DOORSPOELMOGELIJKHEDEN IN DE STADSWATEREN VAN ASSEN



Vergelijkbare documenten
Stofstromen in de keten Effecten op lokaal oppervlaktewater. Hans Aalderink & Jeroen Langeveld ARCADIS & Royal Haskoning

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen

Bijdorp. 15 maart Watersysteem Bijdorp. Geachte mevrouw, heer,

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt

Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve

Water in Tiel. 1 Naast regionale wateren die in beheer zijn bij de waterschappen, zijn er rijkswateren (de hoofdwateren

2. Afkoppelen en vasthouden van regenwater Van regenton naar tuinbeek naar vijver of poel 11

MEMO. 1. Aanleiding. Datum: 22-oktober Aan: Joep de Koning (WSK) Van: Martijn Tilma en Mia Süss (B&O-WH)

Resultaten heroverweging KRW maatregelen De Eendragt. 1. Aanleiding

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

Dossiernummer: Projectnummer:

Memo. Zaaknr. : Kenmerk : Barcode : : Ronald Loeve en Julian Maijers. Via :

Bergingsberekeningen en controle afvoercapaciteit Plangebied Haatland

Spiegelplas en Ankeveense plassen

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch

Aan de slag met uw watergang Dit moet u weten over onderhoud aan watergangen

Schoner water in sloten en plassen Maatregelen voor een betere waterkwaliteit

Bepaling benodigd doorspoelregime Lijnbaansgracht

Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7

Stand van zaken prioritaire zwemwateren Augustus 2013

Kwaliteitsbaggeren. Waarom, hoe en waar laten we de bagger? Gerard ter Heerdt. Laagveensymposium Nieuw leven in het veen Workshop 31 mei 2018

Notitie. 1. Beleidskader Water

Stadswateren en blauwalgen

Verantwoorden & vertellen Onderwerp: Geagendeerd : Nee Agendapunt: Datum vraag: woensdag, 1 mei, :52. Datum antwoord(en)*:

Beter omgaan met hemelwater

Waterkwaliteitsproblemen in gracht Donjon-complex Adviesrapport ter verkenning naar mogelijke oplossingen

Opbouw. Het belang van natuurvriendelijke oevers. EU Kaderrichtlijn Water (KRW) Waterbeleid. Doel KRW voor oevers. EU Kaderrichtlijn Water Maatregelen

m2 Toename verharding in plangebied: 350 m2 Het plangebied ligt in:

Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats. Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet

Waterkwaliteitsverbetering vijver Euclideslaan

Watergebiedsplan Dorssewaard Terugkoppel avond. 1 januari 2010

Wateroverlast Wouw. ICM case study. Marcel Zandee 8 maart 2017

Memo * *

Sander de Haas en Cedrick Gijsbertsen

Afkoppelen Kansen en risico s van anders omgaan met hemelwater in de stad

Natuurvriendelijke oevers aanleggen (natuurlijke oevers)

ECOSCAN STADSWATEREN ASSEN

Regenwater leid je niet om de tuin!

Evaluatie, monitoring en meetnet. 1. Inleiding. 2. Evaluatiesysteem. 3. Monitoringsplan

Waterkwaliteit verbeteren!

Afbeelding 2.2. Berekende maximale WOS uitgangssituatie 80 % afkoppelen bui 09

Waterplan Hoek van Holland: Visie-samenvatting

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort

Effect overstorten op de wateroverlast

KRW-verkenner in gebruik

BERGBEZINKBASSIN (BBB) WEERSELO

In de directe omgeving van de Ir. Molsweg is geen oppervlaktewater aanwezig.

MEMO. Toelichting op maatregelen Oranjebuurt in de Lier.

Impulsregeling Kwaliteitswater in de Stad 2017

Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade.

Hoofdstuk 17. Waterplan

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting.

leeft......met water Regenwater gescheiden afvoeren

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens

Datum 15 mei 2012 Doorkiesnummer Afzender Hedzer Gietema/ Andrea Swenne

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd.

Betreft Uitbreiding bedrijfsterrein Van Ooijen, Parallelweg-west Woerden Afwatering terreinverharding

Diepte-/profielschouw Kromme Rijngebied 2014

Waterhuishoudingsplan Schaapsloop voorbereiding rioolmaatregelen

Toolkit Afkoppelen. De zin en onzin van afkoppelen. Rémy Schilperoort Jeroen Langeveld

Europese Kaderrichtlijn Water

Assen. koerst op helder water

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

De locatie Het ontwerp van het winkelcentrum en directe omgeving is opgenomen in figuur 1.

BIJLAGE 2. Resultaten watertoets

Waterhuishouding in de Contreie

MEMO. Memo Afkoppelen / infiltreren project Herinrichting Julianastraat Raadhuisstraat d.d pagina 1 / 5

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Watervelden in Helmond: met afkoppelen anticiperen op regenwateroverlast

Polder Kortenhoef: landschap met geschiedenis. Korremof. Oost Indië. Wijde gat Oost zijde. Achter de Kerk

Beheer- en onderhoudsplan Vledders en Leijerhooilanden

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE

RIOLERING VERVANGEN EN HERINRICHTEN STRAAT

Waterparagraaf Heistraat Zoom

NOTITIE WATERPARAGRAAF ERMERSTRAND

Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid A. Bonte (GroenLinks) over riooloverstorten.

Toetsing waterhuishouding

Memo. Plaats en datum Referentienummer Kenmerk Houten, 20 juli 2011 PN

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.

Startbijeenkomst Waterplan Bunnik d.d. 21/12/2006

Bestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal

Stand van zaken themagroep Stedelijk Water

In deze notitie wordt de bepaling van de waterbergingsopgave toegelicht en wordt aangegeven hoe deze ingevuld kan worden.

Hoeveel miljoenen m3 liters regenwater meer komen nu in de rivier 2008 ten opzichte van 2002

Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland

Onderzoek voorkomende wateroverlast Gemeente Mill en Sint Hubert

Tips om wateroverlast op eigen perceel tegen te gaan

Nieuwe riolering in uw straat

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Stadspanelonderzoek naar de communicatie over het groenonderhoud

grondwater doorgrond wat kunt u doen tegen grondwateroverlast?

Conserverend Drijber, 8 nieuwe woningen

Wateroverlast in de Westelijke Langstraat

Het belang van bodemtypen en nutriënten voor riet in de Loosdrechtse Plassen

Het regent, het regent

Nieuwsbrief augustus 2014

Voorstel. Aan algemeen bestuur 25 november 2010

Oplegnotitie waterhuishoudingsplan 2012 Bedrijvenpark A1 Bijlage 8b exploitatieplan

Transcriptie:

DOORSPOELMOGELIJKHEDEN IN DE STADSWATEREN VAN ASSEN GEMEENTE ASSEN 28 augustus 2009 074261132:0.2! C01032.100006.000/GF

Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Doelstelling 4 1.3 Leeswijzer 4 2 Selectie van stadswateren 5 3 Nadere analyse geselecteerde stadswateren 8 4 Watersysteem-beschrijving 10 4.1 Watersysteem op hoofdlijnen 10 4.2 Beschrijving per geselecteerd water 12 4.3 Beschikbaarheid van water van elders 20 5 Conclusies en aanbevelingen 23 5.1 Analyse doorspoelmogelijkheden 23 5.2 Conclusie 24 5.3 Aanbevelingen 24 6 Literatuur 27 Bijlage 1 Resultaten veldbezoek en nadere analyse 28 Colofon 39 2

