JAAR VERSLAG 2014 Bijscholing moet bijdragen aan versterken van vakmanschap OOM streeft naar beter opgeleid personeel, een grotere instroom van vakmensen en een aantrekkelijker imago voor de metaalbewerking. We geven daarom advies over scholing, dragen bij aan de kosten ervan en ondersteunen promotieactiviteiten. In dit jaarverslag 2014 informeren we u over de resultaten van ons werk. Bekijk de terugblik op het afgelopen jaar van directeur Erik Yperlaan op onze website: http://www.oom.nl/oom_nieuws/bijscholing_moet_bijdragen_aan_versterken_van_vakmanschap 1
2014 in cijfers In cao-afspraken is vastgelegd dat de 145.000 werknemers en de 14.000 werkgevers die bij OOM zijn aangesloten, een heffing op hun loonsom afdragen. Dat geld vloeit via onze regelingen en diensten naar hen terug. Lees hoe vaak onze regelingen in 2014 gebruikt zijn en bekijk onze jaarrekening. Onze regelingen leerwerkbijdrage 2.351 2.178 2.153 1.456 1.517-9% 1.415 Leerwerkbijdrage De Leerwerkbijdrage is een financiële tegemoetkoming voor bedrijven in de opleidingskosten van leerlingen (beroepsopleiding niveau 1 t/m 5). In het schooljaar 2013/2014 keerde OOM Leerwerkbijdragen uit voor 2.153 leerlingen bij 1.415 bedrijven. Ten opzichte van het schooljaar 2012/2013 nam het aantal leerlingen af met 9 procent, terwijl het aantal stagiairs toenam. De afname is waarschijnlijk een gevolg van de instabiele economische situatie in 2014, waardoor bedrijven liever een stagiair begeleidden dan een leerling met een leerwerkovereenkomst. stagebijdrage 4.756 1.773 1.927 5.447 2.185 6.117 +12% Stagebijdrage In het schooljaar 2013/2014 vroegen 2.185 bedrijven een Stagevergoeding aan voor 6.117 stagiairs. Het aantal stageplaatsen in de metaalbewerking steeg daarmee voor het vierde jaar, met zo n 12 procent. De toename kwam mede door het stage-offensief; een OOM-campagne die werkgevers stimuleert om stagiairs aan te nemen en hen daarbij ondersteunt met kant-en-klare stageopdrachten. PTT 2014 28.295 14.512 31.727 16.422 36.132 +13% 18.035 PTT 2014 In 2014 keerde OOM 36.132 Persoonlijke Trainingstoelages (PTT s) uit, waarmee 18.035 cursussen zijn gevolgd. Ten opzichte van 2013 is dat een toename van 13 procent. De PTT is een individueel leerbudget voor de werknemer, dat de werkgever in de vorm van co-financiering kan aanvragen. 2
ervaringscertificaat (evc) 314 483-44% 211 Ervaringscertificaat In 2014 volgden 211 cursisten een EVC-traject. Ten opzichte van 2013 is dat een afname van 44 procent. Een EVC-procedure maakt inzichtelijk wat een individuele werknemer - die het vak in de praktijk heeft geleerd - vaktechnisch waard is en verstrekt waar mogelijk de bijbehorende certificaten of diploma s. ontwikkelbudget +44% Ontwikkelbudget In 2014 vroegen 850 bedrijven een Ontwikkel budget aan. Dat is een toename van 44 procent, ten opzichte van 2013. Met het Ontwikkelbudget stimuleert OOM activiteiten die te maken hebben met het bevorderen van het personeelsbeleid in brede zin, zoals het ontwikkelen van een bedrijfsopleidingsplan of een workshop functioneringsgesprekken. 3
Onze jaarrekening jaarrekening De staat van baten en lasten naar categoriale indeling voor de jaren 2013 en 2014. 2014 2013 x 1.000 x 1.000 Bijdragen van werkgevers 33.568 21.367 Overige bijdragen 6.550 2.394 40.118 23.761 Uitkeringslasten 25.033 26.097 Uitgaven overige regelingen 8.530 8.458 33.563 34.555 Bruto resultaat 6.555-10.794 Personeelskosten 2.772 2.570 Afschrijvingen 461 461 Administratiekosten heffingen 561 565 Voorziening dubieuze debiteuren 339 2.212 Implementatie Regiodesks 35 Overige bedrijfskosten 1.290 1.868 5.423 7.711 Resultaat voor financiële 1.132-18.505 baten en lasten Financiële baten en lasten 1.762 1.737 Resultaat 2.894-16.768 4
