe benadering van het IQ

ORS. LEK EN LINGE POSTBUS AL CULEMBORG

Bijlage 1. Formules beoordeling lengtegroei en rekenvoorbeelden

Figuur 1. Intelligentiescores (numerieke, spatiale, verbale en algemene) per geslacht

Intelligentiediagnostiek: over CHC en andere nieuwe trends

Verstandelijk beperking in de praktijk

Van de Schoot, et al. (2013) A black bear story. European Journal of Developmental Psychology

Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen

W. Magez. M. Tierens. Introductie tot het project CoVaT-CHC Basisversie: De chronologie

Het Vlaams lager onderwijs in PIRLS 2016

Kaufman Intelligentietest voor adolescenten en Volwassenen (KAIT)

SRS-A. Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen. HTS Report. Jeroen de Vries ID Datum

ACT Algemene Intelligentie

Overzicht tests Diagnostiek Ontwikkelingsleeftijd tot 16 jaar

Niet geplaatst. 3. General Apitude test Battery ( GATB) veelheid aan functies om success te voorspellen. 4. Raven Progressive Matrices Niet-verbaal

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren:

Nederlandse Samenvatting

Verschillen tussen Vrije scholen en reguliere scholen in niet-cognitieve opbrengsten

Dit geeft aan dat Kevin duidelijk meer problemen heeft met het verwerken en onthouden van auditieve informatie.

Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen

Taal en Connector Ability

CAP/PDC CHC-vademecum

Voorbeeldtentamen Statistiek voor Psychologie

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager

Geen idee wat je iq is? Snel duidelijkheid met intelligentietesten van Pluryn


SRS-2. Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum

Technisch Rapport , Pearson Assessment & information BV

Deel 1: Voorbeeld van beschrijvende analyses in een onderzoeksrapport. Beschrijving van het rookgedrag in Vlaanderen anno 2013

Transcriptie:

M. Tierens W. Magez K. Van Parijs Normen: Jongens versus Meisjes?

2

CoVaT-CHC BASISVERSIE: NORMEN: JONGENS VERSUS MEISJES? M. Tierens, W. Magez & K. Van Parijs (2016) 1. Inleiding Bij psychologische tests is de vraag naar de noodzaak voor aparte normen voor jongens versus meisjes een dikwijls verdoken heikelpunt. Zo hanteren de WPPI s (o.a. Wechsler, Hendriksen & Hurks, 2009), WISC s (o.a. Kort et al., 2005) en WAIS s (o.a. Wechsler, 2012) steeds gemeenschappelijke normen en komt het thema geslacht in de normen niet voor. De KAIT (Mulder, Dekker & Dekker, 2004) daarentegen biedt aparte normen aan voor mannen en voor vrouwen. In het kader van de CoVaT-CHC Basisversie normering willen we transparant rapporteren rond deze topic. Het onderzoek heeft betrekking op de normgroep zoals beschreven in het onderzoeksrapport Normering (Tierens & Magez, 2016). Het gaat om de groep waarop de leeftijdsnormen zijn bepaald, d.i. 1505 jongens en 1460 meisjes van 9 jaar 6 maanden tot en met 13 jaar 11 maanden. 2. Methode Per geslacht werd het gemiddelde berekend voor elk van de vijf BCV% en van het Gewogen Totaal (op 700). Op deze gemiddelden werd dan nagegaan of jongens en meisjes al dan niet significant van elkaar verschilden (Significant vanaf.05 niveau). Eigen aan significantie-onderzoek op zulke grote populaties is dat er niet veel nodig is om een significantie te bekomen. Bijkomende vraag wordt dan hoe belangrijk/relevant is dat verschil? Daar waar de significantietoets een aanduiding geeft van een mogelijk verschil, geeft de effectgrootte een antwoord op de vraag hoe belangrijk/relevant dat verschil is (Vanhoomissen & Valkeneers, 2013). Voor dit laatste hanteren we de Pearson correlatiecoëfficient (r) met de gepaste formules, waarbij geldt (Vanhoomissen & Valkeneers, 2013):.00 < r >.10: Verwaarloosbaar effect: Jongens en meisjes zijn niet tot nauwelijks van elkaar te onderscheiden op de test.10 < r >.30: Klein effect: Het effect verklaart slechts een beperkt deel van de variantie (= klein verschil tussen jongens en meisjes) 3

