Naar één Europese markt vol groene producten

Vergelijkbare documenten
WAT BRENGT DE TOEKOMST NOG MEER VOOR DE EVALUATIE VAN DE MILIEUPRESTATIES VAN GEBOUWEN EVOLUTIE OP EUROPEES NIVEAU

Verslag Bijeenkomst Nederlands kader PEF/OEF

Levenscyclusanalyse van grassportvelden. 22 november Jasper Scholten

Een tool in ontwikkeling op basis van de MMG berekeningswijze

VOETAFDRUKKEN VAN NEDERLANDSE CONSUMPTIE

Een toelichting op Circular IQ

Geokunststoffen en de reductie van de CO2 footprint

Milieubeoordeling houten bruggen Diana de Graaf

Relevantie van (carbon) footprinting voor telers. Jasper Scholten 23 juni 2011

Synthesenota BREEAM: Duurzaamheid meten

Samenvatting Duurzaamheid van het afvalwater transport systeem; LCA methodiek toegepast op verschillende diameters en materialen

1 VERPAKKEN IN EEN CIRCULAIRE Copyright 2017 ECONOMIE KIDV door de VNV en het KIDV

JPI Oceans Gezonde en productieve zeeën en oceanen

Nederland tegen Kinderarbeid Challenge

C 2 RE. CO 2 Reductie Initiatief

Wereldgemeenten: daar draait het om! Ambtenarenbijeenkomst over internationale aspecten van gemeentelijk beleid. 5 november 2015

ENERGIEMANAGEMENTPROGRAMMA VDM-GROEP

Duurzaamheidsanalyse, Hoe groen is groen?

Milieu-impact van groene wandsystemen

Vergelijking milieuaspecten LED-lichtbakken

Succesvolle toepassing van 360 graden feedback: De keuze van het 360 instrument en de voorbereiding op het 360 traject

Verpakken in de circulaire economie. Hester Klein Lankhorst Empack, 5 april 2017

Communicatieplan CO 2 -prestatieladder

gemeente Eindhoven Hierin wil GroenLinks in ieder geval de volgende vragen beantwoord hebben.

Waarom inzicht in de energieketen noodzakelijk is.

KETENINITIATIEVEN. Contactpersoon. Edith Sweep. RPS advies- en ingenieursbureau bv Referentienummer Auteur Datum Versie

Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie DURVEN DELEN OP WEG NAAR EEN TOEGANKELIJKE WETENSCHAP

ENERGIEMANAGEMENTPROGRAMMA VDM-GROEP

Extra impuls gemeenten voor afvalpreventie en afvalscheiding huishoudelijk afval

Toelichting ISO Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018

Communicatieplan CO 2 -Prestatieladder

Beoordelen circulaire aanbesteding Douwe Jan Joustra, ICE-Amsterdam

Een evaluatie van zorginhoudelijke indicatoren in de VV&T

EN De Europese norm voor duurzaamheid van bouwproducten

Manifest Circulair Onderwijs

Duurzaamheidsdialoog. Strategisch richten en inrichten van duurzaamheid

Kwantificeren van Milieuprestatie. Mantijn van Leeuwen

Energie management Actieplan

EnergyNL2050, een serie van 4 bijeenkomsten, Korte uitleg over de bijeenkomsten. KIVI-E/USI energynl2050 UvU 13 /10/16

Initiatieven CO2 reductie MVOI BV.

TEN BEHOEVE VAN DE CO 2 PRESTATIELADDER SHANKS NEDERLAND BV

Samenvatting Onderzoek Pilot ISO Milieuprestatiemeting

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Circulaire Economie. Urgentie en ongemakkelijke waarheden rond circulariteit Prof. Arnold Tukker Universiteit Leiden - CML en TNO

Van Afval Naar Grondstof

LCA Studie Levens Cyclus Analyse van enkele tropische houtsoorten ten behoeve van damwanden

Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2015 Datum: 21 augustus 2015 Opgesteld door: Rick Arts Versie: 1.1

