EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 10.6.2011 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 0967/2008, ingediend door James Newman (Ierse nationaliteit), over veiligheidsvesten met kruisband 1. Samenvatting van het verzoekschrift Indiener wijst erop dat er veel veiligheidsvesten worden verkocht zonder kruisband, waardoor ze niet voldoen aan de geldende veiligheidseisen. Indiener verwijst in dat verband naar Richtlijn 89/686/EEG van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen, en speciaal de bepalingen van deze richtlijn over het voorkomen van verdrinkingsongevallen (veiligheidsvesten, reddingsgordels en reddingspakken), en hij roept het Europees Parlement op om ervoor te zorgen dat alle veiligheidsvesten die in de EU op de markt worden gebracht, voorzien zijn van een kruisband. 2. Ontvankelijkheid Ontvankelijk verklaard op 28 november 2008. De Commissie is om inlichtingen verzocht (artikel 192, lid 4, van het Reglement). 3. Antwoord van de Commissie, ontvangen op 30 januari 2009. Indiener stelt dat alle reddingsvesten voorzien moeten zijn van kruisbanden. Hij beweert, op basis van bewijs dat uit verschillende bronnen is vergaard, dat de toepassing van een dergelijk regelsysteem meerdere fatale ongelukken in het Verenigd Koninkrijk en Ierland had kunnen voorkomen. Hij beweert verder dat reddingsvesten zonder kruisband ingaan tegen Richtlijn 89/686/EEG van de Raad inzake persoonlijke beschermingsmiddelen (de PBM-Richtlijn). Opmerkingen van de Commissie CM\890547.doc PE420.035v04-00 In verscheidenheid verenigd
Reddingsvesten vallen onder de bepalingen van de PBM-Richtlijn en onder de fundamentele voorschriften betreffende de gezondheid en de veiligheid zoals uiteengezet in bijlage II bij die richtlijn. Onder andere de volgende voorschriften hebben betrekking op de kwestie die de indiener ter sprake brengt: 1.3.1. Aanpassing van beschermingsmiddelen aan de lichaamsbouw van de gebruiker Beschermingsmiddelen moeten zodanig zijn ontworpen en gefabriceerd, dat zij op zo gemakkelijk mogelijke wijze in de juiste positie op de gebruiker kunnen worden aangebracht, en gedurende de tijd dat zij naar verwachting moeten worden gedragen op hun plaats blijven onder de verschillende omgevingsinvloeden en bij de verschillende mogelijke bewegingen en houdingen van de gebruiker. Daarom moeten beschermingsmiddelen zo goed mogelijk kunnen worden aangepast aan de lichaamsbouw van de gebruiker, bijvoorbeeld door middel van degelijke systemen voor bevestiging en verstelling of een voldoende grote verscheidenheid van vormen en maten. 2.1. Beschermingsmiddelen die voorzien zijn van regelsystemen Als beschermingsmiddelen zijn voorzien van regelsystemen, dan moeten deze zodanig zijn ontworpen en gefabriceerd dat zij, nadat zij zijn ingesteld, niet onafhankelijk van de wil van de gebruiker kunnen worden ontregeld onder de te verwachten gebruiksomstandigheden. 3.4. Preventie van verdrinking (veiligheidsvesten, reddingsgordels en -pakken) Beschermingsmiddelen bestemd om verdrinking te voorkomen moeten een gebruiker die in een vloeistof is terechtgekomen, en eventueel uitgeput of bewusteloos is, zonder zijn gezondheid te schaden zo snel mogelijk naar de oppervlakte brengen en hem daar vervolgens in een zodanige houding drijvende houden dat hij in afwachting van hulp kan ademhalen. Het drijvend vermogen van deze beschermingsmiddelen kan geheel of gedeeltelijk een intrinsieke eigenschap zijn, of worden verkregen door opblazing, hetzij met een gas dat automatisch of na handbediening vrijkomt, hetzij met de mond. Onder te verwachten gebruiksomstandigheden: - moeten de beschermingsmiddelen bestand zijn tegen