Sociaal isolement. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1



Vergelijkbare documenten
Sociaal isolement. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Ineffectieve coping. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Veranderd seksueel functioneren

Ineffectieve coping. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Verstoord lichaamsbeeld

Veranderd seksueel functioneren

Machteloosheid. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Gevaar infectie. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Machteloosheid. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Gevaar bloeding. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan

Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter)

PALLIATIEVE ZORG. Take Home Toets

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige

De Lastmeter. Hoeveel last heeft u van problemen, klachten en zorgen? Oncologie

Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter)

Psychosociale aspecten bij longkankerpatiënten. Christine De Coninck Palliatief Support Team UZ Gent 1 december 2007

Maligne pleura exsudaat

Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION

Methodisch handelen & Klinisch redeneren

Relatie en Intimiteit. Ivonne van Deursen-Oomen AnneMarie Kuijs

Kanker is niet voor watjes

Algemeen Lastmeter Signaleren van problemen bij mensen met een kwaadaardige ziekte

Informatie over de lastmeter

Herstel en Balans. Kanker zet je leven op zijn kop. De rol van de psycholoog. Maria Poppe GZ-psycholoog De Vruchtenburg maart 2010

Klinisch redeneren Take-home toets

Inventarisatielijst oorzaken eenzaamheid

en de rol van palliatieve zorg

Helen Dowling Instituut psychologische zorg bij kanker. Landelijke Contactdag Nier- en blaaskanker Amersfoort 5 april 2014

Psychologie Inovum. Informatie en productenboek voor cliënten, hun naasten en medewerkers

Take-home toets klinisch redeneren 2

Lastmeter Radboud universitair medisch centrum

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Palliatieve zorg. Onderdeel: Palliatieve verpleegkunde. Naam: Sanne Terpstra Studentennummer: Klas: 2B2

Psychosociale problemen bij kanker

Psychosociale begeleiding

Rouw en Verdriet bij Ouderen. Marie-Christine Adriaensen CGG Brussel - Elder

Kanker en Werk Begeleiding en Re-integratie Stap.nu in mogelijkheden

Handycard Zorgmonitor 1 SDQ en KIDSCREEN-27

Samen op weg: De rol van psychologische ondersteuning bij kanker. Christel Knops & Ciska De Smedt

Kanker en Seksualiteit?

Energieverdeling & coaching

Plannen van zorg Niveau 4

Omgaan met faalangst en weerstanden! Trainer: Gijs Visser

Omgaan met weerstanden Gedreven mensen bevlogen scholen. 28 april 2017 Lieve Peeters

Inleiding Het gebruik De voordelen Hulpaanbod Waar vind u de Lastmeter? De Lastmeter 4

Lezing, 10 december Relatie tussen sociaal isolement en psychiatrische ziekte

Angst Stemming Psychose Persoonlijkheid Gebruik middelen Rest

Waar kunt u heen als u kanker hebt?

Ondersteunende zorg voor mensen met kanker

Alle gelukkige families lijken op elkaar, elke ongelukkige familie is ongelukkig op zijn eigen wijze. Tolstoj Anna Karenina

Signaleren van problemen bij mensen met kanker Patiëntenvoorlichting

Communicatie, intimiteit en seksualiteit bij mensen met een nieraandoening. Niervereniging zaterdag 16 januari 2016

Oncologie. Lastmeter

Mentaliseren Bevorderende Therapie (MBT) voor cliënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis

Voedingstekort. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Palliatieve Zorg. Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra. Verpleegkundigen Palliatieve Zorg

Van het kind en het badwater Over ziekte en seksualiteit. Peter Leusink, huisarts, seksuoloog

Vermoeidheid bij MPD

Intimiteit en seks bij borstkanker

Kwaliteit van leven bij hartfalen: over leven of overleven. Eva Troe, MANP Verpleegkundig Specialist Catharina ziekenhuis

Ineffectieve ademhaling

Definitie levenskwaliteit Diverse definities! Epilepsie en levenskwaliteit Mevr L. Coudenys, provinciaal medewerker West-Vlaanderen

Inclusiecriteria/ indicatie

Marie-Rose Morel 26 augustus februari Christian Morel jr 5 januari juni 2013

Verpleegkundige diagnoses in de hemato-oncologie

Multimorbiditeit & Klinisch redeneren. Karin Timm Hester Vermeulen

Nee Ja, hoeveel? Klik hier als u tekst wilt invoeren. Klik hier als u een datum wilt invoeren. Klik hier als u tekst wilt invoeren.

