TECHNISCH RAPPORT GROEN ONDERWIJS. Onderwijsverslag 2013/2014



Vergelijkbare documenten
TECHNISCH RAPPORT GROEN ONDERWIJS. Onderwijsverslag 2013/2014

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK HO. Onderwijsverslag 2013/2014

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK HOGER ONDERWIJS. De Staat van het Onderwijs 2014/2015. April 2016

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK MBO. Onderwijsverslag 2013/2014

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS. De Staat van het Onderwijs 2015/2016. April 2017

Databronnen en definities. Databestanden... 2 Nadere inkadering opleidings- en studentkenmerken... 5 Kengetallen... 6

HBO/WO TABBLAD OMSCHRIJVING INHOUD HBO en WO 100_n_opl en n_inst_2015 Aantal bekostigde en niet bekostigde opleidingen en instellingen HBO en WO

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS. De Staat van het Onderwijs 2014/2015. April 2016

TECHNISCH RAPPORT HOGER ONDERWIJS. Staat van het Onderwijs 2016/2017

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK HOGER ONDERWIJS. De Staat van het Onderwijs 2015/2016. April 2017

TECHNISCH RAPPORT HOGER ONDERWIJS. Staat van het Onderwijs 2019

KWALITEITSONDERZOEK MBO. ROC Landstede te Zwolle. Recreatiedieren (Ondernemer/manager recreatiedieren), locatie Raalte

Subsector geografie. Sectorbeeld Gedrag & Maatschappij, Inspectie van het Onderwijs,

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. (medewerker toezicht en veiligheid)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU

Sectoren ho vergeleken profiel Dit overzicht bevat de volgende grafieken:

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. ARD International BV (Guard Group)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING. ROC van Amsterdam. ROC op Maat entree opleidingen (ROC op Maat West en ROC op Maat Zuidoost)

Subsector overig. Subsector overig

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU

KWALITEITSONDERZOEK MBO. ROC Zadkine te Rotterdam. Kapper (Junior kapper)

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Stichting Vakopleiding Techniek

CATEGORIE INHOUD HBO/WO TABBLAD OMSCHRIJVING INHOUD Opleidingen HBO en WO 810_n_opl en n_inst Aantal bekostigde en niet bekostigde opleidingen en

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Scheidegger Opleidingen te Hilversum

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Opleidingsinstituut Thomas BV

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Kappersschool van Wetten. Definitief

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Midden Nederland te Utrecht. Sociaal cultureel werker

Subsector pedagogische opleidingen

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. GOmotive

KWALITEITSONDERZOEK MBO. ROC Zadkine te Rotterdam. ICT- en mediabeheer (ICT-beheerder)

Subsector politicologie en bestuurskundige opleidingen

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Edudelta College Goes te Goes. Dierverzorging 2 (Medewerker dierverzorging)

KWALITEITSONDERZOEK MBO. New School Routing Academy Commercieel medewerker (Commercieel medewerker binnendienst)

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Kok (Zelfstandig werkend kok)

STAAT VAN DE INSTELLING MBO

Afgestudeerden en uitvallers in Avans en het hoger beroepsonderwijs

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Instituut voor Beveiligingsopleidingen (IBO) te Amsterdam

Instroom hbo afgenomen maar forse groei aantal gediplomeerden

Subsector sociale wetenschappen

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Studiecentrum Minerva

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK 1 - DE LERAAR. De Staat van het Onderwijs 2015/2016. April 2017

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Nederlands Talen Instituut (NTI) te Leiden

Prestatie-indicatoren uit 1 cijfer ho en het algemeen studentenoordeel over de opleiding (nse).

KWALITEITSONDERZOEK MBO

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Capabel Onderwijs Groep B.V.

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. M & M Opleidingen B.V.

KWALITEITSONDERZOEK MBO

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. ROC West-Brabant te Etten-Leur. Operator (Voedingsoperator) Operator (Operator A)

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Pedagogisch Werk, niveau 3

Subsector maatschappelijke hulp en dienstverlening

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. NCOI MBO College te Hilversum

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s.

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Heering Consultancy Opleidingen B.V.

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC West-Brabant te Etten-Leur. Medewerker schilderen (Gezel schilder totaalonderhoud)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. ROC West-Brabant te Etten-Leur

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s.

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. Onderwijsassistent vestiging Raalte

Bron en definities studentenaantallen Vereniging Hogescholen

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN OPLEIDINGSNIVEAU. Opleidingsinstituut Thomas te Den Bosch

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Tio

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. MBO Amersfoort te Amersfoort

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Autotechniek (Autotechnicus)

Subsector psychologie

TECHNISCH RAPPORT DEEL I NIVEAU VAN HET ONDERWIJS. De Staat van het Onderwijs 2014/2015. April 2016

1. Studenttevredenheid TOELICHTING

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Profit Opleidingen

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Fairfield Life & Education

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Media College, afdeling vmbo-g/t

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN OPLEIDINGSNIVEAU. F. van Wetten

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Midden Nederland te Utrecht. Medewerker ICT

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar kwaliteitsverbetering

MEERJAREN OPBRENGSTEN VO 2015 TOELICHTING

Uitval en studiesucces van Avans studenten vergeleken met de landelijke cijfers in 2017

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO

Factsheet. Samenvatting

RENDEMENTEN EN DIPLOMA S

KWALITEITSONDERZOEK MBO. ROC Leeuwenborgh te Sittard. Sport en bewegen (Sport- en bewegingsleider), crebo 91390

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Opleiding Facilitaire dienstverlener (Facilitair leidinggevende) 94180

KWALITEITSONDERZOEK MBO

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING VAVO. VAVO Rijnmond College, Albeda-Zadkine te Rotterdam. Opleiding vwo

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. MBO Amersfoort te Amersfoort

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Albeda College te Rotterdam

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN OPLEIDINGSNIVEAU. ROC van Twente te Hengelo

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Veneberg Beveiligings Opleidingen B.V.

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016

KWALITEITSONDERZOEK EDUCATIE. Particuliere vavo instelling. Afdelingen vmbo-havo-vwo

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Tilburg te Tilburg. Verkoper (Verkoper detailhandel)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP OPLEIDINGSNIVEAU. Hout- en Meubileringscollege

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Kappersopleiding Doetinchem te Doetinchem

Afgestudeerden en uitvallers in Avans en het hoger beroepsonderwijs

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Installeren (Eerste monteur elektrotechnische installaties)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. De Groene Welle te Hardenberg. Dierenartsassistent Paraveterinair 97590

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Horizon College te Alkmaar

Particuliere vavo-instelling voor mavo, havo en vwo.