1 HOOFDSTUK Inleiding 1.1 AANLEIDING In het kader van thema 3 in het Waterplan van de gemeente Assen Waterkwaliteit en ecologie is een Ecoscan uitgevoerd naar de ecologische kwaliteit van stadswateren. Uit de Ecoscan blijkt dat er over het algemeen geen echte knelpunten aanwezig zijn in de stadswateren van Assen (gemeente Assen, 2006). In een aantal vijvers is de ecologische kwaliteit wel matig. Oorzaak is de aanwezigheid van harde oevers en de beperkte doorstroming. Stilstaand ondiep water kan snelle opwarming en lage zuurstofgehaltes in de zomer veroorzaken waardoor de waterkwaliteit verslechtert. Een mogelijkheid om dit probleem op te lossen is het doorspoelen van het stadswater met water van elders. In het waterplan van de gemeente Assen is daarom aangegeven dat nader onderzocht moet worden in hoeverre er doorspoelmogelijkheden zijn (gemeente Assen, 2006). In dit rapport wordt met doorspoelen het doorvoeren met water van elders bedoeld. Dit in tegenstelling tot circuleren, dat betrekking heeft op het rondpompen van water binnen het stadswater zelf. Hierbij kunnen meerdere stadswateren betrokken zijn. Dit rapport gaat met name in op de mogelijkheden voor doorspoelen. Daarnaast worden de mogelijkheden voor circuleren van water langs meerdere stadswateren besproken. Dit project moet uitwijzen welke bijdrage het doorspoelen kan leveren aan het verbeteren van de matige ecologische kwaliteit van een aantal geselecteerde stadswateren in de gemeente Assen. Is dit het geval dan wordt onderzocht welke doorspoelmogelijkheden er zijn. 3

1.2 DOELSTELLING Het doel van dit onderzoek is inzicht te verkrijgen in de bijdrage van doorspoelen aan de verbetering van de waterkwaliteit en het vergroten van de ecologische potentie van de stadswateren in de gemeente Assen. Bij uitvoering van het project worden drie vragen beantwoord: 1. Bij welke stadswateren leidt doorspoelen tot een significante verbetering van de waterkwaliteit? 2. Hoe zou eventuele doorspoeling gerealiseerd kunnen worden? 3. Zijn de maatregelen ten behoeve van doorspoelen maatschappelijk verantwoord en zijn de kostenefficiënt uit te voeren? 1.3 LEESWIJZER Bovenstaande drie vragen worden in dit rapport besproken. Hoofdstuk 2 beschrijft de selectie van stadswateren die in dit project meegenomen zijn. Hoofdstuk 3 geeft een nadere analyse van de geselecteerde wateren. In hoofdstuk 4 wordt bekeken of er mogelijkheden zijn voor doorspoelen. En in hoofdstuk 5 staan de conclusies en aanbevelingen beschreven. 4

2 HOOFDSTUK Selectie van stadswateren Zoals al in de inleiding werd vermeld, is de ecologische kwaliteit van de stadswateren in het algemeen geen echt knelpunt. Voor het analyseren van de mogelijkheden om de waterkwaliteit van het stadswater te verbeteren met doorspoelen is eerst een selectie gemaakt van wateren met problemen met waterkwaliteit. Voor de selectie van stadswateren is gebruik gemaakt van twee informatiebronnen. Ten eerste de kennis van de wijkbeheerders over knelpunten van stadswateren (gemeente Assen, 2008b) en ten tweede de EcoScan van de gemeente Assen die in opdracht van het waterschap Hunze & Aa s is uitgevoerd (ARCADIS, 2006). Deze selectie is uitgevoerd op basis van de stand van zaken medio 2008 en de Ecoscan uit 2006. Als eerste stap is gekeken naar de knelpuntenanalyse van de wijkbeheerders. Van de 30 knelpunten zijn er 12 geselecteerd die gebaat kunnen zijn bij doorspoeling. Aanwijzingen hiervoor zijn zuurstofloosheid, dode vissen, stank of water dat er vies uitziet. De overige 18 knelpunten waren gerelateerd aan problemen met de inrichting of het beheer (maaien, baggeren, verwijderen van bladinval en zwerfvuil). De waterloopjes ten zuiden van Assen zijn niet meegenomen omdat hier geen waterkwaliteitsproblemen zijn gesignaleerd. Vervolgens is naar de resultaten van de EcoScan gekeken (ARCADIS, 2006). Uit de tabel met milieuparameters is allereerst gekeken welke wateren stinken. Tijdens de ecoscan zijn er in de gemeente Assen geen stinkende wateren aangetroffen. Als tweede is gekeken naar de dikte van de sliblaag: is deze groter of gelijk aan 10 cm dan wordt het water meegenomen. Door deze vraag zijn twee wateren geselecteerd ( Kanovijver Asserbos en Sloot bij Noorder begraafplaats ). Vervolgens is naar de ecologische waarde van het water gekeken. Een slechte beoordeling voor de ecologische waarde van het water kan het gevolg zijn van een slechte inrichting, waterkwaliteit of beide. Doorspoelen is een maatregel die ingrijpt op de waterfase (waterkwaliteit) en heeft daarom geen nut voor wateren waar de slechte beoordeling alleen te wijten is aan de inrichting. Deze wateren worden dan ook niet verder meegenomen in het onderzoek. Van de 30 wateren in de EcoScan scoren 14 wateren zeer slecht (score 1) of slecht (score 2). Om duidelijkheid te krijgen over de oorzaak van een slechte beoordeling zijn met de gemeente Assen deze 14 stadswateren doorgesproken om de oorzaak te achterhalen. Hierbij heeft ook de beschrijving van het stadswater in de EcoScan een rol gespeeld. 5

Van de 14 stadswateren met een slechte beoordeling voor de ecologische waarde van het water, waren 4 wateren ook al aangewezen in de knelpuntenanalyse van de wijkbeheerders. Het betreft de wateren Vijver Veenwalweg, Vijver Diepenbrocklaan, Vijver de Vijverhof, en Vijver en sloot Oosterpark. Deze wateren zijn meegenomen. De slechte beoordeling van de stadswateren Gracht De Messchen en Gracht Kloosterveen I ligt aan het ontwikkelingsstadium van het water en de inrichting en beheer van de oevers. De vaart, nabij watertoren is een kanaal met strakke oevers, waardoor de inrichting de oorzaak is van een slechte beoordeling. De stadswateren Vijver verzorgingshuis De Wijde Blik, Vijver Nobellaan en Vijver Adventkerk hebben ook strak ingerichte oevers hetgeen ook de oorzaak is van een slechte beoordeling. In Vijver Adventkerk is een fontein aanwezig zodat hier al sprake is van circulatie. Deze wateren worden dan ook niet verder onderzocht op de mogelijkheid voor doorspoelen. Voor de overige wateren kon de slechte score voor de ecologische waarde van het water niet worden gerelateerd aan de inrichting. Deze wateren zijn dan ook meegenomen in het onderzoek. Het gaat om de volgende stadswateren: Recreatiepark Pittelo, Vijver Groen van Prinstererlaan, Kanovijver Asserbos, Sloot Noorder begraafplaats en Sloot Boskamp. Kanovijver Asserbos en Sloot Noorder begraafplaats in het Asserbos waren al geselecteerd om de dikte van de aanwezige sliblaag. In tabel 2.1 geeft een overzicht van de geselecteerde stadswateren. Tabel 2.1 Overzicht van de geselecteerde en bezochte stadswateren in Assen. Nr Kaart; uit knelpuntenlijst Ecoscan-code Naam 1 N17 AS28 Vijver en sloot Oosterpark 2 O18/P18 AS27 Vijver de Vijverhof 3 L17 - Gouverneurstuin 4 K16 - Parkje van Huges 5 L14 - Vijver Noorderpark 6 - AS13 Vijver Groen van Prinstererlaan 7 L13/L14 AS14 Vijver Diepenbrocklaan 8 J12/J13 AS08 Recreatiepark Pittelo 9 K12 AS06 Vijver Veenwalweg 10 L11 - Vijver langs Strengenpad 11 Q9 - Vijver Meeuwmesschen 12 - AS22 Kanovijver Asserbos 13 - AS23 Sloot Noorder begraafplaats 14 - AS24 Sloot Boskamp 15 M17/M18 - Sloot langs Oosterhoutje en sloot langs zuidkant Overcingel 6

