Aanleuning en het aangespannen paard.



Vergelijkbare documenten
Het opleidingsschema voor menners. Ad Aarts

Het is de bedoeling dat het paard actief aan de longe leert gaan met een regelmatige gang.

Rechtrichten en Academische rijkunst

Balans en Springen Thema Januari

Rijtechniek Springen. Fases van de sprong en verlichte zit

Op weg naar evenwicht.

Aanleuningsproblemen

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Reglementen gebruiksrubrieken Nationale Tentoonstelling

Dominique Filion s prestatiemix

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger

Bekkenkanteling: maak afwisselend een bolle- en holle rug, waarbij romp en hoofd stil blijven liggen op de onderlaag.

Basis van de dressuur

De dressuurproef klasse B

Hoe gebruikt de ruiter zijn eigen lichaam om paard te rijden en meer specifiek om aan de teugel te rijden?

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen!

Longeren is als dansen

Ik ga je wat vertellen, je hoeft alleen maar te volgen wat ik zeg, mijn stem is nu het enige wat voor jou belangrijk is om te volgen.

Op zoek naar een (op)rechte manier van trainen? Hét kenniscentrum voor ruiter en paard LEERGANG: TECHNISCH TRAINEN

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger

Horse Event - bitloze menclinics

De aanleuning Een goede aanleuning

Laten we beginnen! Wat betekenen de kleuren: Wel. Wel maar voorzichtig. Niet

ZE ZEGGEN DAT JE ZIJGANGEN MOET RIJDEN OM JE PAARD RECHT TE RICHTEN. HMM, HOEZO LOGISCH?

( Hoe moet deze oefeningen doen? )

1 Buikplank (2 benen) Oefentherapie bekken en romp Pagina 1 van 5

(copyright thenaturalhorse, niets uit dit artikel mag worden gekopieerd of overgenomen zonder toestemming)

De 11+ Een compleet warming-up programma

De Geïntegreerde Zit: een introductie.

Houding en zit van de ruiter

wat komt er kijken bij een warming up?

13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER

Adviezen na een keizersnee

Oefenen na een keizersnede

NIEUW Leergang: Technisch trainen. Op zoek naar een (op)rechte manier van trainen?

Subject: Taak

Stenose- en/of herniaoperatie Oefeningen voor herstel

Oefenprogramma revalidatie

Als je eerder een paard hebt gehad, wat is de reden dat je hem niet meer hebt of wat is de reden dat je er nog een bij wilt?

Oefeningen nekklachten. Paramedischcentrum Landauer

Vaardigheid en springen februari 2019

Fitnessbal training. Kern training / Core stability

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding

Evenwichtsoefeningen Radboud universitair medisch centrum

LONGEREN. Samengesteld door docenten Helicon Opleidingen NHB Deurne: A. Aarts, M. Eeken, E. Koelewijn, E. Timmermans

Dit door Willem Teunisse gemaakte boekje over. De "Alles of niets" methode, is gebaseerd op de werken van: Dr. Ian Dunbar

2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof. Oefeningen voor een gezond lichaam en geest

Begeleidend schrijven bij de cursus "Het tillen van jonge kinderen"

Ontdek je kracht voor de leerkracht

INHOUDSOPGAVE 2 VOORWOORD 3

WEDSTRIJDREGLEMENT VAARDIGHEID & MENNEN DRESSUUR

In balans door. centreren

Cursus Atletische Rijkunst Fase 1

Succes en veel plezier toegewenst!

Jaarcursus Train je paard in balans

Hoe kunt u ons bereiken?

1E Hanteren / fixeren paard

KAPTOOM-INFO.

Thema Mei Basis Dressuur

Buikspieroefeningen (basis)

Calcimatics start steeds met een opwarming. Zo is de overgang dan niet-bewegen naar actief worden niet te bruusk en voorkom je letsels.

Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? voorkom bekkenpijn FYSIOHOLLAND

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis

Staan. Maak de slackline korter, doordat er iemand op gaat zitten. Maak het moeilijker, door met twee benen tegelijk op de slackline te staan.

Keepers Training. De basisvaardigheden 1-9

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Oefeningen voor beenspieren

Welkom! Bij dit gratis e-book + de bijbehorende video. Goed dat je ervoor

Er worden figuren gereden, die je al kent, of welke je nog leert en oefent in de (manege)lessen. (zie figuren)

Interview. Verticaal en horizontaal rechtrichten. Een (op)rechte. oplossing

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.]

