Vragen BDK H3 Strategisch management. Deel 1: v.a. blz. 75 Situatieanalyse t/m blz. 100

Vergelijkbare documenten
MANAGEMENT 03A. HBO / University of Applied Sciences. Raymond Reinhardt 3R Business Development. 3R

dinsdag 7 februari 2012 H3 Strategisch management

Saxionstudent.nl Blok1

Een praktijkgerichte benadering van Organisatie en Management. Hoofdstuk 3 Strategisch management

Vragen BDK H3 Strategisch management. Deel 2: Strategievorming v.a blz. 100

Marketing: inspelen op de behoeften binnen doelstellingen/ bevredigen van behoeften

Examen: Marketing juni 2017

Concurrentiestrategieën

Het Vijfkrachtenmodel van Porter

Het Analyseproces. Zoeken naar eigenheid en differentiatie met de concurrentie

Hoofdstuk 10 Concurrentievoordeel creëren

What to do voor strategisch management?

sociaalculturele factoren DESTEP DEPEST politiekjuridische factoren

Bijlagen Businessplan McClean Enterprises B.V. Juni 2015

Programma SWOT. macro. - DESTEP-analyse. vooral O+T. meso. - vijfkrachtenmodel Porter - krachtenveldanalyse. micro. - INK-model - 7S - ESH

Verandermanagement. Hoofdstuk 5 Strategie en ondernemingsdoelstellingen

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 02

H2 Omgevingsinvloeden. organisaties staan in wisselwerking met de omgeving

EXTERNE ANALYSE MACRO ECONOMISCHE ONTWI KKELINGEN - DIENSTEN ) KENNIS - EUROPA ) OOST EUROPA

MARKETING / 05A. HBO Marketing / Marketing management. Raymond Reinhardt 3R Business Development. 3R

Strategisch handelen BUS3

Management & Organisatie Hoofdstuk 3 Strategisch management

Het eerste element waar duidelijkheid over moet bestaan is de visie van de organisatieleiding.

Lees in het Basisboek Werken in een organisatie het hoofdstuk Beleid en strategie. Bekijk de scène en beantwoord dan de vraag.

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 10

Strategisch management. Onderwerpen behandeld tijdens de college s. WEEK 1 (introductie/overview) Leerdoelen:

Elementair Project Management

De BCG-matrix. Het model in een notendop. intrededrempels, verlaging uittrededrempels of persoonlijke doelstellingen. Door: Yousri Mandour

Business Plan Grensoverschrijdende Marketing. Marie-Janine Saris 24 april 2007

Programma van vandaag: NIMA B. Na de les komt alles online! Tentamen NIMA B. Kernstof Marketing NIMA B

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 06

Het aantal te behalen punten in dit voorbeeldexamen is. Bij elke vraag staat aangegeven hoeveel punten er behaald kunnen worden.

DE OPZET VAN EEN MANAGEMENT CONTROL SYSTEEM

Jan van der Wel, Zorgondernemer, Bestuurslid RGFHMR, Bedrijfskunde. Van bedreigingen naar kansen in de innoverende fysiotherapiepraktijk

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R STRATEGISCH BELEID

Stakeholdermanagement

Verandermanagement. Hoofdstuk 2 Beleid

Hoofdstuk 1: Introducing strategy

Plan van aanpak BuitenBeter

Oefenmateriaal NIMA B1 Sales

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ORGANISATIE & MANAGEMENT WOENSDAG 14 DECEMBER UUR

STRATEGIEONTWIKKELING

Arnold Monshouwer. Business Club Bernisse

Marktanalyse Afnemersanalyse Concurrentieanalyse

1. Kort highlights uit hoofdstuk 6 (rest zelf!) 2. Korte case maken 3. Bespreken case. 5. Maken case hoofdstuk 8 6. Bespreken case

Marketingplan. Max Euwelaan MA Rotterdam T

Inhoud. Deel 1 Wat is een bedrijf? 17. Inleiding 14

Heeft u zicht op de toekomst?!

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 9A

Blok P2 Managen. Overeenkomstenrecht en ondernemingsrecht

Quick scan. Marketing & Communicatie Strategie. Jan Posdijk

Deze uitwerking is besproken in de normeringsvergadering gehouden op 24 januari 2017 vanaf 18:00 uur.

