Rondom MODFLOW (2) Waterbalansen achteraf. André Blonk, Tauw Deventer. Inleiding. Probleemschets



Vergelijkbare documenten
JRG 14 STROMINGEN. Vakblad van de Nederlandse Hydrologische Vereniging

Reistijdberekeningen MIPWA 3.0

Rondom MODFLOW. André Blonk en Jan Hoogendoorn STROM~GEN 8 (2002), NUMMER 2. Inleiding

Bepalen van stroomlijnen met behulp van de stroomfunctie

Ondiepe waterlopen in Modflow

Relatie Diep - Ondiep

Rapport. Waterhuishoudingsplan Drielanden te Harderwijk. Opdrachtgever. Gemeente Harderwijk Postbus AC HARDERWIJK

Het modelleren van een onvolkomen put met een meerlagenmodel

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek

Grondwater effecten parkeergarage en diepwand Scheveningen

Vlaams Grondwater Model VGM. Terug naar overzicht. Afdeling Water Desirée Uitdewilligen

Koppeling van een inundatie- en grondwatermodel voor de uiterwaarden

Modelberekeningen. 1 Geohydrologische berekeningen

Invloed damwand Meers-Maasband op grondwaterstroming

Informatica: C# WPO 13

Onderzoek naar de grondwaterstandsdynamiek In NHI v2.1

Tussen Theis en Hantush

Grondwaterwervels in numerieke en analytische modellen

Nieuwsbrief nr. 55 Juni 2007

Neerslag lenzen: sterke ruimtelijke variatie

Informatica: C# WPO 12

Hoe zit dat met de grondwateraanvulling. Paul van Walsum & Ab Veldhuizen

Handleiding BreakEven Calculator Door Thomas Vulsma

Geohydrologisch onderzoek voor 3 locaties in Nieuw-West te Amsterdam

Analyse NHI 1.2 rond Mijdrecht

Geohydrologisch onderzoek Mr.Treublaan 1-3 te Amsterdam

Debietontwikkeling van een onvolkomen putfilter en het effect ervan op de verlagingen

Het grondwatermodel als civieltechnisch gereedschap

Geohydrologische effecten afgraven voorland en terugstorten in diepe delen Gijster

Hydrology (CT2310) dr. M. Bakker. Lezing Geohydrologie: grondwaterproblemen

Vergelijk resultaten van twee modelstudies voor de polder Quarles van Ufford

Integrale Gebiedsontwikkeling Wijnaerden. Hydrologie VKA. Voorkeursalternatief (VKA)

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = en Y =

Modelleren van roosterwensen

1 Kwel en geohydrologie

Toepassing van een grondwatermodel op het Oost-Nederlands Plateau. (Eibergen-Oost) verkenning van de mogelijkheden

MODFLOW 6 Ontwikkelingen

IJkingstoets Industrieel Ingenieur. Wiskundevragen

Review Veranderingsrapportage. concept 2 November Aanleiding Reactie op de Conclusies aangaande de Ontwikkeling modellering zout...

Berekening van verzadigde grondwaterstroming met het Nationaal Hydrologisch Instrumentarium

Berekening van effecten voor WKO systemen tot 50 m³/uur. Begeleidingscommissie BUM Bodemenergie provincies 17 Januari 2012

Peilvarianten IJsselmeer berekend met aangepast NHI 2.0.

6. Reeksen

Grondwateruitstroming in een meer

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Hoe werkt u met dit boek?

1 Rekenen in eindige precisie

Excel reader. Beginner Gemiddeld.

Proef-tentamen Hydrologie Het gebruik van telefoons, boeken, dictaten en tabellen is niet toegestaan.

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 De website bij het boek 8 Introductie Visual Steps 8 Meer over andere Office programma s

Handleiding. NCDR Databroker Voor aanlevering van geëncrypteerde data. Mei 2016 Versie 2.0

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 De website bij het boek 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Bonushoofdstukken

Effectmodellering watergang Waterfront Harderwijk

Hydrology (CT2310) dr. M. Bakker. Lezing Geohydrologie

Handleiding. Iconen. De meting is volledig afgerond/klaar. De meting is gestopt, maar nog niet afgerond/klaar. De meting is herstart.