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO

KWALITEITSONDERZOEK MBO

Aandeel meisjes in de bètatechniek VMBO

Bron Definities Onderwerpen

Transcriptie:

TECHNISCH RAPPORT GROEN ONDERWIJS Onderwijsverslag 2013/2014 April 2015

Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Groen vmbo... 4 3. Groen mbo... 14 4. Groen hoger onderwijs... 20 2

1. Inleiding Dit is het technisch rapport dat ten grondslag ligt aan het sectorhoofdstuk groen van het Onderwijsverslag 2013/2014. In dit rapport vindt u de verantwoording van onderzoeksgegevens in het sectorhoofdstuk groen voor het Onderwijsverslag over het schooljaar 2013/2014. 3

2. Groen vmbo 2.1 Databestanden en analysemethoden Voor de analyses naar arrangementen zijn de arrangementen VO per 1 september 2014 gebruikt. Voor de analyses naar examenresultaten de definitieve examengegevens van 2013 en de voorlopige van 2014. 2.2 Resultaten toezichtarrangementen - 5 jaar Zoals te zien in tabel 1 zijn binnen groen vmbo de minste basisarrangementen afgegeven in de gemengde/theoretische leerweg vmbo. Er is per 1 september 2014 één groene vmbo met een arrangement zeer zwak. Tabel 1 Toezichtarrangementen groen vmbo (exclusief pro-onderwijs) naar leerweg op 1 september 2014 (in aantallen en percentages, n 2014=204) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo n % n % n % Basis 67 98,5 66 95,7 54 80,6 Zwak 1 1,5 2 2,9 13 19,4 Zeer zwak 0 0,0 1 1,4 0 0,0 Totaal 68 100,0 69 100,0 67 100,0 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 In tabel 2 zijn de toezichtarrangementen van 1 september 2010 tot en met 1 september 2014 voor groen vmbo naast elkaar gezet. Hierin is te zien dat het percentage basisarrangementen in de basisberoepsgerichte leerweg voor het vierde jaar op rij gelijk is gebleven. Bij de kaderberoepsgerichte en vooral de gemengde/theoretische leerweg is deze fors toegenomen. Tabel 2 Toezichtarrangementen groen vmbo naar leerweg op 1 september 2010/2014 (in percentages, n 2014=204) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo n 2014 = 68 n 2014 = 69 n 2014 = 67 sept 2010 sept 2011 sept 2012 sept 2013 sept 2014 sept 2010 sept 2011 sept 2012 sept 2013 sept 2014 sept 2010 sept 2011 sept 2012 sept 2013 sept 2014 Basis 89,6 98,6 98,6 98,6 98,5 89,4 89,7 91,3 89,9 95,7 65,8 59,7 61,7 69,1 80,6 Zwak 10,4 1,4 1,4 1,4 1,5 10,6 10,3 7,3 10,1 2,9 31,6 37,1 36,8 30,9 19,4 Zeer zwak 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 1,4 0,0 1,4 2,6 3,2 1,5 0,0 0,0 Totaal 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 In figuur 1 staat het percentage basisarrangementen voor groen en overig vmbo voor 2010-2014. Meer gedetailleerde gegevens staan in tabel 3 tot en met 7. Deze gegevens laten zien dat het percentage basisarrangementen vanaf september 2011 voor de groene basisberoepsgerichte leerweg vmbo hoger is dan in het overige vmbo. Verder zien we dat bij de kaderberoepsgerichte leerweg het aantal basisarrangementen bij groen vanaf dit jaar hoger is dan bij basis. De gemengde/theoretische leerweg heeft nog altijd beduidend minder basisarrangementen bij het groen vmbo ten opzichte van het overige vmbo, maar is met een duidelijke inhaalslag bezig. 4

Figuur 1. Afdelingen met een basisarrangement per leerweg in groen en overig vmbo op 1 september 2010, 2011, 2012, 2013 en 2014 (in percentages, n groen vmbo=204) 100 95 Toezichtarrangementen basis naar groen en overig vmbo (in percentages) 90 85 overig basis 80 groen basis 75 overig kader 70 groen kader 65 overig gt 60 groen gt 55 50 sep-10 sep-11 sep-12 sep-13 sep-14 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Tabel 3 Toezichtarrangementen naar groen en overig vmbo op 1 september 2014 (in percentages, n groen vmbo=204) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo Overig Groen Overig Groen Overig Groen n 394 68 404 69 702 67 Basis 95,2 98,5 92,1 95,7 90,6 80,6 Zwak 4,8 1,5 7,7 2,9 8,8 19,4 Zeer zwak 0,0 0,0 0,2 1,4 0,6 0,0 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Tabel 4 Toezichtarrangementen naar groen en overig vmbo op 1 september 2013 (in percentages, n groen vmbo=206) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo Overig Groen Overig Groen Overig Groen n 401 69 407 69 712 68 Basis 93,5 98,6 89,9 89,9 88,9 69,1 Zwak 5,7 1,4 9,6 10,1 10,0 30,9 Zeer zwak 0,7,0 0,5 0,0 1,1 0,0 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2013 Tabel 5 Toezichtarrangementen naar groen en overig vmbo op 1 september 2012 (in percentages, n groen vmbo=206) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo 5

Overig Groen Overig Groen Overig Groen n 402 69 405 69 709 68 Basis 95,3 98,6 87,9 91,3 90,0 61,8 Zwak 4,0 1,4 11,6 7,2 9,2 36,8 Zeer zwak,7,0,5 1,4,8 1,5 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2012 Tabel 6 Toezichtarrangementen naar groen en overig vmbo op 1 september 2011 (in percentages, n groen vmbo=199) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo Overig Groen Overig Groen Overig Groen n 69 68 62 Basis 92,4 98,6 88,5 89,7 89,9 59,7 Zwak 6,6 1,4 10,3 10,3 9,0 37,1 Zeer zwak 1,0,0 1,2 0 1,1 3,2 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2011 Tabel 7 Toezichtarrangementen naar groen en overig vmbo op 1 september 2010 (in percentages, n groen vmbo=133) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/ theoretische leerweg vmbo Overig Groen Overig Groen Overig Groen n* 395 48 399 47 702 38 Basis 91,6 89,6 90,0 89,4 89,0 65,8 Zwak 7,3 10,4 8,8 10,6 10,0 31,6 Zeer zwak 1,0 0 1,3 0 1,0 2,6 Totaal 99,9 100 100,1 100 100 100 *Dit jaar ontbrak van een/twee grote aoc s de toezichtarrangementen Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2010 6

