Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie



Vergelijkbare documenten
Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie

Onderwijs, Sociale Zaken en Werkgelegenheidsbevordering en Integratie. Aan de leden van de commissies OSWI en WVE. 1 Inleiding

B en W. nr d.d Onderwerp Brief aan de raad over ontwikkelingen in de huisvesting Maatschappelijke opvang 2012

Begeleid Wonen. Maatschappelijke opvang en aanpak huiselijk geweld

> Retouradres Postbus EJ Den Haag. De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Dik-Faber (CU) over jong ouderschap (2017Z00272).

Adviesnota voor de raad

B&W. Advies. Noodopvang en woningen bijzondere doelgroepen. Zoetermeer steeds ondernemend. \u,/.,;/ 9P..\9\.\ Zocx C?.3-.l.l.--2:c.

Datum 26 juni 2017 Betreft Advies Overige zorg voor cliënten met ADL assistentie en een zeer zware zorgvraag

Advies en ondersteuning voor beschermd wonen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Ruimtelijke Ordening, Stadsvernieuwing en Volkshuisvesting

Raadsinformatiebrief Nr. :

Bezoekadres Kenmerk Uw brief Bijlage(n) Maatschappelijke diensttijd, kansen en uitdagingen

Onderwerp afdoening financiële motie 2.4

Aan de voorzitter van de Commissie Stedelijke Ontwikkeling en Ruimtelijke ordening

Onderwerp: Woonvisie Brielle en het onderzoek ontwikkeling woningvoorraad Brielle

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Wethouder van Volksgezondheid, Duurzaamheid, Media en Organisatie. Onderwerp Rapportage nota "Hoezo gehandicapt?!

GEZAMENLIJKE PRESTATIEAFSPRAKEN WONEN KRIMPENERWAARD

Onderwerp Openingstijden stadsdeelkantoren

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 september 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Raadsvoorstel Vaststellen 'Woonvisie Eindhoven

Gemeente Den Haag. de gemeenteraad

Provinciale Staten van Overijssel

Wethouder van Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie

Decentralisatie Jeugdzorg FoodValley: Elke jeugdige telt en doet mee. Afsprakenset Versie 23 januari 2013

Advies aan B & W. Conceptbesluit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie

CONVENANT TOT UITVOERING VAN HET BELEID INZAKE OPENBARE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

Team MOM. gfedc OR. gfedc. Besluitenlijst d.d. d.d Vertrouwelijk. gfedc gem.secr.

Uitstroom naar zelfstandig wonen: Hoe organiseer je dat?

Woonafspraken>Woonvisie>Prestatieafspraken

Rekenkamercommissie. Onderzoekprogramma vanaf 2012

Het beleidsterrein organisatie omvat het zorgdragen voor het beheer en de ontwikkeling van:

Notitie projecten impulsbudget Samenwerking

Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie

Algemeen beeld Convenantafspraken Totaal aantal verhuringen (*) (*) exclusief Housing First

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 augustus 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Woonmodules bij Kwintes

ONDERWERP DATUM BIJLAGEN. Reactie op advies nr.4 10 november 2016 Verzonden: 10 november 2016 BEHANDELD DOOR DOORKIESNUMMER ONZE REFERENTIE

Zorg voor kinderen met een intensieve zorgvraag

Aan de voorzitter van de commissie Welzijn, Duurzaamheid en Leidschenveen-Ypenburg

Raadsbijlage Voorstel inzake de Agenda voor de toekomst

Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 juli TISB/U / Lbr. 19/057. Doordecentralisatie en nieuw verdeelmodel MO, BW en BG

Nieuwsflits. Evaluatieonderzoek naar de Regeling palliatieve terminale zorg

Meeuwen, R. van. Geachte mevrouw/mijnheer,

Voorlopig voorstel inkoop Beschermd Wonen en Opvang

Wethouder van Stadsontwikkeling, Volkshuisvesting en Integratie. Onderwerp Stimulans nieuwe bouwprojecten

Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ DEN HAAG. Geachte heer Van Rijn,

