Ezie; het instrument voor het bepalen van individuele energiekosten



Vergelijkbare documenten
Algemene beschrijving Ezie. GEN Methodiek kansrijk aanbod

Kennissessie: CO 2 neutraal het echte verhaal

Bijlage I Investeringen en energielasten Energiesprong woningbouw Maria van Bourgondiëlaan te Eindhoven. 1 Inleiding

Onderzoek Week van de Energierekening Gfk i.o. Milieu Centraal oktober 2012

3 Energiegebruik huidige situatie

Energiebesparing bestaande koopwoningen. Effecten stimuleringspakket

Betere energieprestaties met Nuon Stadswarmte. Kansen voor woningcorporaties, vastgoedeigenaren en projectontwikkelaars

Rapportage Energiebesparingsverkenner

De Energiebesparingsverkenner woningbouw voor professionals

C (zie toelichting in bijlage)

Effecten van energiebesparende maatregelen

Energieke Zorgbouw. 5 oktober Wijnanda Willemse (Agentschap NL) Stefan van Heumen (TNO)

Binnenklimaat: energie efficiënte oplossingen besparing door comfort

B (zie toelichting in bijlage)

Slimme keuzes voor woningconcepten met warmtepompen

F (zie toelichting in bijlage)

4 Energiebesparingsadvies

ENERGIE PRESTATIE ADVIES VOOR WONINGEN

De cijfers worden in GJ (GigaJoule) uitgedrukt. Dit is de eenheid van Warmte. Ter vergelijk, 1 GJ komt overeen met 278 kwh of +/- 32 m3 gas.

ENERGIEBEHOEFTE WONINGBOUW

Pré Wonen Postbus CA HAARLEM Etalage Geprint op : Blekersvaartweg 48 D. galerijwoning

KLIMAATGARANT. Bewonershandleiding. Woningen met EnergiePrestatieVergoeding

1. Inleiding. D TRECO Vergelijkingsapplicatie. 15 juni 2018 Jeffrey van den Heuvel Loes Visser

KLIMAATGARANT. Een nieuwe woning in Herwijnen 24 woningen Engelenweide De energie van morgen vandaag in huis

Fase 2. NOM Nul Op de Meter. type C, D

Welkom! Informatie en uitleg warmtefoto s

AMBITIELIJST VERDUURZAMEN WONING. NAW gegevens. Straat: Postcode: Plaats: Tel nr.: HUIDIGE SITUATIE

Meefinancieren van energiebesparende voorzieningen De mogelijkheden bij BLG Wonen Versie

ENERGIE 0 IN DE PRAKTIJK KOSTEN EN OPBRENGSTEN EXACT GEMETEN

Energie Index berekening (EI)

Energierapportage MFC Atria Leusden. Asschatterweg JJ Leusden

Veelgestelde vragen. over de energievergoeding, het verbruik en de energieleverancier

A (zie toelichting in bijlage)

Concepten EPC 0.4. Bouwkundige uitgangspunten

Winst en comfort uit duurzaamheid. Bouw op onze kennis

Wat is een nul-op-de-meter woning? Versie 1.2

Energiebesparing. Betonkernactivering. Programma. Energiebesparing EPBD. Energy Performance Building Directive. Europese richtlijn.

Effecten Amsterdamse labelstappensubsidie t.b.v. Leerkring 27 juni rol van de bewoners bij renovatie van woningvoorraad naar energieneutraal

Energielabel rapportage

Een nieuwe woning in RijswijkBuiten 66 woningen Buitenplaats Syon De energie van morgen vandaag in huis

Een nieuwe woning in Zoetermeer NEXUM

A (zie toelichting in bijlage)

Energie- en prestatiemonitoring

NTA Nieuw tijdperk energieprestatie. Normalisatie: De wereld op één lijn 1

Beknopte beschrijving wijzigingen label methodiek woningen

Datum Referentie Behandeld door 26 maart P. Smoor/CVr

Waar zijn we met het verduurzamen van onze woningen in Nederland?