Circulaire Bouweconomie

Samenvatting LCA Ioniqa. Screening carbon footprintanalyse

Energiemanagementsysteem

CO2- communicatieplan

Vergelijking milieuaspecten LEDlichtbakken

Stakeholdersbijeenkomst SBK Routekaart naar NMD 2.0

NAP innovatie programma, de analyse

Samen aan de slag met CO 2 -reductie

Mevrouw de voorzitter, Geachte leden van het Bureau, Dames en heren,

Reactie visiedocument: Duurzame bio-economie 2030

ZUINIGE ENERGIE EN KPN

Energiemanagementsysteem. Van de Kreeke Beheer BV en Habets-van de Kreeke Holding BV

CO2- communicatieplan

Communicatieplan Milieu Inclusief CO 2 -footprint en reductie. Koninklijke Bammens

Klaver Technisch Bedrijf B.V. CO2 Communicatieplan. CO2-Prestatieladder. Versie 1.1

Fiche 4: Mededeling Normalisatiepakket Europese normen voor de 21e eeuw

BEDRIJFSINFORMATIE. VOOR PLUS groen beton. MRPI-code DATUM AFGIFTE 20 september 2012

Water 38,8 M. 1,3 miljoen. inwoners waarvan afvalwater gezuiverd werd. 102 miljoen m3. Gezuiverd water. 112 miljoen. m3 gezuiverd afvalwater

Project Portfolio Management. Doing enough of the right things

Energiemanagement actieplan. Van Schoonhoven Infra BV

Duurzame innovatie met de natuur als mentor - de circulaire economie in de praktijk - Rijks Innovatie Lab 2013

QUICKVIEW CIRCULAR IQ

Kansen en uitdagingen Circulair inkopen

Energiemanagement actieplan. Koninklijke Bammens

artikel SUSTAINGRAPH TECHNISCH ARTIKEL

Startbijeenkomst keten innovatieprogramma. Kunststof & Rubber in de Ondergrondse Infrastructuur

Grondstoffenschaarste in drie dimensies

CO2 prestatieladder niveau 5

Jade Beheer. Communicatieplan CO 2 Prestatieladder 3.C.1. 3.C.2 Invalshoek C: Transparantie Handboek CO2 Prestatieladder, versie 2.2 / 3.

Voedselverspilling: kans of uitdaging voor agrifoodtech?

Het grondstofpaspoort

Wat is CO 2? Waarom CO 2? Waarom Milieubarometer i.p.v. CO 2? Waarom CO 2 -footprint? Inhoud. Cursus CO 2 -footprint

Duurzaamheid bouwwerken - Nieuwe Nederlandse en Europese normen en regelgeving

3.B.1 CO2-reductiedoelstellingen

VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 4 juli Voorzitter van de commissie, Agnes Mulder

Ketenanalyse stalen buispalen 2013

Levenscyclusanalyse & duurzame inkoop van weginfrastructuur. 28 november 2018

Sector en keteninitiatieven

Communicatie plan. CO₂ prestaties

Milieu-actualiteit NON-ETS. 3 mei 2018

Scope 3 emissie analyse Schindler Liften B.V. 5 december 2016

Aan elke zakelijke besteding is een bepaalde CO2 uitstoot gekoppeld. De Visa Greencard Corporate berekent en compenseert deze uitstoot volledig.

Material Value Circle

Energiemanagement actieplan

Wageningen University & Research. Wageningen, 04 November 2017 Prof. dr Arthur Mol, Rector Magnificus

OPLEIDING DUURZAAM GEBOUW

Milieucijfers SuperWijzer

o o o

VOORUITKIJKSPIEGEL FINANCIËLE SECTOR IDEEËN VOOR EEN AANPAK HELPDESK NATUURLIJK KAPITAAL

Implementatieplan Indicatoren ambulancezorg

Manifest Circulair Onderwijs

Verpakking en voedselverspilling

d) EUR-Lex

Transcriptie:

Het Milieu Dossier accepteert artikelen die de voortgang in beleid, onderzoek en maatschappelijke respons documenteren. Bijdragen worden beoordeeld door een redactieteam. Naar één Europese markt vol groene producten Keus genoeg. Er bestaat momenteel een woud aan groene labels voor consumentenproducten. Dat levert niet meteen duidelijkheid en vertrouwen als je groene keuzes wilt maken. Maar hierin komt verbetering. In Europees kader wordt hiervoor onder meer gewerkt aan de heldere en betrouwbare bepaling van de milieuvoetafdruk van producten en bedrijven. Momenteel loopt een groot Europees pilot-onderzoek. De voetafdruk is inmiddels ook een onderdeel van de Europese ambities rond de circulaire economie. Wereldwijd is er grote interesse voor de testresultaten, om daadwerkelijk tot reductie van milieu-voetafdrukken van producten en bedrijven te komen. Wat is de stand van zaken? Het is bijna niet voor te stellen, maar er bestaan meer dan 400 productlabels die je als consument tegen kunt komen op producten. Door de wildgroei aan labels is het moeilijk een goede keus voor groenere producten te maken. Dat zijn producten die bij vergelijkbaar nut minder belastend zijn voor het milieu. Er bestaat een noodzaak én de ambitie deze verwarrende situatie te verbeteren. De noodzaak blijkt onder meer uit de Earth overshoot day van het Global Footprint Network. Die viel in 2015 op 13 augustus. Toen werd de consumptie hoger dan de herstelcapaciteit van moeder aarde. De ambitie voor verbetering is begin september 2015 vastgesteld in de Sustainable Development Goals voor de gehele wereld 1, en in de Roadmap to a resource efficient Europe (onder de vlag van de EU-visie Building the Single Market for Green Products) 2 voor Europa. De Roadmap stelt lange-termijn doelen tot 2050. Die leiden tot acties, die nu al gestart zijn. Eén van die acties is: het opstellen en testen van een methode om vanaf 2017 de milieuvoetafdruk van producten (PEF, Product Environmental Footprint) of bedrijven (OEF, Organisation Environmental Footprint) te bepalen én te communiceren. Het kunnen kiezen voor groene producten wordt hierdoor gemakkelijker gemaakt, zowel bij aankoop als productie. Doelen In dit artikel beschrijven we hoe het pilotonderzoek van de milieu-voetafdrukken verloopt en wat het belang ervan is. We tonen de werkwijzen van de voetafdrukmethode. We melden de voorlopige resultaten, nu de testfase halverwege is. En we kijken vooruit naar toepassingen. We schatten in, dat er rond 2017 waarschijnlijk een manier zal bestaan om milieu-voetafdrukken te kunnen afleiden en gebruiken. En verwacht wordt, dat de methodiek een rol speelt bij de onlangs gepubliceerde Europese ambities rond de invoering van Leo Posthuma, Johannes Lijzen en Max Sonnen Dr. Leo Posthuma (leo.posthuma@ rivm.nl) en Ir. Johannes Lijzen zijn werkzaam als senior onderzoekers bij het Centrum Duurzaamheid, Milieu en Gezondheid van het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM); Max Sonnen MSc (max. sonnen@ecomatters.nl) is oprichter en directeur van het duurzaamheidsadviesbureau Ecomatters. De auteurs zijn direct betrokken bij het testen van de methoden voor het bepalen van milieu-voetafdrukken die in dit artikel beschreven worden. de Circulaire Economie 3. Wat de huidige testfase precies oplevert is nog open. Dat er met de testresultaten iets gedaan wordt dat burgers en bedrijven aangaat is echter nu al duidelijk. Vanwege deze inschatting hopen we met dit artikel nu al te bereiken dat de test geen Brussels onderonsje zal blijken te zijn. Dat is ook de inzet van de Europese Commissie. Die roept iedere burger of producent op om aan het pilot-onderzoek bij te dragen 1. Ideaal of idealistisch? Als er meer dan 400 groene labels bestaan, bestaan er meer dan 400 meetsystemen. Dat is op zich geen vreemde situatie. We zijn of liever: waren wel wat gewend, bijvoorbeeld voor het meten van tijd of afstand. In Nederland werd de landelijke tijdrekening 32 Tijdschrift Milieu - Dossier - maart 2016