2.3 Resultaten opbrengstoordelen 3 jaar De opbrengsten van het voorgezet onderwijs: De inspectie beoordeelt de opbrengsten per afdeling aan de hand van vier indicatoren: - het rendement van de onderbouw - het rendement van de bovenbouw - het gemiddeld cijfer voor het centraal examen - het gemiddelde verschil tussen het schoolexamen en het centraal examen De opbrengstoordelen zijn gebaseerd op de opbrengsten van drie opeenvolgende jaren. 2.3.1 Totaal oordeel opbrengsten groen en overig vmbo Tabel 8 omvat de aantallen en percentages voor 2014. Hierin is te zien dat in het basis- en kaderberoepsgerichte onderwijs het groene onderwijs het beter doet dan het overige vmbo. Voor de gemengde/theoretische leerweg geldt het omgekeerde. Tabel 9 geeft een driejarenoverzicht. Hierin is te zien dat in 2014 voor vmbo gemengde/theoretische leerweg het percentage voldoende opbrengstoordelen hoger is dan het jaar ervoor. Voor het kaderberoepsgerichte vmbo is deze fractioneel hoger en voor het basisberoepsgerichte vmbo stabiel. Tabel 8 Aantal en percentage afdelingen met voldoende opbrengsten in het groene en overige vmbo in 2014 (n groen=203; n overig vmbo=1.481) Overig vmbo Groen vmbo Totaal onvoldoende voldoende onvoldoende voldoende onvoldoende voldoende n % n % n % n % n % n % Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 26 6,8 359 93,2 2 2,9 66 97,1 28 6,2 425 93,8 34 8,4 370 91,6 4 6,0 63 94,0 38 8,1 433 91,9 Gemengde/theoretische leerweg 75 10,8 617 89,2 16 23,5 52 76,5 91 12,0 669 88,0 vmbo Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Tabel 9 Percentage afdelingen met voldoende opbrengsten in het groene en overige vmbo in 2012-2014 (n groen 2014=203) 2012 2013 2014 Overig vmbo Groen vmbo Overig vmbo Groen vmbo Overig vmbo Groen vmbo Basisberoepsgerichte leerweg vmbo 92,5 97,0 95,0 97,0 93,2 97,1 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 87,6 86,6 91,6 92,6 91,6 94,0 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 86,6 58,1 88,9 70,6 89,2 76,5 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 2.3.2 De vier opbrengstindicatoren afzonderlijk voor vmbo-g/t Gezien de relatief lage opbrengsten voor vmbo gemengde/theoretische leerweg zijn voor deze onderwijssoort de vier afzonderlijke opbrengstindicatoren weergegeven. In tabel 10 is te zien dat de verschillen tussen groen en niet-groen voornamelijk gelden bij de oordelen met betrekking tot examen, en minder bij het rendement. In vergelijking met vorig jaar vallen twee dingen op: het rendement onderbouw is verslechterd, en het verschil SE-CE geringer geworden. Tabel 10 Aantallen en percentage (on)voldoende op de vier opbrengstindicatoren in 2014 (n groen vmbo(g)t = 69) 7

Overig vmbo Groen vmbo Totaal n % n % n % Rendement onderbouw oordeel 3 jaar* Onvoldoende 141 14,0 12 16,4 153 14,1 Voldoende 868 86,0 61 83,6 929 85,9 Rendement bovenbouw oordeel 3 jaar vmbo(g)t Onvoldoende 84 12,6 7 13,0 91 12,6 Voldoende 582 87,4 47 87,0 629 87,4 CE-cijfer oordeel 3 jaar vmbo (g)t Onvoldoende 95 13,6 16 23,5 111 14,5 Voldoende 603 86,4 52 76,5 655 85,5 SE minus CE oordeel vmbo (g)t Zeer groot verschil 4 0,6 0 0,0 4 0,5 Groot verschil 72 10,3 26 37,7 98 12,7 Gering verschil 624 89,1 43 62,3 667 86,7 * Het onderbouwrendement geldt voor de gehele vestiging, niet specifiek voor een afdeling. In tabellen 11-13 zijn voor alle afdelingen de vier opbrengstindicatoren van de afgelopen drie jaar naast elkaar gezet. Daarin is te zien dat bij de gemengde/theoretische leerweg de percentages voldoende op het oordeel voor centraal examen en verschil se-ce de afgelopen jaren elk jaar zijn gestegen (tabel 11). Bij vmbo kader is een groter percentage afdelingen met een gering verschil SE-CE (tabel 12). Het rendement onderbouw is over de gehele linie verslechterd. Tabel 11 Percentage voldoende op de vier opbrengstindicatoren vmbo(g)t groen in de afgelopen drie jaar 2012, 2013 en 2014 (n groen vmbo-g/t 2014=69) 2012 2013 2014 n % n % n % Rendement onderbouw oordeel 3 jaar* Voldoende 64 87,7 66 90,4 61 83,6 Rendement bovenbouw oordeel 3 jaar vmbo (g)t Voldoende 41 87,2 41 85,4 47 87,0 CE-cijfer oordeel 3 jaar vmbo (g)t Voldoende 39 62,9 49 72,1 52 76,5 SE minus CE oordeel vmbo (g)t Gering 21 33,3 36 52,9 43 62,3 verschil * Het onderbouwrendement geldt voor de gehele vestiging, niet specifiek voor een afdeling Tabel 11a Percentage voldoende op de vier opbrengstindicatoren vmbo(g)t overig in de afgelopen drie jaar 2012, 2013 en 2014 (n overig vmbo-g/t 2014 = 700) 2012 2013 2014 n % n % n % Rendement onderbouw oordeel 3 jaar* Voldoende 851 84,8 861 85,5 868 86,0 Rendement bovenbouw oordeel 3 jaar vmbo (g)t Voldoende 577 86,6 572 86,9 582 87,4 CE-cijfer oordeel 3 jaar vmbo (g)t Voldoende 603 87,5 592 86,2 603 86,4 SE minus CE oordeel vmbo (g)t Gering 563 81,7 591 85,8 624 89,1 verschil * Het onderbouwrendement geldt voor de gehele vestiging, niet specifiek voor een afdeling Tabel 11b combinatie Percentage voldoende op de vier opbrengstindicatoren vmbo(g)t overig en groen in de afgelopen drie jaar 2012, 2013 en 2014 (n groen vmbo-g/t 2014 = 69, n groen overig 2014 = 700) 2012 2013 2014 Overig Groen Overig Groen Overig Groen n % n % n % n % n % n % 8