Figuur 2.1 Kaart van Assen met de geselecteerde wateren. 7

3 HOOFDSTUK Nadere analyse geselecteerde stadswateren De geselecteerde 15 stadswateren zijn op 1 juli 2008 bezocht voor een nadere analyse van de problemen en een inventarisatie van mogelijke maatregelen. De resultaten van het veldbezoek en de nadere analyse van problemen en mogelijke maatregelen zijn opgenomen in bijlage 1. Tabel 3.1 Korte weergave uitkomsten nadere analyse van geselecteerde stadswateren in Assen. Nr Naam Oorzaak waterkwaliteitproblemen 1a Vijver Oosterpark Geen waterplanten, nauwelijks oeverplanten, eenden. 1b Sloot Oosterpark Geen oevervegetatie, weinig doorstroming. 2 Vijver de Vijverhof Ontbreken drijfbladvegetatie, beschoeide oevers, zwerfvuil, overstort (beperkt). 3 Gouverneurstuin Bladinval, nutriëntrijke bodem, geïsoleerde ligging, bemesting tuin? 4 Parkje van Huges Bladinval, honden. 5 Vijver Noorderpark Overstort, oeverinrichting. 6 Vijver Groen van Prinstererlaan Overstort, geringe waterdiepte. 7 Vijver Diepenbrocklaan Overstort, sliblaag, eenden, honden. 8 Recreatiepark Pittelo Noord: zwerfvuil, honden, bladinval, sliblaag. Zuid: oeverinrichting, geringe waterdiepte. 9 Vijver Veenwalweg Ganzen en eenden, honden, overstort (beperkt). 10 Vijver langs Strengenpad Geringe waterdiepte, overstort (beperkt). 11 Vijver Meeuwmesschen Geringe waterdiepte, overwoekering met waterpest. 12 Kanovijver Asserbos Bladinval, vorming sliblaag. 13 Sloot Noorder begraafplaats Sliblaag, bladinval. 14 Sloot Boskamp Bladinval, vorming sliblaag. 15 Sloot langs Oosterhoutje en sloot langs zuidkant Overcingel Zwerfvuil, hondenpoep, bladinval, weinig water. Uit de resultaten blijkt dat de oorzaken voor de waterkwaliteitsproblemen divers zijn, zie tabel 3.1. In een aantal situaties ligt het hoofdprobleem bij bladinval van omringende bomen en struiken, al dan niet gecombineerd met een sliblaag (3, 4, 12, 13, 14 en 15). Op een aantal andere locaties worden de problemen in het water voor een groot deel veroorzaakt door de aanwezigheid van eenden en honden-uitlaatplekken, die zorgen voor een aanvoer van nutriënten naar het water (1a, 7, 8, 9, 15). 8

Een andere belangrijke oorzaak ligt in de inrichting, met name een (te) geringe waterdiepte en een onnatuurlijke inrichting. Hierdoor neemt de veerkracht van het watersysteem af en wordt het gevoeliger voor problemen (1a, 1b, 2, 5, 6, 8, 10 en 11). In een aantal wateren tenslotte speelt de belasting van overstorten een rol. Bij de wateren 6 en 7 is een grotere overstort aanwezig. Bij de wateren 5, 9 en 10 heeft het een kleinere impact doordat het overstorten kleiner zijn. Tabel 3.2 geeft een overzicht van de wateren waarbij is aangegeven of er een overstort aanwezig is, en wanneer het water voor het laatst gebaggerd is. Hierbij valt het op dat bij wateren in die in afgelopen jaren nog gebaggerd zijn, toch al weer problemen optreden door de aanwezigheid van een sliblaag. Bij deze wateren zou gekeken kunnen worden naar de oorzaak van de snelle aangroei van de sliblaag. Wanneer er bijvoorbeeld jaarlijks een dikke laag bladeren aangevoerd wordt, zou het beheer hierop in kunnen spelen door bladinval te verwijderen. Tabel 3.2 Overzicht van de wateren met aanwezigheid van overstort en het jaar van de laatste keer dat het water gebaggerd is. Nr Naam Overstort Meest recente jaar aanwezig? van baggeren 1 1a Vijver Oosterpark - 2005 1b Sloot Oosterpark - 2005 2 Vijver de Vijverhof Ja 2005 3 Gouverneurstuin - 2005 4 Parkje van Huges - 2005 5 Vijver Noorderpark Ja 2002 6 Vijver Groen van Prinstererlaan Ja 2002 7 Vijver Diepenbrocklaan Ja 2002 8 Recreatiepark Pittelo - 2002 9 Vijver Veenwalweg Ja 2002 10 Vijver langs Strengenpad Ja 2002 11 Vijver Meeuwmesschen - Aanleg 1995 12 Kanovijver Asserbos - 2004? 13 Sloot Noorder begraafplaats - 2009 14 Sloot Boskamp - 2004 15 Sloot langs Oosterhoutje en sloot langs zuidkant Overcingel - Nvt Doorspoelen is een geschikte maatregel voor het tegengaan van acute problemen, zoals zuurstofloosheid en algenbloei tijdens zomerse dagen. Met doorspoelen wordt het bovenstaande water ververst, waardoor de problemen snel worden verdreven. De oorzaken uit tabel 3.1 zijn echter meer structureel van aard. Doorspoelen kan hier een rol spelen bij het voorkomen van acute problemen. Door een continue verversing van het water krijgen algen minder kans en blijft de zuurstofhuishouding goed. Het zal echter duidelijk zijn dat de genoemde oorzaken in de meeste gevallen niet worden weggenomen met doorspoelen. 1 Deze informatie staat deels in het onderhoudsschema (Gemeente Assen, 2008c) en is aangeleverd door Olaf Jansen. 9

4 Watersysteembeschrijving HOOFDSTUK 4.1 WATERSYSTEEM OP HOOFDLIJNEN Door de ligging van de stad Assen op een uitloper van het Drents Plateau ligt het hoger dan de omgeving. Het vormt daarmee de waterscheiding van drie stroomgebieden, welke ieder onder het beheer van een ander waterschap valt. Er vindt afwatering naar het noorden plaats. Dit maakt deel uit van het stroomgebied van de Drentse Aa en behoort tot het beheersgebied van waterschap Hunze en Aa s. Het westen van de stad watert af in zuidwestelijk richting naar Meppel en komt uit op de Drentse Hoofdvaart. Dit behoort tot waterschap Reest en Wieden. In het noordwesten liggen waterlopen die vallen onder het beheer van waterschap Noorderzijlvest. Deze wateren behoren tot het stroomgebied van het Peizer- Eelderdiep. Door de ligging van Assen in het hoogste pand, is er geen water beschikbaar vanuit hoger gelegen gebieden. Bij regenval dienen de vijvers en andere waterpartijen in de stad als berging voor het regenwater. In eerste instantie stroomt het (regen)water via afvoerwegen naar de vijvers. Na verloop van tijd, na de regenbui, lopen de vijvers weer langzaam leeg via de afvoerleidingen. Het leegstromen van de vijvers volgt de hoogteligging van de stad. Het volstromen gebeurt ook tegen deze voorkeursrichting in. Hierdoor kan het water in een groot deel van de (regen)waterleidingen in de stad twee kanten op stromen. In figuur 4.1 is een overzichtskaart van Assen weergegeven. Op deze kaart zijn de overstorten in Assen aangegeven. Ook staan de doorspoelleidingen en overstortleidingen op de kaart. Het verschil tussen beide typen leidingen is dat een overstortleiding achter een overstort van het gemengde rioolstelsel zit. 10

Figuur 4.1 Wateren in Assen; leidingen en overstorten. 11

4.2 BESCHRIJVING PER GESELECTEERD WATER In deze paragraaf worden de geselecteerde wateren beschreven en hun plaats in het watersysteem. Hierbij wordt op de lokale situatie in gegaan en wordt er bekeken of er mogelijkheden zijn om doorspoeling te realiseren. In enkele gevallen is een kaartje van het water en de directe omgeving toegevoegd ter verduidelijking van de situatie. 1. Oosterpark Oosterpark bestaat uit een vijver en een sloot. In onderstaande kaart staat de (normale) stroomrichting weergegeven door deze wateren. Bij hevige regenval worden de wateren aangevuld met regenwater via afvoersystemen vanuit beide kanten. De aanvoer van water bestaat voor deze wateren puur uit regenwater. Er zijn hier geen externe overstorten aanwezig, en er komt dus geen vervuild rioolwater op deze wateren terecht. De aanvoer van water via een regenwaterafvoer betekent dat men voor de aanvoer van water en de doorspoeling van de wateren afhankelijk is van het neerslagpatroon. Dit biedt geen mogelijkheden voor het aanvoeren van extra water voor doorspoelen. Er zijn wel mogelijkheden om het water intern te circuleren, via de sloot. Dit is echter niet mogelijk omdat de grond bij de sloot (die nodig is om dit te realiseren) in particulier eigendom is. 12