pas in de 19e eeuw ingevoerd. Dit omdat er treinen gingen rijden tussen steden met daarvóór nog verschillende tijdrekening. Voor afstand gold hetzelfde. Oude atlassen tonen eenheden zoals de Haagse el, de Amsterdamse voet, of zelfs het uur gaans. Nu hebben we de meter als universele maat. Stel je de treindienstregeling maar eens voor zonder standaard-eenheden voor tijd en plaats! Kan een standaardisatieproces ook leiden tot een handige en eenduidige maat voor de milieu-voetafdruk? Is dat een haalbaar ideaal of een idealistische utopie? Door de huidige wildgroei aan groene labels kunnen we niet meten, niet kiezen, en niet sturen. Voor tijd en ruimte is het echter ondanks bestaande diversiteit gelukt om bruikbare internationale eenheden af te leiden. Iets vergelijkbaars moet dus ook kunnen voor milieu-voetafdrukken. Opstellen en testen Er zijn al diverse vormen van het bepalen van een milieuvoetafdruk bekend, voor deelaspecten via bijvoorbeeld de carbonen de waterfootprint. In 2011 werden twee concept-methoden voor het vaststellen van integrale milieu-voetafdrukken ontwikkeld: één voor producten (PEF) en één voor bedrijven (OEF). Deze methoden worden vanaf 2013 tot en met 2016 getest. Daarna volgt brede consultatie met belanghebbenden, en een keuze over daadwerkelijke toepassing 4. Onder ideale condities is toepassing ook buiten de EU waardevol, vooral vanwege internationale handel. De PEF/OEF-methoden zijn gebaseerd op het in kaart brengen van de totale levenscyclus van een product of de waardeketen waarin een bedrijf opereert. Dat is logisch: de milieu-voetafdruk is afhankelijk van alle handelingen die nodig zijn om het product te maken, te gebruiken en af te danken of deels te hergebruiken, en van het grondstof gebruik en de emissies die met al die stappen samenhangen. De aanpak voor het maken van een milieuvoetafdruk wordt schematisch uitgelegd in het eerste kader. De methoden worden toegepast om producten of bedrijven (productieketens) onderling te kunnen vergelijken. Voor producten worden daarbij productcategorieën gehanteerd, zoals schoenen, bier of T-shirts. De toepassing van de methoden levert op minimaal twee manieren bruikbare informatie. Ten eerste kan toepassing leiden tot inzicht in zogenoemde hot spots voor producenten, een hoge bijdrage van een onderdeel van een product of productieketen aan de totale milieuvoetafdruk. Door maatregelen kan het bedrijf die dan reduceren. Ten tweede helpt het consumenten en producenten via heldere communicatie van de resultaten bij de keuze voor producten met een kleinere milieuvoetafdruk. De methoden die getest worden zijn gestandaardiseerd. Er wordt gewerkt volgens herkenbare stappen. Die lopen kortweg van het definiëren van een product- of organisatie categorie, via het verzamelen en analyseren van data, tot aan interpretatie en communicatie 5. 1 Dat kan onder andere via de Europese Wiki-pagina: http://ec.europa.eu/environment/eussd/smgp/ index.htm Tijdschrift Milieu - Dossier - maart 2016 33