Energietransitie. Bouw op onze kennis

ENERGIE PRESTATIE ADVIES VOOR WONINGEN

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

nieuwe woning in Austerlitz

Concept second opinion voor de Schaepmanstraat, Katwijk

Een nieuwe woning in Rockanje 38 woningen De Lange Stallen

Energie neutrale Gebiedsontwikkeling

Ir. G.N. Sweringa (Truus)

B (zie toelichting in bijlage)

Een nieuwe woning in Westergouwe 53 woningen Wijdeblik

Meer wooncomfort. en minder energieverbruik door een warmtepomp. voltalimburg.nl/warmtepomp

Edwin Waelput Tempas Bouwmanagement bv Breda DuurSaam cooperatie ua

Bijlage nota gs: / Uitvoeringsregeling subsidie duurzaam renoveren Noord- Holland 2015

Toolkit Selectietool. duurzame woningbouw Een hulpmiddel voor het selecteren van het best passende energieconcept.

Building4life. Wilt u weten hoe? Building4life. Jan van Polanenkade 26B KM Breda Postbus BB Breda

Energieprestaties grondgebonden woningen

Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt

Update Nieuw stelsel energieprestaties 2020

U kunt energie besparen. De belangrijkste en meest urgente verbeterpunten worden in onderstaande tabel weergegeven.

SPECIMEN. E (zie toelichting in bijlage) Energielabel gebouw. Dit gebouw. Standaard energiegebruik voor dit gebouw. 968,3 MJ/m 2

Een nieuwe woning in Rockanje, 8 XL-bungalows in De Lange Stallen fase 1B

Energieprestatie van gebouwen

Energiebesparing is een samenspel van techniek en gedrag Cees Egmond 1 11 januari 2012

Hoe kunnen we oudbouw woningen energieneutraal maken?

Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE DUURZAAMHEID

Het kan minder! ing. P. Hameetman

Een nieuwe woning in Den Haag 46 woningen Binck Plaats

Gemeente Baarn. Provincie Utrecht

KANSEN VOOR DUURZAME ENERGIE BIJ HERSTRUCTURERING VAN NAOORLOGSE WIJKEN

Advies Ontwerp Levering Installatiepartners Inbedrijfstelling

PROJECTPLAN METERS MAKEN IN DE ESHOF

Een nieuwe woning in Spijkenisse 25 woningen Eiland van Spijk Fase 1

Energielabel. SKG-IKOB gecertificeerd BRL & BRL

OPNAME FORMULIER ENERGIELABEL. Adres: Dorpsstraat 1.

SBRCURnet Bouwlokalen. Samen Nul op de meter, bij woning renovatie. Henk Wegkamp vs maart 2015

Energie Index berekening (EI)

Bewonerskosten voor warmte van wooncomplex Het Breed

Een nieuwe woning in Sliedrecht 43 woningen Baanhoek-West De energie van morgen vandaag in huis

Een nieuwe woning in Zoetermeer 32 woningen in Oosterheem Groene Hart fase 2

Energieverspilling is zinloos

Energieprestatie. De aanscherping van de Energieprestatieeis in de gebouwde omgeving

Een nieuwe woning in Ursem 24 woningen in de Tuinen van Ursem

Energieprestatie in de toekomst Verdouw Beurs 2.0

Bewonerspanel Energie

Warmtelevering: toekomstgericht en consumentgericht?

Bijlage bij uw huurovereenkomst (project EGW Arnhem Presikhaaf) versie tussenwoning

Datum Referentie Behandeld door 21 maart ir. D.M. van Brakel/ATr

Studie naar energiebesparing en thermisch gedrag van een Balco glazen balkon

Energieneutraal leven

Studie kost- en energie efficiënt (ver)bouwen. Auteur: Veronique Mattheeuws

Kenniscentrum InfoMil Energiebesparing bij een sportclub

Iwan. Bisschopstraat. Leeuwarden. Arjen Goodijk. Bisschopstraat AZ Leeuwarden

Rapportage Energiebus

Transcriptie:

12 3 2013 Bouwfysica www.nvbv.org Ezie; het instrument voor het bepalen van individuele energiekosten Wat krijg ik, wat kost het en wat levert het voor mij persoonlijk op? Dat zijn de drie vragen die eigenlijk iedere woonconsument zich stelt op het moment dat hij of zij denkt aan het verbouwen, vergroten of verduurzamen van de woning. Vanuit deze gedachte heeft Cauberg-Huygen een consumentvriendelijke applicatie ontwikkeld waarmee het werkelijke energiegebruik voorspeld kan worden. ir. A.J.C. (Anika) Haak, Cauberg-Huygen, Rotterdam dr. H. (Henk) Polinder, Cauberg-Huygen, Rotterdam Inleiding Door de klimaatdoelstellingen van de overheid worden de energieprestatie-eisen voor woningen steeds verder aangescherpt, waarbij de uiteindelijke doelstelling is ingesteld op energieneutrale nieuwbouwwoningen in 2020. Om deze doelstellingen te halen, worden er vanuit de overheid instrumentaria aangeboden; de energieprestatiecoëfficiënt (EPC) en het energieprestatieadvies (EPA). De regelgeving, die aan deze sturingsinstrumenten verbonden is, is gerelateerd aan het gebouwgebonden energie - g ebruik, waarbij voor het benodigde gebruikersgedrag gestandaardiseerde waarden worden aangenomen. Deze keuze is noodzakelijk, omdat informatie over het gebruikersgedrag niet beschikbaar is en omdat het niet wenselijk is om regelgeving op te stellen aan het gedrag van bewoners in een woning. Het gevolg hiervan is dat deze methoden het energiegebruik niet op individueel niveau kunnen voorspellen, terwijl dit juist wel is wat de consument wil weten. De (maandelijkse) kosten van een woning zijn voor een consument veel belangrijker dan het energieniveau van de woning [1]. Wanneer de energielasten op individueel niveau inzichtelijk gemaakt kunnen worden krijgt de consument ook meer inzicht in de betekenis van een woning met een lagere of een hogere energieprestatiecoëfficiënt. Individuele energievoorspelling Het belang van een berekening van het energiegebruik op individueel niveau kan worden toegelicht met behulp van de grafiek in figuur 1. Deze grafiek laat drie projecten zien waarbij het warmteverbruik is gemonitord. De woningen van deze drie projecten hebben vergelijkbare gebruiksoppervlakten, zijn voorzien van externe warmtelevering, maar verschillen in de energieprestatiecoëfficiënt. De warmteverbruiken zijn per project geordend van laagste verbruik tot het hoogste verbruik. De grafiek toont een zeer grote spreiding in het energiegebruik bij eenzelfde woningtype. Het energiegebruik in woningen met een EPC van 0,5 (zie blauwe punten) varieert tussen de 4 en 60 GJ. Doordat de woningen in één project allemaal dezelfde bouwkundige eigenschappen hebben en voorzien zijn van externe warmtelevering is de spreiding in het energiegebruik voornamelijk te verklaren door het verschil in gebruikersgedrag van de bewoners. Belang consumenten Doordat er een grote spreiding in energiegebruik voor kan komen in één type woning is een advies op basis van een gemiddeld energiegedrag vaak niet toereikend om een nauwkeurige voorspelling te doen van het energiegebruik op individueel niveau. En juist deze informatie is belangrijk voor een consument, bijvoorbeeld om investeringskeuzes te maken. Dit speelt een rol in de bestaande bouw, bij eventuele verbouwingen of bij toepassing van energiebesparende maatregelen [2], maar ook bij de keuze van een consument voor een nieuwe woning [1]. Een consument kan een betere investeringskeuze maken wanneer gekwantificeerd is wat bijvoorbeeld de terugverdientijd is van het plaatsen van PV-panelen of van na-isolatie van de woning. Belang overheid Uit verschillende onderzoeken [3] en [4] komt naar voren dat de aanscherping van de EPC leidt tot een verlaging in het werkelijke energiegebruik op projectniveau. Dit effect blijkt ook uit de getoonde monitoringsresultaten in de grafiek in figuur 1. Het sturingsinstrument lijkt dus goed te helpen om het energiegebruik op woningvoorraad te reduceren. Op individueel niveau is deze conclusie moeilijker te trekken. In de grafiek in figuur 1 is te zien hoeveel invloed een bewoner eigenlijk uit kan oefenen op het werkelijke energiegebruik in een woning. Daarnaast valt op dat een stijging van de energetische kwaliteit van de woning leidt tot een grotere invloed van de gebruiker op het energiegebruik. In oudere woningen was de staat van de woning (geen isolatie, enkel glas, kieren of een verouderde ketel) zeer bepalend voor een deel van het energiegebruik. Naar verhouding had de bewoner hier een kleiner aandeel in. Nu worden de woningen energetischer van hogere kwaliteit gebouwd, waardoor het aandeel van de invloed van de bewoner op de energierekening groter wordt. Wat in deze grafiek niet wordt getoond is het elektriciteitsverbruik in de woningen. Uit monitoringsonderzoek 20136503_BF03_2013.indb 12 18-10-13 09:11