Depressieve klachten bij verpleeghuiscliënten

WAT PLAN JE ZOAL IN JE LEVEN?

Charlotte Penders, Verpleegkundig Specialist Marc Kamps, Medisch Maatschappelijk Werker 17 december 2014

Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen?

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

Ineffectieve ademhaling

Take-home toets: Palliatieve verpleegkunde

Oncologie. Psychosociale begeleiding in het Oncologie Centrum

Resultaten van het onderzoek naar de. kwaliteit van leven. van de partner van een persoon met NAH

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot dialyse verpleegkundige

Verpleegkundig proces en klinisch redeneren

Vermoeidheid na kanker. Anneke van Wijk, GZ psycholoog Helen Dowling Instituut Utrecht

Chemotherapie. De gespecialiseerd verpleegkundige

Stress, spanningen, en psychosociale problematiek na confrontatie met een hart- of longaandoening

Psychosociale hulp voor patiënten met kanker

Verlies, verdriet en rouw

Verklarende woordenlijst

Recent onderzoek in Vlaanderen en Nederland: wat zijn de noden van (ex-)kankerpatiënten en hun naasten na de behandeling?

Tijd voor de dood. Stilstaan bij en tijd nemen voor de dood Oprecht en stap voor stap afscheid nemen. Beleidsnotitie Palliatieve Zorg

Universitair Medisch Centrum Groningen

Clientprofielen maatwerkvoorzieningen Kempengemeenten Reusel-De Mierden, Bergeijk, Bladel en Eersel 19 mei 2014

Depressie bij ouderen

Multidisciplinair Aspecifiek Rugpijn Spreekuur (MARS) Zuyderland Revalidatie

Vochttekort. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Seksualiteit. De zoektocht naar intimiteit na diagnose. Vanessa Gryspeerdt 11 februari 2017

Urologie Lastmeter Inleiding Hulpverleningsmogelijkheden

Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold

Van loslaten naar VERBINDEN: Hoe we mensen in rouw kunnen uitnodigen om verhalen te vertellen over wat hen dierbaar is.

Het verlies van een dierbare

INSCHATTING VAN RELATIECONFLICTEN 1

Galblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Minicursus Verbindend Communiceren. Geschreven door: Jan van Koert

Transcriptie:

Sociaal isolement Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd: 19-12-2006 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Vereniging van Oncologie Verpleegkundigen (VvOV)

Inhoudsopgave Algemeen...1 Inleiding...1 Aard van het patroon...1 Achterliggende mechanismen...2 Diagnostische doelgroep...2 Diagnose...3 Prognose en beoogde resultaten...5 Interventies...6 Evaluatie...7 Standaard verpleegplan...8 Referenties...9 Disclaimer...11 i