Schematische uitleg van de manier om binnen een productcategorie de milieuvoetafdruk van een product vast te stellen ten opzichte van een gemiddeld product. Doel We willen de milieu-voetafdruk van een product weten, bijvoorbeeld van een stoel. De stoel valt onder de productcategorie stoelen. We willen ook weten of er bij dat product bepaalde fasen in de levenscyclus zijn die sterk bijdragen aan de voetafdruk. We vergelijken onze stoel met een milieuvoetafdruk van een representatieve (zeg maar: gemiddelde) eetkamerstoel. De resultaten vatten we samen in verband met praktijktoepassing; op welke manier dat gebeurt wordt nog bepaald. Maar daarna kunnen we zeggen of onze eetkamer stoel beter of slechter scoort dan de representatieve stoel. Stap 1: De waardeketen. De milieudruk wordt bepaald voor de gehele keten, dus we beginnen met het ontginnen en productie van de materialen. De stoel wordt vervolgens geproduceerd en een aantal jaar gebruikt. Uiteindelijk wordt de stoel afgedankt en deels gerecycleerd. Voor elke stap in de levenscyclus van het product brengen we in kaart hoeveel de betreffende stap bijdraagt aan een aantal helder gedefinieerde milieuproblemen, vaak aangeduid als impactcategorieën. De bijdragen leiden tot scores. Voor de stoel zijn dit bijvoorbeeld scores voor Grondstofschaarste ( ), Klimaatverandering ( ) en Giftigheid ( ). Stap 2: Wegen. Er kunnen weegfactoren worden toegepast om de uitslagen ( ) op te kunnen tellen, maar weging is niet verplicht. De weegfactoren weerspiegelen het relatieve belang van gescoorde milieuproblemen. Met behulp van deze weegfactoren kan de algemene milieudruk ( ) van de stoel, per milieuprobleem, bepaald worden. Stap 3: Milieuvoetafdruk bepalen en communiceren. De totaalscore voor onze stoel wordt via deze methode 65, terwijl de onderliggende gegevens bekend zijn (stap 2). Door de eindscore te vergelijken met Schematisch overzicht belangrijkste stappen en resultaten Stap 1: De waardeketen Stap 2: Wegen Stap 3: Voetafdruk bepalen en communiceren Ontginnen grondstoffen 0-40 >40-80 >80-120 >120-160 +160 Grondstof schaarste Voetafdruk A B C D E de score van de representatieve stoel zien we dat onze stoel B als eindoordeel krijgt. Deze score is beter dan de score C van de gemiddelde stoel. De B-score wordt omgezet in een label dat eventueel op een product gebruikt kan worden om de consument te informeren. De tweede stap van de analyse toont ook welke hotspots er zijn die de producent kan gebruiken om zijn producten te verbeteren. Meer dan drie scores. Ons voorbeeld toont slechts drie scores, terwijl er in werkelijkheid 15 vormen van milieudruk worden onderscheiden in de PEF/OEF methodiek. We geven de Engelse namen, waardoor de uitleg op de EU-website eenvoudiger gevonden kan worden: Climate Change, Ozone Depletion, Fresh water Ecotoxicity, Human Toxicity - cancer effects, Human Toxicity - non cancer effects, Particulate Matter, Ionising Radiation - human health effect, Photochemical Ozone Formation, Acidification, Terrestrial Eutrophication, Freshwater Eutrophication, Marine Eutrophication, Water Resource Depletion, Mineral and Fossil Resource Depletion, Land use. 65 Materiaal productie 18 Stoel maken Gebruik Afdanken Klimaat verandering 35 Eind resultaat Giftigheid Aandachtspunten voor verbeteringen: - Opwarming van de aarde - Ontginnen grondstoffen - Stoel maken Voor verschillende producten zullen verschillende impactcategorieën bijdragen aan de milieu-voetafdruk. Voor het ene product zal bijvoorbeeld uitputting van de watervoorraden belangrijk zijn en voor het andere product juist klimaatverandering. Door alle scores te bepalen wordt ongewenste afwenteling tussen scores tegengegaan. Bijvoorbeeld door oplossingen te kiezen die minder CO 2 uitstoot hebben maar veel meer waterschaarste veroorzaken. Indeling productcategorieën Omdat er veel zeer verschillende producten bestaan wordt er gewerkt met productcategorieën, zoals stoelen, schoenen, of T-shirts. Het vaststellen van de voetafdruk gebeurt dan ook uiteindelijk per productcategorie, waarbij specifieke uitwerkingen van de algemene PEF en OEF rekenregels worden vastgesteld. Iedere pilot-test doet dit voor een bepaalde productgroep. Door die regels toe te passen op de levenscyclus van een gemiddeld benchmarkproduct in zo n groep wordt het referentiepunt (C) afgeleid. Daarna wordt het mogelijk om ieder afzonderlijk product binnen de categorie een A tot E score te geven. 12 1 34 Tijdschrift Milieu - Dossier - maart 2016