Nieuwe afbakening verzorging kinderen

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

gesloten tussen de gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Krimpenerwaard, Waddinxveen en Zuidplas Bodegraven Reeuwljk mgemeente gouda

Evaluatie Housing First. Titel van de presentatie

Kenniscafé Beschermd Wonen. 6 december 2017 Hotel Haarhuis, Arnhem

KoersWijzer. Woningstichting Leusden

Stand van zaken uitvoering aanbevelingen en toezeggingen Rekenkameronderzoek informatievoorziening aan de gemeenteraad over de Wmo en Jeugdhulp

Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR. 24 februari Sport- en Cultuurbevordering. J. Teeuwen. Informatie voor de raad (voor kennisgeving)

De krachtgerichte methodiek

1. De brief aan de raad over versnelling sociale woningbouw vast te stellen.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Regiegemeente Wendbaar met de blik naar buiten. Zichtbaar met de blik naar binnen. Auteur: Daan Platje VeranderVisie Datum: maart 2011 Pagina 1 van 7

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 augustus 2016 Beantwoording Kamervragen 2016Z12883

Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley

Aan de raad AGENDAPUNT 4. Doetinchem, 30 mei 2007 ALDUS VASTGESTELD 7 JUNI Dynamische woningmarktscan

MEER MENSEN MET EEN PSYCHISCHE KWETSBAARHEID AAN HET WERK. Samenwerking W&I en GGZ

Uniformeren Verblijf Jeugdhulpregio FoodValley. Memo Bijlage 3

Ruimtelijke Ordening, Stadsvernieuwing en Volkshuisvesting

Prestatieafspraken. Gemeente Assen Woonzorg Nederland Bewonerscommissies Ankerhof, Peelerhof en Binnenveste

Het zou het beste zijn als maatschappelijke steunsystemen georganiseerd werden door de gemeente.

Gemeente Almere. Voorstel aan Burgemeester en Wethouders Besluit. Aanwijzingsbesluit uitstallingen, reclameborden, speeltoestellen en overige objecten

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

INTENTIEOVEREENKOMST CENTRUMPLAN MARUM

2. Visie; waar gaan we voor, wat willen we bereiken en langs welke weg?

Gemeente Haarlem. Retouradres; Stadhuis, Postbus PB Haarlem. Aan de leden van de commissie Samenleving

AWBZ en tandheelkundige hulp

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Beleidskader RMC Regio 37 Zuidoost-Brabant Januari 2017

Het Schakelpunt Landelijke Werkgevers: Veelgestelde vragen

# Hervorming Langdurige Zorg

Meer woonkansen voor ouderen

IVO onderzoek: Zorg voor zwerfjongeren met ernstige problematiek in Rotterdam. Van onderzoek naar praktijk

Het is noodzakelijk om dit proces zorgvuldig te doorlopen en de rapportages en het voorstel voor het alternatief zorgvuldig te beoordelen.

Prestatieafspraken. Gemeente Assen Omnia Wonen Stichting Huurdersorganisatie Omnia Wonen

1. Onderwerp Uitvoeringsafspraken contingentregeling bijzondere doelgroepen 2. Rol van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland

Kari Ka n La n mbooi La j j Hollenberg 26 september 2011

Ik sta er niet meer alleen voor!

Mentrum SAMEN WERKEN AAN HERSTEL EN EEN WAARDEVOL LEVEN. Onderdeel van Arkin

3. Op 26 juni 2007 diende verzoekster een klacht in omdat zij tot op dat moment het verschuldigde bedrag nog niet had ontvangen.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Tussenbalans en richten van het vervolgproces

Ouder worden in Maassluis

Transcriptie:

Gemeente Den Haag Bestuursdienst Commissie Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Uw brief van Aan de leden van de commissies voor welzijn, volksgezondheid en emancipatie en voor ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing en volkshuisvesting. Onderwerp Ontwikkelingen begeleid wonen Maatschappelijk Herstel Uw kenmerk OCW/2000.16213 Doorkiesnummer (070) 353 5580 Aantal bijlagen Datum 14 november 2000 Hierbij wil ik u, mede namens mijn ambtgenoot van ROSV, op de hoogte stellen van de ontwikkelin-gen rond begeleid wonen voor de doelgroepen van maatschappelijk Herstel sinds het Stedelijk Debat hierover op 25 mei 2000. Eerst wil ik echter kort teruggrijpen op de ontwikkeling van het ZorgDak-contract en kom dan tot de stand van zaken op dit moment. 1. Inleiding. Een belangrijke component van het project Maatschappelijk Herstel is van meet af aan (naast werken en welzijn) het wonen geweest. Diverse vormen van begeleid wonen zijn inmiddels ontwikkeld. Om in een bredere context voor alle doelgroepen van Maatschappelijk Herstel een vorm van begeleid wonen te bieden is vanaf 1 november 1996 het experiment Zorgdak-contract van start gegaan. In mei 1999 is het evaluatierapport van het experiment verschenen. Tevens heeft het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) in opdracht van de Federatie van Haagse Woningcorporaties en de gemeente Den Haag een kort onderzoek gedaan naar de woningmarkt voor de doelgroepen van Maatschappelijk Herstel. Dit onderzoek is in december 1999 afgerond. De evaluatie en het onderzoek van het NIZW hebben duidelijk gemaakt, dat het Zorgdak-contract een te knellende en ook een te beperkte structuur vormt om aan de gedifferentieerde vraag naar begeleid wonen te kunnen voldoen. In het Stedelijk Debat over Wonen en Zorg dat op 25 mei 2000 werd georganiseerd om met alle betrokken partijen van gedachten te wisselen over de ervaringen met het Zorgdak-contract en toekomstige structuren voor begeleid wonen werd gepleit voor een model waarbij vraag en aanbod beter op elkaar zijn afgestemd. Verhuurders en zorginstellingen zouden directe (één op één) contracten moeten sluiten, waarin financiële en zorginhoudelijke aspecten van begeleid wonen helder en eenduidig worden vastgelegd. De vraag van de cliënt zou bepalend moeten zijn voor de inhoud van deze contracten. Het debat werd afgesloten met de ondertekening van de Intentieverklaring begeleid wonen voor doelgroepen van maatschappelijk herstel, waarin woningverhuurders, zorginstellingen en financiers inspanningsverplichtingen zijn aangegaan over de toekomstige structuur voor het begeleid wonen. Bij het debat, waaraan zowel de portefeuillehouder ROSV alsook ondergetekende heeft deelgenomen, werd afgesproken, dat van gemeentezijde het initiatief zou worden genomen tot instelling van een stedelijke regiegroep/coördinatiegroep, die zou gaan adviseren over de uitwerking van diverse aspecten van het toekomstig model begeleid wonen. Inlichtingen bij: J. Schenkel en E.L. Huberts Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Telefoon 070-353 4055/5580 Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax 070-353 2210