de inslag in de vloeistof en tegen de omgevingsfactoren van die vloeistof, zonder dat de werking een nadelige invloed ondergaat; - moeten opblaasbare beschermingsmiddelen snel en volledig kunnen worden opgeblazen. Wanneer te verwachten speciale gebruiksomstandigheden zulks vereisen, moeten bepaalde typen beschermingsmiddelen voorts voldoen aan één of meer van de volgende aanvullende voorschriften: - alle in de tweede alinea bedoelde opblaasinrichtingen, en/of een licht- of geluidssignaalinrichting bezitten; - een inrichting bezitten die als aangrijpingspunt en bevestigingsmiddel voor het lichaam dient, zodat de gebruiker uit de vloeistof kan worden gehaald; PE420.035v04-00 2/5 CM\890547.doc
- geschikt zijn voor een langdurig gebruik tijdens de hele duur van de activiteit waarbij de eventueel geklede gebruiker blootgesteld is aan het risico dat hij in de vloeistof valt. Deze voorschriften worden ondersteund door Europese geharmoniseerde standaarden, waarvan de toepassing een veronderstelling van conformiteit oplegt. De Commissie heeft contact opgenomen met enkele belanghebbenden, waaronder het Technisch Comité 162 van het Europees comité voor normalisatie (CEN) dat verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van Europese geharmoniseerde standaarden voor beschermingsmiddelen, de gezondheids- en veiligheidsinstantie in het Verenigd Koninkrijk en Europese vertegenwoordigers van fabrikanten van beschermingsmiddelen. Uit de tot nu toe verkregen antwoorden heeft de Commissie geen gedetailleerde informatie kunnen krijgen met betrekking tot de ongelukken waarnaar indiener verwijst. Het CEN heeft bevestigd dat de relevante geharmoniseerde standaarden momenteel niet verplichten dat reddingsvesten worden uitgerust met een kruisband, hoewel de standaarden het wel verplicht stellen de reddingsvesten aan tests te onderwerpen waaruit blijkt dat de gebruiker niet uit het reddingsvest kan glijden. De Commissie is zich ervan bewust dat enkele deskundigen van mening zijn dat de huidige specificaties van de relevante geharmoniseerde standaarden onvoldoende zijn om dit risico te voorkomen. Aan de ene kant lijkt het echter alsof kruisbanden niet de enige middelen zijn om de vereiste veiligheidsdoelstelling te waarborgen, en aan de andere kant dat kruisbanden ook kunnen zorgen voor andere risico s, zoals het risico verstrikt te raken bij reddingsoperaties en tevens kunnen de kruisbanden oorzaak zijn van ergonomische problemen. Conclusie De Commissie zal Technisch Comité 162 van het CEN vragen spoedig onderzoek uit te voeren naar al het beschikbare bewijs met betrekking tot ongelukken die erop zouden kunnen duiden dat de huidige Europese standaarden voor reddingsvesten niet voldoende zijn en om de standaarden dienovereenkomstig te herzien om zo de specificaties voor de preventie van het risico dat de gebruiker uit het vest glijdt tijdens het gebruik te verbeteren. De Commissie nodigt indiener uit al het relevante bewijsmateriaal waarover hij beschikt beschikbaar te stellen aan het CEN. 4. Aanvullend antwoord van de Commissie (REV), ontvangen op 11 februari 2011. Naar aanleiding van haar vorige mededeling over dit verzoekschrift, heeft de Commissie Technisch Comité 162 van het CEN verzocht spoedig een onderzoek in te stellen naar al het beschikbare bewijs met betrekking tot ongelukken die erop zouden kunnen wijzen dat de huidige Europese normen voor reddingsvesten niet voldoen. Ook werd gevraagd de normen dienovereenkomstig te herzien, om zo de specificaties te verbeteren voor de preventie van het risico dat de gebruiker uit het vest glijdt tijdens het gebruik. De verantwoordelijke werkgroep 6 van het Technisch Comité van het CEN - "Beschermende kleding met inbegrip van hand- en armbescherming en veiligheidsvesten" - heeft besproken of er voorschriften voor kruisbanden moeten worden toegevoegd aan de relevante reeks van normen CM\890547.doc 3/5 PE420.035v04-00