Algemeen De richtlijn is geschreven in 2001. De taakgroep vak en vakgebied van de V&VN Oncologie heeft in 2006 deze richtlijn beoordeeld en voldoende bevonden. De richtlijnen verpleegkundige zorg worden in een multidisciplinair traject herzien, ook deze richtlijn zal op termijn vervangen worden door een multidisciplinaire versie. Inleiding Mensen vervullen diverse rollen in hun leven, die van kind, partner, ouder, werknemer, vriend. Vaak zijn dit rollen die naast elkaar bestaan. Een rol is een specifieke norm, waaraan bepaalde verwachtingen ten aanzien van gedrag zijn verbonden (de Jager & Mok 1991). Een rol is relatief stabiel, ook al wordt eenzelfde rol door veel personen vervult. Echter de omstandigheden waaronder de rol vervuld wordt en de sociale context bepalen de specifieke rol. 5 Rollen zijn een integraal onderdeel van ons leven en worden pas afzonderlijk bekeken wanneer zich problemen voordoen in bijvoorbeeld relaties tussen mensen. Relaties tussen mensen zijn belangrijk voor ons geestelijk en lichamelijk welzijn. 16 Belangrijke problemen in het patroon Rollen en relaties hebben te maken met verlies, verandering en bedreiging van rollen of relaties. 7 Een tekort aan relaties, verlies van geliefde anderen, chronische eenzaamheid kunnen leiden tot slecht functioneren. 16 Buiten de gezins- en familierelaties zijn de relaties op het werk of de school van groot belang. In hoeverre ervaart de patiënt werkstress, heeft de patiënt mogelijkheden zichzelf te ontplooien op het werk en geeft het werk voldoening zijn aspecten die zicht geven op hoe hij/zij de werksituatie ervaart. 7 De diagnosen in het patroon Rollen en relaties zijn in vier categorieën in te delen. De eerste categorie betreft disfuncties die alle vormen van interactie kunnen bedreigen. Bij een verstoorde verbale communicatie "is sprake van een verminderd of afwezig vermogen om taal in menselijke omgang te gebruiken". 7 Het kan betekenen dat de patiënt niet kan praten, een spraakstoornis heeft of een andere taal spreekt. Een tweede categorie diagnoses heeft betrekking op het verlies of op beëindiging van relaties of op verminderde interacties. Voorbeelden zijn anticiperende rouw, sociale afwijzing en sociaal isolement. 7 Sociaal isolement heeft betrekking op een situatie waarin een persoon ongemak, disfunctioneren en/of lijden ervaart door lichamelijke verwijdering of emotionele afstand tot anderen. Er zijn personen die zichzelf bewust of onbewust isoleren, bijvoorbeeld tijdens een periode van introspectie waarbij de patiënt zoekt naar 1) acceptatie van de realiteit van kanker en 2) herzien van prioriteiten en waarden. Echter, het kan ook ontstaan door factoren buiten de persoon zelf om, zoals fysieke barrières, geografische afstand, gedragsmatige of verbale barrières tussen mensen. De mate waarin sprake is van een sociaal isolement kan variëren van een bepaalde onzekerheid of bedreiging in een relatie tussen mensen tot het werkelijk fysiek of emotioneel alleen laten van een persoon door anderen of zelfs door een heel systeem. Een sociaal isolement kan optreden op diverse gebieden binnen de relationele familiebetrekkingen, het sociale circuit, de woonomgeving, de school, het werk of het gezondheidszorgsysteem. Gevoelens met betrekking tot een sociaal isolement zijn dus zeer divers met als negatieve uitersten intense eenzaamheid en paniek. Als derde categorie betreft diagnosen die betrekking hebben op disfunctionele primaire relaties. Gewijzigde gezinsprocessen en ouderrolconflict zijn voorbeelden van deze categorie. De vierde categorie diagnosen in het patroon Rollen en relaties zijn diagnosen gericht op de mantelzorger. De verzorging van een ernstig zieke partner doet een zwaar beroep op de mantelzorger en kan tot stress leiden. De diagnose Overbelasting van mantelzorgverlener kan dan van toepassing zijn. Aard van het patroon In het patroon Rollen en relaties staan de belangrijkste rollen en verantwoordelijkheden van de patiënt in zijn familie-, gezins-, werk- en sociale relaties centraal. Het gaat tevens om de subjectieve beleving van die 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 1

