Aan de Raad. No. : 7/11. Muntendam : 9 december 2011. Onderwerp : Vaststellen Verordening OZB. ---------------------------------------------- Samenvatting A. Op basis van de door u vastgestelde begroting dient de verordening onroerende zaakbelastingen (OZB) te worden vastgesteld. B. Op een verzoek uit uw raad is onderzocht of startende ondernemers in Menterwolde de eerste vijf jaar vrijstelling kan worden verleend voor de onroerende zaakbelastingen (OZB). A. Verordening OZB Inleiding De bevoegdheid tot het heffen van de OZB is aan de gemeente verleend in artikel 219 van de Gemeentewet. Ingevolge artikel 220 van de Gemeentewet kan de gemeente de volgende drie OZB belastingen heffen: a. van de gebruikers van niet-woningen b. van de genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van niet-woningen; c. van de genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van woningen. De grondslag van heffing van de OZB is de vastgestelde WOZ-waarde van de onroerende zaak. Deze WOZ-waarde dient volgens de Wet WOZ jaarlijks te worden vastgesteld. De waarden die van toepassing zijn in het belastingjaar zijn bepaald naar de waardepeildatum 1 januari 2011. De gemeente heeft de mogelijkheid om voor woningen en niet-woningen verschillende tarieven te hanteren. Dit is vastgelegd in artikel 220f Gemeentewet. Per afzonderlijke belasting kan het tarief worden vastgesteld op een percentage van de heffingsmaatstaf (de WOZ-waarde). De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de tariefdifferentiatie OZB niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. De Hoge Raad stelt dat de wetgever in redelijkheid tot een tariefdifferentiatie tussen woningen en niet-woningen heeft kunnen komen, nu onroerende zaken die tot woning dienen wat betreft het gebruik dat de gebruiker ervan maakt, respectievelijk het genot dat de zakelijk gerechtigde ervan heeft, aanzienlijk verschillen van niet-woningen. De woningen en nietwoningen behoeven voor toepassing van de OZB niet op één lijn te worden gesteld. De Raad is vrij om keuzes te maken ten aanzien van de hoogte van het percentage dat bij de OZB wordt gehanteerd. Om er voor zorg te dragen dat gemeenten de OZB niet al te zeer laten stijgen heeft de minister van Financiën echter een macronorm voor de OZB ingesteld. Deze stelt hem in staat om in te grijpen indien de norm landelijk wordt overschreden. Voor is deze norm vastgesteld op 3,75%.
Tarieven OZB De OZB tarieven voor het belastingjaar zijn zodanig aangepast dat hiermee de gewenste aan OZB, zijnde 2.413.200,00, kan worden gerealiseerd. Hierbij is rekening gehouden met de negatieve waardeontwikkeling van gemiddeld -1%, amendement De Pater (vrijstelling gebruikersbelasting woongedeelte niet-woningen), leegstand, objecten met vrijstelling, en aanwas nieuw- en verbouw. I. Bij voortzetting van de bestaande tariefdifferentiatie OZB kunnen de tarieven OZB als volgt worden vastgesteld Tarief OZB 909.120.000 1.306.675 54,15% 0,1437% 654.725 451.800 27,13% 18,72% 0,2794% 0,2215% + 4,28% + 5,79% + 4,97% In de raadsvergadering van 10 november 2011 is verzocht de gevolgen te onderzoeken naar opheffing van de tariefdifferentiatie OZB, alsmede naar het verkleinen van de tariefdifferentiatie tussen woningen en niet woningen. (woondelen bij niet-woningen zijn vrijgesteld van de gebruikersbelasting OZB. Om ook nietwoningen met woondelen te laten profiteren van de afschaffing van de OZB voor gebruikers van woningen in 2006, is in artikel 220e van de Gemeentewet een regeling opgenomen dat voor de woondelen van de niet-woningen een uitzondering maakt bij de heffing van de gebruikersbelasting OZB niet-woningen.) 2
II. Bij nivellering van de en OZB kunnen de tarieven OZB als volgt worden vastgesteld: Tarief OZB 909.120.000 1.206.600 50% 0,1327% 603.300 603.300 25% 25% 0,2574% 0,2957% -3,70% - 2,54% + 40,14% III. Bij handhaving van de tarieven niet-woningen op niveau 2011 kunnen de tarieven OZB als volgt worden vastgesteld: Tarief OZB 909.120.000 1.363.956 56,52% 0,1500% 618.868 430.376 25,65% 17,83% 0,2641% 0,2110% + 8,85% + 0,% + 0% 3
IV. Bij handhaving van gebruikerstarief niet-woningen op niveau 2011 kunnen de tarieven OZB als volgt worden vastgesteld. Tarief OZB 909.120.000 1.345.444 55,76% 0,1479 637.380 430.376 26,41% 17,83% 0,2720% 0,2110% + 7,33% + 3,% + 0% V. Bij gelijkmatige toepassing tariefdifferentiatie kunnen de tarieven OZB als volgt worden vastgesteld. Belastbare waarde Tarief OZB 909.120.000 1.313.678 54,43% 0,1445% 648.393 450.977 27,66% 18,68% 0,2767% 0,2211% + 4,9% + 4,8% + 4,8% Totale Opbrengst 2.413.200 100% 4