energie en milieu Bouwfysica 3 2013 13 Warmteverbruik [GJ] 90 80 70 60 50 40 30 20 10 Woningen EPC 1,2 Woningen EPC 0,8 Woningen EPC 0,5 0 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 Aantal woningen 1 Monitoringsresultaten warmteverbruik van drie woningtypen met externe warmtelevering [5] blijkt dat dit verbruik de afgelopen jaren juist aan het stijgen is. Aan dit aspect is in de sturingsinstrumenten weinig aandacht geschonken, omdat dit verbruik voor een groot deel wordt bepaald door de apparatuur die de bewoners in hun woning hebben staan. Om de klimaatdoelstellingen van de overheid werkelijk te kunnen halen, en het energiegebruik en elektriciteitsverbruik te reduceren, liggen er veel kansen en mogelijkheden bij de bewoners van de woningen. Dat dit inzicht steeds breder wordt gedragen door marktpartijen en de overheid komt terug in het lente-akkoord [6]. In dit akkoord wordt onder andere beschreven dat de consument centraal dient te staan bij de reductie van energiegebruik in woningen. Hierbij wordt het beïnvloeden van het bewonersgedrag genoemd, maar ook het stimuleren van instrumenten waarmee de consument snel en eenvoudig inzicht krijgt in zijn energiekosten. Dit instrument zou objectieve en kwantitatieve informatie moeten kunnen geven over energievoordelen bij een renovatie of energievoordelen van nieuwbouwwoningen ten opzichte van bestaande woningen. Vanuit dit perspectief is begin 2012 begonnen met de ontwikkeling van een instrument om de consument op individueel niveau inzicht te geven van het energiegebruik in zijn woning. Rekenmethodiek applicatie De rekenmethodiek van de ontwikkelde applicatie bestaat uit grofweg vier componenten die samen een voorspelling doen van de werkelijke energiekosten. Deze componenten zijn: de woning en de bijbehorende installaties, de bewoners, het klimaat en de energietarieven. Woning en installaties De NEN 7120 is gekozen als basis voor de invoer van de woning en installaties en is tegelijkertijd ook de basis van de rekenmethodiek. Een belangrijke reden voor deze keuze is de beschikbaarheid van de informatie voor een EPCberekening. Alle nieuwbouwwoningen in Nederland moeten worden getoetst aan de EPG, dus de informatie die benodigd is voor deze berekening is vaak al beschikbaar. De andere reden om voor de EPG als basis te kiezen is het feit dat deze rekenmethodiek kwalitatief goed is. De rekenmethode is zeer goed ontwikkeld voor het berekenen van het gebouwgebonden energiegebruik. Naast het energiegebruik van de woning is er ook huishoudelijke apparatuur aanwezig in de woning waarmee energie wordt gebruikt. De apparaten die nu zijn toegevoegd in de berekening zijn de apparaten die veel voorkomen in een woning of die relatief veel energie kunnen gebruiken wanneer deze aanwezig zijn. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om koelkasten, televisies en wasmachines, maar de aanwezigheid van een aquarium of een sauna kan ook worden aangegeven. Bij aanwezigheid van een apparaat moet ook een indicatie worden gegeven van de energiekwaliteit van het apparaat door middel van een energielabel of het vermogen. Bewoners In de berekeningsmethodiek van NEN 7120 wordt, waar nodig, uitgegaan van standaard bewonersgedrag in de woning. Daarnaast wordt een deel van het huishoudelijke energiegebruik niet meegenomen in de berekening. Om deze methodiek geschikter te maken voor het berekenen van energiegebruik op individueel niveau zijn er op verschillende plaatsen aanpassingen of toevoegingen gedaan met betrekking tot het bewonersgedrag. Eén van de aanpassingen op de rekenregels van NEN 7120 is het vervangen van gestandaardiseerde waarden van het gebruikersgedrag voor parameters waar de consument invloed op uit kan oefenen. Een voorbeeld hiervan is de berekening van het warmteverlies van de woning. In de rekenregels van de NEN 7120 wordt een gestandaardiseerde waarde aangenomen voor de heersende binnentemperatuur in de woning. In de rekenmethodiek van Ezie kan de consument zelf aangeven op welke temperatuur de thermostaat in zijn woning staat. Andere voorbeelden van gestandaardiseerde waarden uit de norm zijn de hoeveelheid aanwezige verlichting in de woning en het energiegebruik voor het verwarmen van tapwater. Beide 20136503_BF03_2013.indb 13 18-10-13 09:11

