MAILBERICHT d.d. 03-09-2013 Beste Pia, c.c. overige raads- en commissieleden, Eerder (op 11-08-13) heb jij diverse technische vragen gesteld over het centrumplan Den Hoorn. De beantwoording heeft hedenmiddag plaatsgevonden en stuur ik bijgaand toe. Conform afspraak ontvangen alle raads- en commissieleden dit mailbericht. Het mailbericht wordt ook geplaatst bij de desbetreffende vergaderstukken van de commissie 10-09-2013. Met vriendelijke groet, Arjan de Vos Raadsgriffier Midden-Defland VRAAG & ANTWOORD Vraag 1: Het College heeft advies gevraagd aan een jury. Kunt u aangeven welke disciplines in deze jury vertegenwoordigd waren en wie de personen waren die deze disciplines vertegenwoordigden? Is er een rol voor deze jury in het nu volgende uitwerkingsproces (en zo ja, welke)? Antwoord 1: De beoordelingscommissie is in het leven geroepen om een integraal en multidisciplinair advies uit te brengen aan het college met betrekking tot de te maken ontwikkelaarskeuze. Daarbij was de beoordelingscommissie niet vrij in de afweging, maar moest als uitgangspunt de criteria toepassen die bij het zogenoemde marktpropositietraject zijn opgesteld. Dit martkpropostitietraject was het vervolg op de vorig jaar gehouden marktconsultatieronde, waaruit bleek dat er vanuit de markt interesse bestaat voor de centrumontwikkeling in Den Hoorn. De beoordelingscommissie is ingesteld om te waarborgen dat er een onafhankelijk en breed oordeel over de ingediende voorstellen zou worden gegeven. Dit neemt niet weg dat het om een advies gaat en het college zelf een uitvoerige en grondige afweging heeft gemaakt. De commissie was multidisciplinair samengesteld en omvatte de disciplines stedenbouw (bureau Franz Ziegler), planeconomie (ambtelijk), bestuurlijk (wethouder), projectleiding, vormgeving openbare ruimte (ambtelijk) en projectondersteuning. De samenstelling van de jury is zo gekozen dat zowel interne, als externe deskundigheid in de jury vertegenwoordigd zijn. Vraag 2: Uit de toelichting van het college blijkt dat (naast de financiële) vooral ruimtelijke en economische argumenten een rol hebben gespeeld. De keuze voor ontwikkelaar Waaijer impliceert echter behalve ruimtelijke verschillen ook een keuze voor een ander ontwikkelmodel voor Den Hoorn. We noemen als voorbeelden het verschil tussen één of twee supermarkten, een introductie van een filiaalbedrijf van een landelijke keten in de kern, de mogelijkheid om een eigen (Cittaslow/Midden-Delfland) concept voor Den Hoorn te ontwikkelen etc. Welke van deze elementen heeft u in de huidige keuze verwerkt en hoe zijn deze gewogen t.o.v. de ruimtelijke aspecten?
Antwoord 2: De besluitvorming van het college is verlopen langs de lijnen van de criteria die in het marktpropositietraject zijn ontwikkeld. Deze criteria zijn: 1. Levert een voorstel een voldoende bijdrage aan het behoud en de versterking van het dorpse karakter van het centrum van de Hoorn. Dit vertaalt zich zowel in de stedenbouwkundige vormgeving als in het programma. Aangegeven is dat een bebouwingshoogte van twee lagen en een kap het maximum zou moeten zijn, wil een voorstel een bijdrage leveren aan het dorpse karakter; 2. Een in te dienen voorstel moet de vestiging van een supermarkt met een oppervlakte van 1750m2 mogelijk maken. Belangrijk is daarbij dat er geen verdere programmatische eis is gesteld dat daarbij de bestaande supermarkt zou moeten worden verplaatst of zou moeten verdwijnen. Er zijn ook geen eisen gesteld aan de verhouding tussen food en non-food detailhandel in de nieuwe situatie; 3. In te dienen voorstellen moeten de zichtrelatie met de wijk Look West versterken; 4. Het parkeren moet op een door de ontwikkelaar te bepalen wijze binnen het plangebied worden geregeld, waarbij niet is bepaald of dit parkeren op maaiveld of via een halfverdiepte of ondergrondse oplossing wordt geregeld; 5. Het parkeren moet gratis blijven; 6. De relatie tussen de Dijkshoornseweg en de nieuw te ontwikkelen locatie moet versterkt worden door het creëren van een aangenaam, comfortabel en sfeervol winkel- en verblijfsgebied voor bewoners en bezoekers; 7. Erop aansturen dat de grondverkoop, die in het kader van de centrum ontwikkeling, door de gemeente aan de te selecteren ontwikkelaar zal plaatsvinden, 1.750.000,- oplevert. Deze criteria zijn bewust op hoofdlijnen geformuleerd. Dit is gedaan om optimaal gebruik te kunnen maken van de expertise en deskundigheid van de ontwikkelaars in het stadium waarin de planvorming zich op dit moment