Rendement onderbouw oordeel 3 jaar* Rendement bovenbouw oordeel 3 jaar vmbo (g)t Voldoende 851 84,8 64 87,7 861 85,5 66 90,4 868 86,0 61 83,6 Voldoende 577 86,6 41 87,2 572 86,9 41 85,4 582 87,4 47 87,0 CE-cijfer oordeel 3 jaar vmbo (g)t Voldoende 603 87,5 39 62,9 592 86,2 49 72,1 603 86,4 52 76,5 SE minus CE oordeel vmbo (g)t Gering 563 81,7 21 33,3 591 85,8 36 52,9 624 89,1 43 62,3 verschil * Het onderbouwrendement geldt voor de gehele vestiging, niet specifiek voor een afdeling Tabel 12 Percentage voldoende op de vier opbrengstindicatoren vmbo kader in de afgelopen drie jaar 2012, 2013 en 2014 (n groen vmbo kader 2014 = 68) 2012 2013 2014 n % n % n % Rendement onderbouw oordeel 3 jaar* Voldoende 64 87,7 66 90,4 61 83,6 Rendement bovenbouw oordeel 3 jaar vmbo kader Voldoende 48 73,8 53 79,1 54 84,4 CE-cijfer oordeel 3 jaar vmbo kader Voldoende 58 86,6 58 85,3 57 85,1 SE minus CE oordeel vmbo kader Gering 54 80,6 65 94,2 66 97,1 verschil * Het onderbouwrendement geldt voor de gehele vestiging, niet specifiek voor een afdeling Tabel 13 Percentage voldoende op de vier opbrengstindicatoren vmbo basis in de afgelopen drie jaar 2012, 2013 en 2014 (n groen vmbo basis 2014 = 68) 2012 2013 2014 n % n % n % Rendement onderbouw oordeel 3 jaar* Voldoende 64 87,7 66 90,4 61 83,6 Rendement bovenbouw oordeel 3 jaar vmbo basis Voldoende 63 96,9 65 97,0 62 93,3 CE-cijfer oordeel 3 jaar vmbo basis Voldoende 63 92,6 60 89,6 64 94,1 SE minus CE oordeel vmbo basis Gering 68 100 68 100 68 100 verschil * Het onderbouwrendement geldt voor de gehele vestiging, niet specifiek voor een afdeling 9

2.4 Resultaten examens groen overig vmbo In tabel 14 zijn de slaagpercentages van AOC en overig VMBO van 2013 en 2014 aangegeven. In tabel 15 t/m 19 zijn de examencijfers (centraal-, schoolexamen en verschil SE-CE) weergegeven per onderwijssoort naar sector en aoc. De cijfers zijn berekend over alle leerlingen heen en niet per school. Tabel 14 Slagingspercentages per leerweg in het groene en overige vmbo in 2013 (n overig = 91.999, n groen = 7.113) en 2014 (n overig = 93.845, n groen = 7.157). 2013 2014* Overig Groen Overig Groen Basisberoepsgerichte leerweg vmbo 96,4 98,1 96,7 98,4 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 93,0 94,3 94,7 96,8 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 91,3 93,0 93,3 94,5 Totaal (over alle VMBO leerlingen) 92,7 95,4 94,3 96,7 * Gegevens gebaseerd op voorlopige cijfers Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Tabel 15 Gemiddeld cijfer alle leerlingen, alle vakken centraal examen, schoolexamen en verschil SE-CE voortgezet onderwijs, per onderwijssoort vmbo, examenjaar 2010 (n totaal vmbo = 52.543) Verschil SE-CE alle CE cijfer alle vakken 2010 SE cijfer alle vakken vakken Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal N Gem. N Gem. N Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Basisberoepsgerichte leerweg vmbo (+ leerwerktraject) Techniek 6852 6,53 0. 6852 6,53 6,47. 6,47 -,06. -,06 Zorg en 6367 6,36 0. 6367 6,36 6,51. 6,51,16.,16 welzijn Economie 4708 6,41 0. 4708 6,41 6,48. 6,48,07.,07 Landbouw 401 6,49 3249 6,50 3650 6,50 6,57 6,59 6,59,08,09,09 Totaal 18328 6,44 3249 6,50 21577 6,45 6,49 6,59 6,51,05,09,06 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Techniek 6814 6,34 0. 6814 6,34 6,53. 6,53,19.,19 Zorg en 7950 6,11 0. 7950 6,11 6,57. 6,57,45.,45 welzijn Economie 7129 6,18 0. 7129 6,18 6,46. 6,46,28.,28 Landbouw 427 6,34 2716 6,19 3143 6,21 6,59 6,48 6,50,24,29,28 Totaal 22320 6,21 2716 6,19 25036 6,21 6,52 6,48 6,52,31,29,31 Gemengde/theoretische Techniek 1043 6,31 0. 1043 6,31 6,57. 6,57,25.,25 leerweg vmbo Zorg en 1787 6,07 0. 1787 6,07 6,53. 6,53,45.,45 welzijn Economie 1775 6,12 0. 1775 6,12 6,50. 6,50,39.,39 Landbouw 103 6,23 1222 6,01 1325 6,03 6,67 6,69 6,68,44,68,66 Totaal 4708 6,15 1222 6,01 5930 6,12 6,53 6,69 6,56,38,68,44 Tabel 16 Gemiddeld cijfer alle leerlingen, alle vakken centraal examen, schoolexamen en verschil SE-CE voortgezet onderwijs, per onderwijssoort vmbo, examenjaar 2011 (n totaal vmbo = 48.872) Verschil SE-CE alle CE cijfer alle vakken 2011 SE cijfer alle vakken vakken 10

Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal N Gem. N Gem. N Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Basisberoepsgerichte leerweg vmbo (+ leerwerktraject) Techniek 5994 6,42 0. 5994 6,42 6,46. 6,46,04.,04 Zorg en 5715 6,23 0. 5715 6,23 6,48. 6,48,24.,24 welzijn Economie 4459 6,32 0. 4459 6,32 6,45. 6,45,13.,13 Landbouw 457 6,45 2861 6,38 3318 6,39 6,54 6,52 6,52,09,14,14 Totaal 16625 6,33 2861 6,38 19486 6,34 6,47 6,52 6,47,13,14,14 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Techniek 6356 6,28 0. 6356 6,28 6,49. 6,49,21.,21 Zorg en 7347 6,01 0. 7347 6,01 6,52. 6,52,50.,50 welzijn Economie 6881 6,11 0. 6881 6,11 6,44. 6,44,32.,32 Landbouw 406 6,30 2515 6,12 2921 6,15 6,58 6,42 6,44,28,30,30 Totaal 20990 6,13 2515 6,12 23505 6,13 6,49 6,42 6,48,35,30,35 Gemengde/theoretische Techniek 1124 6,25 0. 1124 6,25 6,57. 6,57,32.,32 leerweg vmbo Zorg en 1678 5,89 0. 1678 5,89 6,47. 6,47,59.,59 welzijn Economie 1824 5,97 0. 1824 5,97 6,45. 6,45,48.,48 Landbouw 90 6,15 1165 6,03 1255 6,04 6,52 6,64 6,63,37,61,59 Totaal 4716 6,01 1165 6,03 5881 6,02 6,49 6,64 6,52,48,61,51 Tabel 17 Gemiddeld cijfer alle leerlingen, alle vakken centraal examen, schoolexamen en verschil SE-CE voortgezet onderwijs, per onderwijssoort vmbo, examenjaar 2012 (n totaal vmbo = 46.090) Verschil SE-CE alle CE cijfer alle vakken 2012 SE cijfer alle vakken vakken Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal N Gem. N Gem. N Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Basisberoepsgerichte leerweg vmbo (+ leerwerktraject) Techniek 5495 6,65 0. 5495 6,65 6,43. 6,43 -,22. -,22 Zorg en 5344 6,47 0. 5344 6,47 6,45. 6,45 -,02. -,02 welzijn Economie 4205 6,55 0. 4205 6,55 6,40. 6,40 -,14. -,14 Landbouw 383 6,55 2689 6,61 3072 6,61 6,47 6,50 6,50 -,08 -,11 -,11 Totaal 15427 6,56 2689 6,61 18116 6,56 6,43 6,50 6,44 -,13 -,11 -,12 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Techniek 6044 6,39 0. 6044 6,39 6,47. 6,47,08.,08 Zorg en 7222 6,20 0. 7222 6,20 6,48. 6,48,27.,27 welzijn Economie 6337 6,31 0. 6337 6,31 6,40. 6,40,08.,08 Landbouw 396 6,32 2409 6,31 2805 6,31 6,47 6,35 6,37,14,05,06 Totaal 19999 6,30 2409 6,31 22408 6,30 6,45 6,35 6,44,15,05,14 Gemengde/theoretische Techniek 1009 6,34 0. 1009 6,34 6,57. 6,57,23.,23 leerweg vmbo Zorg en 1577 6,11 0. 1577 6,11 6,48. 6,48,37.,37 welzijn Economie 1560 6,09 0. 1560 6,09 6,39. 6,39,30.,30 Landbouw 102 6,21 1318 6,21 1420 6,21 6,49 6,54 6,54,28,33,32 Totaal 4248 6,16 1318 6,21 5566 6,17 6,47 6,54 6,48,31,33,31 11

Tabel 18 Gemiddeld cijfer alle leerlingen, alle vakken centraal examen, schoolexamen en verschil SE-CE voortgezet onderwijs, per onderwijssoort vmbo, examenjaar 2013 (n totaal vmbo = 44.460) Verschil SE-CE alle CE cijfer alle vakken 2013 SE cijfer alle vakken vakken Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal N Gem. N Gem. N Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Basisberoepsgerichte leerweg vmbo (+ leerwerktraject) Techniek 5023 6,68 0. 5023 6,68 6,42. 6,42 -,27. -,27 Zorg en 5227 6,51 0. 5227 6,51 6,42. 6,42 -,09. -,09 welzijn Economie 3845 6,61 0. 3845 6,61 6,41. 6,41 -,20. -,20 Landbouw 342 6,65 2719 6,65 3061 6,65 6,48 6,49 6,49 -,16 -,16 -,16 Totaal 14437 6,60 2719 6,65 17156 6,61 6,42 6,49 6,43 -,18 -,16 -,18 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Techniek 5763 6,35 0. 5763 6,35 6,44. 6,44,09.,09 Zorg en 7211 6,18 0. 7211 6,18 6,49. 6,49,31.,31 welzijn Economie 6180 6,31 0. 6180 6,31 6,40. 6,40,09.,09 Landbouw 349 6,32 2351 6,29 2700 6,29 6,40 6,36 6,37,08,07,08 Totaal 19503 6,27 2351 6,29 21854 6,27 6,44 6,36 6,43,17,07,16 Gemengde/theoretische Techniek 959 6,20 0. 959 6,20 6,50. 6,50,30.,30 leerweg vmbo Zorg en 1662 6,07 0. 1662 6,07 6,42. 6,42,35.,35 welzijn Economie 1565 6,10 0. 1565 6,10 6,35. 6,35,25.,25 Landbouw 75 6,21 1189 6,12 1264 6,13 6,46 6,51 6,51,25,39,38 Totaal 4261 6,11 1189 6,12 5450 6,11 6,41 6,51 6,44,30,39,32 Tabel 19 Gemiddeld cijfer alle leerlingen, alle vakken centraal examen, schoolexamen en verschil SE-CE voortgezet onderwijs, per onderwijssoort vmbo, examenjaar 2014* (n totaal vmbo = 43.633) Verschil SE-CE alle CE cijfer alle vakken 2014 SE cijfer alle vakken vakken Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal N Gem. N Gem. N Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Basisberoepsgerichte leerweg vmbo (+ leerwerktraject) Techniek 4900 6,70 0. 4900 6,70 6,42. 6,42 -,28. -,28 Zorg en 5023 6,57 0. 5023 6,57 6,43. 6,43 -,14. -,14 welzijn Economie 3773 6,64 0. 3773 6,64 6,41. 6,41 -,23. -,23 Landbouw 345 6,72 2686 6,72 3031 6,72 6,48 6,49 6,49 -,24 -,23 -,23 Totaal 14041 6,64 2686 6,72 16727 6,65 6,42 6,49 6,43 -,22 -,23 -,22 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Techniek 5580 6,36 0. 5580 6,36 6,44. 6,44,07.,07 Zorg en 7197 6,24 0. 7197 6,24 6,51. 6,51,27.,27 welzijn Economie 5867 6,32 0. 5867 6,32 6,40. 6,40,08.,08 Landbouw 282 6,47 2426 6,34 2708 6,36 6,48 6,38 6,39,01,04,03 Totaal 18926 6,30 2426 6,34 21352 6,31 6,45 6,38 6,45,15,04,14 Gemengde/theoretische Techniek 1080 6,38 0. 1080 6,38 6,48. 6,48,10.,10 leerweg vmbo Zorg en welzijn 1609 6,18 0. 1609 6,18 6,43. 6,43,25.,25 12

