Jansen Venneboer te Wijhe. Ondernemende partner in techniek. Jaar 2011. Rapportage CO2 emissie



Vergelijkbare documenten
Jaar CO2-reductie doelstellingen. Auteur: A.T. Buitenhuis Eindverantwoordelijke: A.T. Buitenhuis Jansen Venneboer Datum: april 2014

Jansen Venneboer te Wijhe. Ondernemende partner in techniek. Jaar CO2 reductiedoelstellingen

CO-2 Rapportage Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem

Energie beoordelingsverslag januari 2016 (definitief)

CO2-reductieplan 2015

CO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M

Ons energiebeleid. Energieverbruik Scope 1 en 2 doelstellingen AGEL adviseurs

Milieu jaarverslag 2013-Q4

Energie beoordelingsverslag januari 2016 (definitief)

Periodieke rapportage 2016 H1

CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

Footprint Totaal scope 1 en 2. Scope 1 en 2 emissies Pilkes 2016 (totaal = 518,44 ton CO 2 )

Derde voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

W & M de Kuiper Holding

Emissie-inventaris scope 1 en scope 2 over 2016 (3.A.1)

Energiebeoordelingsverslag 2016

Voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

Periodieke rapportage eerste helft 2018

CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

CO 2 Nieuwsbrief Eerste voortgangsrapportage scope 3 doelstellingen

Doelstelling scope 2: IDDS wil in 2020 ten opzichte van %

Energiemanagement actieplan 2017

CO₂-nieuwsbrief. De directe emissie van CO₂ - vanuit scope 1 is gemeten en berekend als ton CO₂ -, 95% van de totale footprint.

2012/2013. [3.B.2_1 Energiereductieprogramma] CO2-prestatieladder Niv. 3. CO2 prestatieladder niv. 3. Struyk Verwo Aqua

Gubbels Beheer Postbus ZG HELVOIRT tel: fax:

Periodieke rapportage e helft. N.C. Zwart Verhuur BV

Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste half jaar 2012

Periodieke rapportage 2 e helft 2016

3.C.1 Voortgangrapportage CO Ter Riele

Energie Management Actieplan

Arnold Maassen Holding BV. Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2015

CO2-Prestatieladder Energieaudit

De doelstellingen luidt: 4% reductie veroorzaakt door elektraverbruik door het geheel over te stappen naar groene stroom in 2017.

CO2-reductieplan 2015

CO 2 -Voortgangsrapportage 2018

Energiemanagement actieplan

Energie en emissiebeleid

CO 2 -Voortgangsrapportage 2018 H1

Eric Kwinkelenberg(procesmanager KAM), Simone Butter-d Hulst Afdeling KAM

Periodieke rapportage 2 e helft September 2016

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1

Eerste voortgangsrapportage CO 2 -emissiereductie. Carbon Footprint 2010

Periodieke rapportage 2016 H1

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2013 (1 e halfjaar) Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

CO2-Emissie-inventaris

REVIEW CO2 REDUCTIEDOELSTELLINGEN 3.B.1_2 VERSIE:

Periodieke rapportage eerste helft 2017

Footprint 1 ste helft 2018

Energiemanagement actieplan

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017

Voortgangsrapportage emissies scope 1, 2 en 3. Monitoring doelstellingen 2015 scope 1 en 2

Hoogwaardig en veelzijdig

Energie Beoordeling Co2 reductie

Aann. bedr. H. van Haarst B.V. Kanaalstraat 329 Enschede

Carbon Footprint Rapportage 2014

CO 2 Voortgangsrapportage 2016

CARBON FOOTPRINT RAPPORTAGE 2017 CO 2 -EMISSIE INVENTARIS 3.A A B.2.

Onderdeel B: Reductie Energiemanagement actieplan Versie 2018, basisjaar 2015

De voortgangsrapportage van CO 2 reductie Visscher Oldebroek Jaar 2015

Energiemanagement actieplan. 24 september 2015

Periodieke rapportage 1 e helft 2016

Voortgang CO 2 Reductie doelstellingen

Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder

Aann. bedr. H. van Haarst B.V. Kanaalstraat 329 Enschede

W & M de Kuiper Holding

Klever Boor- en Perstechniek BV Postbus CB Lopik

Voortgang CO 2 Reductie doelstellingen

Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder

Periodieke rapportage 2014

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

Hoogwaardig en veelzijdig

De CO2 prestatieladder kent 3 scopes. Deze betreffend de uitstoot van CO2 als gevolg van de volgende activiteiten:

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

CO2-Emissie-inventaris

Energie Management Actieplan

Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017-H1

3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw.