.30 < r >.50: Matig effect r >.50: Sterk effect Handig aan deze maat van effectgrootte is dat het een gestandaardiseerde maat is: de effectgrootte van verschillende toetsen en onderzoeken zijn direct vergelijkbaar. Een effectgrootte van.30 duidt altijd op een belangrijker/relevanter verband/verschil dan een effectgrootte van.10. 3. Resultaten 3.1 Gemiddelden en Standaarddeviaties Tabel 1 Gemiddelden en Standaarddeviaties Jongens Meisjes M (SD) M (SD) GCV/IQ 342.38 (101.27) 342.71 (100.66) Gf% 56.13 (20.38) 52.95 (19.57) Gc% 50.84 (14.64) 50.76 (14.02) Gsm% 50.84 (21.06) 55.42 (21.21) Gv% 49.50 (20.16) 45.03 (19.73) Gs% 26.15 (8.37) 29.96 (8.64) 3.2 Significantie en Effectgrootte Tabel 2 Significantie en Effectgrootte Sign. Effectgrootte (r) GCV/IQ J = M ns.00 Gf% J > M.001.09 Gc% J = M ns.02 Gsm% J < M.001.10 Gv% J > M.001.11 Gs% J < M.001.22 Noot. J = Jongens; M = Meisjes; ns = niet significant. 4

Standaarddeviatie CoVaT-CHC Basisversie: Normen: Jongens versus Meisjes 3.3 Groepsvergelijking in Standaarddeviaties In onderstaande grafiek worden meisjesgemiddelden getoetst aan jongensgemiddelden met hun standaarddeviaties (Figuur 1). 0,6 0,5 0,4 0,3 0,2 0,1 0-0,1-0,2-0,3-0,4-0,5-0,6 Meisjesgemiddelden getoetst aan Jongensgemiddelden -0,16 0 Gf Gc Gsm Gv Gs Tot Verschil J-M -0,16 0 0,22-0,22 0,46 0 0,22-0,22 0,46 + 1/2 SD 0 Gemiddelde jongens -1/2 SD Figuur 1. Meisjesgemiddelden getoetst aan Jongensgemiddelden 4. Bespreking 4.1 Algemeen De totaalscore of IQ/GCV op de CoVaT-CHC Basisversie is niet geslachtsgevoelig. Al blijken er op het niveau van de concrete BCV s wel afwisselende verschillen bij jongens versus meisjes, de effectgrootte van deze verschillen is steeds gering. Voor de psychodiagnostische praktijk is de keuze voor één set van gemeenschappelijke normen voor jongens en meisjes dan ook de meest adequate. Als er al mogelijk kleine verschillen zouden zijn vallen die wegens hun geringe effectgrootte binnen de betrouwbaarheidsintervallen van de scores. 4.2 Aanvulling Als aanvullend inzicht voor de praktijk bleek bij Gf een significant verschil op te treden bij de subtest Figuurreeksen (Jongens > Meisjes), dit echter weer met kleine effectgrootte. Opvallend is dat bij de subtest Puntreeksen geen verschil optreedt. Bij de andere subtests was het patroon Jongens versus Meisjes identiek aan het patroon van de BCV waartoe ze behoren. Deze resultaten bevestigen zekere stereotiepen: meisjes als groep scoren hoger op Gsm en Gs; jongens als groep scoren hoger op Figuurreeksen (Gf) en Gv. Gezien de kleine effectgroottes heeft 5

dit echter weinig psychologische relevantie zodra de psychodiagnosticus zich beweegt op het niveau van de individuele prestatie van een persoon, zij het jongen of meisje. 5. Jongens versus Meisjes, specifiek in de populatie licht mentale beperking (type 1 in BuLO tot juni 2015) 5.1 Inleiding In de hoofdstukken hiervoor werden de verschillen tussen Jongens en Meisjes getoetst in de algemene normpopulatie. Alhoewel de kinderen uit het vroegere Type 1 hierin zijn opgenomen, is hun gewicht verhoudingsgewijs gering binnen de algemene populatie. Een eventueel verschillend gedragspatroon zou zo als het ware ondergesneeuwd kunnen worden en niet meer zichtbaar zijn. We onderzochten dit binnen het kader van twee bachelorproeven aan de opleiding Toegepaste Psychologie van Thomas More Antwerpen (Bellens, 2014; Koek, 2014). 5.2 Populatie Uit de normeringspopulatie van de CLB s Antwerpen (2013) werd per geslacht een toevallige steekproef getrokken uit het Type 1 einde BuLO. Deze steekproef bestond uit 55 jongens en 55 meisjes. Wat de thuistaal betreft, was er geen significant verschil tussen beide groepen. 5.3 Onderzoeksmethode Per geslacht werd het gemiddelde berekend voor elk van de 5 BCV%. Op deze gemiddelden werd dan nagegaan of jongens en meisjes al dan niet significant van elkaar verschillen (significantieniveau.05). De Effectgrootte van de significantieniveaus werd telkens nagegaan. 6