Bijdragen aan een gezonde arbeidsmarkt In 2014 werd het sectorplan Metaalbewerking gehonoreerd met een bijdrage van ruim 17 miljoen euro van het ministerie van SZW. OOM werd verantwoordelijk voor de uitvoering. Lees welke resultaten er zijn behaald en waarom veel aandacht uitging naar praktijkopleiders. Het sectorplan werd eind 2013 opgesteld door de sociale partners in de metaalbewerking (Koninklijke Metaalunie, FNV Metaal, CNV Vakmensen en De Unie). Het plan - met een looptijd van 1 september 2013 tot 1 september 2015 - levert een bijdrage aan de instroom van leerlingen en voorziet in tal van maatregelen om het technisch vakmanschap van werkgevers en werknemers te vergroten. Inmiddels zijn al flink wat resultaten geboekt, waarvan hier een opsomming volgt. Extra instroom van leerlingen De subsidie voor het sectorplan stelde OOM in staat om de instroom van BBL-leerlingen extra te stimuleren, omdat we naast de Leerwerkbijdrage ook de TAM-bijdrage (Tijdelijke Additionele Maatregel) gedurende de schooljaren 2013/2014 en 2014/2015 kunnen blijven uitkeren. Op dit moment zijn er 1.248 extra leerlingen ingestroomd. Opleiden boven de markt Er zijn nu 96 leerlingen die boven de markt worden opgeleid. Het gaat daarbij om leerlingen die een BBL-traject willen volgen, maar nog geen leerwerkplek hebben. Zij worden via scholingspools tijdelijk opgeleid. Gedurende zes maanden betaalt OOM de opleidings- en salariskosten, zodat in tussentijd gezocht kan worden naar een geschikt leerbedrijf. Kennis Houvast! 10 bedrijven doorliepen kosteloos een Kennis Houvast!-traject. Met dit adviestraject werd in kaart gebracht welke kennis in deze bedrijven verloren dreigde te gaan door het vertrek van een ervaren medewerker en geadviseerd hoe deze kennis voor het bedrijf te behouden. Workshop Ervaring telt Deze workshop voor medewerkers van 45 jaar en ouder kon OOM dankzij de subsidie voor het sectorplan kosteloos aanbieden. Deelnemers werden gestimuleerd om na te denken over hoe zij hun waarde voor zichzelf en hun werkomgeving kunnen vergroten. 424 werknemers maakten al van deze gelegenheid gebruik. 5
OOM s praktijkopleiders-offensief Een van de onderdelen van het sectorplan is de professionalisering van praktijkopleiders. Om dit te bereiken startte OOM met een offensief. Wat hield dit in? Drie vragen aan projectleider en regiomanager Jet Ruiter. Wat is het praktijkopleidersoffensief? Concreet gaat het om het verhogen van de kwaliteit van de leerbedrijven door 750 praktijkopleiders deel te laten nemen aan specifieke cursussen en/of coachingstrajecten. OOM heeft een speciaal cursusaanbod samengesteld, gericht op de professionaliteit van de praktijkopleider en de bevordering van contacten tussen ROC s en praktijkopleiders. OOM vergoedt opleidingskosten tot een maximum van 1.000 euro per praktijkopleider. Wat was de reden om met het praktijkopleidersoffensief te starten? OOM heeft zich ten doel gesteld het rendement van BBL-opleidingen te verhogen. De kwaliteit van een BBL-opleiding wordt in belangrijke mate bepaald door de kwaliteit van de leerbedrijven en praktijkopleiders. Of de leerling slaagt heeft grotendeels met het enthousiasme en de kundigheid van de praktijkopleider te maken. Het spreekt voor zich dat die ervaring zo positief moet zijn, dat de leerling in de sector wil blijven werken. Wat zijn de resultaten van het praktijkopleidersoffensief? Tot op heden hebben ongeveer 700 praktijkopleiders een bijscholing gevolgd. Bovendien is er een training ontwikkeld speciaal voor het begeleiden van vmbo-stagiairs en is de samenwerking tussen scholingspools en ROC s geïnten siveerd. Het praktijkopleidersoffensief loopt officieel tot 31 augustus 2015, maar vanwege de grote belangstelling voor het project hebben we verlening aangevraagd en gekregen. Benieuwd naar het speciale cursusaanbod voor praktijkopleiders? Bekijk onze cursuscatalogus op www.oom.nl/catalogus 6
Adviespartner voor werkgevers In 2014 breidde OOM zijn advies instrumenten uit. Onder andere met Kennis Houvast!; een advies traject om de kennis van een vertrekkende sleutelfunctionaris in een organisatie te borgen. Regiomanager Marcellino Kat (op de foto rechts) vertelt wat het inhoudt, HR-manager Onno Bakker van Possehl Electronics wat het oplevert. Marcellino Kat: In 2014 introduceerde OOM een nieuw adviesinstrument. Kennis Houvast! is een adviestraject om bedrijven te helpen de kennis van een zogenaamde sleutelfunctionaris te borgen, zodat de continuïteit niet in gevaar komt als deze vertrekt. Bij Possehl in Den Bosch bijvoorbeeld, een bedrijf in leadframes voor de semi-conductorindustrie, voltooide ik zo n traject voor de kwaliteitscontroleur. De man is 36 jaar in dienst en staat aan de vooravond van zijn pensioen. Zijn werk bestaat eruit om halfgeleiders te controleren voor ze al dan niet naar de klant gaan. Over de wijze waarop hij tot zijn oordeel kwam, stond