Richtlijn: Sociaal isolement (1.1) rollen en relaties en de mate van tevredenheid hiermee. Eventuele verstorende invloeden op het patroon moeten in kaart worden gebracht. 7 De aandacht gaat uit naar de diverse rollen die de patiënt heeft in zijn/haar gezin, familie, op het werk of de school en in andere sociale situaties. De volgende aspecten kunnen in een anamnese aan de orde komen: 7 a. hoe is leefsituatie van de patiënt: alleen, familie, gezin, gezins- en familiestructuur? b. gezins- of familieproblemen? c. hoe praat de patiënt over gezins- of familieleden? d. is de patiënt afhankelijk van anderen of zijn anderen afhankelijk van hem/haar? e. hoe staan gezins- of familieleden tegenover de ziekte van de patiënt? f. problemen met kinderen? g. heeft u goede vrienden? Bent u aangesloten bij verenigingen, clubs etc. h. voelt u zich wel eens eenzaam? i. hoe gaat het op het werk/school? j. observatie van interacties met familie, gezin en/of anderen. Achterliggende mechanismen Kanker en de behandeling van kanker zijn direct van invloed op de rollen en relaties van de patiënt en diens directe omgeving. Ziek zijn betekent enerzijds het moeten aanleren van een nieuwe rol (de rol van zieke), maar beïnvloedt gelijktijdig de bestaande rollen van bijvoorbeeld partner, ouder en werknemer. Door de diagnose kanker krijgt de patiënt een specifieke plaats in de maatschappij. Daarnaast veranderen de rollen van significante anderen, zoals die van de partner en van de kinderen. De onderlinge relaties kunnen hierdoor onder druk komen te staan. Kennis of gebrek aan kennis kunnen deze veranderingen beïnvloeden, bijvoorbeeld een vooroordeel als 'heb je kanker, dan ga je dood'. Angst voor de dood of angst voor het verlies van een dierbare kunnen reacties van ontkenning en verwijdering (letterlijk afstand nemen van) tot gevolg hebben. Daarnaast kunnen chirurgische behandelingen of chemo- en radiotherapie verminkingen en functiebeperkingen veroorzaken. Bepaalde rollen kunnen daardoor niet meer of alleen met de nodige aanpassingen vervuld worden. De waarde die aan de diverse rollen en relaties gehecht wordt bepaalt de impact van de veranderingen. 1 Diagnostische doelgroep Aangezien rollen en relaties altijd een tweezijdig karakter kennen zijn zowel de patiënt als zijn/haar partner, gezin, familie of werkrelaties te zien als doelgroepen. 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 2

Diagnose Een sociaal isolement kan worden gedefinieerd als een gevoel van actuele of potentiële eenzaamheid die het individu waarneemt als opgelegd door anderen (van buitenaf). Het wordt ervaren als een negatieve of bedreigende toestand. 13 Carpenito 4 omschrijft het als een situatie waarin een individu of groep behoefte ervaart aan meer betrokkenheid bij anderen, maar niet in staat is dat contact te maken. Uit beide omschrijvingen blijkt dat sociaal isolement subjectief is. De verpleegkundige kan van mening zijn dat er sprake is van een sociaal isolement, maar tot het moment dat het individu dit onderkent kan de diagnose niet vastgesteld worden. Kenmerken Kritische kenmerken: - uiten van gevoelens van eenzaamheid of afwijzing als van buitenaf aan hem/haar opgelegd - uiten van de wens om meer contact te hebben met anderen - aangeven van tekort aan zinvolle/betekenisvolle relaties. Mogelijke kenmerken: - schaamte - verdrietig of saaie indruk maken - vijandig gedrag, vijandige toon - uitingen van ervaren tekortkomingen bij zichzelf (negatieve uitlatingen over zichzelf in relatie tot anderen) - geen doel ervaren in het leven - afwezigheid van ondersteunende belangrijke anderen (vrienden, familie, sociale groep) - teruggetrokken gedrag en niet in staat zijn of weigeren te communiceren met anderen - volledig in beslag genomen worden door eigen gedachten en herinneringen - ontbreken van oogcontact - uiten van gevoelens van eenzaamheid en afwijzing opgelegd door anderen - benoemen van het gevoel van 'anders zijn' en niet in staat zijn om aan verwachtingen van anderen te voldoen - benoemen van het langzaam verstrijken van de tijd - onvermogen om zich te kunnen concentreren en besluiten te nemen - benoemen van gevoelens van nutteloosheid - niet in staat zijn om contact te maken met anderen - komen tot onvoldoende activiteit (psychisch en lichamelijk) - herhaalde zinloze acties - veranderde eetgewoonten. Gerelateerde factoren - verandering in uiterlijk: zoals kaalheid, amputaties, stomata, onaantrekkelijke geur, vermagering, ulcera, zichtbare huidkankers (Karposi-sarcoom), etc. of lichamelijk functieverlies - verstoord lichaamsbeeld - verslechtering van de conditie: moeheid, kortademigheid, verminderde mobiliteit, inactiviteit, discomfort - medische behandeling (chirurgie, chemotherapie, radiotherapie, beenmergtransplantatie, immunotherapie) - verlies of afwezigheid van belangrijke personen - de wetenschap dat men kanker heeft - veranderde denkprocessen (tgv. bijvoorbeeld hersenmetastasen) - onacceptabel sociaal gedrag (tgv. bijvoorbeeld hersenmetastasen) - gestoorde communicatie - psychische toestand (angst, stress, depressiviteit) - geografische barrières (afstand tot behandelingsinstituut), institutionele restricties - verlies van bekende omgeving. Anamnese Afhankelijk van de situatie kunnen over de volgende aspecten gegevens worden verzameld door het bevragen of observeren van de patiënt en/of naaste, door het consulteren van andere disciplines of door het raadplegen van het (medisch) dossier: - moment van ontstaan - invloeden (situaties) die gevoel sociaal isolement versterken/verminderen - sociale contacten/relaties: in het verleden, huidige, kwantiteit en kwaliteit, ervaren steun 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 3