Van website naar e-zine Composer template

Geohydrologisch onderzoek Cor Hermusstraat te Amsterdam

Aan de slag met AdminView

Handleiding Face-IT. (c) 2006 Agro Centre for Strategic Entrepreneurship versie NT NL Face-IT versie x

Handleiding Cost Control

Onderzoek naar de grondwaterstandsdynamiek In NHI v2.1

3. Een dia met een tabel

Principe Maken van een Monte Carlo data-set populatie-parameters en standaarddeviaties standaarddeviatie van de bepaling statistische verdeling

Excellerend Kwartaaltip

Middelburg Polder Tempelpolder. Polder Reeuwijk. Reeuwijk. Polder Bloemendaal. Reeuwijksche Plassen. Gouda

Handleiding aanpassen Cito-excelbestanden

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = en Y =

Een kantedende brakke zone

Bijlage Inlezen nieuwe tarieven per verzekeraar

Projectnummer: C /LB. Opgesteld door: Tristan Bergsma. Ons kenmerk: :0.2. Kopieën aan: Cees-Jan de Rooi (gd)

Uitleg. Welkom bij de Beverwedstrijd Je krijgt 15 vragen, die je in maximaal 45 minuten moet beantwoorden.

Functie beschrijving: Het automatisch aanmaken van een raai-volgende contour

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

Emeris Log oplossing. Sleutel functies en voordelen

Uitleg. Welkom bij de Beverwedstrijd Je krijgt 15 vragen, die je in maximaal 45 minuten moet beantwoorden.

Massabalans Autodemontagebedrijven

De eerste stappen in de vierde dimensie

Inhoudsopgave Voorwoord 9 Nieuwsbrief 9 De website bij het boek 9 Introductie Visual Steps 10 Wat heeft u nodig? 11 Hoe werkt u met dit boek?

Bepaling van freatische lekweerstanden in het NHI fase 1+

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

Handleiding Duco - ventilatieberekeningsprogramma. Handleiding Duco - ventilatieberekeningsprogramma Pagina 1

Gebruikershandleiding MJK Link 2.15 Index

Introductie Oppervlaktewatermodellering Grondwatermodellering Hydro-GIS-analyses Hydro-Meetnetanalyses Maatwerk

In het venster Blad Beveiligen wordt aangegeven wat gebruikers nog wel mogen. Daarnaast kan een wachtwoord worden ingevoerd.

Handleiding voor Fysicon gebruikers. NCDR Databroker Voor aanlevering van geëncrypteerde data

De macro onthoudt na gebruik de laatste instelling en controleert alle stappen.

INHOUD. Ten geleide Starten met Excel 13

1 Inleiding en projectinformatie

Tips & Trucs ARCHICAD 117: Programma van Eisen add-on voor KeyMembers

Modelleren C Appels. Christian Vleugels Sander Verkerk Richard Both. 2 april Inleiding 2. 3 Data 3. 4 Aanpak 3

GEBOUWPRESTATIEPLATFORM PERFORMANCE DASHBOARD QUICK START GUIDE

Importeren externe urenmutaties

HTA Software - Klachten Registratie Manager Gebruikershandleiding

Vectoren, matrices en beeld. Figuur: Lena. Albert-Jan Yzelman

kade Peil vaart -0.4 Gws binnen kuip -3.9 Waterdruk die lek veroorzaakt

Figuur 1 Reductie van de massa te storten specie als functie van het uitgangszandgehalte en resterend zandgehalte.

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs

Ontwikkeling grondwaterkennis in Overijssel: Pompproeven ( )

Notitie Effecten maaivelddaling veenweidegebied op grondwatersysteem Fryslân Inleiding Werkwijze

Waarom zijn kd-waarden rond pompstations altijd hoger?