(EN ISO 12402). Dit onderwerp wordt ook besproken op ISO-niveau in het relevante Technisch Comité (ISO/TC 188-SC1 - "Kleine vaartuigen"). Gezien het belang van dit onderwerp, beslisten deze groepen om in maart 2009 een ad hoc-task force op te richten om deze kwestie te onderzoeken. Deze task force heeft vooruitgang geboekt met betrekking tot een aantal zaken, maar enkele vragen blijven onbeantwoord. De task force werkt daarom aan oplossingen voor de hangende problemen en zal zijn bevindingen bekendmaken op de volgende WG 6/SC 1-bijeenkomst in februari 2011. De Commissie zal de normalisatiewerkzaamheden in het kader van deze kwestie opvolgen en het Europees Parlement op de hoogte brengen van elke belangrijke vooruitgang die wordt geboekt. 5. Aanvullend antwoord van de Commissie (REV II), ontvangen op 10 juni 2011. Werkgroep 6 van het Technisch Comité 162 van het CEN heeft een ad hoc-task force (Werkgroep kruisbanden) opgericht om na te gaan of aan de reeks van normen EN ISO 12402 voorschriften inzake kruisbanden moeten worden toegevoegd. In dit verband werd een reeks zwemb adtesten uitgevoerd op een aantal reddingsvesten om te bepalen of kruisbanden verplicht moeten worden en zo ja, welke voorschriften noodzakelijk zijn. Volgens het tussentijds verslag dat de werkgroep kruisbanden op 3 februari 2011 heeft voorgelegd, moesten de voorafgaande testen opnieuw worden uitgevoerd om uitsluitsel te geven. Volgens de secretaris van het Technisch Comité 162 van het CEN zijn verdere tests gepland voor de zomer van 2011. De Commissie zal het Parlement op de hoogte brengen van elke belangrijke vordering die wordt geboekt. 6. Aanvullend antwoord van de Commissie (REV III), ontvangen op 27 januari 2012 Op de laatste vergadering in september 2011 besloot werkgroep 6 van het CEN TC 162 de ad hoc-werkgroep kruisbanden te ontbinden. Opgemerkt zij dat de Ierse delegatie niet aanwezig was op de laatste vergadering van WG 6 in september 2011. WG 6 van het CEN TC 162 heeft een nieuwe taakgroep 5 "omhoog glijden en kruisbanden" opgericht, die zich moet buigen over het probleem van het omhoog glijden van reddingsvesten en de vraag of kruisbanden dit omhoog glijden kunnen voorkomen. De opdrachten van TG 5 zijn de volgende: - vaststellen onder welke omstandigheden een zwemvest wegglijdt van de positie waarin deze bevestigd is; - nagaan hoe het omhoog glijden van het zwemvest kan worden gereproduceerd in testen; - de gevolgen vergelijken van de verschillende manieren waarop het zwemvest omhoog glijdt (bijv. sprong in het water, golven, spreidsprong); - de werking/prestatie van apparatuur die het omhoog glijden voorkomt; - vereisten en testmethodes voorstellen met betrekking tot het omhoog glijden van zwemvesten. PE420.035v04-00 4/5 CM\890547.doc
De volgende vergadering van CEN TC 162 WG 6 is gepland voor mei 2012. Verwacht wordt dat TG 5 dan zijn eerste resultaten presenteert. Conclusie De Commissie merkt op dat de opdracht van de nieuwe TG 5 precies overeenkomt met wat de Commissie aanvankelijk in 2009 had gevraagd. Aangezien het verzoek van de Commissie aan het CEN dateert van 2009 en er onvoldoende vooruitgang is geboekt door de normalisatiewerkgroep, zal de Commissie opnieuw naar het CEN schrijven om duidelijk te maken dat er spoedig resultaat wordt verwacht. De Commissie zal het Parlement op de hoogte brengen van elke belangrijke vordering die wordt geboekt. CM\890547.doc 5/5 PE420.035v04-00