14 3 2013 Bouwfysica www.nvbv.org de berekening vergeleken kan worden met de energierekening die de consument heeft. Dit kan een rol spelen als de rekenmethodiek wordt ingezet als tool om advies mee te kunnen geven bij renovatie. Om een realistische berekening te maken van het toekomstige energiegebruik moet een vergelijk worden gedaan tussen de voorspelling van het huidige verbruik met het werkelijke verbruik. Zodat nagegaan kan worden of de invoer van het gebruikersgedrag en de woningkwaliteit nauwkeurig genoeg is. Energietarieven De energiekosten worden berekend op basis van gemiddelde energietarieven. Aangezien de werkelijke energiekosten kunnen afwijken van deze gemiddelde energieprijzen, kunnen deze kosten worden aangepast op individueel niveau van de consument. 2 Type woning web applicatie ezie In de beschreven rekenmethode wordt de consument al veelvoudig genoemd. De reden hiervoor is dat de applicatie ook nadrukkelijk gebouwd is voor de consument. De consument is uiteindelijk degene die nut heeft van de individuele energievoorspelling. Daarnaast is de consument ook degene die zijn/haar gedrag in een woning het beste kan beschrijven. Om deze reden is van de technische rekenmethode, die Ezie in principe is, een consumentgerichte website gemaakt die terug te vinden is op www.ezie.com. 3 Type huishouden Op de tweede pagina van het dashboard (zie figuur 5) kan worden aangeven hoe de woning en de daarin aanwezige apparatuur wordt gebruikt. Direct zijn de consequenties zichtbaar van het hoger zetten van de thermoenergieposten worden in de norm berekend aan de hand van het aanwezige vloeroppervlak in de woning. De rekenmethoden uit de norm voor beide energieposten zijn in de rekenmethodiek van Ezie vervangen door een rekenmethodiek gebaseerd op individueel gebruikersgedrag. Voor het tapwatergebruik worden vragen gesteld over de douchefrequentie en de duur van een gemiddelde douche [7] en [8]. Voor de aangepaste methode met betrekking tot verlichting worden aan de bewoner vragen gesteld over het type verlichting in de woning en de het aantal uur dat hier gebruik van wordt gemaakt. Klimaat In NEN 7120 wordt gerekend met gemiddelde klimaatgegevens (onder andere buitentemperatuur en zoninstraling), berekend met behulp van NEN 5060. In de rekenmethodiek van Ezie ka n een aanpassing worden gedaan op deze klimaatgegevens met behulp van data van het KNMI. Hierbij kan een keuze worden gemaakt voor het klimaatjaar en de locatie van het meetstation, waardoor De applicatie is zo opgezet dat aan de hand van een paar eenvoudige vragen over het type woning en het huishouden (zie de figuren 2 en 3) een eerste inschattingsberekening gemaakt wordt van het energiegebruik. Op basis van deze gegevens worden er aannames gedaan met betrekking tot het gebruikersgedrag en de woningeigenschappen. Er zijn referentiewoningen beschikbaar, omdat het voor consumenten zeer lastig is om hun eigen woning in te kunnen voeren op het gedetailleerde niveau wat nodig is voor een EPC-berekening. Voor marktpartijen (onder andere woningcorporaties, projectontwikkelaars of aannemers) bestaat er de mogelijkheid om hun woning zeer gedetailleerd aan te kunnen bieden op de website van Ezie of op hun eigen website. Na beantwoording van deze eerste vragen kan de consument doorklikken naar de eigenlijke applicatie: het dashboard. Op de eerste pagina van het dashboard (zie figuur 4) kan voor de specifieke situatie de woning worden aangescherpt en verbeterd om de eigenschappen van de woning beter aan te laten sluiten bij de werkelijke woning. Ook kan de hoeveelheid en type apparatuur die in de woning aanwezig is hier worden ingevuld. Dit alles wordt op overzichtelijke wijze gepresenteerd en daarnaast zijn direct de consequenties van de gemaakte keuzes zichtbaar; iedere keer als er iets gewijzigd wordt, wordt er direct een nieuwe berekening gemaakt en is te zien hoeveel euro aan gas, elektra en water men naar schatting kwijt is. 20136503_BF03_2013.indb 14 18-10-13 09:11

