P11 R M i «v 1 O RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1182112 Datum: 4 augustus 2015 Behandeld door: Elles Lankhof Afdeling / Team: BEDV/ BJVZ Onderwerp: Wijziging Algemeen plaatselijke verordening Purmerend 2003 (hierna Apv); parkeren en overlast fietsen en bromfietsen en andere wijzigingen Samenvatting: Geparkeerde fietsen kunnen zorgen voor overlast of gevaarlijke situatie. Om publiekrechtelijk te kunnen optreden tegen overlast en gevaar veroorzakende fietsen, moet de gemeente een wettelijke grondslag hebben. De Apv kent op dit moment alleen regels met betrekking tot fietswrakken en overlast van fietsen op markten en kermisterreinen e.d. Voorgesteld wordt om meer regels op te nemen voor het fietsparkeren zodat bijvoorbeeld ook (onmiddellijk) kan worden opgetreden tegen gevaarlijk geparkeerde fietsen en weesfietsen. Verder wordt voorgesteld de Apv in overeenstemming te brengen met de gewijzigde Opiumwet.
Aan de gemeenteraad van Purmerend, Inleiding en probleemstelling: Fietsen, bromfietsen en snorfietsen die her en der buiten de daartoe bestemde fietsenstallingen worden geplaatst en in de openbare ruimte staan, kunnen overlast of gevaarlijke situaties veroorzaken. Zo kunnen fietsen zo geparkeerd staan dat ze een vluchtroute voor gebruikers van een gebouw belemmeren. Of ze staan buiten de daarvoor bestemde voorzieningen en zorgen zo voor een rommelig straatbeeld. Ook komt het voor dat ze langdurig de beperkt beschikbare stallingscapaciteit bij bijvoorbeeld stations en winkelcentra innemen. Of ze staan zo lang dat de fiets er verwaarloosd uitziet en niet meer fietsen kan waardoor we kunnen spreken van een fietswrak. In het vervolg van dit voorstel spreken we ook wel van 'verkeerd geparkeerde fietsen' en voor fiets kan ook bromfiets of snorfiets gelezen worden. Om (publiekrechtelijk) op te kunnen treden tegen verkeerd geparkeerde fietsen, moet de gemeente een wettelijke grondslag hebben. De Apv vormt de wettelijke grondslag. Oplossingsrichtingen: In de Apv kan de gemeenteraad aan het college en de burgemeester de bevoegdheid geven om plaatsen, ruimten en/of gebieden aan te wijzen waar het verbod of gebod en/of een maximale parkeertijd geldt. Het college en/of de burgemeester legt deze aanwijzing vast in de Uitvoeringsbesluiten resp. het Uitvoeringsbesluit Apv. Het plaatsen van fietsen op plaatsen waardoor er onveilige situaties ontstaan kan in de Apv verboden worden. Bij de regels over het verkeerd geparkeerde fietsen wordt over het algemeen onderscheid tussen de hierboven genoemde typen verkeerd geparkeerde fietsen gemaakt: gevaarlijk geparkeerd, fout geparkeerd, weesfiets en fietswrak: Gevaarlijk geparkeerde fiets De manier waarop deze fiets is geparkeerd levert gevaarlijke situaties op, bijvoorbeeld omdat de doorgang van hulpdiensten wordt belemmerd of omdat de vluchtroute voor gebruikers van een gebouw wordt versperd. Dat geldt ook voor fietsen die voor de trap van het oude stadhuis staan waardoor gevaarlijke situaties ontstaan bij bijvoorbeeld trouwerijen. Ook een fiets die een blindengeleidenstrook blokkeert, staat gevaarlijk geparkeerd. Fout geparkeerde fiets Dit zijn fietsen die buiten de door het college aangewezen voorzieningen, plaatsen en/of ruimten zijn geparkeerd. Deze fietsen kunnen overlast veroorzaken doordat ze bijvoorbeeld de doorgang van looproutes verkleinen en/of zorgen voor een rommelig straatbeeld. Weesfiets Dit zijn fietsen die in een door het college aangewezen gebied langer dan de door het college toegestane termijn geparkeerd staan. Fietswrak Met deze fietsen valt niet meer te rijden omdat essentiële onderdelen kapot zijn of missen en ze zien er verwaarloosd uit. In de Apv moeten de volgende aspecten geregeld worden om de bevoegdheid te hebben handhavend op te treden tegen verkeerd geparkeerde fietsen: Ten aanzien van de gevaarlijk geparkeerde fietsen moet worden geregeld dat geparkeerde fietsen geen gevaar, schade, hinder of belemmering mogen blz. 2 van 6