Figuur 4.2 Watersysteem Oosterpark, met stroomrichtingen erbij weergegeven. 2. Vijver de Vijverhof De vijver bij De Vijverhof is een vijver met geringe doorspoeling. De vijver wordt gevoed vanuit twee kanten. Er is een beperkt oppervlak verhard gebied ten zuiden van de vijver welke water in de richting van de vijver afvoert. Het grootste deel van dit water wordt afgevoerd via de sloot die aan de rand van de wijk loopt. Een kleiner deel komt in de vijver terecht. Aan de noordkant van de vijver ligt een bomenrijk gebied. De afwatering vanuit dit natuurlijke oppervlak vindt plaats via enkele open waterlopen. Deze waterlopen komen vanuit twee richtingen en stromen beiden in de vijver uit. 13

Er is een riooloverstort (gemengde overstort 9-299e met volume 209 m 3 ; uit BRP: gemeente Assen, 2008a) aanwezig waarvan het water uitmondt in de vijver. Het overstortvolume bij deze overstort is echter zeer beperkt. Het locale watersysteem en de aan- en afvoeren routes van het water zijn weergegeven in onderstaande figuur. Doordat de aanvoerwegen van water bestaan uit de afvoer van regenwater vanaf een beperkt oppervlak, zijn hier geen mogelijkheden om meer doorspoeling re realiseren dan wat in de huidige situatie plaatsvindt. Figuur 4.3 Watersysteem bij Vijver de Vijverhof, met stroomrichting weergegeven. 14

3. Gouverneurstuin De Gouverneurstuin ligt in het centrum van Assen nabij de zuidersingel. Binnen de Gouverneurstuin ligt een kleine vijver welke water ontvangt via de afvoer van het dak van een nabij gelegen garage en regenwater van een beperkt oppervlak verhard gebied. De totale aanvoer van water naar deze vijver is zeer beperkt. Afvoer van water is mogelijk naar het water in de singel. De vijver in de Gouverneurstuin krijgt geen overstortwater uit het riool. De Gouverneurstuin wordt volledig gevoed door aanvoer van regenwater. Dit biedt geen kansen voor het realiseren van doorspoeling. Voor het gebied rond de Gouverneurstuin zijn plannen om de inrichting te wijzigen in de toekomst. Deze plannen zijn nog niet definitief. Mogelijk wordt de singel verder doorgetrokken en komt er een open verbinding tussen de vijver in de Gouverneurstuin en de singel. Het is onduidelijk of dit voordelen biedt voor de toestand van het water. Het is aan te bevelen om bij verdere invulling van de toekomstplannen te kijken waar mogelijkheden liggen om de waterkwaliteit op deze locatie aan te pakken. 4. Parkje van Huges In het parkje van Huges ligt een klein vennetje. Dit vennetje is een geïsoleerd water waarbij geen aan- of afvoer van water plaatsvindt van of naar anderen wateren. Het vennetje wordt volledig gevoed met regenwater wat zeer lokaal aangevoerd wordt. Mogelijkheden om hier op een realistische en duurzame manier doorspoeling te creëren zijn er dan ook niet. Wateren in de wijken Peelo, Pittelo en Noorderpark Er is een watersysteem aanwezig waarbij verschillende wateren in deze wijken met elkaar in verbinding staan. Van de wateren die binnen dit project zijn bezocht en bekeken, maken de volgende wateren onderdeel uit van het waterlopenstelsel in deze wijken: Vijver Noorderpark (nr. 5). Vijver Groen van Prinstererlaan (nr. 6). Vijver Diepenbrocklaan (nr. 7). Recreatiepark Pittelo (nr. 8). Vijver Veenwalweg (nr. 9). Vijver langs Strengenpad (nr. 10). In hoofdlijnen stroomt het water in deze wijken af naar het zuidoosten, waarbij het uiteindelijk terecht komt in het Havenkanaal, of het wordt via de Fokkerstraat verder naar het oosten geleid en komt daar uiteindelijk ook in het kanaal terecht. Het water uit de wijken Peelo en Pittelo komt allemaal in Noorderpark terecht, en komt samen in de vijver Noorderpark. Onderstaande figuur geeft aan waar de wateren liggen, welke verbindingen er zijn en waar overstorten gelegen zijn. 15

Figuur 4.4 Watersysteem in de wijken Peelo, Pittelo, en Noorderpark. Groen aangegeven zijn inlaatmogelijkheden voor water uit Noord- Willemskanaal. Blauw aangegeven staan de nummers van de wateren. In de wijk Noorderpark is op de meeste plekken een gemengd stelsel aanwezig. In Peelo zijn echter veel gescheiden stelsels aangelegd, waardoor hier meer regenwater opgevangen wordt en naar het waterlopenstelsel wordt geleid. Naast regenwater en grondwater, bestaat de wateraanvulling van de wateren ook uit rioolwater. Op bovenstaande kaart staan ook de aanwezige overstorten aangegeven. Op deze locaties komt incidenteel rioolwater op het oppervlaktewater terecht. Er is geen dagelijkse stroom van water aanwezig tussen de vijvers. In geval van neerslag vullen de overstort- en doorspoelleidingen zich met regenwater. Wanneer de leidingen zich vullen kan het water in twee richtingen stromen. 16

De voorkeursrichting volgt de hoogteligging, en hierbij stroomt het water af naar zuidoostelijke richting. Echter, door het geringe hoogteverschil en de druk die in de leidingen kan ontstaan, stroomt het water ook in tegengestelde richting bij een stevige bui. Kortom, bij een hevige regenbui stroomt het water naar de verschillende vijvers, ongeacht de hoogteligging. Wanneer de grootste hoeveelheid water opgevangen is, zal na de regenbui het water langzaam afstromen in de voorkeursrichting. De waterpeilen in de vijver wordt geregeld door middel van vaste stuwen die aanwezig zijn. Hiermee wordt voorkomen dat de vijvers leegstromen. Na een regenbui zal het waterniveau in de vijvers langzaam uitzakken tot de vastgestelde stuwhoogte. De gemeente Assen heeft aangegeven geen problemen van droogte te ervaren in de wateren tijdens periode van droogte. Aan de rand van de wijken zijn op twee locaties mogelijkheden om water vanuit het Noord- Willemskanaal in te laten in de wijken. Deze locaties zijn met groen aangegeven op figuur 4.4. Hier kan water onder vrij verval ingelaten worden. Dit gebeurt echter alleen in zeer uitzonderlijke situaties. Bij het inlaten van water via deze inlaten, is het de verwachting dat er langzaam een stroom water op gang komt. Echter, er zal geen grote stroming door de wateren gerealiseerd kunnen worden. Dit komt door de beperkte doorsnede van de buizen bij de inlaat. In figuur 4.4 met de ligging van de wateren en de aanwezige verbindingen, valt het op dat er in de wijk Peelo een ring gevormd kan worden waarin wellicht circulatie mogelijk is. Wanneer de situatie echter nader bekeken wordt, blijkt hier geen circulatie mogelijk. Dit hangt samen met de hoogteligging en de daaraan gekoppelde voorkeursrichting voor de stroming van water. In onderstaande schematische weergave is de waterstroming weergegeven. Figuur 4.5 De waterstromingen in de Ring van Peelo. 17