VI. Bij opheffing tariefdifferentiatie kunnen de tarieven OZB als volgt worden vastgesteld Belastbare waarde Tarief OZB 909.120.000 1.680.053 69,59% 0,1848% 433.043 301.467 17,92% 12,49% 0,1848% 0,1478% + 34,10% - 30,02% - 29,95% Totale Opbrengst 2.414.000 (afr.) 100% B. Vrijstelling OZB startende ondernemers In uw raad is verzocht de mogelijkheid te onderzoeken om startende ondernemers in Menterwolde de eerste vijf jaar vrij te stellen van de onroerende zaakbelastingen (OZB). Het blijkt niet mogelijk om een vrijstelling voor startende ondernemers op te nemen in de Verordening OZB. De OZB worden gekenmerkt als objectieve en zakelijke belastingen. Met het zakelijke karakter van de OZB wordt bedoeld dat met de persoonlijke omstandigheden van de belastingplichtige, zoals inkomen, woon- of vestigingsplaats en nationaliteit in beginsel geen rekening wordt gehouden. Voor alle (facultatieve) vrijstellingen geldt dat rekening moet worden gehouden met het objectieve karakter van de OZB en met het gelijkheidsbeginsel, neergelegd in artikel 1 van de Grondwet. De door de gemeenteraad te formuleren vrijstellingen dienen derhalve een objectief karakter te hebben. Bovendien mag de vrijstelling niet leiden tot een onredelijke en willekeurige belastingheffing die de wetgever bij het geven van de bevoegdheid tot het invoeren van de OZB op het oog kan hebben gehad. Indien sprake is van een onredelijke en willekeurige belastingheffing, kan de belastingrechter die betreffende vrijstelling onverbindend verklaren. In uw Raad is als voorbeeld de vrijstelling OZB voor startende ondernemers in de gemeente Den Haag genoemd. Deze gemeente blijkt de eerste gemeente in Nederland te zijn die een dergelijke regeling heeft ingevoerd. Het gaat in de gemeente Den Haag echter niet om een vrijstelling die in de Verordening OZB is opgenomen, maar om een compensatie van de gebruikerslasten OZB. Een startende ondernemer in Den Haag dient een aanvraagformulier in te vullen en deze te voorzien van een kopie van het aanslagbiljet. Bij ontvangst worden de gegevens van de belastingplichtige geverifieerd en bij goedkeuring compenseert de gemeente de gebruikerslasten OZB. De OZB worden terugbetaald dan wel verrekend. De hiervoor beschikbare gelden worden verkregen uit een budget compensatieregeling dat door de Raad ter beschikking is gesteld. 5
De startende ondernemer blijft belastingplichtig voor de OZB en zal derhalve ieder jaar de aanslag OZB blijven ontvangen. De belastingplichtige dient ieder belastingjaar het initiatief te nemen om het betreffende aanvraagformulier voor compensatie van de gebruikerslasten OZB bij de gemeente in te leveren. Indien de voorkeur bestaat een dergelijke regeling in Menterwolde in te voeren zal hiervoor een budget ter beschikking moeten worden gesteld. In Den Haag is een jaarlijks budget van 500.000,00 beschikbaar voor compensatie van de gebruikerslasten OZB voor circa 1500 ondernemers. Op basis van een ruwe inschatting zou het in Menterwolde om een jaarlijks budget van circa 20.000,00 kunnen gaan. Dit bedrag kan oplopen indien startende ondernemers grootschalige projecten in de gemeente gaan uitvoeren (outletcenter, ziekenhuis, windmolens). Van belang is dan ook het begrip startende ondernemer te definiëren. Ook dient te worden afgewogen hoe om te gaan met ondernemers die vóór de regeling zijn gestart, en met stichtingen en verenigingen (rechtsgelijke behandeling). Om misbruik van deze regeling te voorkomen dient verder rekening te worden gehouden met (hoge) perceptiekosten in verband met het jaarlijks uit te voeren onderzoek naar de startende ondernemer en zijn werkomgeving (i.h.k.v. objectafbakening). De VNG is van mening dat er fiscaal-juridische risico s kleven aan uitvoering van het bovenstaande. Ook om uitvoeringstechnische redenen is dit plan overigens niet aan te bevelen. Een mogelijke oplossing kan eerder worden gezocht in de te hanteren tariefdifferentiatie OZB (zie onder A.). Voorstel: Wij gaan uit van bestaand beleid en stellen u derhalve voor de verordening OZB vast te stellen met de onder I. vermelde tarieven. Wij voldoen met dit voorstel tevens aan uw informatiebehoefte over mogelijke vrijstellingen OZB. Burgemeester en wethouders van Menterwolde; De burgemeester, E.A. van Zuijlen De secretaris, G. Kolhorn 6
Overzicht OZB-aanslag per variant Woning Waarde 2011-1 -2-3 -4-5 -6 175.000 241,15 248,60 229,57 259,50 255,86 249,98 319,70 300.000 413,40 426,78 394,11 445,50 439,26 429,16 548,85 Niet woning 500.000 1.320,50 1.383,03 1.274,13 1.307,29 1.346,40 1.369,66 914,76 1.055,00 1.096,42 1.463,71 1.044,45 1.044,45 1.094,44 731,61 2.375,50 2.479,45 2.737,84 2.351,74 2.390,85 2.464,10 1.646,37 Niet woning 1.000.000 2.641,00 2.766,06 2.548,26 2.614,59 2.692,80 2.739,33 1.829,52 2.110,00 2.192,85 2.927,43 2.088,90 2.088,80 2.188,89 1.463,22 4.751,00 4.958,91 5.475,69 4.703,49 4.781,60 4.928,22 3.292,74 Bij de berekening van de tarieven is rekening gehouden met een waardedaling van de onroerende zaken met circa 1%. Burgemeester en wethouders van Menterwolde; De burgemeester, De secretaris, E.A. van Zuijlen G. Kolhorn