energie en milieu Bouwfysica 3 2013 15 staat, het meer- of minder laten branden van de lampen en het terugbrengen van de tijd die men onder de douche verblijft. praktijkervaringen ezie De rekenmethode is in verschillende praktijksituaties getoetst op de nauwkeurigheid. Aan de hand van twee projecten zal een toelichting worden gegeven op de praktijkervaring die inmiddels met Ezie is opgebouwd. Eén van de eerste projecten bestaat uit circa 100 relatief nieuwe woningen gebouwd in 2010. Deze woningen hadden toentertijd een EPC van 0,5 en zijn aangesloten op externe warmtelevering. Het tweede project dat hier als voorbeeld gebruikt wordt bestaat uit ongeveer 20 woningen met particuliere woningeigenaren uit de jaren 60. Bij het nieuwbouwproject heeft Ezie 90% van de woningen met een afwijking van maximaal 10% voorspeld. Bij de woningen uit de jaren 60 is bij 70% van de woning een maximale afwijking van 20% gerealiseerd. De afwijkingen tussen de voorspelling van Ezie en het werkelijke energiegebruik kunnen een aantal oorzaken hebben: invoer van de woning- en installatietechnische-eigenschappen, invoer van het bewonersgedrag, onnauwkeurigheden van de rekenmethodiek en het klimaat. 4 Dashboard pagina Huis en inrichting Bouwkundige invoer Bij de nieuwbouwwoningen waren de kwalitatieve staat en eigenschappen die nodig zijn voor de berekening van Ezie beschreven in de EPC-berekening. In het project is er vervolgens in de praktijk getoetst of er gebouwd was wat op papier was beschreven. Dit levert een zeer nauwkeurige invoer van de bouwkundige eigenschappen van de woning op. Bij bestaande woningen was dit niet altijd het geval. Doordat deze woningen worden bewoond door particuliere woningeigenaren is niet altijd goede informatie te vinden over de bouwkundige staat van de woning. Door eerdere bewoners is de gevel van de woning misschien een keer nageïsoleerd, een uitbouw aangebouwd of zijn de kieren gedicht. Het plaatsen van een uitbouw is goed te zien aan de buitenzijde van een woning, maar de R c -waarde van een na-geïsoleerde gevel vaak niet of minder nauwkeurig. Het gevolg is dat bij de bestaande bouw niet altijd tot op detailniveau bekend is wat de bouwkundige eigenschappen van de woning zijn. Dit leidt tot een onnauwkeurigere invoer in Ezie. Installatietechnische invoer Het voordeel bij de nieuwbouwwoningen was dat deze woningen waren aangesloten op externe warmtelevering. Hierdoor kon er in de berekening uitgegaan worden van een efficiëntie van 1. Bij andere installatietechnieken is het bepalen van het opwekkingsrendement vaak wat lastiger. In een EPG-berekening kan worden gewerkt met rendementen of COP s uit kwaliteitsverklaringen, maar deze waarden zijn in laboratoria gemeten of berekend en niet altijd getoetst in de praktijk. Uit onderzoek blijkt dat de theoretische rendementen vaak hoger zijn dan de rendementen die worden gemeten in praktijksituaties [7]. Bij de invoer van opwekkingsrendementen moet hier rekening mee worden gehouden en zodoende wordt hier gewerkt met forfaitaire en relatief conservatieve opwekkingsrendementen. 5 Dashboard pagina Gebruik Invoer bewonersgedrag Om een goede voorspelling van het energiegebruik te kunnen genereren moet het bewonersgedrag zo nauwkeurig mogelijk in beeld worden gebracht. Doordat Ezie een consumentvriendelijk applicatie is, moet ook de invoer hiervoor zo consumentvriendelijk mogelijk gemaakt worden. Dit betekent dat de vragen eenvoudig en gemakkelijk te beantwoorden moeten zijn. Soms moeten keuzes voorgedefinieerd worden om de consument te helpen met het invoeren van zijn antwoorden. Dit strookt niet altijd met de invoer die op basis van de technische achtergrond van de applicatie verwacht wordt, omdat deze zo gedetailleerd mogelijk moet zijn. Een voorbeeld hiervan is het stookgedrag van de bewoners. Om een gedetailleerd beeld te krijgen van dit gedrag zou de bewoner eigenlijk per uur moeten aangeven of en op welke temperatuur er in de woning wordt gestookt. Dit is niet wenselijk, omdat het doel is om de vragen op een consumentvriendelijk manier te kiezen. Vandaar dat er gekozen is voor een beperkt 20136503_BF03_2013.indb 15 18-10-13 09:11