5. Vijver Noorderpark Deze vijver ligt in de wijk Noorderpark. Het water in deze vijver staat in verbinding met wateren in de wijken Peelo, Pittelo en Noorderpark. In Vijver Noorderpark komen de waterstromen uit de drie wijken bij elkaar. De overstort Molenstraat (gemengde overstort 2-479e Molenstraat F met volume 1296 m 3 ; uit BRP: gemeente Assen, 2008a) komt tussen de vijvers Groen van Prinstererlaan en Noorderpark uit, en stroomt uit naar vijver Noorderpark. Daarnaast zijn er ook meerdere overstorten bovenstrooms in het waterstelsel welke indirect invloed uitoefenen op de vijver. Door de aanwezigheid van de verbindingen tussen de vijvers en de aanwezige inlaten, zijn hier mogelijkheden aanwezig voor doorspoeling. 6. Vijver Groen van Prinstererlaan Deze vijver maakt deel uit van het hierboven beschreven stelsel van vijvers welke met elkaar in verbinding staan. Eén van de grootste overstortlocaties (gemengde overstort 2-358 e Prinstererlaan F met volume 4815 m 3 ; uit BRP: gemeente Assen, 2008a) van Assen komt uit op deze vijver. Door de aanwezigheid van de verbindingen tussen de vijvers en de aanwezige inlaten, zijn hier mogelijkheden aanwezig voor doorspoeling. 7. Vijver Diepenbrocklaan Vijver Diepenbrocklaan ligt in de wijk Noorderpark, en maakt onderdeel uit van het watersysteem van de wijken Peelo, Pittelo, en Noorderpak. Twee overstorten komen op deze vijver uit (3-284e Diepenbrocklaan H en 3-286e Diepenbrocklaan F, uit BRP: gemeente Assen, 2008a). Het totale overstortvolume (1285 m 3 ) van deze overstorten is ongeveer gelijk aan het volume van de vijver. Naast de overstorten en de verbindingsleidingen zijn er niet veel andere aanvoermogelijkheden van water voor deze vijver. Er zal water in de vijver vallen tijdens een regenbui, en er zal zeer lokale afstroming van regenwater naar de vijver plaatsvinden, maar dit gaat niet om grote hoeveelheden. Door de aanwezigheid van de verbindingen tussen de vijvers en de aanwezige inlaten, zijn hier mogelijkheden aanwezig voor doorspoeling. 8. Recreatiepark Pittelo Het water in het recreatiepark ligt bovenstrooms van het watersysteem in de wijken Peelo, Pittelo, en Noorderpark. Alleen in de benedenstroomse meest zuidelijke punt van deze waterpartij komt regenwaterafvoer via leidingen naar de waterplas. Verder komt de aanvoer van water in de vorm van natuurlijke afvoer van het recreatiegebied. Wanneer de plas bij regen volloopt, stroomt het uit naar de vijver Groen van Prinstererlaan en Vijver Noorderpark. Door de beperkte aanvoer van water, zijn er weinig mogelijkheden voor doorspoelen. De enige optie lijkt te zijn via water uit het Noord-Willemskanaal. Via de inlaat ten zuiden van de recreatieplas kan water ingelaten worden en via bermsloten naar de recreatieplas geleid worden. 18

9. Vijver Veenwalweg De vijver aan de Veenwalweg staat in verbinding met meerdere wateren in de wijk Peelo. De wateraanvulling van de vijver bestaat voornamelijk uit regenwater. Tijdens hevige neerslag zal er ook overstortwater uit het riool in de vijver komen. De overstort die direct op deze vijver terecht komt (gemengde overstort 18-461e Wolvenveen F met volume 13 m 3, uit BRP; gemeente Assen, 2008a), is echter zeer klein. Bovenstrooms van deze vijver liggen meerdere overstorten, maar de volumes hiervan zijn beperkt. Door de aanwezigheid van de verbindingen tussen de vijvers en de aanwezige inlaten, zijn hier mogelijkheden aanwezig voor doorspoeling. 10. Vijver langs Strengenpad De vijver langs het Strengenpad ligt bovenstrooms van de vijver Veenwalweg. Deze vijver wordt gevoed door regenwater en grondwater. Overstorten liggen niet in de directe omgeving van deze vijver. Door de aanwezigheid van de verbindingen tussen de vijvers en de aanwezige inlaten, zijn hier mogelijkheden aanwezig voor doorspoeling. 11. Vijver Meeuwmesschen De vijver Meeuwmesschen ligt in de uiterste noordoostpunt van Assen. Het ligt op het hoogste punt in de wijk, en er is dan ook naast het lokaal gevallen regenwater- geen aanvoer van water onder natuurlijk verval. De vijver wordt gevuld via pompgemaal De Bron welke water oppompt vanuit het Havenkanaal. Het pompgemaal is aan een schakelklok gekoppeld welke er voor zorgt dat de pomp op bepaalde momenten aanslaat. De pomp moet er voor zorgen dat de vijver gevuld blijft. Het water wat vanuit het Havenkanaal wordt opgepompt is van matige kwaliteit met hoge nutriëntenconcentraties 2. Hierdoor heeft de gemeente Assen besloten om de aanvoerbron van het water te wijzigen. In de toekomst zal er water vanuit De Landjes worden opgepompt naar de vijver, om daar via de aanwezige fontein aan de zijkant de vijver in te stromen. De Landjes is een gebied waar vooral hemelwater wordt verzameld en afgevoerd. Ook zijn er in de achterliggende wijk Marsdijk drie externe overstorten (19-131e met volume 42 m 3, 21-45e met volume 3223 m 3, en 21-65 e met volume 8 m 3, uit BRP; Gemeente Assen, 2008a) aanwezig die indirect terecht komen in De Landjes. Het regenwater zal over het algemeen een waterkwaliteit hebben die geschikt is om op te pompen in de vijver Meeuwmesschen. De aanwezige overstorten kunnen echter een negatieve invloed hebben op de waterkwaliteit in De Landjes, en daarmee ook indirect de waterkwaliteit in de vijver Meeuwmesschen negatief beïnvloeden. De aanvoer van water wordt bij deze vijver gebruikt om ervoor te zorgen dat de vijver niet droog komt te staan. Een grotere doorstroming door het verhogen van het aanvoerdebiet is wellicht mogelijk in de marge. Maar het wordt niet als realistisch beoordeeld om de wateraanvoer dusdanig te verhogen dat daarmee een duidelijke verbetering van de doorspoeling en waterkwaliteit kan worden gerealiseerd. 2 Dit blijkt uit meetgegevens van het Waterschap en uit meetgegevens van Karu Labortorium (2007). 19

12. Kanovijver Asserbos De kanovijver in het Asserbos is een op zichzelf staand water wat geen open verbindingen heeft met water in de omgeving. Het gebied is bovenstrooms gelegen en er is daardoor weinig aanvoer van water mogelijk. De vijver wordt gevuld met regenwater uit de directe omgeving. Aangezien er geen aanvoerwegen zijn voor water van elders, en de vijver gevoed wordt met locale neerslag, zijn hier geen mogelijkheden voor doorspoelen. Er zijn plannen voor nieuwbouw op het terrein naast de vijver, waarbij plannen voor afkoppeling spelen. Tevens is de bodem van het gebied verontreinigd. Wanneer de plannen voor ontwikkeling van het terrein uitgevoerd worden, dan is het goed om er een totaal plan van te maken en ook het water mee te nemen in de plannen. 13. Sloot Noorderbegraafplaats Rondom de Noorderbegraafplaats ligt een sloot met stagnant water. In de sloot wordt regenwater opgevangen en er stroomt water vanuit westelijke richting naar de sloot via een sloot/greppel. Deze greppel staat echter delen van het jaar droog. Het gebied van de Noorderbegraafplaats ligt naast het terrein van de voormalige gasfabriek. Zowel het terrein van de gasfabriek als de sliblaag in de sloot zal worden gesaneerd. De situatie voor deze watergang zal na afloop van de saneringswerkzaamheden nogmaals bekeken moeten worden. Aangezien de ecologie zicht eerst zal moeten ontwikkelen, wordt geadviseerd om ongeveer 5 jaar na de werkzaamheden de (ecologische) situatie te bekijken. Er is een inlaat waarmee in theorie water uit de vaart ingelaten kan worden. Dit kan meegenomen worden bij de toekomstige inventarisatie. 14. Sloot Boskamp Rondom de begraafplaats De Boskamp ligt een sloot. Deze sloot wordt lokaal gevoed door afvoer van regenwater. Het ligt bovenstrooms in het gebied, en ontvangt daardoor geen water van elders, maar wordt puur gevoed met lokaal gevallen regenwater. Hierdoor is het lastig om doorspoeling te realiseren. Er zijn geen overstorten uit het rioolstelsel aanwezig op deze sloot. 15. Sloot langs Oosterhoutje en sloot langs zuidkant landgoed Overcingel Deze sloten zijn voor de locale afwatering van het regenwater vanuit het landgoed en de directe omgeving. Hiermee kan geen continue aanvoer van water worden gerealiseerd. Het water wat in de sloot terecht komt, bestaat uit regenwater en wordt niet aangevuld met overstortwater uit het rioolstelsel. 4.3 BESCHIKBAARHEID VAN WATER VAN ELDERS In de vorige paragraaf is beschreven hoe het watersysteem in elkaar zit, en of er praktisch gezien mogelijkheden zijn om doorspoeling te kunnen realiseren. Naast de aanwezigheid van bijvoorbeeld doorspoelleidingen en pompen om water aan te voeren, is het ook van belang dat er water voorhanden is om mee door te kunnen spoelen. Zijn er voor Assen mogelijke bronnen van water die hiervoor gebruikt kunnen worden? 20