bevindt. Vraag 3: Er is volgens onderliggende rapporten over de centrumontwikkeling Den Hoorn en blijkens de uitlatingen van Hoornse ondernemers behoefte aan uitbreiding van winkeloppervlak buiten de supermarkten (detailhandel, non-food). De voorstellen van de twee ontwikkelaars verschillen op dit onderdeel nogal. Welke rol heeft deze uitbreidingsbehoefte gespeeld in de door u gemaakt afweging? Antwoord 3: Blijkens diverse uitgevoerde onderzoeken (B@S 2011, Roots 2012, B@S 2013 - die laatste in opdracht van Waaijer Projectrealisatie) en volgens de huidige winkeliers is er behoefte aan uitbreiding van de mogelijkheden voor non-food winkels in het centrum. Gevraagd wordt in hoeverre deze uitbreidingsbehoefte een rol heeft gespeeld in de door het college gemaakte afweging. Daarover kunnen wij u als volgt berichten. In de afgelopen twee jaren is door de ondernemers, de bewoners en de gemeente hard gewerkt aan voorstellen om de kwaliteit van het centrum van Den Hoorn te verbeteren en de eerste stappen te zetten voor een duurzame, langjarige ontwikkeling, met als
gezamenlijk doel de totstandkoming van een levendig en vitaal dorpshart. Als eerste zichtbare stap in deze ontwikkelingen is aan te merken de volledig nieuwe inrichting van de Dijkshoornseweg, die conform planning en binnen budget onlangs is opgeleverd. Het herinrichtingsplan is in gezamenlijkheid met alle betrokken partijen gemaakt en het resultaat wordt door een ieder positief beoordeeld. Parallel aan de voorbereiding en uitvoering van het traject Dijkshoornseweg hebben wij een marktconsultatie- en marktpropositietraject uitgevoerd, met als doelstelling om interesse van marktpartijen te peilen voor de herontwikkeling van de centrumlocatie. De leidende gedachte hierbij was dat het noodzakelijk voor een succesvolle ontwikkeling is om een trekker in het dorp te hebben in de vorm van een (nieuwe) supermarkt. Ook wilden we zekerheid hebben over de vraag of marktpartijen interesse zouden hebben voor een dergelijk plan, dit gelet op de omvang van het dorp en de economisch moeilijke tijden. Om op een zorgvuldige en grondige wijze de genoemde trajecten te kunnen doorlopen was het nodig inzicht te krijgen in het potentieel van de bestaande en nieuwe detailhandel in het dorp, immers, zonder detailhandel is er geen sprake van een vitaal dorp met toekomstpotentieel. Om deze redenen hebben wij al in 2012 aan het bureau B@S bureau gevraagd om te onderzoeken welke potentieel aan detailhandel er in het dorp is. De uitkomsten van dat onderzoek zijn opgenomen in de visie voor het centrum van Den Hoorn, dat in januari 2012 door de raad is vastgesteld. Mede op verzoek van de winkeliers en de kamer van koophandel is er daarnaast een onderzoek verricht door het bureau Roots, met als doel om een economische visie voor het centrum van Den Hoorn op te stellen. De uitkomsten van dat onderzoek vormden in onze ogen een nuttige aanvulling op het andere onderzoek. In de rapportage wordt het detailhandelspotentieel bevestigd en meer in het bijzonder werd geconcludeerd dat er -in lijn met de opvattingen van de winkeliers- vooral behoefte is aan uitbreiding in de nonfood (niet dagelijkse boodschappen) sector. De vraag die ook door de winkeliers wordt gesteld hoe de uitkomsten van dit laatstgenoemde onderzoek zich verhouden tot de door ons gemaakte keuze voor het voorstel van Jumbo/Waaijer, waarin wel de vestiging van een nieuwe supermarkt is opgenomen, maar niet of nauwelijks ruimte lijkt te zijn voor detailhandel in de non-food sector. Bij de afweging die we gemaakt hebben om te kiezen voor de ontwikkelcombinatie Waaijer/Jumbo hebben we stilgestaan bij het gegeven dat er in dit voorstel minder ruimte in het plan voor non-food detailhandel beschikbaar is dan bij het voorstel van Leijten/van Leeuwen/Plus. Daarover merken wij het volgende op. - De ruimte voor extra non-food winkels kan ook in de bestaande beschikbare panden in en rond de Dijkshoornseweg worden gevonden; - Het toevoegen van te veel extra detailhandelsoppervlakte naast de mogelijkheid om een supermarkt te vestigen levert risico s op. Er kan, door verhuizing van een of meer huidige winkeliers,, ook ongewenste leegstand in de bestaande panden aan de Dijshoornseweg ontstaan, waardoor deze straat zijn belangrijke functie als levendige verbinding tussen het dorpsplein en horecaplein zal verliezen en een belangrijk element uit de visie van 2012, te weten de realisatie van het zogenoemde haltermodel, zal onder druk komen te staan.