2 Kortheidshalve wordt voor uitgebreide informatie verwezen naar het verslag van het Stedelijk Debat van 25 mei 2000 en de toen getekende intentieverklaring (bij brief van 14 juni 2000 aan uw commissies toegestuurd). In deze brief geef ik vervolg aan de uitkomsten van het stedelijk debat en schets ik een beleidskader op hoofdlijnen voor de toekomstige structuur van begeleid wonen. Verder geef ik aan de hand van de conclusies uit het debat een aanzet voor de inzet van woningverhuurders, zorginstellingen en financiers. Tot slot doe ik voorstellen om goede randvoorwaarden te creëren voor de toekomstige structuur van begeleid wonen. 2. Begeleid wonen in het spectrum van de hulpverlening en de volkshuisvesting. Inhoud en doelstelling begeleid wonen. Belangrijkste gemeentelijke doelstellingen bij de hulpverlening zijn maatschappelijke integratie van de cliënten en participatie, het weer deelnemen aan de samenleving. Hoe kunnen mensen weer zo snel en zo goed mogelijk "op de rails" komen. Begeleid wonen is daarbij een heel belangrijk hulpmiddel. Als instrument helpt begeleid wonen bij de doorstroom en uitstroom van de hulpverlening, andere belangrijke -aan maatschappelijk herstel gekoppelde- doelstellingen van het gemeentelijk beleid. Essentieel is dat binnen de hulpverlening het juiste moment van stimuleren tot meer zelfstandigheid en het juiste moment van 'loslaten' moet worden bepaald en de mate van begeleiding die (nog) nodig is. Deze momenten moeten een cruciale plek hebben in het begeleidingsplan van de cliënt. Hierbij passen: casemanagement, trajectbegeleiding en indicatiestelling en ook, van een andere orde weliswaar: welke zingeving kan de cliënt krijgen, structurering etc. Begeleid wonen moet derhalve gezien worden in de trits van preventie, opvang, doorstroom en uitstroom van voorzieningen. Inzet van de functie begeleid wonen is mogelijk zowel in de preventie (voorkomen dat men in de hulpverlening en opvang terecht komt), alsook bij de doorstroom en uitstroom (eerst intensieve begeleiding vanuit de voorziening; eventueel dichtbij de voorziening; later steeds lichtere begeleiding en steeds meer zelfstandigheid). Daarbij moet men zich realiseren dat het uiteindelijk doel van zelfstandig wonen niet voor een ieder haalbaar is. Trajecten vereisen derhalve altijd maatwerk. In het perspectief van deze beschouwing is de vraag aan de zorginstellingen hoe men (inhoudelijk en kwantitatief) zicht kan geven op dit proces van doorstroom en uitstroom en de functie van begeleid wonen daarbij. Indicatiestelling, één loket functie en de inzet van casemanagement kunnen hiervoor belangrijke voorwaarden zijn. De vormgeving van deze functies in overleg met partijen is afhankelijk van de uitkomsten van het behoefte-onderzoek. In de volgende paragraaf ga ik hierop nader in. De andere kant van de woon-zorg-relatie is die van het wonen. De doelgroepen van maatschappelijk herstel hebben recht op huisvesting. Huisvesting is een belangrijke schakel voor het normaliseren van hun leven. Woningverhuurders kunnen een beroep doen op hulpverleningsinstellingen om het wonen zo goed mogelijk te laten verlopen, huurderving te voorkomen etc. M.a.w. men kan door de inzet van de hulpverlening probleemsituaties voorkomen dan wel in ieder geval zo goed mogelijk aanpakken. Inbreng van de woningverhuurders moet zijn gericht op een groot, divers woningaanbod; van kleine individuele woningen tot grotere groepswoningen (samen waar het (nog wel) moet, individueel waar het kan), in allerlei stadsdelen. In een traject van begeleid wonen past, dat men na de (succesvolle) periode van begeleid wonen of moet kunnen blijven wonen in dezelfde woning na periode van begeleiding of het aanbod van permanente huisvesting elders krijgt. In het perspectief van deze beschouwing is de vraag aan de woningverhuurders hoe men zicht kan geven op het aanbod aan woningen voor begeleid wonen en de match tussen vraag en aanbod.