Noord-Willemskanaal Het watersysteem van Assen heeft twee inlaatpunten waar water uit het Noord- Willemskanaal ingelaten kan worden in het waterstelsel van de wijken Peelo, Pittelo, en Noorderpark. Echter, er zijn meerder bezwaren tegen het inlaten van dit water. Ten eerste is het water in het kanaal van een dusdanige kwaliteit dat het geen positieve invloed zal hebben op de waterkwaliteit in de stadswateren. Het water uit het Noord- Willemskanaal heeft waarschijnlijk hogere nutriëntenconcentraties dan het water in de meeste stadwateren. Van de stadswateren zijn nauwelijks meetgegevens bekend. Er zijn in een paar wateren metingen gedaan in 2005 en 2006 (KaruLaboratorium, 2007). Gebaseerd op deze metingen en op expert judgement, wordt verondersteld dat het water in het Noord-Willemskanaal van een slechtere kwaliteit is dan de stadwateren. Daarmee zorgt het inlaten van water uit het Noord-Willemskanaal niet voor een verbetering van de chemische waterkwaliteit. Wellicht zal de ecologie wel verbetering door stroming. Echter, wanneer de inlaat van water stopt, zal het water tot stilstand komen. Dan komt er water tot stilstand in de stadwateren wat een slechtere kwaliteit heeft dan het huidige water. De hogere nutriëntenconcentraties zullen de problemen vergroten. Om doorspoeling als maatregel te overwegen, zou er meer bekend moeten zijn over de huidige waterkwaliteit van de stadswateren, en zal een continue waterstroom gegarandeerd moeten worden, omdat tijdelijke doorspoeling afgewisseld met stilstaand water de problemen vergroot. In onderstaande tabel zijn de gemiddelde concentraties in het Noord-Willemskanaal weergegeven, gebaseerd op gegevens van het waterschap Hunze en Aa s (waterschap Hunze en As s, 2009). Ter vergelijking zijn ook de MTR-norm en de gegevens voor het Havenkanaal in de tabel weergegeven. Tabel 4.1 Nutriëntenconcentraties. Concentratie fosfor Concentratie stikstof MTR-norm 0,15 mg/l 2,2 mg/l Noord-Willemskanaal (2003-2008) 0,31 mg/l 5,8 mg/l Havenkanaal (2005-2008) 0,84 mg/l 8,2 mg/l De kwaliteit van het water uit het Noord-Willemskanaal kan verbeteren door gebruik te maken van zuivering met bijvoorbeeld een helofytenfilter. Voor de werking van een zuiveringsfilter is een bepaalde waterstroom noodzakelijk, en het is maar zeer de vraag of de watervraag voor doorspoelen een geschikte is om door een zuiveringsmoeras te leiden. Daarbij is het ruimteaspect van groot belang. Een helofytenfilter kost ruimte welke kostbaar is. Ten tweede worden er vraagtekens gezet bij de hoeveelheid water welke ingelaten kan worden bij het huidige systeem. Bij de twee inlaatpunten kan water onder vrij verval ingelaten worden. Het peil van het Noord-Willemskanaal ligt hoger dan de wateren in Assen, waardoor het water onder vrij verval door de stadswateren kan stromen. Echter, door de weerstand die het water ondervindt bij het binnenstromen door de aanwezige pijpleidingen, en door het beperkte verval in het verdere waterstelsel in de stad, is het de verwachting dat slechts een beperkte waterstroom gegenereerd kan worden. 21

Eerdere modelberekeningen die de gemeente Assen heeft uitgevoerd in SOBEK bevestigen dit beeld (Olaf Jansen, pers. med). Om de waterstroming te stimuleren, kunnen pijpleidingen vergroot worden om de weerstand te verminderen, en er kunnen pompen aangelegd worden om de stroming te bevorderen. Dit zijn echter dure ingrepen. Het waterschap voorziet ook problemen bij doorspoeling van de stadswateren met water uit het Noord-Willemskanaal. Men acht het op kwalitatieve gronden niet wenselijk om water in te later. De kwalitatieve aspecten zullen nader bekeken worden maar zijn niet bij voorbaat een probleem (Jeroen Meeuse, waterschap Hunze en Aa s, pers. med.). Kortom, er zijn wellicht mogelijkheden te creëren om water uit het Noord-Willemskanaal binnen te laten voor het doorspoelen van de stadswateren. Echter, er zijn duidelijke bezwaren aanwezig: de kwaliteit van het inlaatwater laat te wensen over, het vraagt grote investeringen om het waterstelsel aan te passen voor het genereren van waterstroming, en het onttrekken van water uit het kanaal op momenten van droogte is niet wenselijk. Bos&Golf Een andere bron van water zou kunnen komen van het Bos&Golf terrein. Op het terrein van Bos&Golf stroomt regenwater af wat opgevangen en afgevoerd wordt in sloten. Het water wordt via een duiker onder de A28 doorgeleid en wordt zo de stad ingebracht. Een mogelijkheid zou zijn om dit afstromende water te gebruiken voor het doorspoelen van de stadswateren in Assen. Echter, het doorspoelen van de stadswateren is voornamelijk relevant in de zomerperiode. In de zomer voert het golfterrein geen (of slechts heel weinig) water af, omdat het zelf het beschikbare water nodig heeft. In de huidige situatie worden al problemen ondervonden om genoeg water vast te houden voor het eigen terrein. Hierdoor is de geen bruikbare bron van water voor het doorspoelen van de stadswateren in Assen. Een bijkomend feit is dat er bij een hevige bui het water vanuit de stad juist naar Bos&Golf zal afstromen, waarbij het terrein juist berging voor de stad verzorgd (Olaf Jansen, pers. med.). Hemelwater afkoppelen Door het afkoppelen van regenwater kan water beschikbaar komen om de stadswateren mee door te spoelen. Echter, doorspoelen is noodzakelijk in de zomer omdat dit de tijd van het jaar is waarin de grootste problemen met de waterkwaliteit voorkomen. Echter, in de zomer is er geen gegarandeerde beschikbaarheid van afgekoppeld hemelwater. Hierdoor is afgekoppeld hemelwater geen bruikbare waterbron voor het doorspoelen van de stadswateren in Assen. Het extra water wat beschikbaar komt door afkoppelen kan wel een positief effect hebben op de waterkwaliteit, en het wordt aangeraden om, vooral bij nieuwbouwprojecten, dit mee te nemen. Overige bronnen Op grotere afstand van Assen zijn andere bronnen van water aanwezig. Assen ligt echter hoger in het landschap, op de scheiding van drie stroomgebieden. Hierdoor stroomt het water van Assen weg, en kan alleen door middel van pompen water naar Assen toe komen. Het oppompen van water over grotere afstand is geen duurzame en kosteneffectieve oplossing. 22