Transcriptie:

Rondom MODFLOW (2) Waterbalansen achteraf André Blonk, Tauw Deventer Inleiding In de praktijk van het modelleren met MODFLOW komt het regelmatig voor dat een modelleur na een modelberekening constateert dat niet alle modelfluxen zijn bewaard. De modelleur moet dan alle interne MODFLOW-vlaggen controleren en zonodig aanzetten waarna de modelrun opnieuw moet worden uitgevoerd. De hedendaagse MODFLOW-modellen zijn echter vaak dusdanig groot dat een herhaling van de modelrun een aanzienlijke tijd kan vergen. Het is gebruikelijk om de uitvoer van een modelberekening, stijghoogten en fluxen, op te slaan in binaire files. Deze kunnen daarna met aparte post-processoren worden gelezen en verwerkt. De modelleur kan de hoeveelheid uitvoer sturen door aan te geven voor welke tijdstippen en voor welke modellagen de resultaten moeten worden bewaard. Als bij grote modellen alle benodigde uitvoer wordt aangemaakt ontstaat er veelal een enorme hoeveelheid data. Deze hoeveelheid kan dusdanige afmetingen aannemen dat de modelrun onder Windows stopt met een foutmelding. Een modelrun zou eigenlijk alleen de benodigde stijghoogten moeten genereren. Immers, als alle stijghoogten zijn berekend is het systeem in combinatie met de invoer data volledig gedefinieerd. De modelfluxen zijn dan ook impliciet bekend. Voor het gewenste deel van het modelnetwerk en voor een gekozen periode kunnen de fluxen door middel van een nabewerking worden bepaald. Probleemschets De hoeveelheid data die door MODFLOW wordt gegenereerd kan vooraf precies worden berekend. Met een voorbeeld kan dit worden geïllustreerd. Gegeven is een niet stationair grondwatermodel met een netwerk van 500 x 500 cellen dat is opgebouwd uit 10 modellagen. Het model rekent een periode door van 8 jaar waarbij om de 14 dagen uitvoer wordt aangemaakt. In totaal omvat de modelperiode dan 8x24=192 stressperioden. Als alle stijghoogten worden bewaard wordt door dit MODFLOW-model (11+ 500 x 500) x 10 x 192 x 4 bytes = 1.920.084.480 bytes gegenereerd. Verder kunnen binnen MODFLOW 11 verschillende fluxen worden onderscheiden te weten: wells, rivers, drains, ghb s, recharge, evt, storage, constant head en 3 celfluxen (flow lower face, flow front face en flow right face). Per fluxtype wordt eveneens door MODFLOW eenzelfde hoeveelheid data gegenereerd (9 + ncol x nrow x nlay) x nstress x 4 bytes. Wanneer in dit voorbeeld alle uitvoer wordt gegenereerd, wordt er in totaal 12 x 1,92 Gbyte = 23 Gbyte aan binaire data geproduceerd. Dit is een enorme hoeveelheid data die niet strikt noodzakelijk is. Als de modelberekening onder Windows wordt uitgevoerd, wordt de modelleur veelal beperkt door een maximale bestandsgrootte van 2.14 Gbyte. Stromingen 14 (2008) nummer 1 3