Masterclass Inkopen in de Zorg Proefcollege. Z o r g

Stakeholdermanagement

Inleiding. Inleiding. Een goede Missie, Visie en Strategie (MVS) bestaat uit twee gedeelten: Strategie Ontwikkeling en Strategie Implementatie.

Toetsvragen bij hoofdstuk 1 Belangrijke begrippen

NIMA B EXAMEN BUSINESS MARKETING ONDERDEEL B juni 2014

MANAGEMENTVAARDIGHEDEN / 8

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 04

WOW THE WORLD ON WHEELS

1 Inleiding: Organisatiekunde in historisch perspectief 15

Management. Hoofdstuk. Strategisch management

BTN Innovatief ondernemerschap

BU$trN{s5 S$f{Àr# $? [íts sílt Rtnfil Fr', xtêz*h. tdc f l'! Iltï[Rr Ít í'05iïi0ïrnf x DO Ê[.e f oepxtuzs. }}r n ${ 5ï1p Ê0 t} u cï.

De zwaartekracht van de korte termijn We bevinden ons in een economische recessie; de angst voor gevolgen van de crisis overheerst:

De Innovator. Vijfkrachtenmodel. Het Vijfkrachtenmodel in een notendop. de Innovator opent de ogen voor nieuwe kansen

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (40 punten) Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend.

Het 7 S model McKinsey

Hoofdstuk 3 Strategische marketing. Hoofdstuk 3 Strategische marketing

Marketing is een onderdeel van het organisatiebeleid. Veel verkopen (afzet) voor een goede prijs (omzet)

Strategisch plan

een INSTRUMENT voor het opstellen van STRATEGISCHE BEDRIJFSPLANNEN

Internationale Marketing H4. Week 1 1. Executive summary 2. Inhoudsopgave 3. Inleiding en achtergrond 4. Externe analyse

Introductie. wensen over.

DE AFDELING STRATEGIE MANAGEMENT VAN STRATEGIE NAAR EXECUTIE STRATAEGOS.COM

2.a Welke drie fasen van de levenscyclus van een onderneming worden door Lievegoed onderscheiden? (3 x 1 punt)

inspiring performance

Basismodel dienstenmarketing. Klant

Stelling 2 Een belangrijke reden dat veranderingsprocessen mislukken is dat er vooraf onvoldoende over is nagedacht.

Smart Modeling. Naar een scherpe aansluiting tussen de vraag naar verkeersanalyses en het te gebruiken verkeersmodel.

DHZ BCG-matrix Maak zelf een portfolioanalyse

Waar wil ik staan over x-jaar?

Inhoudsopgave. Inleiding 4. Persoonlijk intakegesprek master 4. Module Verandermanagement 5. Module Marketing & Communicatie 6.

Trade Finance Payments Cash Management Ontbijtsessie liquiditeitsplanningen

Middle Management. Inhoudsopgave. Les 1. Les 3. Les 2. Les 4. Organisaties, een inleiding. Organisaties en hun omgeving (meso - macro)

STRATEGIE. Manage the present and create the future! Edwin Martherus Utrecht, 8 april 2016

Overweegt u complexgewijze verkoop? Laat u adviseren.

Toepassen van ISO 22000: denken vanuit risico s en kansen

Exportstrategie, hoe pak je dat aan?

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 02

Mijn stappenplan, jouw marketingplan

De strategie van de risico-inventarisatie en evaluatie

De gereedschapskist van de informatiespecialist (2)

Middle Management NEMAS

SWOT-ANALYSE. SWOT en confrontatiematrix aangeboden door 1

Concept Marketing Plan

Adviesrapport Kroonkurk Bierdop B.V.

2 Goederenretail in Nederland: indelingscriteria 47

Transcriptie:

Vragen BDK H3 Strategisch management Deel 1: v.a. blz. 75 Situatieanalyse t/m blz. 100

Vraag 1

Vraag 1 Wat is het verschil tussen de klassieke en de moderne benadering van strategisch management?

Vraag 2

Vraag 2 Welke relatie bestaat er tussen visie, doelstellingen en strategie?