5 HOOFDSTUK Conclusies en aanbevelingen 5.1 ANALYSE DOORSPOELMOGELIJKHEDEN In hoofdstuk 4 staat een beschrijving van het watersysteem en de geselecteerde wateren. Hier is naar voren gekomen dat voor enkele wateren geen mogelijkheden worden gezien om doorspoeling te realiseren. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de mogelijkheden voor doorspoeling op basis van het watersysteem. Tabel 5.1 Overzicht van de mogelijkheden voor doorspoeling op basis van het watersysteem van Assen. Water Doorspoeling realiseerbaar? Toelichting 1. Oosterpark Nee Alleen lokale regenwateraanvoer 2. Vijver de Vijverhof Nee Alleen lokale regenwateraanvoer 3. Gouverneurstuin Nee Alleen lokale regenwateraanvoer 4. Parkje van Huges Nee Geïsoleerd water 5. Vijver Noorderpark Ja Onderdeel stelsel van doorspoel- en overstortleidingen 6. Vijver Groen van Prinstererlaan Ja Onderdeel stelsel van doorspoel- en overstortleidingen 7. Vijver Diepenbrocklaan Ja Onderdeel stelsel van doorspoel- en overstortleidingen 8. Recreatiepark Pittelo Ja Onderdeel stelsel van doorspoel- en overstortleidingen 9. Vijver Veenwalweg Ja Onderdeel stelsel van doorspoel- en overstortleidingen 10. Vijver langs Strengenpadweg Ja Onderdeel stelsel van doorspoel- en overstortleidingen 11. Vijver Meeuwmesschen Beperkt Aanvoer van water via pomp 12. Kanovijver Asserbos Nee Alleen lokale regenwateraanvoer 13. Sloot Nee Alleen lokale regenwateraanvoer Noorderbegraafplaats 14. Sloot Boskamp Nee Alleen lokale regenwateraanvoer 15. Sloot langs Oosterhoutje en sloot langs zuidkant landgoed Overcingel Nee Alleen lokale regenwateraanvoer Wateren in de wijken Peelo, Pittelo en Noorderpark (nr. 5 t/m 10). De wateren in deze wijken zijn naar voren gekomen als de wateren waar doorspoelen te realiseren is. Echter, er moet ook water beschikbaar zijn. Als bron van water om de stadswateren mee door te spoelen, is het water uit het Noord-Willemskanaal wellicht een mogelijkheid. 23

Echter, er zijn duidelijke bezwaren aanwezig: de kwaliteit van het inlaatwater laat te wensen over, het vraagt grote investeringen om het waterstelsel aan te passen voor het genereren van waterstroming en het onttrekken van water uit het kanaal op moment van droogte is niet wenselijk. Dit alles bij elkaar genomen wordt het afgeraden om doorspoeling te realiseren in de wijken Peelo, Pittelo, en Noorderpark. 11. Vijver Meeuwmesschen De vijver Meeuwmeschen wordt gevoed door water wat naar de vijver toe gepompt wordt. Hiermee wordt op dit moment al doorspoeling gerealiseerd. Het wijzigen van de waterbron van de pomp, zoals de gemeente van plan is, zal de waterkwaliteit in de vijver ten goede komen. Voor dit water geldt dat doorspoelen geen nieuw idee is. De huidige aanleg met de fontein kan benut worden om de doorspoeling te verbeteren. 5.2 CONCLUSIE Bij de maatregel voor het doorspoelen van wateren moet onderscheid gemaakt worden tussen twee typen doorspoeling. Ten eerste is er het doorspoelen bij calamiteiten, en ten tweede is er het doorspoelen als structurele maatregel. Het doorspoelen in geval van calamiteiten, zoals dat nu gebeurt, valt buiten dit project en staat niet ter discussie. Het doorspoelen als structurele maatregel is in dit project onderzocht. Uit de analyse blijkt dat er geen (nieuwe) maatregelen te nemen zijn om de doorspoeling van de stadswateren in Assen te verbeteren met als doel het significant verbeteren van de waterkwaliteit. Dit geldt zowel voor de geselecteerde wateren als ook voor de overige wateren in Assen. De belangrijkste reden hiervoor is de afwezigheid van geschikt water om de wateren mee door te spoelen. Gezien de conclusie dat er geen maatregelen met doorspoelen te nemen zijn voor het significant verbeteren van de waterkwaliteit in Assen, zijn er geen uitspraken gedaan over de kosteneffectiviteit van maatregelen. Het is ook niet mogelijk om een algemene uitspraak te doen over de bijdragen van doorspoelen voor eventuele toekomstige (nieuw ingerichte) wateren. Zowel de kosten als de baten zijn erg afhankelijk van de situatie. Er zal dan ook altijd gekeken moeten worden naar het specifieke water om hier uitspraken over te kunnen doen. 5.3 AANBEVELINGEN Het nut van doorspoelen is afhankelijk van de oorzaak van de waterkwaliteitsproblemen en van de inrichting van een water. Uit de nadere analyse blijkt dat de problemen in de stadswateren van Assen vooral veroorzaakt worden door de aanwezigheid van eenden, hondenpoepplaatsen en nutriëntenrijke slib. In stedelijk water zijn dit veelvoorkomende oorzaken voor de waterkwaliteitsproblemen (ARCADIS/ Royal Haskoning, 2008). In onderstaand kader staan deze oorzaken verder beschreven en toegelicht. 24

Eenden en ganzen Op verschillende locaties zijn veel eenden en/of ganzen aanwezig. Deze dieren zorgen voor een aanzienlijke aanvoer van nutriënten en daarnaast zorgen ze ook voor vertrapping van de oevers waardoor water- en oeverplanten geen kans krijgen. Uit onderzoek is gebleken dat een groep eenden verantwoordelijk kan zijn voor 25% tot 45% van de totale nutriëntentoevoer van een stadsvijver (ARCADIS/Royal Haskoning, 2008). Daarnaast zorgt ook het brood wat aan de eenden gevoerd wordt voor een aanvulling van de nutriënten in de vijver. De eenden zullen immers niet al het brood opeten; deels omdat het bezinkt naar de bodem en deels omdat de hoeveelheid brood die gevoerd wordt te groot kan zijn. Naast een invloed van eenden en ganzen op de nutriëntenhuishouding, kunnen ze er ook voor zorgen dat waterplanten geen kans krijgen. Eenden en ganzen vertrappen de oevers waardoor planten hier geen kans meer krijgen om te groeien. Ook trekken ze jonge plantjes langs de oevers los. De invloed van eenden kan beperkt blijven met behulp van inrichting en voorlichting. Dit kan bijvoorbeeld door aanpassingen aan de oevers, de waterdiepte en door voorlichting aan bewoners over het voeren van de eenden. Honden Veelal worden stukken groen langs wateren gebruikt als uitlaatplekken voor honden. De urine en fecaliën van de honden zullen deels afspoelen naar het oppervlaktewater. Dit zorgt voor een aanzienlijke bijdrage aan de totale nutriëntentoevoer. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat voor een stadsvijver de bijdrage van de honden circa 25% is voor zowel stikstof als fosfaat (ARCADIS/Royal Haskoning, 2008). De invloed van honden kan verminderd worden door het invoeren van een opruimplicht en door maatregelen te nemen op de inrichting van het gebied. Op de inrichting valt te sturen door maatregelen te nemen die de afspoeling naar het oppervlaktewater verminderen. Sliblaag Een sliblaag op de bodem van een water zorgt op verschillende manieren voor een slechte waterkwaliteit: De sliblaag bestaat uit organische stof wat bij de afbraak zuurstof consumeert. Een sliblaag draagt hierdoor bij aan een slechte zuurstofhuishouding. Een sliblaag bestaat uit fijn, los materiaal wat een slechte ondergrond is voor planten om op te groeien. Een sliblaag is een opslagplek voor nutriënten. Slib wervelt op bij een verstoring in het water en zorgt voor een vertroebeling van het water. Voor deze wateren is het van belang om te baggeren. Zonder baggeren heeft het geen zin om naar opties voor doorspoelen te kijken omdat de sliblaag voor problemen blijft zorgen. 25