- Ook als gekozen zou zijn voor het plan Leijten/ van Leeuwen/ Plus vastgoed is niet uit sluiten dat er twee supermarkten zouden blijven/komen. In het voorgestelde scenario zou de Plus naar het de nieuwe centrumlocatie verhuizen. Het is dan zeker mogelijk dat zich een andere supermarkt in het leegkomende pand komt. De ontwikkelcombinatie heeft dit ook zelf als mogelijkheid naar voren gebracht. De gemeente kan hier niet op sturen; - Waaijer/Jumbo heeft een onderzoek van B@S consultants overgelegd ter onderbouwing van hun voorstel. Daaruit blijkt dat er wel degelijk potentieel is voor twee supermarkten in het dorp; - Door de komst van een tweede supermarkt zullen er meer bezoekers in het dorp komen om te winkelen. Dit is goed voor de overige detailhandelaren. Vast staat dat de bestaande supermarkt de gewenste trekkersrol onvoldoende vervult en dat er tot nu toe geen ondernemers uit de non-food sector serieuze belangstelling hebben getoond; - Naar onze overtuiging en blijkens de eerder genoemde onderzoeken betekent daarom de komst van een tweede supermarkt dat er juist extra mogelijkheden ontstaan voor omzetvergroting voor de huidige winkeliers; - Door de keus voor Waaijer/Jumbo wordt het kleinschalig karakter van het dorp geenszins aangetast. Het plan kent vanuit stedenbouwkundig opzicht een dorpse schaalgrootte en is goed ingepast in de omliggende bebouwing. Programmatisch blijft de uitbreiding van de winkeloppervlakte binnen de door ons gestelde criteria, maar is tegelijk voldoende van omvang om de rol als trekker voor het winkelgebied te laten fungeren, de hoofdreden om een centrumplan voor het dorp te maken. Vraag 4: Kunt u aangeven welke programmatische effecten de gemaakte keuze voor een model met twee supermarkten heeft voor de kern Den Hoorn? Te denken valt aan het aantal benodigde parkeerplaatsen, de bijbehorende verkeersbewegingen en gewenste infrastructuur, de overblijvende behoefte aan winkeloppervlak voor bestaande en gewenste nieuwe winkels, dienstverleners etc.
Antwoord 4: De effecten van het ontwikkelen van de centrumlocatie voor verkeer en parkeren zijn bekend en in het kader van de voorbereiding en vaststelling van de visie centrum Den Hoorn geïnventariseerd. Voor de zomer van 2013 heeft de raad het masterplan voor het centrum van Den Hoorn vastgesteld. In dit masterplan zal afzonderlijk en dieper worden ingegaan op het verkeer en parkeren. Vraag 5: Hoe ziet het overlegprogramma er uit met de meest betrokken Hoornse winkeliers en bewoners in de komende maanden, waarin u met de door het College gekozen ontwikkelaar de centrumplannen nader uitwerkt? Welke vorm van medezeggenschap geeft u de Hoornse stakeholders? Antwoord 5: De afgelopen weken is er door een van de projectleiders intensief met verschillende winkeliers gesproken over de gemaakte keuze en de argumenten die daaraan ten grondslag liggen. Daaruit en via andere kanalen is gebleken dat er onduidelijkheid bestaat over die argumentatie. Om die reden en omdat we snel vervolgstappen willen zetten die leiden tot uitgewerkt ontwerp (en andere belanghebbenden), starten we de komende weken een intensief traject. Tijdens dit traject en om te komen tot dat uitgewerkte ontwerp is gezamenlijke inbreng van en participatie met winkeliers, bewoners en omwonenden belangrijk. Op 28 augustus 2013 spraken wij met de winkeliers. Dit naar aanleiding van de vragen die bij hen leefden omtrent het collegebesluit voor deze ontwikkelcombinatie. Er is behoefte bij een aantal van de aanwezige ondernemers om uit te breiden en zo te kunnen inspelen op de toenemende bestedingen in Den Hoorn. Daarop willen wij gericht inspelen en in overleg gaan met deze ondernemers. Op 2 september 2013 heeft een informatieavond voor bewoners, omwonenden, ondernemers en andere belanghebbenden plaatsgevonden waarin we een start maken met het vervolgtraject. We zijn ingegaan op de opzet van dit traject en de rol die alle belanghebbenden daarin kunnen spelen. In de komende maanden komen we in werkgroepverband geregeld bijeen om te komen tot uitwerking van de plannen. In januari 2013 moeten de plannen zover gereed zijn dat er besluitvorming door ons en door de raad kan plaatsvinden.