16 3 2013 Bouwfysica www.nvbv.org Stimuleren energiezuinig gedrag Naast de toepassing bij renovatie kan Ezie ook veel inzicht bieden in het huidige energiegebruik. Om de energiedoelstellingen te halen, is het belangrijk om consumenten bewuster te maken van energiezuiniger gedrag. Dit blijkt nog best lastig te zijn, want wat houdt energiezuinig gedrag precies in? De ene consument zal antwooraantal vragen die de bewoner helpen het gedrag zo goed mogelijk in te kunnen voeren. Daarnaast is het voor een consument niet altijd gemakkelijk om antwoord te kunnen geven op bepaalde vragen. Een goed voorbeeld van zo n vraag is hoe lang een bewoner onder de douche staat. Deze vraag zal door veel gebruikers moeilijk tot op de minuut nauwkeurig ingevoerd kunnen worden, zonder dat ze dit met een stopwatch gemeten hebben. Door onnauwkeurigheden in de antwoorden die gebruikers geven ontstaan logischerwijs ook onnauwkeurigheden in de uitkomst die door het rekenmodel gegenereerd wordt. Rekenmethodiek Het ontwikkelde rekenmodel is, zoals veel rekenmodellen, een weergave van de werkelijkheid. Hierbij worden rekenregels gebruikt die met grote zorgvuldigheid samengesteld en getoetst zijn in de praktijk. De grote uitdaging hierbij is om het gedrag van gebruikers te vertalen naar invoer voor het rekenmodel. Een voorbeeld van een situatie waarbij er een discrepantie optreedt tussen de vertaling van het werkelijke gebruikersgedrag naar relatief simpele vragen is het in beeld brengen van luchtverversing in de woning door middel van spuiventilatie. Om de juiste berekening te kunnen maken spelen vele factoren een rol, zoals bijvoorbeeld het aantal te openen ramen, de positie hiervan, de grootte van deze opening of luchtsnelheden. Veel van deze parameters zijn niet goed in te voeren door een gebruiker en daarbij is dit gedrag vaak ook niet statisch. Om een beeld te krijgen van belangrijke bewonersinvloeden op deze berekening zijn dynamische simulaties uitgevoerd. Hieruit zijn invoerparameters naar voren gekomen die voor veel gevallen een goede benadering van de werkelijkheid geven. Klimaat De laatste factor die van invloed is op de nauwkeurigheid van de voorspelling is het klimaat. De werkelijke temperaturen en zonnestraling zullen vaak afwijken van de gemiddelde waarden die worden aangenomen bij de voorspelling. Dit levert een onnauwkeurigheid op bij de voorspelling van het energiegebruik. Markttoepassingen Ezie De web applicatie die is ontwikkeld voor de rekenmethodiek van Ezie kan op vele manieren ingezet worden in de woningmarkt. Verschillende (pilot)project zijn gestart en bieden mogelijkheden voor de verdere ontwikkeling van het rekenmodel en voor de verbetering van de functionaliteiten die worden aangeboden op de website. Stimuleren nieuwbouw Eén van de mogelijke markttoepassingen wordt ook genoemd in het lente-akkoord [7], namelijk het tonen van het energievoordeel van nieuwbouwwoningen ten opzichte van bestaande woningen. Marktpartijen die nieuwe woningen aanbieden kunnen met behulp van Ezie op een zeer eenvoudige manier aan hun kopers laten zien wat de toekomstige energielasten worden. Hierbij krijgt de koper van een onafhankelijke partij de kwantitatieve informatie waar hij op zit te wachten. Renovatie Een andere toepassing die door Ezie beschikbaar is gemaakt, is het verstrekken van kwantitatieve informatie bij woningrenovaties. Er is veel informatie beschikbaar over de effecten op het energiegebruik bij een woningrenovatie, maar deze informatie is vaak alleen beschikbaar voor bewoners die zich gemiddeld gedragen in een woning. Dit is vaak niet voldoende, omdat het effect van een energiebesparende maatregel sterk afhangt van de woning, maar ook van het gebruikersgedrag. Dit wordt geïllustreerd in tabel 1. Hierin zijn voor een gemiddelde woning verschillende energiebesparende maatregelen doorgerekend. Deze berekening is gemaakt met drie verschillende bewonersprofielen (twee senioren, twee werkende volwassenen en een groot gezin). De besparing bij het toepassen van na-isolatie is voor de senioren veel groter dan bij de twee volwassenen. Dit komt doordat in het profiel van de senioren wordt aangenomen dat er veel meer wordt gestookt, omdat ze vaker thuis aanwezig zijn. Daarnaast zorgen de zonnecollectoren juist voor meer energiebesparing bij het grote gezin dan bij de senioren, omdat er veel meer wordt gedoucht in het grote gezin dan bij de senioren. Dit speelt een rol bij particuliere woningeigenaren, maar ook bij woningcorporaties. Wanneer een woningcorporatie een grootschalige renovatie wil uitvoeren op woningen, moet zij van 70% van de bewoners instemming hebben. De verlaging van de energierekening is een belangrijke motivatie voor de bewoners om in te stemmen, want een bewoner wil graag weten wat het kost en wat het oplevert. Het inzichtelijk maken van de reductie van energiegebruik op individueel niveau zal de bewoners een duidelijk en gewenst kostenoverzicht geven. Tabel 1: Energiebesparing voor verschillende maatregelen bij verschillende profielen Groot gezin Twee volwassenen Twee senioren Vervangen cv-ketel 943 m 3 562 m 3 836 m 3 Na-isoleren gevel, vloer en dak 1644 m 3 1043 m 3 1859 m 3 Plaatsen PV-panelen 603 kwh 603 kwh 603 kwh Plaatsen zonneboiler 370 m 3 273 m 3 136 m 3 20136503_BF03_2013.indb 16 18-10-13 09:11