Op basis van deze beperking zou dit model nog probleemloos kunnen draaien als alle fluxen in aparte files worden opgeslagen. In dit voorbeeld wordt echter de maximale bestandsgrootte toch eerder bereikt omdat enkele celfluxen (storage, flow lower face, flow front face, flow right face en constant head) gezamenlijk in een file worden opgeslagen. MODFLOW stopt bij dit voorbeeld in stressperiode 43 met een foutmelding. De moderne fortran-compilers (onder andere Lahey 7.1) hebben tegenwoordig de mogelijkheid om grotere binaire bestanden (2^64 bytes = 18,446,744,073,709,551,614) aan te maken, waarmee de beperking van Windows eigenlijk is verdwenen. Het gegeven blijft echter dat bij een modelrun onnodig veel binaire data wordt geproduceerd en dat dit veelal veel economischer en flexibeler kan. Methode Het idee is om de modelfluxen niet door MODFLOW te laten genereren maar deze achteraf met een apart programma te berekenen. Hierdoor is de modelleur flexibel in de keuze van het gebied en de periode waarvoor hij de fluxen wil berekenen. Menig hydroloog heeft wel eens de lek tussen 2 modellagen berekend door het verschil van de stijghoogten te vermenigvuldigen met de MODFLOW-leakance (= reciproke van de weerstand) in formulevorm q=(h1-h2) x 1/c (zie figuur 1). Voor sommige modelonderdelen (wells en recharge) is het bepalen van de fluxen simpel omdat deze waarden al opgegeven worden in de invoerdata. Hier is alleen een omzetting naar het binaire MODFLOW-formaat nodig. Het bepalen van de fluxen voor de EVT, Rivers, Drains, GHB S, en de fluxen tussen de cellen onderling (flow front face, flow lower face, flow right face, constant head en storage) is wat lastiger. Bij de berekening van de fluxen tussen de cellen onderling moet ook rekening worden gehouden met eventueel aanwezige weerstandswanden (Horizontal Flow Barriers) en anisotropie. Nu is het grote voordeel van MODFLOW dat de source-code voor iedereen beschikbaar is. Voor een hydroloog met enige Fortran-kennis is het een peuleschil om de rekenregels waarmee de fluxen worden berekend uit de source-code van MODFLOW te halen en deze te implementeren in een eigen programma. Gevoed met stijghoogten en invoerdata kunnen met zo n programma voor elk gewenst deelgebied en voor elke gewenste periode de fluxen worden berekend. Bij een niet stationair model moet voor de berekening van de storage-termen de juiste starting head worden aangeboden. Hiervoor wordt de berekende stijghoogte voorafgaand aan de gekozen periode gebruikt. In dit programma wordt vooralsnog uitgegaan van confined layers. Dat wil zeggen dat voor de modellagen alleen de transmissiviteit wordt gedefinieerd. Het programma is geschreven in Fortran en gaat uit van het MODFLOW(88)-formaat (USGS). Het programma is getest aan de hand van het niet stationaire model van het pompstation Brucht (Overijssel) en het stationaire HDSR-model van de provincie Utrecht. Bij beide testen werden 100% sluitende waterbalansen gevonden overeenkomend met de MODFLOW-resultaten. Tussen de fluxen zijn geen significante verschillen vastgesteld. 4 Stromingen 14 (2008) nummer 1

Figuur 1: Voorbeeld berekening lek op basis van stijghoogteverschil en leakance q=(h1-h2)*1/c De uitvoer van de beschreven post-processor bestaat uit binaire files zoals ze ook door MODFLOW worden aangemaakt. Dit binaire formaat staat uitvoerig beschreven in de rapportage van de U.S. Geological Survey in de modules UBUDSV (fluxen) en ULASAV(heads). Binnen de wereld van de MODFLOW-modellen circuleren echter verschillende binaire formaten. Deze post-processor leest en produceert binaire files van het zogenaamde transparent -type. Met andere woorden, de grootte van de files is het aantal weggeschreven getallen (enkele precisie) x 4 bytes. In figuur 2 is de methodiek van de berekening van fluxen via MODFLOW en die van de alternatieve post-processor schematisch naast elkaar weergegeven. Belangstellenden kunnen het programma, inclusief voorbeeld en sourcecode, opvragen via e-mail (andre.blonk@tauw.nl) of downloaden van internet (www.nhvsite.info, onder rubriek software). Stromingen 14 (2008) nummer 1 5

Figuur 2: Berekening van de fluxen met MODFLOW en met de alternatieve post-processing methode Een bijkomend voordeel MODFLOW heeft de eigenschap dat drains en rivers kunnen worden gestapeld in een cel (primair, secundair en tertiair ontwateringssysteem). MODFLOW heeft echter het nadeel dat er per cel slechts één gesommeerde flux wordt berekend. Met de beschreven methode kunnen de fluxen echter voor elk sub-systeem apart worden berekend. Immers de fluxen worden berekend op basis van de stijghoogten en de invoerdata en deze laatste kan per onderdeel worden gedifferentieerd. In principe zouden dus alle river -achtige elementen (drains, ghb s maar ook surface overland flow) met de riverpackage gemodelleerd kunnen worden. Drains kunnen bijvoorbeeld met een rivercel worden gemodelleerd door de bodem gelijk aan het peil te kiezen. Ghb s kunnen met een rivercel worden gemodelleerd door de bodem op oneindig (bijvoorbeeld -9999) te kiezen. De modelleur heeft hierdoor meer vrijheid bij het kiezen van de packages. Voorbeelden Aan de hand van twee voorbeelden wordt de toepasbaarheid van de geschetste methode geïllustreerd. Het eerste voorbeeld betreft de berekening van de waterbalans voor een deelgebied gelegen binnen het modelgebied van het pompstation Brucht (provincie Overijssel). In het tweede voorbeeld wordt een stroombanenpatroon en het intrekgebied berekend van een winning uit het HDSR-model (provincie Utrecht). 6 Stromingen 14 (2008) nummer 1