3 Conclusies uit het Stedelijk Debat. Afstemming van vraag en aanbod. Tijdens het Stedelijk Debat Wonen en Zorg voor de doelgroepen van maatschappelijk herstel werd als groot knelpunt in dit perspectief geconstateerd, dat de vraag en het aanbod in geval van begeleid wonen niet vanzelf bij elkaar komen. De werking van de markt en het streven naar één op één contracten levert niet vanzelf de goede afstemming van vraag en aanbod op. Vanuit het NIZW is aangeraden om te komen tot een onafhankelijk centraal bureau begeleid wonen, verantwoordelijk voor informatievoorziening, doorverwijzing, woningbemiddeling en bemiddeling naar begeleiding. Die woningverhuurders die inmiddels directe overeenkomsten zijn aangegaan met hulpverleningsinstellingen zeggen weinig behoefte te hebben aan een dergelijk onafhankelijk bureau. Op het eerste gezicht lijkt een dergelijk bureau met name zijn waarde te hebben voor mensen uit de doelgroepen die (nog) geen vaste relatie hebben met een hulpverleningsinstelling en voor de kleinere zorginstellingen (met name de reclassering). De informatievoorzieningsfunctie van een dergelijk bureau kan ook zeer waardevol zijn om de ontwikkeling van begeleid wonen goed te kunnen blijven volgen. Zeker ook voor de gemeente die in het model van één op één contracten geen contractpartij meer is. De vraag blijft of er voor deze functies een nieuw instituut moet worden opgericht of dat op andere wijze -met gebruikmaking van de bestaande voorzieningen- inzicht kan worden verkregen in de vraagzijde en gemonitord kan worden hoe partijen invulling geven aan begeleid wonen c.q. of vraag en aanbod goed worden gematched. Voor de gemeente is essentieel, dat er een sluitend systeem komt. Het voorstel is om eerst via een gedegen behoefte-onderzoek inzicht te krijgen in de vraagzijde, waarbij inzicht ontstaat hoe het 'nieuwe model' van één op één contracten tussen zorginstellingen en woningverhuurders gaat werken. Op basis van de resultaten van dit onderzoek kan vervolgens in overleg met de inmiddels ingestelde Stedelijke Regiegroep/Coördinatiegroep worden bezien hoe aan eerdergenoemde functies het beste invulling kan worden gegeven en of daarvoor een centraal bureau nodig is. De coördinatiegroep heeft tijdens de eerste bijeenkomst op 17 oktober jl. geadviseerd om bij het onderzoek gebruik te maken van bestaand onderzoeksmateriaal. De RIBW heeft bijv. een bewoners enquête gedaan. Parnassia beschikt ook over informatie inzake cliëntwensen. Het onderzoek van het Trimbos Instituut naar de dak- en thuislozen in Den Haag kan relevante informatie opleveren. Dit wordt meegenomen in de definitieve onderzoeksopzet van het NIZW. Ordening van het beschikbare en wenselijke aanbod. Het verleidelijke van het voorstel van het NIZW tot instelling van een onafhankelijk centraal bureau is, dat de vraagzijde beter in beeld gebracht kan worden. Als eerder opgemerkt is het wenselijk om eerst een behoefte-onderzoek te laten verrichten om de vraagzijde goed in beeld te krijgen. Met de resultaten van dit onderzoek moet bezien worden of tot een ordening in typen begeleid wonen (variërend van intensieve vormen van begeleiding tot zeer lichte vormen van begeleiding) gekomen kan worden. In overleg met de zorginstellingen en woningverhuurders moeten deze typen van begeleid wonen met behulp van de resultaten van het behoefte-onderzoek nader worden ingevuld (zijn dit de juiste typen en begrippen; zijn ze hanteerbaar) en vervolgens gedefinieerd. Vervolgens kunnen dan per hoofdtype (met eventueel nadere, meer specifieke onderverdeling) cliënt-profielen en de te verwachten vraag worden bepaald. Een bijkomend voordeel van deze gesystematiseerde onderverdeling van begeleid wonen is, dat helder en duidelijker per type woonbegeleiding kan worden vastgelegd welke inzet van de woningverhuurder noodzakelijk is en welke inzet van de zorginstelling. Bij dit proces is een duidelijke parallel te trekken met de woon-zorg-discussie binnen de ouderenzorg. Begrippen als vermaatschappelijking, ambulantisering en substitutie (residentiële/binnenmuurse opvang omzetten in ambulante begeleiding) zijn ook van toepassing in dit werkveld. Directe overeenkomsten, zakelijke verhoudingen, verhoging effectiviteit.