Figuur 1. Overzicht van de pilots. De Engelse namen worden gebruikt, zodat deze pilots makkelijk te vinden zijn op de EU-website van de testfase De pilots Bij de aanvang van het testprogramma waren er 120 aanmeldingen voor casussen, waarvan er momenteel 26 in pilots worden uitgewerkt volgens het schema in Box 1. Eén daarvan ( Stationary ) wordt niet afgerond. Het merendeel van de 26 tests heeft betrekking op producten (PEF, 24 stuks); de overige gaan over de voetafdruk van organisaties (OEF, twee stuks), zie ook figuur 1. Deelname aan de pilots is vrijwillig. De Nederlandse betrokkenheid bij de pilots is hoog. De rijksoverheid steunt de intenties van de Roadmap en de testfase. Het RIVM is actief in de Technische Advies Commissie en de Stuurgroep van de testfase. De op dit gebied ervaren Nederlandse adviesbureaus Blonk Consultants en Ecomatters ondersteunen specifieke pilots. PRé Consultants en Ecofys, samen met het Belgische RDC, hebben de opdracht van de Europese Commissie gekregen om als Helpdesk de pilots te ondersteunen bij de uitvoering van de test (geven van trainingen en ad-hoc technisch advies, het doen van aanbevelingen, etc.). Een analyse van de testperiode toont indrukwekkende cijfers voor de pilotfase. Het gemiddelde aantal stakeholders per pilot is ongeveer 100, en er zijn in totaal 288 stakeholders betrokken, waarvan 12% van buiten Europa komt. De betrokkenheid van overheden buiten de EU strekt zich onder meer uit tot de VS, Australië, Brazilië en Japan. De pilots hebben (gemiddeld over de pilots) betrekking op 73% van de bijbehorende productiebedrijven in Europa. Dit alles toont een grote betrokkenheid van de bedrijven bij de testfase. Bovendien is de dekkingsgraad over het totaal van economische activiteiten hoog. Bij aanvang was er de duidelijke wens om veel van de pilots te leren. Ook bij de conferentie in november 2015 bleek dat de belangstelling onverminderd hoog was. Interpretatie en communicatie Voor sommige producten en productgroepen bestaan er al geruime tijd manieren om de uitkomsten van milieuprestaties samen te vatten en helder te communiceren, om consumenten te ondersteunen bij hun keuzes. Dat is bijvoorbeeld het geval bij auto s en bij witgoed. Daar is ervaring opgedaan met het samenvatten van complexe informatie op een label. De Figuur 2. Voorbeelden om de milieuvoetafdruk-resultaten samen te vatten, bijvoorbeeld op een label. Via onderzoek onder potentiële gebruikers worden voor- en nadelen vastgesteld over bijvoorbeeld de getoonde impactcategorieën en het geven van kwantitatieve informatie. Na de evaluatie van de testfase worden keuzes gemaakt over communicatie van resultaten. focus bij deze voorbeelden ligt daarbij echter op energieverbruik. Bij de milieu-voetafdruk gaat het om een groter aantal indicatoren. Om die reden is er extra consumentenonderzoek gedaan, om vast te stellen welke presentatie van voetafdruk-resultaten gewenst en effectief is. De informatie moet effectief een eindoordeel overbrengen, maar moet voor geïnteresseerde consumenten ook details kunnen geven (Figuur 2), inclusief een eventuele QR-code voor het opzoeken van details via een smartphone. Ook voor communicatie tussen bedrijven is het belangrijk de milieudruk van grondstoffen en tussenproducten te kennen. De voetafdruk-informatie vergroot de transparantie in de productieketen, en helpt bedrijven om meer duurzame keuzes te maken en nieuwe markten aan te boren. Eenvoud van toepassing In 2011 is nagedacht over toekomstige praktijktoepassingen. In de testperiode wordt daarom aandacht besteed aan belangrijke randvoorwaarden voor de praktijk. In de testfase wordt onder meer gewerkt aan een web-tool. Daarmee moeten grote, maar juist ook kleinere bedrijven, de methode Tijdschrift Milieu - Dossier - maart 2016 35