energie en milieu Bouwfysica 3 2013 17 den dat hij heel energiezuinig is, omdat alle adapters uit het stopcontact worden gehaald wanneer deze niet gebruikt worden, terwijl de andere consument zichzelf ook energiezuinig noemt doordat hij net zonnepanelen heeft geïnstalleerd op het dak. Dit zijn nogal uiteenlopende maatregelen die ook in energiereductie nogal uiteenlopen. Wanneer we consumenten willen adviseren om zich energiezuiniger op te stellen, is het dus belangrijk om inzichtelijk te maken welk gedrag energiezuinig is en welk gedrag niet. conclusie Met Ezie is er een applicatie ontwikkeld waarmee consumenten zelf op een eenvoudige manier objectieve energieinformatie kunnen krijgen. De applicatie is bedoeld om de informatie toegankelijk te maken voor consumenten, maar ook voor adviserende partijen en partijen die wo ningen aanbieden. Ezie is nadrukkelijk ontwikkeld om een extra functionaliteit toe te voegen aan de huidige sturingselementen vanuit de overheid, niet om deze te verbeteren. n Ezie is mede ontwikkeld als onderdeel van het programma Gebieden Energie Neutraal (GEN). bronnen [1] Van Estrik, G., (2009), Baat het niet, dan gaat het niet, Hoevelaken: Bouwfonds Ontwikkeling [2] Provoost, R., & Hallebeek, H. (2013), Klantgerichte oplossingen voor duurzame woningverbetering [3] Santín, O., (2010), Actual energy consumption in dwellings, Alblasserdam: Haveka [4] Novem, (2004), EPC en energieverbruik nieuwbouwwoningen, Utrecht [5] ECN, Energie-Nederland en Netbeheer Nederland, (2012), Energietrends 2012 [6] Lente-akkoord energiezuinige nieuwbouw, (2012) [7] Vewin, (2011), Watergebruik thuis 2010, Vewin [8] Energy saving trust, (2008), Measurement of domestic hot water consumption in dwellings [9] Fraunhofer ISE, (2011), Wärmepumpen Effi zienz vraag uit het publiek: is er inzicht in de foutmarge? antwoord anika haak: Ja, wij hebben onderzocht waardoor de grootste afwijkingen ontstaan. Het gaat het vaakst mis doordat de gebruiker zelf een onjuiste invoer doet (bijvoorbeeld door een gebrek aan kennis). ook aspecten zoals het over-/onderschatten van antwoorden die betrekking hebben op het gebruikersgedrag of de werkelijke rendementen van installaties spelen een rol bij de afwijkingen van de voorspelling van het energiegebruik. Gebleken is er bij gebruikers die hun woning goed kennen 10 tot 20% onnauwkeurigheid optreedt. adverteren in bouwfysica? neem contact op met de redactie voor de scherpe tarieven. www.nvbv.org 20136503_BF03_2013.indb 17 18-10-13 09:11