Richtlijn: Sociaal isolement (1.1) - eigen acties en effectiviteit daarvan - verwante klachten: pijn, lichamelijk ongemak, depressie, angst - sociale bezigheden, hobby's, interesses en andere activiteiten - omgevingsfactoren (huisvesting, werksituatie) - gemoedstoestand, psychologisch profiel - medicatie: dosis, frequentie, toedieningsinterval, toedieningswijze, duur gebruik, effectiviteit, bijwerkingen, in geval van staken de reden - huidige gezondheidstoestand en behandeling - uiterlijke verzorging, lichaamshouding, gezichtsuitdrukking, wijze van communiceren, toon van spreken, interresse, denkvermogen - fysieke gegevens: recente onbedoelde veranderingen van bijvoorbeeld gewicht, uiterlijke verschijningsvorm. 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 4

Prognose en beoogde resultaten De beoogde resultaten zullen liggen in het gebied van oplossen van het probleem. Bij het vaststellen van de beoogde resultaten dient rekening te worden gehouden met: - fysieke en emotionele gesteldheid - mogelijkheid van communicatie - beschikbare hulp van familie en of naasten. Mogelijke beoogde resultaten zijn: - de patient en zijn familie en/of naasten kunnen factoren, gevolgen/complicaties en kenmerken van een sociaal isolement benoemen - de patiënt onderhoudt bevredigende sociale relaties en geeft aan dit als bevredigend te ervaren - de patiënt en zijn familie en/of naasten passen maatregelen toe om contacten te bevorderen - de patiënt en zijn familie en/of naasten signaleren en melden kenmerken van sociaal isolement - de patiënt maakt gebruik van de juiste personen en maatregelen ter verbetering van sociale interacties. 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 5

Interventies Bevordering van de socialisatie Bevorderen van het vermogen van de patiënt om met anderen om te gaan. 12 Mogelijke activiteiten - moedig een grotere betrokkenheid bij bestaande relaties aan - moedig de patiënt aan relaties te ontwikkelen - moedig de patiënt aan met anderen te praten over gemeenschappelijke problemen - confronteer de patiënt met eventuele misvattingen en verkeerde oordelen - verlang en verwacht van de patiënt dat hij verbaal communiceert - geef positieve feedback als de patiënt contact zoekt met anderen - moedig de patiënt aan een andere omgeving te zoeken - moedig de patiënt aan toekomstige activiteiten te plannen - moedig de patiënt in het ondernemen van activiteiten, zoals naar de film gaan, wandelen, etc. - help de patiënt in het verwerven van inzicht in mogelijkheden en beperkingen ten aanzien van zijn communicatie met anderen - verwijs naar een zelfhulpgroep indien van toepassing - leg bezorgde naastbetrokkenen uit hoe men de patiënt het beste kan ondersteunen. Ratio: De patiënt dient voortdurend gestimuleerd te worden in het aangaan van sociale relaties. Bevordering van de eigenwaarde De patiënt helpen zijn zelfbeeld te verbeteren. 12 Mogelijke activiteiten: - beoordeel uitspraken van de patiënt over zijn eigenwaarde - geef medicatie volgens voorschrift indien van toepassing (anti-depressiva, anxiolytica) - moedig de patiënt aan na te gaan wat zijn sterke kanten zijn en onderstreep deze - geef adviezen op het gebied van uiterlijke verzorging (pruiken, make-up, kleding, protheses) - zorg voor juiste verzorging van riekende wonden (koolstofverbanden en Flagylzalf) - schakel eventueel een gespecialiseerd schoonheidsspecialiste in voor camouflage-mogelijkheden - bespreek factoren die van invloed zijn op het sociaal isolement - geef de patiënt de gelegenheid tot ervaringen die zijn autonomie versterken - help de patiënt positieve reacties van anderen te leren waarderen - maak duidelijk dat u er alle vertrouwen in hebt dat de patiënt de situatie aankan. Ratio: Hiermee wordt beoogd de patiënt weer een reëel zelfbeeld te laten ontwikkelen. Een zelfbeeld waarin plaats is voor de beschadiging van het uiterlijk, maar waarin dit uiterlijk niet allesoverheersend is en de betrokkene belemmert datgene te doen waar hij of zij plezier aan heeft. 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 6