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2018 H1

Energiemanagement actieplan. 20 januari 2016

CO2 Emissie 2010 t/m 2018 Fugro NL Land B.V.

Periodieke rapportage 2015 H2. 20 januari 2016

Externe publicatie CO2 Prestatieladder

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen

Energiemanagement actieplan 2016

Deel 1 Bedrijfsbeleid en organisatie Versie:1 Status: definitief Hoofdstuk F MVO en CO2 prestatieladder Pagina 1 van 5 Datum: 30 januari 2015

Energiemanagement actieplan februari 2017

Periodieke rapportage 2016 H2

Periodieke rapportage 2016 H2

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2016

ENERGIE ACTIEPLAN Datum: CO2 -Prestatieladder ENERGIE ACTIEPLAN. Conform NEN 50001

Energiemanagement plan

Energie beoordelingsverslag 2016

Scope 1 en 2 doelstellingen KZ Aanneming en Groenvoorziening

Periodieke rapportage tweede helft 2017

Versie: 3. CO2 Reductiedoelstellingen Van Vulpen & Energiemanagement actieplan. Datum: Van Vulpen B.V. Pagina 1 van 8

Periodieke rapportage 2 e helft maart 2015 versie definitief

Transcriptie:

Jansen Venneboer te Wijhe Ondernemende partner in techniek Jaar 2011 Rapportage CO2 emissie Auteur: J.H. van Mierlo Eindverantwoordelijke: J.H. van Mierlo Jansen Venneboer Datum: maart 2012

Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Inleiding... 3 1 Energieverbruik en CO 2 emissie 2011... 4 1.1 Analyse energieverbruik en CO 2 emissie... 4 1.2 Vergelijk met het basisjaar 2010... 5 2 Onderzoek energiereductie mogelijkheden... 6 2.1 Energiereductiemogelijkheden2011... 6 2.2 Vernieuwing gevel... 6 2.3 Productiehal... 6 2.4 Verlichting... 7 2.5 Wagenpark... 7 2.6 Duurzame nieuwbouw... 7 3 Kwalitatieve CO 2 reductiedoelstellingen... 7 3.1 Kwalitatieve doelstelling... 7 3.2 Kwalitatieve doelstelling projecten... 8 3.3 Doelstelling gebruik alternatieve brandstoffen/groene stroom... 8 4 Kwantitatieve CO 2 reductiedoelstellingen... 8 4.1 Scopes... 8 4.2 CO 2 reductiedoelstelling scope 1... 9 4.3 CO 2 reductiedoelstelling scope 2:... 9 5 Prognose 2012... 10 2

Inleiding In dit document wordt ingegaan op de actuele CO2 emissie over 2011 en de doelstellingen omtrent de CO 2 reductie van Jansen Venneboer. Allereerst wordt er ingegaan op het energieverbruik van Jansen Venneboer in 2011 en daarmee gepaard gaande CO 2 uitstoot. Ten opzichte van het basisjaar 2010 worden de verschillen verklaard. Vervolgens wordt de actuele status van de reductiemogelijkheden besproken en de nog uit te voeren maatregelen, waarna een prognose wordt gegeven voor 2012. Deze rapportage van de CO 2 emissie is een samenvatting van een aantal documenten die verder ingaan op de vier aspecten van de prestatieladder: Inzicht o Energie auditverslag. o Emissie inventaris conform ISO 14064. Reductie o Energiemanagementprogramma. o CO 2 reductiedoelstellingen. Transparantie en communicatie. Deelname aan initiatieven. In juli 2012 zal een halfjaarlijkse rapportage over het jaar worden gepubliceerd. 3