Figuur 3: Gebiedsgrenzen voor de waterbalans (groen is gebied met anisotropie) Voorbeeld 1 Het model Brucht is gebouwd in de negentiger jaren van de vorige eeuw. Volgens de hedendaagse maatstaven is het een klein model. Het model is door de snelle rekentijd uitermate geschikt om de post-processor te testen. Het model heeft een onregelmatig netwerk bestaande uit 114 rijen en 101 kolommen en is opgebouwd uit vier modellagen. De modelperiode omvat de periode januari 1983 tot en met december 1991 en is opgedeeld in 108 stressperioden van elk één maand. Aan de hand van een waterbalans kan de juistheid van de afgeleide fluxen worden vastgesteld. Om alle mogelijke opties van de post-processor te controleren is dit model enigszins verminkt met een verzonnen anisotropie en een verzonnen weerstandswand. Voor de anisotropie is de methode van TNO toegepast welke ook in het Veluwe model wordt gebruikt. Bij deze methode kan voor elke cel de anisotropie met een willekeurige oriëntatie en verhouding worden gedefinieerd. Deze methode wijkt af van de standaard MODFLOW-anisotropiedefinitie. Stromingen 14 (2008) nummer 1 7

Waterbalans regio 3 [m3/dag] Periode 1 t/m 50 Laag 1: balansfout 0.001 % Laag 1: balansfout 0 m3/d 6144 32281 2889 van regios 71 naar regios 95 storage 6919 Laag 2: balansfout 0.002 % Laag 2: balansfout 0 m3/d van regios 3296 11213 6923 4913 20698 4395 naar regios 5033 storage 28 Laag 3: balansfout 0.001 % Laag 3: balansfout 0 m3/d 18364 4451 14783 van regios 11625 naar regios 11547 storage 36 Laag 4: balansfout 0.000 % Laag 4: balansfout 0 m3/d 9003 9833 van regios 4946 naar regios 4105 storage 12 Figuur 4: Schematische weergave waterbalans deelgebied 3 Voor de anisotropie is een imaginaire zone bedacht oostelijk van de winning in modellaag 3. Voor de weerstandswand is een ondoorlatende wand gekozen rond de winning eveneens in modellaag 3. Ter controle van de berekende fluxen is voor een willekeurig deelgebied de waterbalans bepaald (figuur 3). Voor dit deelgebied is een grillige vorm bedacht die de weerstandswand en de anisotropie-zone doorkruist. Het gekozen gebied is gecodeerd door aan alle modelcellen binnen dit gebied een waarde van bijvoorbeeld 3 toe te kennen. De overige modelcellen hebben een andere waarde (bijvoorbeeld 1) gekregen. Door nu voor alle cellen met de waarde 3 alle fluxen te boekhouden (instroming = uitstroming + berging) kan een instationaire waterbalans van dit gebied worden opgesteld. 8 Stromingen 14 (2008) nummer 1