Economie 1590 6,24 0. 1590 6,24 6,38. 6,38,13.,13 Landbouw 75 6,36 1200 6,28 1275 6,29 6,57 6,54 6,54,21,26,25 Totaal 4354 6,26 1200 6,28 5554 6,26 6,43 6,54 6,45,17,26,19 *voorlopige cijfers Daarnaast zijn er leerlingen die examen vmbo theoretische leerweg doen. Ook daarvan zijn de gemiddelde examencijfers op grijze en groene scholen naast elkaar gezet (tabel 20). Let hierbij op dat de aantallen in het groene onderwijs klein zijn. Bij het reguliere vo (grijs onderwijs) is geen onderscheid in sector mogelijk. Daarom zijn de aoc s vergeleken met de gehele theoretische leerweg op het regulier vo. We zien we dat het gemiddelde CE-cijfer over alle vakken op groene scholen tot 2011 lager is dan op grijze scholen, maar vanaf 2012 is er scoren groene scholen gelijk of hoger dan grijze scholen. Het gemiddelde SE-cijfer is hoger op groene scholen ten opzichte van grijze scholen. Dit zorgt ervoor dat het gemiddelde verschil SE-CE groter is op AOC s dan op grijs onderwijs. Tabel 20 Gemiddeld cijfer alle leerlingen, alle vakken centraal examen, schoolexamen en verschil SE-CE voortgezet onderwijs, vmbo theoretische leerweg, examenjaar 2010 tot en met 2014 Jaar CE alle vakken SE_alle_vakken SE_min_CE_alle_vakken Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal Regulier vo AOC Totaal N Gem. N Gem. N Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. Gem. 2010 42694 6,30 928 6,25 43622 6,30 6,52 6,74 6,53,22,48,23 2011 42713 6,15 831 6,12 43544 6,15 6,50 6,67 6,50,34,55,35 2012 42625 6,30 824 6,33 43449 6,30 6,47 6,58 6,47,17,25,17 2013 45624 6,29 854 6,29 46478 6,29 6,47 6,60 6,47,19,31,19 2014* 46513 6,41 845 6,45 47358 6,41 6,48 6,59 6,48,07,15,07 * voorlopige cijfers 13

3. Groen mbo Sinds 2012 onderzoekt de Inspectie van het Onderwijs ieder jaar vier AOC s in het kader van de Staat van de Instelling (SVI). Inmiddels is het onderzoek uitgevoerd bij alle 12 de AOC s en bij 57 andere bekostigde instellingen (ROC s + Vakscholen). In de onderstaande analyses worden de uitkomsten van de SVI s op instellings- en opleidingsniveau weergegeven waarbij er telkens onderscheid is gemaakt tussen AOC s en de overige bekostigde instellingen in het mbo. Significante verschillen zijn gearceerd: Oranje : significant bij p<0.05. 3.1 Kwaliteitsborging op instellingsniveau Op instellingsniveau geeft de inspectie een oordeel over de kwaliteitsborging. In tabel 1a worden de aantallen instellingen weergegeven die een voldoende hebben gescoord en in tabel 1b worden de percentages instellingen met een voldoende weergegeven. Tabel 1a Aantal voldoende instellingen op het gebied kwaliteitsborging en de onderliggende aspecten en indicatoren periode 2012-2014 (n=69) Groen mbo Overig mbo n (n=12) n (n=57) 4. Kwaliteitsborging 3 28 4.1 Sturing * 8 45 4.1.1 Plannen 8 45 4.1.2 Informatie 10 52 4.1.3 Continuïteit 12 54 4.2 Beoordeling * 7 40 4.2.1 Monitoring 8 46 4.2.2 Evaluatie 9 41 4.3 Verbetering en verankering * 5 35 4.3.1 Verbeteraanpak 8 43 4.3.2 Deskundigheidsbevordering 11 54 4.3.3 Verankering 5 36 4.4 Dialoog en verantwoording 11 55 4.4.1 Intern 12 55 4.4.2 Extern 11 55 *kernaspecten Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 14

Tabel 1b Percentage voldoende instellingen op het gebied kwaliteitsborging en de onderliggende aspecten en indicatoren (2012 en 2013 en 2014, n=69) Groen mbo (n=12) Overig mbo (n=57) % % 4. Kwaliteitsborging 25 49 4.1 Sturing * 67 79 4.1.1 Plannen 67 79 4.1.2 Informatie 83 91 4.1.3 Continuïteit 100 95 4.2 Beoordeling * 58 70 4.2.1 Monitoring 67 81 4.2.2 Evaluatie 75 72 4.3 Verbetering en verankering * 42 61 4.3.1 Verbeteraanpak 67 75 4.3.2 Deskundigheidsbevordering 92 95 4.3.3 Verankering 42 63 4.4 Dialoog en verantwoording 92 96 4.4.1 Intern 100 96 4.4.2 Extern 92 96 *kernaspecten Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Toelichting: met een chi2kwardraattoets en anova zijn geen significante verschillen gevonden tussen aoc s en de overige bekostigde instellingen in het mbo. Wel valt op dat aoc s vaak een onvoldoende scoren op kwaliteitsborging als geheel en op de eerste drie aspecten van kwaliteitsborging. Desalniettemin is de conclusie dat het beeld van kwaliteitsborging van de aoc s overeenkomt met die van de overige bekostigde mbo-instellingen: bij veel instellingen blijft de beoordeling en verbetering & verankering van kwaliteitsborging achter. Bijna alle mbo- instellingen erin om hun dialoog en verantwoording op orde te hebben. 15