Europese economie. De aanpak om deze pijler te maken en te testen is breed ingebed in de Europese maatschappij. Het is ondanks de complexiteit mogelijk gebleken om één methode te maken die werkt van stoel of T-shirt tot een compleet bedrijf en van wieg tot graf. makkelijk kunnen toepassen. De EU maakt de generieke gegevens die voor daadwerkelijke afleiding van een voetafdruk nodig zijn vrij beschikbaar. Evaluatie van de testresultaten Op dit moment zijn we nog niet aan toepassing van milieuvoetafdrukken toe. Eerst moeten de resultaten van de testfase verzameld en geëvalueerd worden. In een geplande evaluatieperiode zal bekeken worden welke vorm(en) van toepassing het meest effectief en bruikbaar zijn om de ambities van de Roadmap en het Action Plan een bruikbare invulling te geven. Halverwege de testperiode werd echter al vooruit gekeken, op basis van de huidige resultaten. Eind 2015 is daarom in Nederland een stakeholder-bijeenkomst gehouden, direct gevolgd door een Europese conferentie (midterm conference). De brede deelname vanuit bedrijven, consultants, overheden en kennisinstellingen bevestigde de grote en brede belangstelling voor de methodieken. Nu we halverwege zijn, kan gesteld worden, dat er een groeiende interesse van stakeholders is. Er gebeurt kennelijk iets dat belangrijk is. Vanuit de wetenschap wordt geconstateerd dat de pilots een belangrijke ontwikkeling in het vakgebied zijn. Er worden concrete beslissingen genomen, zowel over de theorie als over toepassing. Methodologische problemen worden opgelost en beslissingen worden genomen. Voor een aantal impact-categorieën zijn bijvoorbeeld nog verbeteringen gewenst, maar voor de methode werd een breed draagvlak zichtbaar. Uit de bijeenkomsten kwam naar voren dat de manier waarop de voetafdrukken in het beleid worden ingebed cruciaal is. Bijvoorbeeld: in relatie tot financiële instrumenten, in relatie tot de wijze van communicatie naar bedrijven en consument, of als vrijwillig of verplicht instrument. Als de milieuvoetafdruk ingevoerd wordt kan dit leiden tot vergroening en verandering van producten en productketens, omdat innovatie in die richting voordeel op kan leveren. De invoering zal onderdeel zijn van een breder maatschappelijk proces, zoals de transitie naar een circulaire en biobased economie die gaande is. Onze waarneming is momenteel dat de PEF- en OEF-pilots met grote waarschijnlijkheid één van de pijlers zullen leveren onder de geambieerde vergroende en circulaire Verwachting Het harmoniseren van gebruikte groene labels en de manier waarop die tot stand komen vraagt tijd en aandacht zoals eerder voor tijd en afstand gold. Het resultaat van eenduidige manieren van meten is echter duidelijk: de treinen rijden vandaag de dag niet tussen onduidelijke gemeentelijke tijdzones, en in Parijs ligt onze universele meter waarmee we afstanden kunnen meten. En het resultaat van die oude standaardiseringen is reuze handig. Zelfs onmisbaar. Literatuur en noten 1. VN (2015). Transforming our world: the 2030-agenda for sustainable development. A/RES/70/1. VN, 2015. www. sustainabledevelopment.un.org, 2. Europese Commissie. 2011. Roadmap to a resource efficient Europe. COM(2011) 571, dd. 20.9.2011, Brussel, België. 3. Europese Commissie. 2015. Closing the loop - An EU action plan for the Circular Economy. EC, Brussel, België. 4. Europese Commissie. 2013. COM(2013) 196. Bouwen aan de eengemaakte markt voor groene producten. Bevordering van betere informatieverstrekking over de milieuprestatie van producten en organisaties. EC, Brussel, België. 5. Europese Commissie. 2015.Guidance for the implementation of the EU Product Environmental Footprint (PEF) during the Environmental Footprint (EF) pilot phase. Version 5.0 - August 2015. 36 Tijdschrift Milieu - Dossier - maart 2016