Evaluatie Resultaten Sociale steuning Mate waarin iemand naar eigen mening een beroep kan doen op en feitelijk steun ontvangt van anderen. 10 Voorbeelden van indicatoren: - verwoorde emotionele steun van anderen - verwoorde ondersteuning van het sociale netwerk - verwoorde stabiliteit van het sociale netwerk - verwoorde tijd die anderen vrijmaken - verwoorde hulp die anderen hebben aangeboden. Sociale betrokkenheid Frequentie van sociale interacties met personen, groepen of organisaties. 10 Voorbeelden van indicatoren: - interactie met familieleden - interactie met vrienden - interactie met collega's - deelname aan clubactiviteiten - actieve betrokkenheid bij kerkelijke activiteiten - deelname aan ontspannende activiteiten. Sociale vaardigheden Mate waarin iemand effectieve interactiegedragingen vertoont. 10 Voorbeelden van indicatoren: - assertiviteit - openstaan voor anderen - rekening houden met anderen - zelfverzekerdheid - ontspanning - vertrouwen in anderen - compromissen sluiten - gevoeligheid - engagement. Frequentie Een maal per maand moet in kaart gebracht worden hoe de patiënt de relaties met zijn omgeving ervaart, alsmede het effect van de interventies. Tevens moet op dat moment ook de sociale ondersteuning in kaart gebracht worden. Overleg met andere disciplines bij - voortdurende psychische problematiek - onvoldoende resultaat van de interventies. Denk bij onvoldoende succes aan - angst - verstoord lichaamsbeeld - verstoorde verbale communicatie - ineffectieve probleemhantering - verstoorde zelfachting - beperkte lichamelijke mobiliteit - beperkte sociale interactie 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 7

Standaard verpleegplan Sociaal isolement: Diagnose Sociaal isolement: Doel/ Interventies 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 8

Referenties 1 - Carnevali Carnevali, D.L., A.C. Reiner (1990). The Cancer Experience. Philadelphia: Lippincott. 2 - Carpenito Carpenito, L.J. (1995). Zakboek Verpleegkundige Diagnosen. Groningen: Wolters Noordhoff. 3 - Carpenito Carpenito, L.J. (1997). Handbook of Nursing Diagnoses. Philadelphia: Lippincott. 4 - Carpenito Carpenito, L.J. (2000). Nursing Diagnosis Application to Clinical Practice. Philadelphia: Lippincott. 5 - Cox Cox, H.C., M.D. Hinz, M.A. Lubno, S.A. Newfield, N.A. Ridenour, M.M. Slater, K.L. Sridaromont (1997). Clinical Applications of NursingDiagnosis: Adult, Child, Women, Mental Health, Gerontic and Home Health Considerations. Philadelphia: F.A.Davis. 6 - Daefller Daefller, R.J., B.M. Petrosino (1990). Manual of Oncology Nursing Practice: Nursing Diagnosis and Care. Rockville, Maryland: Aspen. 7 - Gordon Gordon, M. (1995). Verpleegkundige Diagnostiek: proces en toepassing. Utrecht: Lemma. 8 - Gordon Gordon, M. (1997). Handleiding Verpleegkundige Diagnostiek 1997-1998. Utrecht: Lemma. 9 - Groenwald Groenwald, S.L., M. Hansen Frogge, M. Goodman, C. Henke Yarbro (1997). Cancer Nursing: Principles and practice. Boston: Jones and Bartlett. 10 - Johnson Johnson, M., M. Maas (1999). Verpleegkundige Zorgresultaten. Maarssen: Elsevier/De Tijdstroom. 11 - Ketelaar Ketelaar, H. (1994). Dreigend Sociaal Isolement. Tijdschrift voor Ziekenverpleging.16 474-476 12 - McCloskey McCloskey, J.C., G.M. Bulechek (1997). Verpleegkundige Interventies. Utrecht: De Tijdstroom. 13 - McFarland McFarland, G.K., E.A. McFarlane (1997). Nursing Diagnosis & Intervention. Planning for Patient Care. St. Louis: Mosby. 14 - McNally McNally, J.C., E.T. Sommerville, C. Miaskowski, M. Rostad (1991). Guidelines for Oncology Nursing Practice. Philadelphia: Saunders. 15 - NANDA (1999) NANDA (1999). NANDA Verpleegkundige diagnoses. Definities en Classificatie 1999-2000. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. 16 - Thompson Thompson, J. e.a. (1986) Clinical Nursing Mosby St.Louis 17 - Vriezen Vriezen, S.W. (1996) Een inhoudsvalideringsstudie naar de verpleegkundige diagnose 'verstoorde sociale interactie'. Doctoraalscriptie Rijksuniversiteit Limburg. 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 9