3.2 Scores op de vijf kwaliteitsgebieden op opleidingsniveau In de jaren 2012, 2013 en 2014 zijn er 48 opleidingen bij 12 aoc s onderzocht. In de onderstaande tabellen wordt het percentage voldoende op de kwaliteitsgebieden van deze 48 opleidingen afgezet tegen de 240 opleidingen die zijn onderzocht bij de overige 57 bekostigde mbo-instellingen. Tabel 2a Percentage voldoende opleidingen op vijf kwaliteitsgebieden op opleidingsniveau periode 2012, 2013 en 2014 (groen, n=48, overig, n=240) Groen mbo Overig mbo % % 1 Onderwijsproces 82 84 2 Examinering en diplomering 90 48 3 Opbrengsten 85 79 4 Kwaliteitsborging 26 36 5 Naleving wettelijke vereisten 56 80 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Uit de bovenstaande tabel blijkt dat opleidingen van aoc s in vergelijking met opleidingen van de andere instellingen in het mbo vaker niet voldoen aan de wettelijke vereisten, maar wel vaker hun examinering en diplomering op orde hebben. Hieronder worden de gebieden 1, 2 en 4 uitgesplitst naar onderliggende aspecten en indicatoren (de gebieden 3 en 5 bestaan slechts uit 1 aspect en 1 indicator waarbij de scores gelijk zijn aan de score op het gebied). Tabel 2b Percentage voldoende opleidingen op de aspecten en indicatoren van het kwaliteitsgebied onderwijsproces periode 2012-2014 (groen, n=48, overig, n=240) Groen mbo Overig mbo % % 1 Onderwijsproces 82 84 1.1 Samenhang 95 89 1.1.1 Inhoud 96 95 1.1.2 Programmering 96 91 1.2 Maatwerk 68 71 1.2.1 Differentiatie 70 70 1.3 Didactisch handelen* 95 96 1.3.1 Interactie 93 95 1.3.2 Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten 94 93 1.3.3 Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten 95 87 1.4 Leertijd 80 86 1.4.1 Benutting 81 87 1.4.2 Werkdruk 87 98 1.5 Leeromgeving 100 97 1.5.1 Schoolklimaat 100 98 1.5.2 Materiële voorzieningen 100 99 1.6 Intake & plaatsing 96 88 1.6.1 Voorlichting 98 95 1.6.2 Intake en plaatsing 96 90 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 87 86 1.7.1 Informatievoorziening 94 94 1.7.2 Studieloopbaanbegeleiding 87 87 1.8 Zorg 87 98 1.8.1 Eerste- en tweedelijnszorg 90 98 1.8.2 Derdelijnszorg 97 100 1.9 Beroepspraktijkvorming* 95 97 1.9.1 Voorbereiding studenten en bedrijven 95 97 1.9.2 Plaatsing 96 97 1.9.3 Begeleiding door leerbedrijf 100 99 1.9.4 Begeleiding door de opleiding 87 91 *kernaspecten Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 16

Toelichting: opleidingen van aoc s scoren in vergelijking met opleidingen van overige bekostigde instellingen significant lager op: - 1.4.2 Werkdruk - 1.8 Zorg Hieronder de portretteksten uit het kader BVE 2012: 1.4.2 Werkdruk Er is een evenwichtige werkdruk, die bij een normale inspanning over de gehele opleiding of delen daarvan, zowel in het onderwijs als in de beroepspraktijkvorming en de bijbehorende examinering door de student als uitvoerbaar wordt ervaren. 1.8 Zorg Voor studenten met specifieke zorgbehoeften is er voldoende eerste- en tweedelijnszorg beschikbaar en er is een structurele samenwerking met derdelijnszorg buiten de instelling. Tabel 2c Percentage voldoende opleidingen op de aspecten en indicatoren van het kwaliteitsgebied examinering en diplomering periode 2012,2013 en 2014 (groen, n = 48, overig, n=237) Groen mbo Overig mbo % % 2 Examinering en diplomering 90 48 2.1 Exameninstrumentarium* 100 78 2.1.1 Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering 100 95 2.1.2 Dekking van het kwalificatiedossier 100 86 2.1.3 Cesuur 100 90 2.1.4 Beoordelingswijze 100 86 2.1.5 Transparantie 100 88 2.2 Afname en beoordeling* 98 78 2.2.1 Authentieke afname 100 97 2.2.2 Betrouwbaarheid 98 78 2.3 Diplomering* 92 57 2.3.1 Besluitvorming diplomering 94 84 2.3.2 Verantwoordelijkheid examencommissie 94 59 *kernaspecten Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Toelichting: zoals uit het totaal oordeel op gebied 2 al is gebleken, is de examinering en diplomering van de aoc-opleidingen beter beoordeeld dan bij de overige opleidingen. Op alle aspecten scoren de groene opleidingen beter. De sterke punten bij de groene opleidingen zijn het exameninstrumentarium (alle onderliggende indicatoren zijn net niet significant, maar het aspect als geheel is wel significant) en de verantwoordelijkheid van de examencommissie als onderdeel van het aspect diplomering. Tabel 2d Percentage voldoende opleidingen op de aspecten en indicatoren van het kwaliteitsgebied kwaliteitsborging periode 2012,2013 en 2014 (groen, n = 48, overig, n=240) Groen mbo Overig mbo % % 4 Kwaliteitsborging 26 36 4.1 Sturing * 64 69 4.1.1 Plannen 64 68 4.1.2 Informatie 82 93 4.1.3 Continuïteit 100 94 4.2 Beoordeling * 65 57 4.2.1 Monitoring 73 77 4.2.2 Evaluatie 65 58 4.3 Verbetering en verankering * 33 47 4.3.1 Verbeteraanpak 54 60 4.3.2 Deskundigheidsbevordering 100 94 4.3.3 Verankering 43 52 17

4.4 Dialoog en verantwoording 83 91 4.4.1 Intern 85 94 4.4.2 Extern 92 95 *kernaspecten Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Toelichting: geen significante verschillen tussen opleidingen van aoc s en opleidingen van de overige bekostigde instellingen. Voor beiden geldt dat veel opleidingen nog niet voldoen aan de eisen die de inspectie stelt aan kwaliteitsborging. Tekortkomingen hebben vooral betrekking op de beoordeling, verbetering en verankering van kwaliteitszorg. 3.3 Vervolgtoezicht De bovenstaande analyses laten zien dat er bij de aoc s tekortkomingen zijn geconstateerd waardoor vervolgtoezicht nodig is. Hieronder is een overzicht gemaakt van het vervolgtoezicht op peildatum 1 september 2013 en 1 september 2014. Tabel 3a Vervolgtoezicht mbo groen, peildatum 1 september 2013 en 1 september 2014 Totaal Arrangementen Groen Overig (exc. NBI s) N N N N 1 sept 2013 1 sept 2014 1 sept 2013 1 sept 2014 Zwak 3 9 20 20 Zeer zwak 2 4 23 13 Onvoldoende examenkwaliteit 0 8 71 84 Onvoldoende kwaliteitsborging (opleidingen) Onvoldoende kwaliteitsborging (instellingen) Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 26 33 84 95 7 8 17 19 Toelichting: vorig jaar waren er op 1 sept geen groene opleidingen met onvoldoende examenkwaliteit, nu zijn dat er 8. Ook zijn er meer zwakke en zeer zwakke groene opleidingen gekomen. Bij meer instellingen en opleidingen is vervolgtoezicht n.a.v. onvoldoende kwaliteitsborging. Bij het overige bekostigde onderwijs (vakscholen en ROC s) zien we een daling van de zeer zwakke opleidingen en evenveel zwakke opleidingen. Ook in het overige bekostigde onderwijs stijgt het aantal opleidingen tussen de peilmomenten dat vervolgtoezicht krijgt n.a.v onvoldoende examenkwaliteit en onvoldoende kwaliteitsborging. Hieronder het vervolgtoezicht naar aanleiding van de steekproeven SVI. Tabel 3b Vervolgtoezicht op tekortkomingen in het groen mbo en overig bekostigd mbo, periode 2012, 2013 en 2014 (groen, n = 48, overig, n=240) Groen mbo Overig mbo % % Zwak onderwijs 14 12 Zeer zwak onderwijs 4 4 Onvoldoende opbrengsten 11 16 Onvoldoende examenkwaliteit 10 52 Niet-naleving: onvoldoende kwaliteitsborging 74 64 Niet-naleving: andere wettelijke vereisten 44 20 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Toelichting: analoog aan de uitkomsten op de vijf kwaliteitsgebieden blijkt dat opleidingen van AOC s minder vaak vervolgtoezicht hebben op de examinering en diplomering dan opleidingen van de overige bekostigde instellingen. Echter, opleidingen van AOC s krijgen wel vaker vervolgtoezicht naar aanleiding van niet-naleving van wettelijke vereisten dan opleidingen van overige bekostigde instellingen. 18