1 Energieverbruik en CO2 emissie 2011 1.1 Analyse energieverbruik en CO2 emissie Onderstaand overzicht geeft het overzicht van het energieverbruik en de CO 2 emissie gedurende 2011: Scope 1 (directe emissies): 330,9 ton CO 2. Scope 2 (indirecte emissies): 25,2 ton CO 2. 4,7 0,0 2,1 18,4 121,5 209,4 Scope 1: Zakelijke auto's Scope 1: Brandstof verbruik Scope 1: Airconditioning Scope 2: Elektriciteit Scope 2: Zakelijk vliegverkeer Scope 2: Prive auto's Scope 1 2 Categorie Brandstofverbruik Zakelijke auto's Airconditioning Elektriciteit Zakelijk vliegverkeer Privéauto's Energiedrager Verbruik Eenheid Ton CO 2 uitstoot % bijdrage tot. Aardgas 53.462 m 3 97,6 27,4 Diesel 493 ltr 1,5 0,4 Benzine 165 ltr 0,5 0,1 LPG 3.678 ltr 6,8 1,9 Acetyleen 2.425 kg 7,6 2,1 CO 2 dekgassen 7.482 Diesel Benzine 34.523 2.505 liter (voor 1 juli) liter (voor 1 juli) 108,2 7,0 30,4 2,0 351.028 105.396 km (na 1 juli) km (na 1 juli) 74,2 20,0 20,8 5,6 Div. koelgassen 0 kg 0,0 0,0 Totaal scope 1 330,9 92,9 Groene stroom 310.880 kwh 4,7 1,3 Kerosine a.d.h.v afstand 15.314 km 2,1 0,6 Diesel Benzine 17.295 69.183 km km 3,5 14,9 1,0 4,2 Totaal scope 2 25,2 7,1 Totaal scope 1 + 2 356,0 100,0 kg 7,5 2,1 4

In 2011 is evenals in 2010 de grootste CO 2 uitstoot afkomstig van het autogebruik, zowel met de bedrijfswagens als met privéauto s gebruikt voor zakelijke kilometers. Dit resulteert in een aandeel van ruim 58 % en een totale uitstoot van 227 ton CO 2. Het woon werk verkeer behoort tot scope 3 en wordt in dit overzicht niet meegenomen. Het brandstofverbruik in 2011 heeft geleid tot een emissie van 121 ton CO 2 met een aandeel van bijna 34 % van de totale uitstoot. Het aardgasverbruik ten behoeve van de verwarming van het gebouw (kantoor en productiehal) heeft een emissie van ruim 97 ton CO 2 tot gevolg (80% van het totale brandstofverbruik en ruim 27 % van het totaal). De overige brandstoffen worden gebruikt voor aggregaten, buitenboordmotoren, gas voor de heftrucks, acetyleen en lasgassen. De totale emissie van deze brandstoffen was 24 ton CO 2. Zakelijk vliegverkeer heeft één maal plaatsgevonden in 2011. Dit was een retourvlucht naar Bangladesh voor een project van handpompen. De geplande vluchten naar Irak in verband met een engineeringsproject in Irak hebben niet plaatsgevonden. 1.2 Vergelijk met het basisjaar 2010 In 2010 is een totale emissie van 569 ton CO 2 gerapporteerd. In 2011 is de totale emissie 356 ton CO 2. Dit is een reductie van ruim 37% ten opzichte van 2010. De grootste reductie is ten gevolge van het gebruik van groene stroom (van 179 ton in 2010 naar 4,7 ton in 2011). De doelstelling die begin 2011 is bepaald (reductie van 14,5 %) is hiermee ruimschoots gehaald ondanks dat het aantal medewerkers is toegenomen van 84 naar 99 en daarmee ook het aantal bedrijfsauto s fors is toegenomen. Het aantal gewerkte directe uren is in 2011 met ruim 7 % gestegen van 153.469 in 2010 naar 164.491. Het elektriciteitsverbruik gedurende 2011 (310.880 kwh) is met 6,5 % gestegen ten opzichte van 2010 (totaal 291.667 kwh). Dit is een direct gevolg van een toename van het aantal productieve uren in de productie ten opzichte van 2010 van 10 %. De CO 2 uitstoot is slechts 4,7 ton ten opzichte van 179,4 ton in 2010. Dit is het gevolg van het feit dat vanaf januari 2011 gebruik wordt gemaakt van 100 % groene stroom. Deze stroom wordt opgewekt in Denemarken door middel van waterkracht. Onze leverancier Oxxio geeft hiervoor een certificaat af waaruit de oorsprong van de opgewekte stroom wordt verklaard. In 2011 is het wagenpark uitgebreid van 26 naar 36 auto s. Hiervan zijn 2 auto s ten behoeve van een project gehuurd. De toename van het aantal auto s is een direct gevolg van de toename van het aantal medewerkers van gemiddeld 84 in 2010 naar 99 in 2011. Het betreft een uitbreiding van personenauto s voor de afdelingen Inspectie & Advies en Projectmanagement. Gedurende 2011 zijn in totaal 16 auto s vervangen of toegevoegd aan het wagenpark. Hiervan zijn 13 auto s met energielabel A en 3 auto s met energielabel B. Daarmee is het wagenpark fors groener geworden. De CO 2 uitstoot van de leaseauto s voor zakelijk gebruik is ten opzichte van 2010 gedaald van 219 naar 209 ton. Dit is een daling van 4 % ondanks de uitbreiding van het aantal auto s. 5