Waarom de meeste hardlopers klachten krijgen!

Angst voor schrikken.

Organisatie: Yvonne Roosen Uitvoering: Koekkoek en co vertegenwoordigd door:

Ervaring. Therapie met dieren. Voor de foto s is gebruik gemaakt van een model. TEKST JOLI LUIJCKX BEELD Jodi Fotografie

Fysiotherapie na een keizersnede

TRAININGSPLAN. Buikspieren

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

10 minuten training 1 Total Body

Bijscholing parcoursbouwers2014

6 Dagelijkse Grondoefeningen en Technieken. Voor een Soepel en Gebalanceerd Paard

FEIF Rijpaardenprofiel Beschrijving van de wijze van uitvoering Formulier voor trainers

PTV hindernis beschrijvingen basis -TREC

Horsemanship. Thema december 2018

Paardrijles. Inleiding. Inhoud. Spullen die je nodig hebt

Alleen de mens die zich leert te ontspannen, kan creatief zijn en in zijn geest komen de ideeën op met de snelheid van de bliksem.

De Trainingsladder Het ontwikkelen van goed en sneller voetenwerk geeft je de vaardigheid om snel te bewegen.

Adviezen na een keizersnee

Dit trainingsschema is ontwikkeld i.s.m. Michael Zijlaard (o.a. ploegleider en coach van team AA Drink/Leontien.nl) en Dick Siliakus (fysiotherapeut)

Bonus Rapport : Lichaam en geest in balans

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) ALGEMEEN

Wees duidelijk tegen je klanten

TRAINING DESLY HILL : VOORBEREIDING OP HET NIEUWE SEIZOEN

Trainingstips voor afstanden langer dan 50 km.

PECTUS REVALIDATIE. De pectoralisspieren. De rugspieren

Relaxatie en ontspanning. voor ouder en kind

Bijlagen. Tijd: 11 minuten. 8 EKAP Arbeidsdraf. Buiging, regelmaat, overgang naar arbeidsdraf, drang naar voren... 9 PBX X XES

E-BOOK. Krachtschema. Wil jij fitter en sterker worden? DOE MEE. Voor 1 dag

Maak afspraken over de tijdstippen waarop geoefend gaat worden. Bespreek in welke omgeving er geoefend gaat worden (eerst thuis, later op het werk).

WandelTrainersDag 8 april Ronde 3 Nr. Titel workshop Naam presentator

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

Transcriptie:

Aanleuning en het aangespannen paard. Bijna alles waar we het tot nu toe over hebben gehad, geldt ook voor de mensen die aangespannen rijden. U begrijpt dat het zinloos is om te praten over zit en benen als we dit op de bok van een rijtuig niet kunnen uitvoeren. Aanleuning is niet alleen het gevoel met de hand, maar ook het aan zit en benen zijn. Dit maakt het aanleuning zoeken en vinden bij het aangespannen rijden erg complex. Kunnen we dan wel over aanleuning spreken? Als ik om mijn paard heen zit met mijn lichaam, voel ik heel veel onder me gebeuren. Bijvoorbeeld: tempo verlies, impulsverlies, taktfouten enzovoort. Als ik niet op het paard zit en hem niet voel, maar op afstand zit, moet ik eerst iets constateren voordat ik kan reageren. Vaak zijn we dan net iets te laat met het corrigeren. Toch praten we ook in de mensport over aanleuning. Het paard is dan niet aan zit en been, maar aan stem, zweep en hand. Het aan de hulpen zijn moet dus vertaald worden van het rijden onder het zadel naar het mennen. Ik denk wel dat door het indirecte contact (omdat we het paard niet voelen) aanleuning veel moeilijker is. Het beeld en het gevoel moet hetzelfde zijn wanneer een aangespannen paard nageeflijk in een fijne aanleuning loopt. Omdat we het paard niet met onze zit kunnen opvangen en/of op een volte kunnen sturen waarneer het paard op de loop gaat, willen meer controle via het bit. Zit zwaar maken heeft geen zin en in een hoog tempo een volte insturen is gevaarlijk. De wagen zou om kunnen slaan en dan hebben we een nog groter probleem. We gebruiken hierom vaak een stangbit als controlemiddel. We moeten er ons wel van bewust zijn dat als een paard echt op de loop gaat, we hem nergens mee tegenhouden. Aan het stangbit kleeft wel een nadeel. Het is een bit met hefboomwerking en dat heeft toch wel een flinke inwerking op het paard. Een ophouding gegeven op een lang leidsel vermenigvuldigt de kracht die we uitoefenen enorm ten aanzien van een korte teugel. Het gewicht en de lengte van de lange leidsels geven meer invloed dan een korte lichte teugel. Hiervan moeten we ons goed bewust zijn. Onder het zadel moeten we het paard eerst ver genoeg trainen in de dressuur om met een stang te mogen rijden. We moeten minimaal het niveau van de Z-dressuur beheersen. We zijn dan toch een paar jaar bezig in onze training om dit te bereiken. In die tijd ontwikkelt de ruiter/amazone het gevoel, de zit en rijtechniek. Iedere beginnende menner begint direct al met een stang te rijden. Als we hier zo over nadenken is dit eigenlijk te gek voor woorden. Gelukkig kunnen we het paard niet direct met onze zit belemmeren, omdat we enigszins stabiel op de bok zitten. Hebben we te maken met nieuwe menners die in het verleden hebben paardgereden als ruiter, dan geeft het aanzienlijk minder problemen dan met een menner die nooit het gevoel heeft ervaren om een paard in het zadel te rijden. Er zijn tegenwoordig veel mensen die nooit iets met een paard gehad hebben en willen gaan mennen. Dat is vanzelfsprekend en er is ook niets mis mee, zolang deze mensen zich laten begeleiden door goede instructie. Helaas zie ik juist in aangespannen disciplines (tuig- en mensport) waarin voornamelijk met een stangbit wordt gereden, de meeste beschadigingen in de mond van het paard. Vooral blessures op de tandeloze lagen zijn dan typisch de verwondingen die we het meest aantreffen. Aanleuning en nageeflijkheid zijn bij een aangespannen paard voor een wagen moeilijker te verwezenlijken. Het is vele malen moeilijker om dat paard naar een evenwicht te krijgen dat we bij ruiters rijkunstig makkelijker voor elkaar hebben. Ik zal u uitleggen waarom. Het paard loopt in natuurlijk evenwicht voor 3/5 deel van zijn gewicht op de voorhand en 2/5 op de achterhand. Het voorbeen heeft een dragende functie en het achterbeen een dragende en stuwende functie. In de dressuur willen we het achterbeen tot meer dragen stimuleren. We activeren het achterbeen en vangen dit in de ruiterkunst op met zit en hand. We maken gebruik van oefeningen zoals schakelen en overgangen en komen tot een rijkunstig