3.4 Onderwijsresultaten Tabel 4a Percentage gediplomeerden in het bekostigd mbo naar sector in de periode 2008/2009 2012/2013 (n=182.832) 2008/2009 2009/2010 2010/2011 2011/2012 2012/2013 Gem N Gem N Gem N Gem N Gem N Zorg & welzijn 76 55179 77 56262 76 57967 79 57916 83 57830 Techniek 71 45050 74 47866 76 49728 80 50769 81 46384 Economie 70 59326 72 61927 73 61807 75 60875 77 60849 Groen 79 9081 78 10779 79 11605 79 11834 82 11483 Combinatie 46 5340 50 5623 55 7070 55 6517 56 6277 Totaal 72 173976 74 182457 74 188177 77 187911 79 182823 Bron: Inspectie van het Onderwijs, 2014 Meer gediplomeerden in het groene mbo Al jaren stijgt het aantal studenten dat het mbo met een diploma verlaat. In het groene mbo is dat niet anders. In 2012/2013 verliet 82 procent van de studenten het groene onderwijs met een diploma; dat is een stijging van 3 procent t.o.v. van het vorige jaar. In 2012/2013 verlieten 9.500 studenten het groene mbo met een diploma. Het diploma-rendement van groene mbo-studenten ligt boven het landelijk gemiddelde. 19

4. Groen hoger onderwijs In dit hoofdstuk worden gegevens geanalyseerd ten behoeve van het sectorhoofdstuk Groen Hoger onderwijs voor het Onderwijsverslag 2013/2014. 4.1 Databronnen en definities Databestanden 1. BRON HO (Basis Register Onderwijs (BRON) Hoger Onderwijs ) voormalig 1cijferHO BRON HO1 wordt beheerd door DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) en is door de inspectie bewerkt tot een cohortbestand en een inschrijvingenbestand. Cohortbestand Een cohort zoals door de inspectie gedefinieerd bestaat uit unieke hoofdinschrijvingen die 1 oktober van een jaar t de eerste keer voorkomen op een specifieke brin-isat combinatie (domein brin-isat). Op het cohortbestand worden de kengetallen instroom, switch, uitval en diplomarendement berekend. Neveninschrijvingen tellen niet mee Het gaat om een hoofdinschrijving aan een brin-isat. In het geval van meer dan één hoofdinschrijvingen gekoppeld aan een onderwijsnummer, is de inschrijvingsstatus van het domein ho leidend. Er wordt dus maar één hoofdinschrijving per onderwijsnummer geteld binnen een cohort. Een eerste hoofdinschrijving aan een brin-isat combinatie sluit niet uit dat de betreffende persoon al eerdere inschrijvingen heeft gehad in het ho aan andere brin-isat combinaties. Inschrijvingenbestand Het inschrijvingenbestand is het ontdubbeld BRON HO. Het inschrijvingenbestand bestaat uit unieke hoofdinschrijvingen per peildatum (1 oktober van jaar t). Op het inschrijvingenbestand wordt het aantal inschrijvingen naar relevante kenmerken berekend. Neveninschrijvingen tellen niet mee Het gaat om een hoofdinschrijving op 1 oktober van jaar t aan een brin-isat. In het geval van meer dan één hoofdinschrijvingen gekoppeld aan een onderwijsnummer, is de inschrijvingsstatus van het domein ho leidend. 2. CROHO (Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs) Croho wordt beheerd door DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) en is door de inspectie bewerkt tot een telbestand over een reeks van jaren waarbij per jaar het opleidingen aanbod, inclusief de bijbehorende opleidingskenmerken in croho, per 1 oktober van jaar t wordt geteld. Opleidingen die na 1 oktober van een bepaald jaar zijn gestart, tellen voor dat jaar niet mee in het totaal van het aanbod. 3. RASP (Registratie Aanmelding Selectie Plaatsing) Dit is het registratiesysteem van het Centraal Bureau Aanmelding en Plaatsing (CBAP) waarin onder meer de aanmeldingen van lotingsopleidingen worden geregistreerd en van waaruit de gegevensleveringen aan de onderwijsinstellingen plaatsvinden. Lotingsgegevens uit Rasp zijn per collegejaar door DUO aan de inspectie beschikbaar gesteld. De gegevens uit RASP zijn vervolgens gekoppeld aan het opleidingentelbestand dat uit croho is aangemaakt. 4. NSE (De Nationale Studenten Enquête)2 De Nationale Studenten Enquête (NSE) is het grootschalige landelijke onderzoek waarin jaarlijks bijna alle studenten in het hoger onderwijs worden uitgenodigd om hun mening te geven over hun opleiding. Alle NVAO-geaccrediteerde opleidingen aan hogescholen en universiteiten in Nederland kunnen participeren aan dit onderzoek. De NSE data geven een indicatie van hoe tevreden studenten zijn over hun opleiding. Dit wordt weergegeven met een cijfer tussen de 1 en 5. De NSE valt onder verantwoordelijkheid van Stichting Studiekeuze123. Stichting Studiekeuze123 is een initiatief van de NRTO, Vereniging Hogescholen en VSNU en de studentenorganisaties LSVb en ISO, en vertegenwoordigt daarmee het gehele hoger onderwijs. De NSE wordt uitgevoerd door onderzoeksbureau GfK Intomart in opdracht van Studiekeuze123. 1 In definities refereert de term bronho ook aan zijn voorganger 1cijferHO (combinatie CRIHO/CROHO) 2 De databeschrijving is een bewerking van de website tekst van de bestandeigenaar 20