Het gebruik van auto s in scope 2 (gedeclareerde zakelijke kilometers met privéauto s) is afgenomen van 23,3 ton CO 2 naar 18,4 ton. De gereden kilometers voor woon werkverkeer behoren tot scope 3 in de CO 2 prestatieladder. Op dit moment rapporteert Jansen Venneboer scope 3 niet. Bij certificatie op niveau 3 worden alleen eisen gesteld aan scope 1 en scope 2. Er wordt echter wel gewerkt aan een overzicht voor een hoger niveau in de toekomst. Het gasverbruik, benodigd voor de centrale verwarming in het kantoor maar voornamelijk ten behoeve van de heaters in de productiehallen, was in 2011 lager dan in 2010 (53.462 versus 66.244 m 3 ). Dit is een daling van ruim 19 %. Deze daling is het gevolg van het warme voorjaar en najaar waardoor het stookseizoen relatief kort is geweest. 2 Onderzoek energiereductiemogelijkheden 2.1 Energiereductiemogelijkheden2011 Jansen Venneboer is zich bewust van het energieverbruik van de organisatie. Binnen Jansen Venneboer maakt men gebruik van een aantal verschillende soorten energie(dragers). Deze worden verbruikt in het bedrijfspand en voor automobiliteit. Het doel is efficiënter en bewuster om te gaan met de energie zodat het verbruik van aardgas, elektriciteit en andere brandstoffen daalt en daarmee ook de CO 2 uitstoot. 2.2 Vernieuwing gevel De gevel van het kantoor van Jansen Venneboer zal in het voorjaar van 2012 vervangen worden door een duurzamere variant met HR++ glas met een gunstige ZTA en LTA waarde. De spouwmuur zal tegelijkertijd worden geïsoleerd. Deze aanpassing draagt bij aan een verbetering van de schil van het gebouw zodat de noodzakelijkerwijs te vernieuwen klimaatinstallatie kleiner kan worden uitgevoerd. De verwarmingsinstallatie kan met de bestaande radiatoren en ketels tot een laagtemperatuursysteem worden omgebouwd. Dit zal ook een gunstig effect hebben op het energieverbruik. 2.3 Productiehal Het gasverbruik bij Jansen Venneboer is erg hoog, deels ten gevolge van de slecht geïsoleerde muren van het kantoor, maar verreweg het grootste verbruik is afkomstig van de verwarming van de productieafdelingen. Hier wordt gestookt met gasinfraroodstralers. Er treedt echter een hoop warmteverlies op door het lange open staan van deuren en doordat er grote kieren bij de deuren zitten. Ook de muren en de ramen zijn slecht geïsoleerd. Er is momenteel overleg tussen meerdere partijen om mogelijkheden te onderzoeken om de deuren te isoleren of te vervangen door snelloopdeuren om zodoende het warmteverlies te reduceren. Daarnaast zal een onderzoek worden gedaan naar de mogelijkheid om de productieafdelingen te verwarmen met behulp van bijvoorbeeld houtkachels die met houtpallets worden gestookt. De CO 2 uitstoot ten gevolge van het verwarmen van de productiehal wordt hiermee tot 0 gereduceerd! Dit heeft en reductie van 27 % van de CO 2 uitstoot tot gevolg (gebaseerd op de cijfers van 2011). 6