veroorzaken. Ten aanzien van de fout geparkeerde fietsen moet geregeld worden dat het verboden is in, door het college aangewezen gebieden, buiten de daarvoor bestemde voorzieningen te parkeren. Ten aanzien van weesfietsen moet geregeld worden dat er in bepaalde, door het college aangewezen, gebieden een door het college vastgestelde maximale parkeertermijn geldt. Ten aanzien van fietswrakken is al geregeld worden dat het verboden is fietsen die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en in verwaarloosde toestand verkeren, op of aan de weg te laten staan 1. In de Apv is ook al opgenomen dat het op een door het college of de burgemeester aangewezen uren en plaatsen en terreinen waar een markt of kermis e.d. wordt gehouden verboden is zich te bevinden met een fiets. Voorgesteld wordt in de Apv ook een verbod op parkeren van fietsen op door het college of de burgemeester aangewezen uren en plaatsen op te nemen. Dat schept de mogelijkheid om bijvoorbeeld op een terrein waar een evenement plaatsvindt een parkeerverbod in te stellen. Nadat door de toezichthouders is vastgesteld dat de regels over verkeerd geparkeerde fietsen in de Apv en bijbehorend(e) Uitvoeringsbesluit(en) zijn overtreden, kan handhavend worden opgetreden. Er zal bestuursdwang worden aangezegd in een beschikking (op de fiets zelf stickeren of labelen). In bepaalde gevallen zal gelegenheid geboden worden om de overtreding te herstellen (begunstigingstermijn). Gevaarlijk geparkeerde fietsen zullen uiteraard direct verwijderd (moeten) worden. Het feitelijk toepassen van de bestuursdwang bestaat uit het verwijderen van de fiets. De fiets wordt opgeslagen en een bepaalde periode bewaard. Wordt de fiets niet opgehaald, kan deze worden verkocht, vernietigd of weggegeven. Noodzakelijke wijzigingen: Wij maken tegelijkertijd van de gelegenheid gebruik een aantal noodzakelijke aanpassingen in de Apv voor te stellen: - Op 1 maart 2015 is het nieuwe artikel 11a van de Opiumwet in werking getreden. Handelingen ter voorbereiding of vergemakkelijking van illegale hennepteelt zijn sindsdien strafbaar. Omdat growshops zich hebben toegelegd op handelingen ter voorbereiding of vergemakkelijking van illegale hennepteelt, worden hun bedrijfsactiviteiten ten gevolge van de wijziging van de Opiumwet strafbaar. Dat betekent dat artikel 28a van de Apv gedeeltelijk in strijd is met is met hogere regelgeving en onverbindend is. Om de bepaling in lijn te brengen met hogere regelgeving, i.c. de Opiumwet, zal de definitie van begripsbepaling worden aangepast in die zin dat onder inrichting niet langer wordt verstaan growshop: Artikel 28a Apv oud 1. In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. inrichting: een voor het publiek toegankelijke ruimte waarin bedrijfsmatig, in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was of anders dan om niet, handelingen en werkzaamheden worden verricht die verband houden met dan wel inherent zijn aan het exploiteren van hetgeen in het maatschappelijk verkeer wordt aangeduid als een grow-,smart- of headshop; Artikel 28a Apv nieuw 1. In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. inrichting: een voor het publiek toegankelijke ruimte waarin bedrijfsmatig, in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was of anders dan om niet, handelingen en werkzaamheden worden verricht die verband houden met dan wel inherent zijn aan het exploiteren van hetgeen in het maatschappelijk verkeer wordt aangeduid als smart- of headshop; 1 In de Apv is in artikel 85 al een verbod op het parkeren van voertuigwrakken opgenomen. Fietswrakken vallen ook onder de voertuigwrakken. blz. 3 van 6
