Multidisciplinair Aspecifiek Rugpijn Spreekuur (MARS) Zuyderland Revalidatie

Transcriptie

1 Multidisciplinair Aspecifiek Rugpijn Spreekuur (MARS)

2 Inleiding U bent doorverwezen naar het Multidisciplinair aspecifiek lage rugpijn screeningsteam (MARS) bij. Binnen dit team wordt samen met u bekeken wat u verder kunt doen om de gevolgen van de rugklachten op uw functioneren te beïnvloeden. Pijn in uw rug is lastig en vervelend. Het kan uw leven zo beïnvloeden dat dagelijkse activiteiten zoals huishouden, werk, sport en sociale activiteiten anders worden uitgevoerd of zelfs vermeden. Deze rugklachten kunnen tevens zorgen voor negatieve emoties zoals bezorgdheid, angst, depressieve gevoelens of frustraties. Wat zijn aspecifieke lage rugklachten? Onder aspecifieke lage rugklachten wordt verstaan rugpijn tussen de onderste ribben en de bilplooien mogelijk met uitstraling naar de bil en/of het bovenbeen. Er is geen lichamelijke oorzaak aanwijsbaar. Deze klachten worden ook wel spit of lumbago genoemd. Aspecifieke lage rugklachten komen vaak voor; 50 tot 90 % van de volwassenen zal in zijn leven een periode van rugklachten ervaren. De rugklacht begint veelal plotseling tijden het bukken, tillen of sluipt er langzaam in. Bij 90 % van de mensen die deze klachten hebben wordt geen verklaring gevonden voor de pijn. Er kan geen medische diagnose gesteld worden op basis van de uitkomst van medische beeldvorming (MRI, X-foto, CT-scan) in vergelijking met de ervaren klachten. Soms is dat verwarrend omdat eventuele afwijkingen zoals artrose, die ook bij mensen zonder rugklachten kunnen voorkomen, onterecht als oorzaak van de klacht worden gezien. Kunnen aspecifieke lage rugklachten overgaan? Meestal nemen de klachten binnen een aantal weken af, echter dit is niet bij iedereen het geval. Het beloop, de duur van het natuurlijk herstel, kan erg verschillen tussen personen. Bij sommige mensen is er sprake van een chronische pijn, waarbij de kans op volledig herstel kleiner is. Toch kunnen er factoren zijn die wel te beïnvloeden zijn, en die het herstel bevorderen of het leven met rugpijn aangenamer kunnen maken. Welke factoren kunnen het herstel belemmeren? hoge mate van beperkingen in activiteiten rugpijn die al lang bestaat uitstralende pijn in been/bil pijn in een groot gebied p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 2

3 oudere leeftijd slechte algemene gezondheidstoestand psychologische en psychosociale stress angsten die te maken hebben met pijn lichamelijke klachten veroorzaakt door psychische emoties of conflicten depressieve klachten slechte relaties met collega s zwaar fysieke werk Wat is er aan te doen? Om de mate van beperkingen en pijn te kunnen beïnvloeden, zullen functiestoornissen (zoals verminderde spierkracht of beperkte beweeglijkheid) die hiervan de oorzaak zijn worden opgespoord door fysiotherapeutisch/manueel therapeutisch onderzoek. Biopsychosociale factoren zullen door de revalidatiearts en psycholoog worden onderzocht. Ze zoeken naar relevante informatie uit uw medische voorgeschiedenis, en naar sociale, psychische en werkgerelateerde factoren. Onderzoek door de revalidatie arts De revalidatiearts stelt tijdens het spreekuur niet een diagnose of oorzaak van uw rugklachten vast, maar vormt een beeld van de gevolgen die de rugklachten hebben op uw dagelijks functioneren. De revalidatiearts vraagt naar de klachten en beperkingen die u ervaart op tal van terreinen, zoals dagelijkse verzorging (wassen en aankleden), werkzaamheden zowel binnen-(huishouden, zorg voor eventuele kinderen) als buitenhuis (werk) en hobby. Ook vraagt de revalidatiearts naar de gevolgen die uw klachten en beperkingen hebben op uw stemming. Verder is het van belang om te weten welke therapieën u al heeft ondergaan in het verleden. Een lichamelijk onderzoek kan ook deel uit maken van het bezoek aan de revalidatiearts. Doel van het onderzoek is om een beeld te vormen van uw houding, beweeglijkheid, conditie, spierkracht, bewegingsgevoel en bewegingsangst. Onderzoek door de psycholoog De psycholoog onderzoekt de samenhang tussen uw rugklachten, emoties en gedrag en of er andere klachten zijn die een invloed hebben op uw rugpijn.. Ook onderzoekt de psycholoog met welke factoren in de behandeling rekening moet worden gehouden. Het psychologisch onderzoek wordt uitgevoerd door een psychologisch medewerker en een psycholoog (in opleiding). p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 3