echter niets op papier, waardoor zijn werk moeilijk was over te dragen aan een opvolger. HR-manager Onno Bakker vroeg daarom om een Kennis Houvast! voor deze medewerker. Een dergelijk adviestraject bestaat uit drie onderdelen. Eerst heb ik een intakegesprek met de werknemer. Wat volgt is een intensief expertinterview - waarbij ook een consultant van kennismanagementbureau Nehem KMC aanwezig is - om precies boven tafel te krijgen om welke kennis het gaat. Dan schrijf ik een plan van aanpak, met concrete adviezen hoe die kennis voor het bedrijf te behouden. Vervolgens licht ik het plan van aanpak toe in een gesprek met de werknemer en de leidinggevende. Onno Bakker: In een nieuwsbrief van de Metaalunie of OOM las ik over Kennis Houvast! Om een aantal redenen vond ik dat interessant. Over vijf tot tien jaar hebben we bij Possehl te maken met een uitstroom van ouder personeel. Veel van 7
de kennis van deze medewerkers zit in hun hoofden opgesloten. Ik was me ervan bewust dat deze moet worden overgedragen op een jongere generatie. We hebben inmiddels twee Kennis Houvast!-trajecten afgerond. Een voor een salesmanager, die ziek werd, en een voor de kwaliteitscontroleur. Ik vond ze heel waardevol. Voor de medewerkers, die zich bewust worden van de grote hoeveelheid kennis waarover zij beschikken, en voor het bedrijf. Het plan van aanpak staat vol met concrete adviezen. In het geval van de kwaliteitscontroleur is er bijvoorbeeld een beslisboom gemaakt, op basis waarvan de opvolger kan besluiten welke halfgeleiders naar de klant kunnen, welke gerepareerd moeten worden of welke moeten worden afgeschreven. Ook is voorzien in een opleidingstraject voor zijn opvolger. In de metaalindustrie werken veel vakmensen, die hun kennis in de praktijk hebben opgedaan. Ik geloof dat ik niet alleen voor mezelf spreek als ik zeg dat we niet zo goed zijn in het vastleggen ervan. Om te voorkomen dat die kennis verdwijnt en dat je als bedrijf steeds opnieuw het wiel moet uitvinden, is Kennis Houvast! echt een aanrader. 8
Investeren in de opleiding van vakmensen BBL-leerlingen die via een scholingspool worden opgeleid, hebben een grotere kans om hun diploma te halen en worden beter geschoold. Daarom nam OOM in 2014 diverse maatregelen om het praktijkleren via scholingspools te stimuleren. OOM zet zich in voor voldoende leerlingen, die in de regio goed zijn opgeleid. Dit willen we bereiken via een landelijk netwerk van scholingspools; samenwerkingsverbanden van werkgevers, die gezamenlijk de praktijkopleiding van BBL-leerlingen op zich nemen. BBL-leerlingen die via een scholingspool praktijkonderwijs volgen (6% van de totale leerlingenpopulatie), maken vaker hun opleiding af. Zij worden beter opgeleid, omdat zij intensief worden begeleid en met meerdere bedrijven in aanraking komen. Bovendien wordt de kwaliteit van het praktijkonderwijs regelmatig door OOM gecontroleerd. Stimuleringsmaatregelen Om het praktijkleren via scholingspools aan te moedigen, heeft OOM de Leerwerkbijdrage voor bedrijven die een leerling via een scholingspool opleiden, aanzienlijk verhoogd ten opzichte van de Leerwerkbijdrage voor een reguliere on-the-job opleiding (respectievelijk maximaal 11.000 euro en 8.000 euro voor een tweejarige opleiding). Daarnaast startte OOM in 2014 samen met de Koninklijke Metaalunie een Platform voor Scholingspools. Dit platform organiseert jaarlijks de Dag van de Scholingspool. Deze bijeenkomst voor directeuren en bestuursleden van Opleidings Bedrijven Metaal (OBM s) en bedrijfstakscholen is bedoeld om de OBM s en bedrijfstakscholen die door OOM erkend zijn als scholingspool nog succesvoller maken. Deelnemers worden geïnformeerd over relevante onderwerpen, kunnen kennis uitwisselen en thema s inbrengen waarop zij een vervolg wensen van OOM/de Metaalunie. Resultaten Inmiddels is er een landelijk dekkend netwerk van 28 scholingspools. Bij een scholingspool zijn gemiddeld 9 bedrijven aangesloten. Gemiddeld zijn er jaarlijks 14 leerlingen bij een scholingspool betrokken. Binnen de scholingspools wordt samengewerkt met in totaal 29 scholen, meest mbo-instellingen. De grootste opleidingen binnen scholingspools zijn die van Constructiewerker, Fijnmechanische techniek en Machinebouwer Mechatronica. Sinds 2008 investeerde OOM 11.7 miljoen euro in de scholingspools. 9