- In artikel 82, tweede lid Apv is een typefout geslopen. Het woordje aan dient te worden vervangen door het woord verstaan. - In artikel 65 is, door vernummering van het Activiteitenbesluit milieubeheer, een verkeerde verwijzing naar het Activiteitenbesluit milieubeheer opgenomen: artikel 4.113 is vernummerd naar artikel 3.148 van het Activiteitenbesluit milieubeheer. Meetbare doelstellingen: - Het tegengaan van overlast en gevaarlijke situaties en de beschikbare stallingscapaciteit optimaal benutten; - Het in overeenstemming met de Opiumwet brengen van de Apv. Financiële consequenties: n.v.t. Communicatie: Als het college de gebieden heeft aangewezen en de maximale termijnen heeft vastgesteld, zullen de regels over het verkeerd parkeren van fietsen in ieder geval op de website van de gemeente gepubliceerd worden. Voorstel: Wij stellen u voor middels bijgaand ontwerpbesluit over te gaan tot vaststelling van de Verordening tot wijziging vanpe Algemeen plaatselijke verordening Purmerend 2003. Burgemeester en wethouders vajibuffrrejrend, de secretaris de burgemeester/^ - Bijlage(n): besluit blz. 4 van 6
De raad van de gemeente Purmerend, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 augustus 2015, gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, Artikel I BESLUIT: De Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003 wordt als volgt gewijzigd: A Aan Hoofdstuk 5, Afdeling 1 wordt een artikel toegevoegd, dat luidt: Artikel 82 a Parkeren van fietsen en bromfietsen 1. Het is verboden een fiets, bromfiets of vergelijkbaar vervoermiddel te parkeren als daardoor: a. op de weg de doorgang wordt gehinderd of belemmerd; b. de veiligheid of de doorstroming van of het uitzicht voor het verkeer wordt gehinderd; c. op of aan een openbare plaats schade, hinder of overlast wordt veroorzaakt; d. voor een bewoner of gebruiker van een gebouw waartegen of waarvoor de fiets, bromfiets of vergelijkbaar vervoermiddel staat geparkeerd de doorgang of het uitzicht wordt belemmerd. 2. Het is verboden op de door het college of de burgemeester aangewezen uren en plaatsen een fiets, bromfiets of vergelijkbaar vervoermiddel te plaatsen, mits dit verbod kenbaar is aan de bezoekers van die plaatsen. 3. Het is verboden op door het college aangewezen plaatsen een fiets, bromfiets of vergelijkbaar vervoermiddel langer dan een door het college vastgestelde periode onafgebroken te laten staan. B Artikel 82, tweede lid, aanhef, wordt als volgt gewijzigd: Artikel 82 Parkeren van voertuigen van autobedrijven 2. Onder verhuren als bedoeld in het eerste lid wordt mede verstaan: C Artikel 65, tweede lid wordt als volgt gewijzigd: Artikel 65 Aanwijzing collectieve festiviteiten 2. Artikel 3.148 van het Activiteitenbesluit geldt niet voor door het college per kalenderjaar aan te wijzen collectieve festiviteiten gedurende de daarbij aan te wijzen dagen of dagdelen. blz. 5 van 6
D Artikel 28a, eerste lid onder a wordt als volgt gewijzigd: Artikel 28a Begripsomschrijvingen 1. In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. inrichting: een voor het publiek toegankelijke ruimte waarin bedrijfsmatig, in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was of anders dan om niet, handelingen en werkzaamheden worden verricht die verband houden met dan wel inherent zijn aan het exploiteren van hetgeen in het maatschappelijk verkeer wordt aangeduid als smart- of headshop; Artikel II Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de griffier, de voorzitter, blz. 6 van 6