!"#$%&'""()!*"+",--."#" #''/0"12/%"1'&341'&/" 5 #67811%9:'-9/6"5! "#$%!&$!'&#(!)*+!!!!!!!!! )##(!!!!!!!,#$%'&-+!!!!!!!! )##(!!!!!!!,#$%'&-+!!!!!!!! )##(!!!!!!!,#$%'&-+!!!!!!!!!!!!
Taak A1: Bepaling van de transpiratiesnelheid Biologie - Antwoordblad (PUNTENTOTAAL 34) TAAK A1.1 OPSTELLING POTOMETER CHECKED BY SUPERVISOR (3 PUNT(EN) WATEROPNAME ONDER KAMERCONDITIES (RC) A Tijd (min) B Volume (ml) C Waterverlies / m 2 (ml / m 2 ) 0 0 5 10 15 20 25 30 TABEL 1: KAMERCONDITIES (RC) 3 PUNT(EN)
:44@!4A+R!.;F;@;)C)D!M4)!H;!:<:4";!."4H<88;FM"4@:;!!7D;.F9C@:!C)!FJ?! =!8N$'7&$?! '()*+',-!.,'/0'11'2!333(!4!.(!5'11'!6'7!$"!80 %!1+9:;-1!<#!=!%!80 % >2!33((3!4! 8(!5'11'!6'7!$0 %!!.,'/-?-7!!@7!42!33((!4! /()*+',-!.,'/*AA-?6,':+-!A-?!+B@;4!@7!0 % 2!!!!CD!!!3(!!.-?-:-7@74-7! E'+-?6-?,@-1!A-?!0 %!.,'/*AA-?6,':+-!.@;!-,:!0--+A97+!<.6(!#!0@7F!$"!0@7!-+8(>! G9,!;-!'7+B**?/-7!@7!:*,*0!H!6'7+'.-,!$!@7!.-?-:-7@74-7!
:44@!4A+=!.;F;@;)C)D!M4)!H;!G4:;F<8)4E;!.CU!.;"CJ,:C)D!7"J?! 4! :/L%!7(/$?!!!!!!.! M01N(&!!!7("?! J! G#'&*O&*1/&P!Q!( R! 7("!Q!( R?! "!!!S! # $"!!! $#!!! %"!!! %#!!! &"!!!! :4.;"!RT!.CU!.;"CJ,:C)D!!!!!!!!=!89):7;)?! :##-!4A+>!.;F;@;)C)D!M4)!H;!:<:4";!."4H<88;FM"4@:;!7D;.F9C@:!C)!"J?!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!=!89):7;)?! A. )*+',-!.,'/0'11'2!333(!4! B. 5'11'!6'7!$"!80 %!2!!33((!4! C. 5'11'!6'7!$!0 %!@7!42!33((!4! D. )*+',-!.,'/*AA-?6,':+-!A-?!+B@;4!@7!0 % 2!33(!!!!!!!!!!!!C!D!!!(((((((!!.-?-:-7@74-7!
E'+-?6-?,@-1!A-?!0 %!.-?-:-7@74-7! I*+--?!;-!'7+B**?/-7!@7!:*,*0!HF!+'.-,!%! :##-!4A+V! DF4WC;@!:;@;);)!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!X!89):7;)?!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!"#"$%&'%""$%()*+%,,-'*'."/%0/*1."#"$%2**/.$%3"%4"5%2*5"/6"/)."7%5"0"$%+"%5.3+% 8.59"5:%0"(/8.#%3"%0"0"6"$7%8.5%5*("))"$%;%"$%<%=>?@%9&A%+*5%3"%+"%("75%'*77"$+"%).3$% #/.305:%% J-!,@;7!'K:*01+@4!6'7!/-!/'+'!@7!+'.-,!$!,'.-,!;-!0-+!LMHN(!! O7!P-+Q-,K/-!'11-71+-,1-,!*A!P-+Q-,K/-!.,'/!+-:-7!;-!--7!+B--/-!,@;7!6*,4-71!/-!/'+'! @7!+'.-,!%!-7!/@-!,'.-,!;-!0-+!LRHN(!!!.&*&-&$/$2!O#$!%&!'*#$PY/*#'/&P$&1Z&/%!!!7O&*%#(Y/$2PP$&1Z&/%?!!!!!!!!!!!!!!R!!8N$'7&$?! S-?-:-7!/-!+?'71A@?'+@-17-,P-@/!.@;2! a) T'0-?8*7/@+@-1!<MH>! b) S-,@8P+@74!<RH>! J-!+?'71A@?'+@-17-,P-@/!B*?/+!4-/-K@7@--?/!',1!P-+!+*+',-!B'+-?6-?,@-1!<0RU0 % >!A-?! 99?(!