evenwicht. Nu gaan we niet op het paard zitten, maar spannen het paard voor een wagen waardoor hij een last moet trekken. Hij heeft nu geen last om te dragen, dus verandert er het nodige in zijn lichaam. De wagen wordt via strengen verbonden met het borsttuig. Het paard zal de wagen moeten duwen met zijn borst. Hierdoor komt er nog meer gewicht op de voorhand. We moeten impuls vragen aan het achterbeen en het paard opvangen, want anders zal hij door die vergrote impuls alleen maar sneller gaan lopen. Hierbij hebben we een probleem, namelijk dat we het paard niet met de zit kunnen opvangen, alleen met de hand. Hierdoor en ook door het feit dat het paard in eerste instantie zijn lichaam nog meer voorover brengt om de last te duwen, wordt het erg moeilijk om een aangespannen paard van een natuurlijk naar een rijkunstig evenwicht te rijden. We moeten bij menpaarden dan ook nog meer naar een functioneel exterieur kijken, waarbij het paard qua bouw in staat is om zijn achterhand meer te belasten. Verder moeten we zorgen dat de te duwen last niet te zwaar is. In de tuigsport wordt met erg lichte wagens gereden. In de samengestelde mensport zijn de wagens veel zwaarder en moet er ook nog een groom mee op de wagen. Als we over dit alles goed nadenken, rijst toch de vraag of het mogelijk is om een aangespannen paard te verzamelen. In de verzameling moet een paard zijn rug functioneel gebruiken en het bekken kantelen om het achterbeen verder onder het zwaartepunt te brengen. De buighoek van het achterbeen moet kleiner worden en het paard moet rijzen in zijn schoft. Terwijl de wagen het paard eigenlijk dwingt naar de voorhand te omen, willen wij juist het achterbeen tot meer dragen zien te krijgen. Niet alleen door het rijden naar een rijkunstig evenwicht, maar ook omdat er vaak daarbij verzamelen wordt gevraagd, wordt het erg moeilijk en ontstaan er veel aanleuningsproblemen. Paarden vertellen ons heel direct door hun verzet dat ze bepaalde zaken (nog) niet aan kunnen. We zien dan vaak weggedrukte ruggen en een onderhals die zich sterk maakt. Een actief paard gaat uit verzet juist zijn snelheid verhogen, terwijl een flegmatiek paard het er snel bij laat zitten waardoor dit moeilijker actief te houden is. Vaak zien we dat er veel te veel druk in de mond bestaat en dat de wagen niet aan de strengen, maar aan het bit en leidsels getrokken wordt. Om dergelijke narigheden te voorkomen en dit alles in goede banen te leiden zullen we ons moeten verdiepen in de rijkunst en onszelf en het paard voldoende tijd gunnen om het correct te doen. Natuurlijk ontkomen we dan niet aan begeleiding in de vorm van instructie. Welk niveau u ook rijdt, laat u altijd begeleiden. Steeds weer proberen het nog beter te doen, want stil staan is achteruit gaan. Veel oorzaken waardoor aanleuningsproblemen ontstaan, hebben we al besproken. Voor de mensen die aangespannen rijden zijn er nog een aantal meer: De langere duur om een rijkunstig gevoel te ontwikkelen voor menners die geen ervaring hebben met het in het zadel rijden; Met een scheve hand rijden, omdat we de zweep er in een hand nog bij moeten houden; Het te snel willen opleiden van een paard; Het te snel met een meerspan willen rijden; Te veel trainen in een meerspan; Te eenzijdig trainen; Zich niet voldoende laten begeleiden door goede instructie.