2.4 Verlichting Er ligt een compleet vervangingsvoorstel voor energiezuinige armaturen en Tl buizen voor het gehele gebouw. De komende tijd zullen de oude Tl buizen gefaseerd worden vervangen voor energiezuinige T5 buizen. Voor de grote productiehal zijn voorstellen gemaakt de 96 gasontladingslampen van 250 en 400 Watt te vervangen voor LED lampen. 2.5 Wagenpark Het wagenpark is de grootste uitstootbron van Jansen Venneboer. Om hier een reductie te bewerkstelligen, dient men het bewustzijn van de bestuurders te vergroten en het materieel te verbeteren. Samen met de leasemaatschappij, Volkswagen en de importeur PON wordt gekeken hoe het gedrag van de berijders positief kan worden beïnvloed zodat het brandstofverbruik wordt gereduceerd. In 2012 worden zeker 4 bedrijfsbussen vervangen door nieuwe auto s met Euro 5 motoren, bluemotion technologie en een lager gewicht waardoor deze auto s een lager brandstofverbruik zullen hebben. Daarnaast is de keuze gemaakt geen imperiaals meer te monteren omdat deze relatief weinig gebruikt worden. Omdat de imperiaals vast gemonteerd zijn op de oude bedrijfswagens is er het gehele jaar sprake van onnodig extra brandstofverbruik. Naast deze 4 nieuwe bedrijfswagens zal een keuze gemaakt worden om 2 andere bedrijfswagens te vervangen door zuiniger auto s. Er zijn 3 personenauto s in bestelling als aanvulling en vervanging van oude auto s. Deze auto s zijn voorzien van een energielabel A of B. De bandenspanning dient van elke bedrijfsauto op spanning te zijn waardoor er ook een besparing gerealiseerd kan worden. Er zal een procedure worden opgezet om een periodieke controle van de bandenspanning te kunnen uitvoeren. 2.6 Duurzame nieuwbouw Er staat verbouwing van de gehele sanitairgroep en kleedruimte op het programma. De planning van deze verbouwingen is nog niet vastgesteld. Ook de kantine zal worden opgeknapt. Bij al deze plannen wordt rekening gehouden met de bouwkundige uitvoering en het energieverbruik in deze ruimtes. 3 Kwalitatieve CO2 reductiedoelstellingen 3.1 Kwalitatieve doelstelling Jansen Venneboer heeft als doel gesteld de CO 2 uitstoot te reduceren. Dit zal gebeuren door het nemen van een aantal maatregelen zoals beschreven in het vorige hoofdstuk. Deze maatregelen zullen worden uitgevoerd na een afweging op haalbaarheid en de bijdrage aan CO 2 reductie. De maatregelen zullen de CO 2 uitstoot in zowel scope 1 als scope 2 moeten terugdringen. 7

3.2 Kwalitatieve doelstelling projecten Voor projecten wordt ook geprobeerd het verbruik van energie terug te dringen, deze maatregelen zijn ook terug te vinden in het kansenregister van Jansen Venneboer. In 2012 zal bij projecten de CO 2 emissie worden bepaald. Vervolgens worden er maatregelen getroffen om tot een reductie te komen. Jansen Venneboer is gecertificeerd op niveau 3 van de CO 2 prestatieladder waardoor er sprake kan zijn van gunningsvoordeel bij projecten. Tot nu toe zijn er nog geen projecten gescoord waarbij hiervan sprake was. 3.3 Doelstelling gebruik alternatieve brandstoffen/ groene stroom De verwarming van de gebouwen zal in de toekomst veel energiezuiniger moeten worden. Een onderzoek naar de mogelijkheden van o.a. houtkachels wordt in 2012 uitgevoerd. Ook is er de wens samen met andere bedrijven en de gemeente Olst Wijhe een grootschalig zonne energieproject op ons gebouw te realiseren. Een dergelijk project zal niet op de korte termijn worden gerealiseerd. 4 Kwantitatieve CO 2 reductie doelstellingen Jansen Venneboer ambieert de CO 2 uitstoot in 2012 met 35 % gereduceerd te hebben ten opzichte van het basisjaar 2010. In 2010 bedroeg de omzet van Jansen Venneboer 14 miljoen tegen een uitstoot van 569,0 ton CO 2. Dit komt neer op een CO 2 uitstoot van 40,6 ton per miljoen euro omzet. De doelstelling voor 2012 komt dus op een CO 2 uitstoot van 370 ton. De prognose voor de omzet in 2012 is 18 miljoen. Dit resulteert in een CO 2 uitstoot van 20,6 ton per miljoen euro omzet. Om dit te halen richt de organisatie zich op een aparte doelstelling voor beide scopes. Deze reductiedoelstellingen komen hieronder aan bod. 4.1 Scopes Scope 1 omvat alle CO 2 uitstoot direct veroorzaakt door toedoen van het bedrijf. Uit het onderstaande scopediagram van SKAO blijkt wat er verstaan wordt onder de verschillende scopes. 8