.-?-:-7@74-7! M*#2&$!.C<!A!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!R!!!!8N$'7&$?! $> T@-1!P-+!;9@1+-!'7+B**?/(!C+-97!P@-?.@;!*A!;-!-=A-?@0-7+-,-!0-+@74-7!-7!/-! 'K4-,-@/-!4?'K@-:(! '(!V?!@1!4--7!6-?18P@,!@7!+?'71A@?'+@-17-,P-@/F!4-0-+-7!.@;!MH!*K!.@;!RH!!!!.(!R@8P+!6-?4**+!/-!+?'71A@?'+@-17-,P-@/! 8(!!R@8P+!6-?:,-@7+!/-!+?'71A@?'+@-17-,P-@/! %> S@;!P-+!0-+-7!6'7!/-!+?'71A@?'+@-17-,P-@/!1+?*:-7!-=A-?@0-7+-,-!4-4-6-71! 7@-+!',+@;/!0-+!/-!''76'7:-,@;:-!PWA*+P-1-!(!E'+!@1!P@-?6'7!--7!0*4-,@;:-! **?Q'':X! '( G-?18P@,,-7!@7!6*8P+@4P-@/14?''/!.( )-0A-?'+99?18P*00-,@74-7! 8( 5-71-,@;:-!K*9+-7! /( Y,,-!.*6-76-?0-,/-! :##-!4A+X! :&-&$/$2!O#$!'*/[Z0(&$!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!X!8N$'7&$?! )-:-7!/-!+?@8P*0-7!Q*!4-/-+'@,,--?/!0*4-,@;:!
Vraag BIO 2 1 Punt(en) Kies het beste antwoord: Trichomen op olijfbladeren: A. Zijn morfologische structuren die het binnendringen van regenwater in bladeren beletten B. Zijn morfologische aanpassingen die waterverdamping via de stomata beletten C. Hebben geen betekenisvolle rol en zijn louter decoratief D. Beschermen de bladeren tegen overmatige blootstelling aan de zon Bijkomende vragen Vraag BIO 3 1 Punt Een potometer werd gebruikt om het waterverlies te meten in een twijg met bladeren. Het volgende werd afgelezen: Condities Tijd die het water erover doet om 10 mm te bewegen (in sec) 1 Koud, winderig, zonnig 8 2 Koud, geen wind, zonnig 24 3 Heet, winderig, zonnig 4 4 Heet, geen wind, zonnig 12 5 Heet, geen wind, donker 360 Vraag a : Bij welke condities was de verdamping het hoogst? Vraag b: Bij welke condities was de verdamping het laagst?
Vraag BIO 4 1 Punt Bomen (bv. olijfbomen) in Mediterrane gebieden, gewend aan lange perioden met zonneschijn en droogte, kunnen overleven dankzij hun gespecialiseerde morfologie en functionele aanpassingen. Geef met T of F aan of onderstaande beweringen waar (T ) of niet waar (F) zijn. A. De bladeren aan deze bomen hebben een groot oppervlak B. Deze bomen hebben dikke en leerachtige bladeren C. Bladeren aan deze bomen bevatten morfologische structuren die verdamping beperken. D. Deze bomen hebben duidelijk meer huidmondjes vergeleken met planten uit natte oorden met minder licht. OK Je taak biologie zit er op!
Opdracht A2 - Scheikunde - Antwoordblad Omcirkel, waar van toepassing, het correcte antwoord in de onderstaande vragen. Che 1. Tijdens het experiment wordt CHCl 3 gebruikt 1 Punt a) als oplosmiddel b) om de reactiesnelheid te verhogen c) om oxidatie van het monster te voorkomen d) om de opbrengst van de reactie te verhogen Che 2. De erlenmeyer wordt gedurende 5 minuten in het donker gezet 1 Punt a) om te voorkomen dat stikstof uit de lucht het monster beïnvloed. b) om een reactie tussen de zuurstof in de lucht en het monster te voorkomen c) om elke ongewenste fotochemische activiteit te voorkomen d) om elke reductieve activiteit van de lucht te voorkomen Che 3. Tijdens de titratie wordt een kleurverandering waargenomen als gevolg van de aanwezigheid van een stof die als indicator fungeert. Welke van de stoffen die in dit experiment worden gebruikt fungeerde als indicator? 1 Punt a) Na 2 S 2 O 3 b) KI c) CH 3 COOH d) zetmeel
Che 4. Vul Tabel 1 in en schrijf daaronder alle benodigde berekeningen Tabel 1: Olijfoliemonster A 5 Punten 1 e titratie 2 e titratie 3 e titratie Massa olijfolie (g) Beginvolume Na 2 S 2 O 3 (aq) (ml) Eindvolume Na 2 S 2 O 3 (aq) (ml) Toegevoegd volume Na 2 S 2 O 3 (aq) (ml) Peroxidegetal (mmol/kg) Gemiddeld peroxidegetal Berekeningen 2,5 Punt
Che 5. Vul Tabel 2 in en schrijf daaronder alle benodigde berekeningen Tabel 2: Olijfoliemonster B 5 Punten 1 e titratie 2 e titratie 3 e titratie Massa olijfolie (g) Beginvolume Na 2 S 2 O 3 (aq) (ml) Eindvolume Na 2 S 2 O 3 (aq) (ml) Toegevoegd volume Na 2 S 2 O 3 (aq) (ml) Peroxidegetal (mmol/kg) Gemiddeld peroxidegetal