Iemand die paard heeft gereden, heeft dat paard onder en tussen zich gevoeld. Die heeft dan kunnen voelen hoe een paard zich beweegt. Die heeft kunnen voelen als er impulsverlies was, of als het paard het tempo versnelde. Doordat we als ruiter direct contact hebben met het paard, voelen we alles in ons eigen lichaam doorklinken, al zouden we met de ogen dicht rijden. Waar nodig kun je als ruiter dan onmiddellijk een hulp geven. Zit en benen zijn direct beschikbaar. Als we dit nooit ervaren hebben, is het toch moeilijker wanneer we een paard op afstand willen besturen. Het voelen van impuls, het regelen van tempo en noem maar op, is lastiger. Als menner moeten we het eerst constateren voor we kunnen reageren. Vaak zijn we later dan een ruiter. Hoe eerder we reageren, des te kleiner kunnen dan de hulpen zijn. Wachten we langer met ingrijpen, dan moeten we vaak ook meer doen. Hierdoor is de controle over de impuls moeilijker, net als het in balans rijden van een aangespannen paard. Iemand die ervaring heeft in het zadel, heeft daar dus eigenlijk altijd voordeel van. In de ruitersport zien we dat er veel met een ongelijke handhouding wordt gereden. Dat geeft scheefheid in contact met de paardenmond. In de aangespannen sport is dit niet anders. Veel menners ondervinden het als een probleem om die lange zweep te hanteren. De zweep moet voldoende lang zijn om het paard zelfs op de schouder te kunnen aanraken. Zo n lange zweep is relatief zwaar, die naarmate we hem langer in de hand houden steeds zwaarder lijkt te worden. In de natuurkunde hebben we het over kracht maal arm. Staat er ook nog eens veel wind, dan wordt de zweep nog moeilijker te hanteren. De hand gaat zich spannen en het gevoel in die hand is weg. De kant waar het paard zelf meer druk lijkt te nemen, moeten we lichter maken en de kant die het paard te weinig aanneemt moeten we meer aanbieden, zodat het paard die hand opzoekt en het contact ook daar aanneemt. Vaak als we er niet over nadenken, doen we het andersom en gaan we ongemerkt terugtrekken aan de te zware kant. Zo af en toe eens met de leidsels tussen duim en wijsvinger mennen kan helpen. We kunnen dan niet sterk zijn en u zult er versteld van staan hoe positief het paard hierop reageert. Lang in dezelfde houding rijden veroorzaakt soms dode vingers door de spanning van het vasthouden. We blijken te verstrakken en roepen die reactie bij het paard ook op. Een simpel grapje om dat verstrakken te voorkomen is regelmatig met de handen een rondje te draaien om een denkbeeldige bal voor de buik. Misschien is in het begin een grote voetbal nodig om te ontspannen, maar uiteindelijk heeft u niet meer dan een golfballetje nodig om uw vingers te ontspannen en daardoor uw paard te laten ontspannen. Een paard netjes opleiden is een lange weg. We moeten consequent zijn en veel geduld hebben. Zaken die maar weinig mensen er goed af kunnen brengen. De wedstrijdsport lonkt. We hebben alle spullen die daarvoor nodig zijn voor elkaar, zoals vervoer, de marathonwagen, enzovoort. Mensen om ons heen geven goedbedoelde adviezen om aan de start te verschijnen. Hoe moeilijk wordt het dan om te zeggen Ik neem de tijd die mijn paard en ik nodig hebben. Ook het wedstrijdreglement werkt er niet aan mee om paarden en mensen de tijd te gunnen. We hebben een persoonsregistratie. Zijn we eenmaal hoog geklasseerd, moet ook het jonge paard in die hoge klasse uitkomen. Om dan toch op tijd het paard te leren om te gaan met wedstrijdstress worden we haast wel verplicht toch te starten. We zullen dan heel vast in onze schoenen moeten staan om in de wedstrijd toch bezig te zijn met opleiden in plaats van een wedstrijd te rijden om te winnen. We doen er verstandig aan om eerst te beginnen het paard in een nageeflijke aanleuning te longeren. Is het paard dan eenmaal betuigd, leg dan nog steeds de nadruk op het longeren. Aan de longe maken we het makkelijker voor het paard. Het is eenvoudiger om het paard in een functionele houding te laten lopen. Een houding waarin het paard gegymnastiseerd wordt en de juiste spieren leert opbouwen. Voor de wagen leggen we in eerste instantie de nadruk op rechtuit rijden en

tempocontrole. Wissel een recreatieritje af met hooguit dertig minuten dressuur voor de wagen. Sluit ook weer met een recreatierondje af. Een uur aangespannen dressuurtraining met een driejarig paard is uit den boze. Het paard op die leeftijd heeft daar de spieren(kracht) nog niet voor. Het paard zal zich gaan verzetten en we zitten weer met een aanleuningsprobleem. Op te jonge leeftijd een paard door hindernissen rijden geeft onherroepelijk aanleuningsproblemen. Veel paarden worden bang van het bit en daardoor van de hand. Andere paarden leren aan die druk te ontkomen door hun hoofd te kantelen en over de schouder te vallen of de onderhals sterk te maken. Een jong paard heeft erg kwetsbare lagen die zomaar stuk kunnen gaan in de marathon. Het paard kan voor de rest van zijn leven beschadigd worden. Helaas zien we ook bij oudere paarden dat de lagen beschadigd kunnen raken na een parcours door de hindernissen. Honderd procent paardvriendelijk hindernis rijden valt niet mee. We trekken allemaal wel eens door. Kapotte lagen Wat de menner zou kunnen doen om het paard tegen hemzelf te beschermen is een riempje over de neus van bril tot bril via de neusriem te plaatsen. Dit riempje neemt wat druk weg van het bit en verplaatst wat druk van het bit naar het neusbeen.