Watersysteembenadering In deze studie zijn vooral de mogelijkheden van doorspoelen onderzocht om de kwaliteit van de stadswateren in Assen te verbeteren. Naast doorspoelen zijn er ook vele andere maatregelen mogelijk die een bijdrage kunnen leveren aan het oplossen van de gesignaleerde problemen. Aanbevolen wordt dan ook om de gesignaleerde problemen in een breder kader te plaatsen en het water(eco)systeem in zijn geheel als uitgangspunt te nemen voor het formuleren van maatregelen. In bijlage 1 zijn voor de bezochte stadswateren in Assen suggesties voor overige mogelijke maatregelen opgenomen. Beheer Bij meerdere van de wateren liggen kansen op het gebied van beheer. Hierbij valt te denken aan het weghalen van maaisel en het jaarlijks verwijderen van bladinval, voor wateren waar dit nu niet het geval is. Zowel bladinval als maaisel wat in het water blijft liggen, zorgt voor aanvoer van nutriënten, en bij afbraak van het organische materiaal wordt zuurstof verbruikt. Hierdoor kunnen (tijdelijke) zuurstofproblemen ontstaan. Baggeren is een ander belangrijk aspect binnen het beheer van de wateren. Voor enkele wateren wordt geconstateerd dat er sprake is van een sliblaag welke nadelig is voor de waterkwaliteit en de ecologie. Toch zijn deze wateren opgenomen in de cyclus van baggeren. De huidige frequentie voor het baggeren is eens per 10 of 20 jaar (afhankelijk van het water). Wellicht kan door het verwijderen van maaisel en bladeren de aangroei van slib verminderen. Ook verbeteringen met betrekking tot het rioolstelsel kunnen de waterkwaliteit verbeteren. En anders kan het evalueren van de baggerfrequentie wellicht uitkomst bieden. Monitoring In dit project is de ecologische situatie zoals beschreven in de Ecoscan (ARCADIS, 2006) als uitgangssituatie genomen en aangevuld met waarnemingen tijdens het veldbezoek zomer 2008. De (ecologische) situatie zal echter niet stabiel blijven door de jaren heen. Maatregelen zoals bijvoorbeeld ter verbetering van het rioolstelsel en het baggeren, zullen ervoor zorgen dat aspecten in het watersysteem veranderen. En daarmee is het nodig om de trend in de ecologie bij te houden. In het kader hiervan wordt aangeraden om met enige regelmaat een Ecoscan uit te voeren om op deze wijze de ecologische trend te monitoren. Een frequentie van eens per 5 jaar is hiervoor een goed uitgangspunt. Ook bij het nemen van (her)inrichtingsmaatregelen, is het goed om na 5 jaar te monitoren. In de periode van 5 jaar heeft het watersysteem zich kunnen vormen en is het nuttig om de stand van zaken in kaart te brengen. Dit geldt bijvoorbeeld voor water nr. 13 Sloot Noorder Begraafplaats. 26

6 HOOFDSTUK Literatuur ARCADIS, 2006. Ecoscan Stadswateren Gemeente Assen. Januari 2006. ARCADIS/Royal Haskoning, 2008. Stofstromen in het watersysteem; emissies en waterkwaliteitseffecten op verschillende schaalniveaus (concept), in opdracht van STOWA en RIONED. Gemeente Assen, 2004. Gemeentelijk Riolerings Plan Assen 2005-2008. Gemeente Assen, 2006. Assen koerst op helder water. Samenvatting van het gemeentelijke waterplan. Gemeente Assen, Assen. 28 p. Gemeente Assen, 2008a. Bijlage met overstortvolumes voor de situatie 2008, uit het BRP 2008.Nelen & Schuurmans. Gemeente Assen, 2008b. Overzicht 'knelpunten naar aanleiding van gesprekken wijkbeheerders' (excel-bestand). Gemeente Assen, 2008c. Overzicht 'onderhoud waterbodems' (excel-bestand). Karu Laboratorium, 2007. Informatie onderhoudsschema Alkmesschen vijvers. September 2007. Waterschap Hunze en Aa s, 2009, aangeleverde meetgegevens van het Noord- Willemskanaal en Havenkanaal, 29 april en 7 mei 2009. 27

BIJLAGE 1 Resultaten veldbezoek en nadere analyse In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van de resultaten van een veldbezoek aan de geselecteerde stadswateren (zie paragraaf 2.1). Het veldbezoek heeft plaatsgevonden op dinsdag 1 juli 2008. Tijdens dit veldbezoek zijn 15 locaties bezocht voor een nadere analyse van de problemen, en een inventarisatie van mogelijke maatregelen. Voor deze bijlage zijn de resultaten van het veldbezoek aangevuld met informatie uit de Ecosan, de knelpunten naar aanleiding van gesprekken met wijkbeheerders en expert judgement. Waarnemingen als doorzicht, begroeiing en diepte zijn gebaseerd op het veldbezoek, tenzij anders vermeld. 1. Vijver Oosterpark (a) Deze vijver ligt in een naoorlogse wijk en is beschoeid. Het doorzicht in de vijver is ongeveer 30 cm. Op circa 2% van de oevers is er oeverbegroeiing. Deze bestaat uit Grote Egelskop, Riet en de Gele Lis. Aan de oostkant van de vijver is een fontein. Deze fontein zorgt voor circulatie van water en draagt bij aan het inbrengen van zuurstof in het water. Echter, het is slechts een kleine fontein en de invloed zal dan ook beperkt zijn. Voor vissen is het wel een (tijdelijk) toevluchtsoord wanneer zuurstofarmoede optreedt. In het water groeien geen planten, en de oeverbegroeiing is zeer beperkt. Het watersysteem verbetert wanneer er meer planten aanwezig zijn. Dit kan bijvoorbeeld gestimuleerd worden door het eilandje anders in te richten. Foto b1.1 Foto s van de locatie Vijver Oosterpark 28

In en rond de vijver waren tijdens het veldbezoek circa 25 eenden aanwezig en vier waterhoentjes. Deze eenden en waterhoentjes vertrappen de oevers en zorgen voor aanvoer van nutriënten. Daarnaast worden de eenden gevoerd met brood door bewoners. Dit brood is een bron van nutriënten en metalen. Het vertrappen van de oevers kan verminderd worden door de aanleg van open betonblokken. Bij deze vijver ligt de oorzaak voor de waterkwaliteitsproblemen bij de aanwezige eenden en het ontbreken van vegetatie. De vegetatie komt hier niet tot ontwikkeling door de aanwezige beschoeiing en door de aanwezigheid van eenden (vertrapping en begrazing). 1. Sloot Oosterpark (b) Aan de oostkant van de vijver ligt een U-vormige waterloop: Sloot Oosterpark. Deze twee wateren zijn met elkaar verbonden door middel van een duiker onder de weg door. Het water stroomt in principe van de sloot naar de vijver toe. In de sloot zijn enkele oeverplanten aanwezig en er vindt nauwelijks tot geen doorspoeling plaats. Deze sloot staat deels onder invloed van grondwater. Er is algengroei zichtbaar. Tijdens het veldbezoek was men bezig het gras te maaien en het maaisel liet men in het water vallen. Door het in het water vallen van het gemaaide gras is de kans groot dat er in de dagen na het veldbezoek problemen ontstaan zijn met de waterkwaliteit. Dit komt omdat het organische materiaal waaruit het gras bestaat afgebroken moet worden en dat kost zuurstof waardoor zuurstofloosheid op kan treden. Het doorzicht is in deze sloot slechter dan in de naastgelegen vijver. Foto b1.2 Foto op de locatie Sloot Oosterpark. De oevers van de sloot zijn geheel beschoeid, waardoor er weinig kansen zijn voor de ontwikkeling van een goede vegetatie. Dit is te verhelpen door het aanleggen van natuurvriendelijke oevers. De grond aan de binnenzijde van de sloot is echter in particulier bezit. De aanleg van natuurvriendelijke oevers is hierdoor waarschijnlijk niet eenvoudig. Om de zuurstofhuishouding te verbeteren, kan het water gecirculeerd worden. Een extra verbetering hierbij is wanneer er in de sloot op enkele plaatsen een kleine dam wordt aangelegd, waar het water over kan afstromen. Door het (beperkte) verval na een dam zal er extra zuurstof in het water komen. 29