Het bepalen en vervolgens grafisch presenteren van de waterbalans is uitgevoerd met een aparte post-processor welke hier niet verder wordt toegelicht. De afgeleide waterbalans is door middel van een lagenschema in figuur 4 weergegeven. In dit gepresenteerde schema worden de watervoerende modellagen geschematiseerd als vier gele blokken. De grondwaterstroming die het gebied in stroomt is geschematiseerd met een blauwe pijl en de grondwaterstroming die het gebied uit stroomt is geschematiseerd met een rode pijl. In de waterbalans zijn de fluxen gemiddeld over de gekozen periode. De verticale grijze pijlen tussen de lagen geven de grondwaterstroming (infiltratie of kwel) door de scheidende lagen weer. De grondwateronttrekkingen zijn geschematiseerd als paarse blokjes binnen de watervoerende lagen. Verder is aan de bovenzijde van het lagenmodel de neerslag en de verdamping met een rode en blauwe pijl weergegeven. De trapeziumvormen representeren achtereenvolgens de rivers en de drains in het gebied. Instationaire waterbalans regio 3 modellagen 1 t/m 4 Periode 1 t/m 50.040.030.020 Error in %.010 0.010.020.030.040.050 150 100 Debiet in m3/dag (x1000) uit systeem in systeem 50 0 50 100 150 regio che sto ghb riv riv evt rch drn wel 16/03/1956 29/08/1956 12/02/1957 29/07/1957 11/01/1958 27/06/1958 11/12/1958 26/05/1959 09/11/1959 24/04/1960 Datum Figuur 5: Waterbalans in de tijd Voor het gekozen gebied is ook een zogeheten instationaire waterbalans bepaald. In figuur 5 is deze instationaire waterbalans in een grafiek gepresenteerd. In deze grafiek zijn met gekleurde balken de fluxen gepresenteerd. De totale instroom (onder andere recharge = rch) is gepresenteerd als een negatieve balk onder de x-as. De totale uitstroom (onder andere winning = well) is gepresenteerd als een positieve balk boven de x-as. Uit de balans blijkt onder meer dat een deel van de rivers infiltreert en een deel draineert. Beide balken zijn bij benadering wat betreft lengte aan elkaar gelijk (instroom uitstroom). In het bovenste deel van de grafiek is de procentuele fout in de waterbalans per stressperiode weergegeven. Stromingen 14 (2008) nummer 1 9

Voorbeeld 2 In het tweede voorbeeld is gebruik gemaakt van het stationaire HDSR-model. Dit model is in vergelijking met het model Brucht recenter (2006). Het model is opgebouwd uit een regelmatig netwerk van cellen van 250x250 m en bestaat uit 160 rijen, 272 kollommen en 7 modellagen. In dit model is een winning geselecteerd waar een gebied omheen is gekozen. Voor dit deelgebied zijn alle modelfluxen bepaald waarna vervolgens met een apart stroombanenprogramma de stroombanen en de verblijftijden van deze winning zijn berekend. In figuur 5 is dit stroombanenpatroon in combinatie met het intrekgebied gepresenteerd. Figuur 6: Stroombanen, intrekgebied en verblijftijden van een winning uit het HDSR-model Conclusies De gepresenteerde post-processing methodiek is geschikt om bij een MODFLOW-model achteraf de modelfluxen te bepalen. De modelleur heeft de keuze voor welk deelgebied en voor welke periode de fluxen moeten worden bepaald. Het voordeel hierbij is een economisch schijfgebruik en schijfhygiëne. De modelfluxen kunnen in combinatie met andere software worden gebruikt voor het genereren van waterbalansen en stroombanenpatronen. 11 Stromingen 14 (2008) nummer 1

In tegenstelling tot MODFLOW kan met de hier gepresenteerde post-processing methode een differentiatie van fluxen binnen een MODFLOW cel achteraf worden vastgesteld. De tegenwoordige beschikbare mega-modellen zoals MIPWA en NHMI (Nationaal Hydrologisch Modelinstrumentarium) zijn dusdanig groot dat voor het genereren van de uitvoer al trucjes bedacht moeten worden om binnen de 2^31 grens van WINDOWS te blijven. Met name voor grote modellen kan de techniek uitstekend worden gebruikt. Literatuur McDonald, M.G. en A.W. Harbaugh (1988) A modular three-dimensional finite-difference groundwater flow model; USGS report 83-875. Tauw (1994) Geohydrologisch onderzoek verplaatsing winplaats Brucht; Tauw Rapport, Deventer. Stromingen 14 (2008) nummer 1 11

11 Stromingen 14 (2008) nummer 1