4 Klachten Lichamelijke klachten, ziekte, medisch onderzoek en behandeling kunnen een zware belasting betekenen voor de patiënt en alle direct betrokkenen. Soms worden lichamelijke klachten (mede) veroorzaakt of in stand gehouden door persoonlijke problemen of problemen in de relatie, in het gezin of op het werk. Voor het psychologische onderzoek vult u enkele vragenlijsten in. Deze vragenlijsten hebben betrekking op uw persoonlijk functioneren, de beleving van uw pijnklachten en de mate waarin de problemen u beperken. Na het invullen van de vragenlijsten heeft u een gesprek met de psycholoog. De psycholoog gaat in op uw persoonlijke leefomstandigheden en tracht een zo duidelijk mogelijk beeld van u te krijgen. Uw persoonlijke gegevens worden strikt vertrouwelijk behandeld. Aan derden en/of niet betrokken artsen wordt zonder uw toestemming geen informatie verstrekt. Factoren die positief en negatief werken. Soms spelen andere factoren in uw leven een rol die van invloed zijn op de rugklachten. Zowel op een positieve als op een negatieve manier. Dit kunnen dingen zijn in uw werksituatie of in uw persoonlijke situatie. Deze factoren kunnen uw herstel bevorderen of juist tegen werken. Factoren die positief kunnen werken Juiste opvatting: Ik heb pijn, maar er is niets ernstigs, als ik beweeg is dat goed voor mijn rug, er wordt niets beschadigd, ik hoef niet te wachten met bewegen tot de pijn over is. Positieve gedachten: de pijn kan overgaan, daar zet ik mij voor in! Rugpijn gaat meestal vanzelf over. Prettige gevoelens: ik ben rustig en ontspannen, ik voel me goed. Behandelingen die u helpen actief te blijven, te bewegen en uw dagelijkse activiteiten uit te voeren. U gaat met plezier naar uw werk; u kunt goed opschieten met collega s en leidinggevenden. Zij ondersteunen u, ook als het wat minder gaat. Als het nodig is wordt de werkplek of de werkinhoud aangepast. p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 4

5 Factoren die negatief kunnen werken Misvatting over rugpijn: Ik heb iets ernstigs, actief bezig zijn maakt de rugpijn erger. Ik mag niet bewegen als ik pijn heb, ik kan niet werken want dat is slecht voor mijn rug. Negatieve gedachten: De pijn gaat toch niet over, niets helpt tegen de pijn. Als de pijn blijft, kan ik niet meer actief functioneren. Onprettige gevoelens: Ik ben snel geïrriteerd en nerveus, ik sta voortdurend onder spanning, ik voel me nutteloos, ik voel me depressief. Behandelingen waarbij u, ook als de pijn minder is, bijna niet beweegt en bewegen niet wordt gestimuleerd. Behandelingen waarin U geen vertrouwen heeft. U gaat niet met plezier naar uw werk, u kunt slecht opschieten met de mensen op uw werk. Collega s en leidinggevenden tonen weinig belangstelling en helpen u niet er doorheen te komen. U bent ontevreden over uw werkplek en over het werk zelf. U heeft stress op uw werk. Er is een hoge belasting in het werk, bijvoorbeeld door zwaar tilwerk of werken in een moeilijke houding. Onderzoek door de manueel therapeut/ fysiotherapeut De fysiotherapeut zal met het onderzoek achterhalen wanneer de klachten zijn begonnen, hoe ze zijn ontstaan en welke gevolgen dit heeft voor u. Er zullen vragen gesteld worden die de basis vormen voor het lichamelijk onderzoek dat zal volgen. Het lichamelijk onderzoek bestaat uit een aantal testen. De duur van het totale onderzoek is ongeveer 40 minuten. Om u goed te kunnen onderzoeken wordt u gevraagd zich uit te kleden op uw ondergoed na. Zo kan uw rug en eventueel de heupen of benen goed onderzocht worden. Het onderzoek zal gericht zijn op uitvoering van bewegingen, uw houding, locatie van de klachten en factoren die de klachten verlichten of verergeren. p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 5

6 Kosten Het onderzoek en de gesprekken met de verschillende disciplines valt volledig onder medisch specialistische zorg. Planning Op de eerste poli-afspraak heeft u een intake met de revalidatiearts en hier opvolgend wordt u gevraagd enkele vragenlijsten in te vullen. Bij de tweede afspraak heeft u een intake bij de fysiotherapeut en aansluitend bij de psycholoog. Bij de derde afspraak heeft een u een vervolgafspraak met de revalidatiearts die u uitleg zal geven op het beleid dat we voorstellen. Rechten en Plichten Informatie over rechten en plichten als patiënt, of praktische informatie over een bezoek aan Zuyderland Medisch Centrum, kunt u vinden in onze informatiefolder Een bezoek aan het spreekuur. Tot slot Tijdens het eindgesprek met de revalidatiearts zal een passende conclusie en advies gegeven worden over. de verschillende onderzoeken. Dit geeft u inzicht in uw klachten en manieren om deze positief te beïnvloeden. Hebt u nog vragen? Dan kunt u deze altijd stellen. Onze contactgegevens staan vermeldt op de achterzijde van deze folder. p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 6

7 Bij het samenstellen van deze folder hebben we dankbaar gebruik gemaakt van de KNGF-richtlijn lage rugpijn (2013) van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie. Meldpunt West 07 Telefoonnummer: Bezoekadres Meldpunt: West 07 Dr. H. van der Hoffplein BG Sittard-Geleen Telefoon: Postadres Postbus MB Sittard Revalidatieartsen Dhr. Drs. R.H.F. Haenen Dhr. Drs. E.P.F. Janssen Mw. Drs. M. Muschenich Dhr. Drs. P.A.A. Struyf Mw. Drs. N.M.A.J. Zusterzeel Internetadres Patiëntenservice Via Meldpunt West 05 Telefoon