4.2 CO2 reductiedoelstelling scope 1 De doelstelling voor het wagenpark is deels direct en deels voor de langere termijn. Vanaf 2011 is er gekozen alleen leaseauto s beschikbaar te stellen met een A of B label. Deze maatregel heeft volledig effect over een aantal jaren, omdat niet alle auto s in één keer vervangen zullen worden. Deze maatregel zal pas volledig effectief zijn over 3 tot 4 jaar. Met de aanschaf van een aantal nieuwe zuiniger bedrijfsauto s wordt in 2012 het effect hiervan zichtbaar. De totale uitstoot is afhankelijk van de hoeveelheid inspectie, service en montagewerk op locatie. Hiervoor worden immers de meeste bedrijfswagens ingezet. De planning van de projecten bij Jansen Venneboer is nog niet voor het gehele jaar ingevuld. Daarom is het onmogelijk een reële reductiedoelstelling voor de totale uitstoot te bepalen. Omdat sinds medio 2011 de hoeveelheid getankte liters brandstof per auto wordt bijgehouden is het wel mogelijk het verbruik per auto te bepalen. Het overzicht zal ook inzicht geven in de verschillen per auto, waarmee de individuele berijders geconfronteerd kunnen worden. Door aandacht te schenken aan het nieuwe rijden zal het verbruik in positieve zin worden beïnvloed. Een reductiedoelstelling opstellen om het gasverbruik te reduceren is lastig. Dit is erg afhankelijk van de temperatuur in de winter en de duur van het stookseizoen. Aangezien 2011 een relatief kort stookseizoen had, gaan we ervan uit dat dit in 2012 weer langer zal zijn, zodat het gasverbruik toe zal nemen. Als de gevel van het kantoor vernieuwd is zal de volgende winter in het kantoorpand bespaard worden op het gasverbruik. Vóór het winterseizoen zullen de volgende maatregelen worden uitgevoerd: Thermostaten zorgvuldig afstellen. Controleren of verwarming/airco op het juiste moment aan staat. Deuren constructiehal niet onnodig geopend laten in de winter. Isoleren van de kozijnen van de bedrijfsdeuren. 4.3 CO2 reductiedoelstelling scope 2 Ook in 2012 heeft Jansen Venneboer een contract afgesloten om 100% groene stroom in te kopen. Het verbruik van elektriciteit is afhankelijk van de hoeveelheid werk die wordt uitgevoerd. Er wordt verwacht dat in 2012 meer directe uren worden gemaakt dan in 2011. Het gebruik van elektriciteit door machines zal daarom ook toenemen. Reduceren gebruik verlichting waar/wanneer dit niet nodig is (draaierij, constructiehal); op diverse plaatsen in het gebouw wordt bewust de verlichting niet aangeschakeld op het moment dat er voldoende daglicht van buiten beschikbaar is. In het nieuwbouwdeel van het kantoor zijn Tl armaturen voorzien van daglichtsensoren die de lichthoeveelheid dimmen zodra er voldoende daglicht is. Dit zal ook in de nog te renoveren delen van het gebouw worden gerealiseerd. Vervangen van oude onzuinige Tl armaturen voor T5 armaturen die 40 % minder energie verbruiken. Hiermee wordt in 2012 gestart. Dit wordt gefaseerd (per ruimte) uitgevoerd. 9

Instellingen van de pc s van de medewerkers op kantoor wijzigen (screensaver uit, dimmen beeldscherm, stand bytijden instellen); hierover zal intern naar de medewerkers worden gecommuniceerd. Voor de elementen zakelijk vliegverkeer en zakelijk verkeer in privé auto s zijn geen doelstellingen voor 2012 gesteld. Wel zal de CO 2 emissie ten gevolge van het woon werkverkeer bepaald worden zodat hier in de toekomst ook op gestuurd kan worden. 5 Prognose 2012 In 2012 zal het aantal medewerkers bij Jansen Venneboer en daarmee het aantal gewerkte uren en de zakelijke kilometers toenemen. Hierdoor zal de CO 2 uitstoot gaan stijgen als er verder niets wordt gedaan. Echter op basis van de in hoofdstuk 4 genoemde maatregelen is de verwachting dat de totale uitstoot in 2012 gelijk zal blijven aan 2011 of met enkele procenten zal afnemen. Dit zal in sterke mate afhangen van de (nog te scoren) projecten en het stookseizoen in het najaar van 2012. Belangrijker is dat alle veranderingen en investeringen die binnen Jansen Venneboer plaatsvinden worden getoetst aan de aspecten die direct te maken hebben met duurzaamheid. Bij de keuzes die gemaakt moeten worden zal de duurzaamheid zwaar meewegen. Hierbij hebben wij de overtuiging dat duurzame investeringen op langere termijn ruimschoots terugverdiend worden. 10