Vraag 3

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist c. Stelling I is onjuist, stelling II is juist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist c. Stelling I is onjuist, stelling II is juist d. Beide stellingen zijn onjuist

Vraag 4

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei c. hoog relatief marktaandeel en een hoge marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei c. hoog relatief marktaandeel en een hoge marktgroei d. laag relatief marktaandeel en een hoge marktgroei

Vraag 5

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn:

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn:

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers c. marktleiders, nieuwe toetreders, afnemers, substituten, leveranciers

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers c. marktleiders, nieuwe toetreders, afnemers, substituten, leveranciers d. marktleiders, marktvolgers, uitdagers, specialisten en starters

Vraag 6

Vraag 6 Wat is het belangrijkste verschil tussen de meso en de macro omgeving van een organisatie?

Vraag 1

Vraag 1 Wat is het verschil tussen de klassieke en de moderne benadering van strategisch management?

Vraag 1 Wat is het verschil tussen de klassieke en de moderne benadering van strategisch management? Bij de klassieke benadering is strategisch management synoniem aan strategische planning, bij de moderne benadering aan strategisch denken

Vraag 2

Vraag 2 Welke relatie bestaat er tussen visie, doelstellingen en strategie?

Vraag 2 Welke relatie bestaat er tussen visie, doelstellingen en strategie? Vanuit een ondernemingsvisie worden doelstellingen ontwikkeld. Hiermee wordt vastgesteld wat de relatie van de organisatie is met haar omgeving en haar werknemers. In een strategie wordt vastgesteld op welke wijze de doelstellingen worden gerealiseerd.

Vraag 3

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist c. Stelling I is onjuist, stelling II is juist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist c. Stelling I is onjuist, stelling II is juist d. Beide stellingen zijn onjuist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist c. Stelling I is onjuist, stelling II is juist d. Beide stellingen zijn onjuist

Vraag 3 Stelling I In het 7-S-model van McKinsey is visie een managementinstrument dat zorgt voor de samenhang en sturing van de overige management instrumenten Stelling II centraal In het 7-S-model van McKinsey staat de strategie van het bedrijf a. Beide stellingen zijn juist b. Stelling I is juist, stelling II is onjuist c. Stelling I is onjuist, stelling II is juist d. Beide stellingen zijn onjuist b. is juist

Vraag 4

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei c. hoog relatief marktaandeel en een hoge marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei c. hoog relatief marktaandeel en een hoge marktgroei d. laag relatief marktaandeel en een hoge marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei c. hoog relatief marktaandeel en een hoge marktgroei d. laag relatief marktaandeel en een hoge marktgroei

Vraag 4 In de BCG matrix duidt een star op een PMC met een a. hoog relatief marktaandeel en een lage marktgroei b. laag relatief marktaandeel en een lage marktgroei c. hoog relatief marktaandeel en een hoge marktgroei d. laag relatief marktaandeel en een hoge marktgroei c. is juist

Vraag 5

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn:

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn:

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers c. marktleiders, nieuwe toetreders, afnemers, substituten, leveranciers

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers c. marktleiders, nieuwe toetreders, afnemers, substituten, leveranciers d. marktleiders, marktvolgers, uitdagers, specialisten en starters

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers c. marktleiders, nieuwe toetreders, afnemers, substituten, leveranciers d. marktleiders, marktvolgers, uitdagers, specialisten en starters

Vraag 5 De vijf krachten in de concurrentieanalyse volgens Porter zijn: a. afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, stakeholders, leveranciers b. nieuwe toetreders, afnemers, substituten, bedrijfstakconcurrenten, leveranciers c. marktleiders, nieuwe toetreders, afnemers, substituten, leveranciers d. marktleiders, marktvolgers, uitdagers, specialisten en starters b. is juist

Vraag 6

Vraag 6 Wat is het belangrijkste verschil tussen de meso en de macro omgeving van een organisatie?

Vraag 6 Wat is het belangrijkste verschil tussen de meso en de macro omgeving van een organisatie? De meso omgeving is deels beïnvloedbaar, de macro omgeving is dat niet