Berekeningen 2,5 punt Che 6. Als je de Peroxidegetallen van de twee oliën vergelijkt, van welke denk je dan dat hij het meest geschikt is voor consumptie? 1 Punt a) Monster A b) Monster B
Che 7. Stel dat je twee olijfoliemonsters (monsters C en D) krijgt: monster C heeft 5 maanden in een open vat gestaan, terwijl monster D recent is geproduceerd. Is het mogelijk de twee monsters te identificeren door het peroxidegetal van beide te meten? 1 Punt a) Ja, omdat er vijf maanden nodig zijn om de kwaliteit van de monsters achteruit te laten gaan b) Nee, omdat het peroxidegetal constant blijft in de tijd c) Ja, omdat het peroxidegetal toeneemt met de tijd d) Nee, omdat het monster in een open vat heeft gestaan Total aantal punten voor opdracht A2 Scheikunde 20 Punten OK! JE BENT NU KLAAR MET SCHEIKUNDEOPDRACHT A2
Opdracht A3 - Fysica - Antwoordblad Viscositeit en de brekingsindex van olijfolie Opdracht A3.1 Het meten van de viscositeitscoëfficiënt van olijfolie [Gebruik het juiste aantal significante cijfers bij metingen en berekeningen] Afleiding van formule (5): Totaal: 2 Punten A3.1a Meting van de straal r van de plastic bolletjes. Berekening van hun massa. Experimentele berekening van de dichtheid ρ s van de bolletjes. Experimentele berekening van de dichtheid (ρ!"#$ ) van olijfolie. r = ρ s = m = ρ!"#$ = Totaal: 6 Punten
A3.1b Berekening van de viscositeitscoëfficiënt van olijfolie: volg de instructies beschreven bij stap A3.1b van het werkblad en vul onderstaande tabel B in: TABEL B olijfolie (s = 10 cm) metingen gemiddeld tijdsinterval (s) v (cm/s) viscositeits- coëfficiënt (Pa.s) Totaal: 5 Punten
Opdracht A3.2 Het meten van de brekingsindex van olijfolie Van de wet van Ptolemeaus tot de wet van Snellius A3.2a Noteer de metingen van de brekingshoek β in de tweede kolom van tabel C1 TABEL C1 invalshoek α (graden) Brekingshoek β (graden) sin α sin β n j = sin α j / sin β! n j = α j /β! 30 0,500 40 0,643 50 0,766 60 0,866 70 0,940 A3.2b Experimentele berekening van de brekingsindex van olijfolie. Vul kolom 4 van tabel C1 in. Teken een grafiek volgens de instructies van het werkblad. Bepaal de brekingsindex van olijfolie (n!"#$ ). Berekeningen: n!"#$ = Totaal: 15 Punten A3.2c Afwijking van de experimentele data ten opzichte van de theoretische voorspellingen van de wet van Snellius. Vul, op basis van de experimentele data in tabel C1, kolom 5 van tabel C1 in. Bereken de afwijking A!"#$$%&' van de experimentele data ten opzichte van de voorspellingen van de wet van Snellius (tip: vul de eerste en tweede kolom in van tabel C2). Druk A!"#$$%&' uit als een percentage (%).
TABEL C2 afwijkingen afwijkingen n j (Snellius) (Snellius) A! = n! n!"#$ n!"#$ n' j (Ptolemaeus) (Ptolemaeus) A! = n! n!"#$ n!"#$ gemiddelde relatieve afwijking (Snellius) gemiddelde relatieve afwijking (Ptolemaeus) Geef je berekeningen: A!"#$$%&' = %. Totaal: 5 Punten
A3.2d Een terugblik in de geschiedenis: De wet van Claudius Ptolemaeus Teken, op basis van tabel C1 en de instructies bij stap A3.2d van het werkblad, de! experimentele rechte lijn α = n!"#$ β. Bepaal de brekingsindex (n!"#$ ) van olijfolie, volgens de wet van Ptolemaeus. Geef je berekeningen:! n!"#$ =. Totaal: 11 Punten Vul kolom 6 van tabel C1 in. Bereken de afwijking A Ptol. van de experimentele data ten opzichte van de theoretische voorspellingen van de wet van Ptolemaeus, volgens formule (5). Tip: vul de derde en vierde kolom in van tabel C2. Druk A Ptol. uit als een percentage (%). Geef je berekeningen: A Ptol. = Totaal: 4 Punten Welke theorie past het best bij je meetgegevens: A) Snellius? B) Ptolemaeus? OK! NU BEN JE KLAAR MET NATUURKUNDE- OPDRACHT A
Totale puntenaantal voor opdracht A3 Fysica (A3.1 en A3.2) = 11 + 35 = 46 Punten