4 In de getekende intentieverklaring zijn ook reeds de elementen van directe overeenkomsten opgenomen die moeten leiden tot meer zakelijke relaties en verhoging van de effectiviteit. Het gaat hierbij o.a. om een meer gelijkwaardige verdeling van financiële risico's, garanties voor de te leveren begeleiding, de huismeestersfunctie, de huurstelling. De intentieverklaring heeft o.a. tot doel, dat verhuurders en zorginstellingen (één op één) tot heldere, op een specifieke categorie cliënten toegesneden afspraken komen. Om tot vergelijkbare afspraken tussen partijen te komen is het zinvol om tot een set van basisbepalingen te komen in de vorm van een modelovereenkomst. Wij zullen dit aan de orde stellen in de in te stellen coördinatiegroep. Vanzelfsprekend kan van gemeentezijde ondersteuning worden verleend bij het opstellen van een modelovereenkomst. 3. Randvoorwaarden, regie en monitoring. De ontwikkeling van een meer marktconform model voor begeleid wonen leidt in principe tot een rol op afstand voor de gemeente. De gemeente rekent het echter tot haar verantwoordelijkheid dat er een sluitend systeem van begeleid wonen voor de doelgroepen van maatschappelijk herstel ontstaat. Tijdens het stedelijk debat hebben portefeuillehouder ROSV en ondergetekende verklaard dat de gemeente een regiefunctie voor zichzelf ziet in dit ontwikkelingsproces. De rol van de gemeente in dit proces kan het beste in de volgende termen worden gezien: het scheppen van randvoorwaarden, het waar nodig initiëren dan wel ondersteunen, een toeziend oog houden om indien nodig te kunnen ingrijpen. Deze rol veronderstelt, dat voldoende informatie over het proces beschikbaar komt. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld de totstandkoming van contracten, wat en hoe groot is de vraag, beschikbaar aanbod van woningen en begeleiding. In dit perspectief wil de gemeente de volgende acties ondernemen. a. De gemeente heeft het initiatief genomen tot de oprichting van een Stedelijke Coördinatiegroep Begeleid Wonen (waarin vertegenwoordigd: woningverhuurders, zorginstellingen en gemeente) en levert (secretariële) ondersteuning voor deze coördinatiegroep. De eerste bijeenkomst heeft inmiddels op 17 oktober jl. plaatsgehad. De eerstvolgende bijeenkomst zal ik aan de orde stellen, dat ook de vraagzijde in de coördinatiegroep is vertegenwoordigd. De stedelijke coördinatiegroep krijgt een coördinerende en stimulerende functie tussen partijen, maar krijgt ook tot taak om de gemeente te informeren over ontwikkelingen. De exacte taakstelling en verantwoordelijkheid worden in overleg met partijen vastgesteld. b. De gemeente zal samen met de corporaties (en in overleg met de Stedelijke Coördinatiegroep) oplossingen vinden voor knelpunten in het wooruimteverdelingssysteem die een vlotte uitstroom belemmeren. c. Om tot een sluitend systeem van begeleid wonen te kunnen komen is het essentieel dat er actuele informatie beschikbaar is over aantal cliënten, mate van begeleiding, aard van de begeleidingsplannen, aantal woningen, aard van de woningen, de hoogte van de huren, in welk stadsdeel gelegen, resultaten, inzet van huismeesters, aard en inhoud van contracten en typen van begeleid wonen e.d. Er mogen geen cliënten buiten de boot vallen, maar ook kleinere zorginstellingen moeten contracten met verhuurders kunnen afsluiten. Dit actiepunt hangt nauw samen met het onder 2 genoemde punt "Afstemming van vraag en aanbod". Het voorstel is om een behoefte-onderzoek op te zetten en op basis van de resultaten van dit onderzoek i.o.m. de coördinatiegroep bezien hoe het beste invulling kan worden gegeven aan deze informatiebehoefte. d. De gemeente is bereid om i.o.m. de Stedelijke Coördinatiegroep Begeleid Wonen Maatschappelijk Herstel, vernieuwende projecten op het terrein van begeleid wonen voor te dragen voor subsidiëring via de Tijdelijke Woonzorgstimuleringsregeling van het ministerie van VROM..

5 e. In de coördinatiegroep zullen op basis van het behoefte-onderzoek afspraken worden gemaakt over de inzet van zorginstellingen en woningverhuurders. Graag verneem ik de mening van uw commissie over de geschetste uitwerking van begeleid wonen voor de doelgroepen van Maatschappelijk Herstel als vervolg op het ZorgDak-contract. Mede namens de voorzitter van de commissie ROSV, de voorzitter van de commissie WVE, Jetta Klijnsma