Richtlijn: Sociaal isolement (1.1) 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 10

Disclaimer Disclaimer: De informatie op de website www.oncoline.nl en op afgeleide producten van deze website is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. Het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) sluit iedere aansprakelijkheid voor de opmaak en de inhoud van de richtlijnen alsmede voor de gevolgen die de toepassing van de richtlijnen in de patiëntenzorg mocht hebben uit. Het IKNL stelt zich daarentegen wel open voor attendering op (vermeende) fouten in de opmaak of inhoud van de richtlijnen. Men neme daartoe contact op met de IKNL middels e-mail: oncoline@iknl.nl Juridische betekenis van richtlijnen Richtlijnen bevatten aanbevelingen van algemene aard. Het is mogelijk dat deze aanbevelingen in een individueel geval niet van toepassing zijn. Er kunnen zich feiten of omstandigheden voordoen waardoor het wenselijk is dat in het belang van de patiënt van de richtlijn wordt afgeweken. Wanneer van een richtlijn wordt afgeweken, dient dit beargumenteerd gedocumenteerd te worden. De toepasbaarheid en de toepassing van de richtlijnen in de praktijk is de verantwoordelijkheid van de behandelende arts. Houderschap richtlijn De houder van de richtlijn moet kunnen aantonen dat de richtlijn zorgvuldig en met de vereiste deskundigheid tot stand is gekomen. Onder houder wordt verstaan de verenigingen van beroepsbeoefenaren die de richtlijn autoriseren. Het IKNL draagt zorg voor het beheer en de ontsluiting van de richtlijn. Intellectuele eigendomsrechten De intellectuele eigendomsrechten met betrekking tot de site www.oncoline.nl en afgeleide producten van deze website berusten bij het IKNL en houder van de richtlijn. Het is de gebruiker van deze site niet toegestaan de inhoud van richtlijnen (gedeeltelijk) te verveelvoudigen en/of openbaar te maken, zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van het IKNL en houder van de richtlijn. U kunt een verzoek voor toestemming richten aan het IKNL, Postbus 19079, 3501 DB Utrecht. Het IKNL behandelt dit verzoek samen met de relevante houder van de richtlijn. Het is toegestaan een deeplink op te nemen op een andere website naar de website www.oncoline.nl of naar richtlijnen op deze website. Tevens mag de informatie op deze internetsite wel worden afgedrukt en/of gedownload voor persoonlijk gebruik. Externe links De website www.oncoline.nl en afgeleide producten van deze website bevatten links naar websites die door andere partijen dan het IKNL worden aangeboden. Deze links zijn uitsluitend ter informatie. Het IKNL heeft geen zeggenschap over deze websites en is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de daarop aangeboden informatie, producten of diensten. Bescherming persoonsgegevens Door gebruikers verstrekte persoonsgegevens ten behoeve van de mailservice of de inlogmogelijkheid van http://www.oncoline.nl/ zullen door het IKNL vertrouwelijk worden behandeld. Gegevens zullen niet worden verstrekt aan derden. 06/25/16 Sociaal isolement (1.1) 11