5.4 Resultaten Tabel 3 Gemiddelden en Standaarddeviaties BCV s vroegere Type 1 Jongens Meisjes BCV% M (SD) M (SD) Sign. Effectgrootte (r) Gf% 27.76 (12.69) 23.60 (9.85).059.18 Gc% 23.75 (8.65) 24.12 (9.06).820.02 Gsm% 26.16 (12.10) 31.10 (14.30).054.18 Gv% 27.22 (15.19) 22.15 (12.06).055.18 Gs% 11.28 (3.25) 12.85 (3.25).032*.20 Noot. Significantieniveau * =.05. Tabel 4 Gemiddelden en Standaarddeviaties subtests vroegere Type 1 Jongens Meisjes Subtests M (SD) M (SD) Sign. Effectgrootte (r) PuntR 12.98 (5.27) 12.05 (4.51).320.09 FigR 15.54 (9.40) 12.13 (7.01).034*.20 Schift 10.47 (4.11) 10.62 (4.14).850.02 Teg 9.28 (3.93) 9.45 (4.30).830.02 Noot. PuntR = subtest Puntreeksen; FigR = subtest Figuurreeksen; Schift = subtest Schiftingen; Teg = subtest Tegenstellingen; Significantieniveau * =.05. 5.5 Bespreking BCV% Er zijn nagenoeg geen significante verschillen tussen jongens en meisjes en de effectgroottes zijn klein. In het licht van de algemene normresultaten zien we wel de tendens tot dezelfde groepspatronen als bij de algemene populatie, al zijn de effectgroottes hierbij gering: - Gf: Jongens > Meisjes - Gc: Jongens = Meisjes - Gsm: Jongens < Meisjes - Gv: Jongens > Meisjes - Gs: Jongens < Meisjes 7

Subtests Gf Gc Net zoals in de algemene normpopulatie vertoont binnen Gf de subtest Puntreeksen geen significant verschil tussen jongens en meisjes; en net zoals in de algemene normpopulatie vertoont subtest Figuurreeksen dit wel, weliswaar is de effectgrootte hierbij klein. Op beide subtests uit Gc, Schiftingen en Tegenstellingen, scoren jongens en meisjes gelijk, net zoals in de algemene normpopulatie. Totaalscore: IQ/GCV In het onderzoek (Koek, 2014) lag het accent op de verschillende BCV s. Het is echter duidelijk dat hier eenzelfde patroon optreedt als in de algemene normpopulatie: er kan met vrij grote zekerheid gesteld worden dat op de Totaalscore jongens en meisjes ook gelijkaardig scoren. Algemeen besluit Ook onderzoek (Koek, 2014) op een specifieke doelgroep ondersteunt de keuze voor gemeenschappelijke normen. Indien er al mogelijke kleine verschillen zouden zijn, hebben die een kleine effectgrootte en vallen die steeds binnen de betrouwbaarheidsintervallen van de scores. Referenties Bellens, M. (2014). Zijn jongens slimmer dan meisjes? Een onderzoek naar het verschil in vloeiende intelligentie en verwerkingssnelheid tussen jongens en meisjes uit het reguliere onderwijs op een leeftijd van 10 tot en met 13 jaar. Niet gepubliceerde bachelorproef, Thomas More, Antwerpen, o.l.v. M. Tierens. Koek, M. (2014). Scoren jongens hoger dan meisjes op vlak van vloeiende en/of gekristalliseerde intelligentie? Een onderzoek naar intelligentiemeting bij jongens en meisjes met een verstandelijke beperking. Niet gepubliceerde bachelorproef, Thomas More, Antwerpen, o.l.v. M. Tierens. Kort, W., Schittekatte, M., Dekker, P. H., Verhaeghe, P., Compaan, E. L., Bosmans, M. & Vermeir, G. (2005). WISC-III NL Wechsler Intelligence Scale for Children. Derde Editie NL. Handleiding en Verantwoording. Amsterdam: Harcourt Test Publishers/Nederlands Instituut voor Psychologen. Mulder, J. L., Dekker, R. & Dekker, P.H. (2004). Kaufman Intelligentietest voor Adolescenten en Volwassenen: Nederlandstalige bewerking van de Kaufman Adolescent and Adult Intelligence Test: Handleiding. Leiden: PITS. 8

Tierens, M. & Magez, W. (2016). CoVaT-CHC Basisversie: Normering. Geraadpleegd op http://www.thomasmore.be/psychodiagnostisch-centrum/covat-chc-basisversie-0 Vanhoomissen, T. & Valkeneers, G. (2013). Hypothesetoetsingen en betrouwbaarheidsintervallen. In T. Vanhoomissen (Ed.), Inductieve statistiek voor de gedragswetenschappen (pp. 65-66). Leuven/Den Haag: Acco. Wechsler, D. (2012). WAIS IV-NL, Nederlandstalige bewerking. Amsterdam: Pearson Assessment & Information B.V. Wechsler, D., Hendriksen, J. & Hurks, P. (2009). WPPSI-III-NL. Nederlandstalige bewerking. Amsterdam: Pearson Assessment and Information B.V. 9