Tegenwoordig bestaan er ook beschermkapjes die over kapot gereden lagen kunnen worden aangebracht. Ze heten bit buddy en ze worden op maat in de mond van het paard vervaardigd. Maar beter dan hulpmiddeltjes is het voornamelijk aandacht besteden aan het gymnastiseren van het paard. Maak hem sterk in lichaam en geest en denk pas aan wedstrijden als het paard daar echt aan toe is. Gun ook uzelf de tijd om het te leren. Een hoger tempo rijden waarin u nog niet netjes sturen kunt, ontaardt in rukken en plukken in een marathonhindernis. Het is niet moeilijk voor te stellen dat we dan problemen in de aanleuning in de hand werken. We hebben al besproken hoe moeilijk het is om een paard netjes te mennen. We moeten dit dan ook eerst goed onder de knie krijgen, voordat we hetzelfde willen doen met meer paarden voor de wagen. Het is niet moeilijk voor te stellen dat dit nog veel moeilijker is, al zijn er veel menners van overtuigd dat tweespan rijden makkelijker is omdat de paarden steun hebben aan elkaar. Toch zijn er veel mensen die uit enthousiasme te vroeg meerspan willen rijden. We zien in het rijden van meerspannen dan ook erg veel (aanleunings)problemen. Het naar een goede aanleuning rijden van één paard is al erg lastig. In meerspan is er vaak verschil in temperament. Om dan alle paarden netjes aan het bit te krijgen is een lange trainingsweg. Het snellere en actievere paard pakt vaak het bit en de langzame komt juist te weinig aan het bit. Het contact door kruisleidsels is ook anders dan een enkelspanleidsel. Begin er dus niet eerder aan voordat u een enkelspan netjes kunt mennen. Rijden we eenmaal met een twee- of meerspan, dan wordt er vaak te veel in meerspan getraind. Hebben we het paard geleerd in goede aanleuning te lopen en we rijden steeds maar in meerspan, dan zien we dit aspect vaak verloren gaan. Worden deze paarden ook niet onder de man gereden en gelongeerd, dan zien we steeds meer aanleuningsproblemen ontstaan. Vaak wordt er ook niet omgespannen en loopt het paard altijd op dezelfde plek. Het linkse paard ontwikkelt links een bolle kant en de rechtse rechts. De snelle paarden worden steeds zwaarder op het bit en de langzame komen er steeds minder aan. Stel dat het linkse paard meer trekt dan de rechtse en aan de linkerkant van de langboom loopt. Dat snellere paard links trekt de langboom automatisch naar rechts, maar we willen rechtdoor dus trekken we vaak automatisch aan dat linkerpaard om recht in het spoor te blijven. Op deze manier zullen we altijd links veel meer druk houden dan rechts. Het linker paard gaat scheef in zijn lichaam lopen en kan daar spiertechnische problemen krijgen. Om dit als voorbeeld genoemde span te corrigeren we de harde werker terug moeten rijden en de langzame zouden we meer aan het werk moeten zien te krijgen. Vaak wordt vergeten de snelle terug te rijden en concentreren we ons te veel op het bij drijven van de langzame. Hierdoor gaat ongemerkt het grondtempo omhoog en lossen we niets op. Bij aanleuningsproblemen moeten we altijd terug vallen op de basis. Dus terug naar het rijden in enkelspan en het werken aan de longe. Daarnaast moeten we regelmatig omspannen om scheefheid te voorkomen. Mijn dringend advies is: rijd enkelspan en onder de man om de basis goed bevestigd te houden.

Een paard moet de gelegenheid krijgen paard te zijn. Iedere dag dressuur trainen stompt het paard af. Overal waar het woord te veel voor staat is uiteraard niet goed. Wissel veel af in de arbeid die u met het paard wilt doen. Paarden die alleen maar voor de wagen werken, lopen het risico zich vast te gaan zetten in het lichaam. Dit komt omdat het heel moeilijk is voor een paard om aangespannen in een rijkunstig evenwicht te lopen, zoals we al besproken hebben. Wissel dressuur af met een buitenrit en longeren. Uw paard onder de man (laten) rijden is ook erg verstandig, mits dit ook op de goede manier gebeurt door een ruiter met veel rijkunstig gevoel. Een mensenleven is te kort om alles goed te doen. Toch zijn er veel mensen die zonder instructie het goed te denken doen. Zelfs bij de beste rijders van de wereld zie je vaak trainers aan de kant staan met een kritisch oog. Al heeft u nog zoveel kennis en ervaring, een mens is nooit uigeleerd. Laat u geregeld beoordelen en bijschaven op uw rijden. Hiermee kan voorkomen worden dat er problemen ontstaan. Nu zult u denken wat heeft dit met aanleuning te maken? Problemen tijdens het rijden doen zich het eerst voor in de aanleuning. Hoe moet het paard u anders vertellen dat u iets niet goed doet?