1 De zuil in diskrediet



Vergelijkbare documenten
4 Opvattingen over kerk en godsdienst 1

Inhoudsopgave. Voorwoord 5. Inleiding 11

Bespreken Zondag 26 en 27

RESULTATEN VAN DE ENQUETE 'GELOVEN IN BENNEKOM' - eerste wijk - Inleiding. Resultaten. 1. Kerklidmaatschap en kerkbezoek

in verbinding schoolplan

Hervormde Gemeente Bergschenhoek Beleidsplan

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6

De veranderende plaats van het christendom in de samenleving,

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS?

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

GEDETINEERDEN IN VLAANDEREN

Voorwoord. Om belanghebbenden zoals medewerkers, cliënten en externe relaties hierover te informeren is dit Statuut Identiteit opgesteld.

KERK EN CHRISTENVERVOLGING christenvervolging

1. Met andere ogen. Wetenschap en levensbeschouwing. De wereld achter de feiten

Schoolplan Inleiding

Naar een beleidsplan voor de PG Lemmer

Handreiking bij een spirituele zoektocht.

Praktische opdracht Levensbeschouwing PKN Godsdienst

Homohuwelijk haalt de eindstreep

Questionnaire (in Dutch): LASAC038 / LASAD038 / LASAE038 / LAS2B038 / LASAF038 / LASAG038 / LASAH038 / LAS3B038 / LASMB038 / LASAI038

Resultaten onderzoek seksualiteit

Deze PowerPoint presentatie gaat over Kerk en Israël, in het bijzonder over de Protestantse Kerk (in Nederland) en Israël. Met de naam Israël wordt

6,6. De katholieke zuil. De protestantse zuil. Werkstuk door een scholier 1340 woorden 20 februari keer beoordeeld. Geschiedenis.

Introductie. 1. Uw persoonlijke situatie. Voorbeeldvragenlijst COB-kwartaalenquête 2011

Cynisme over de politiek

Identiteitsdocument Met de Bijbel op weg de wereld in

WAAROM KATHOLIEK ONDERWIJS? Frans Holtkamp

1 Korintiërs 12 : 27. dia 1

Naam: VAN WILLIBRORD tot Statenbijbel

Voorstel van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht voor de Algemene Ledenvergadering van 26 oktober 2017

Politieke stromingen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Laat idealen de lesinhoud bepalen

F r a n c i s c u s. v a n. Leven met aandacht. w e g D e. Erfgoed Congregatie Zusters Franciscanessen van Oirschot

Politieke stromingen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

God bestaat en Hij is belangrijk We hebben God nodig in ons leven Jezus: Zijn leven Jezus: Zijn dood Jezus: Zijn opstanding De Heilige Geest

Liefde. De sociale leer van de Kerk

Visie Gereformeerde Kerk Nijkerk Vastgesteld door de Grote Kerkenraad op.

De drie-engelenboodschap, ACTUEEL!

Luisteren naar de Heilige Geest

PG-Sexbierum-Pietersbierum, zondag 15 mei 2014, ds. A.J.Wouda, Wit 6 e van Pasen 1 Petrus 3:14-22 doopdienst Ilse Froukje

Beleidsplan VDGH "Ploegen, zaaien en oogsten "

18. Evangelist in eigen land 19. Onder Jezus zegen Een bereide plaats 20. Water 21. Een gebed om de Heilige Geest Doorwaai mijn hof 22.

De Schuivende Achterban van de Nederlandse Publieke Omroep

Eindexamen geschiedenis en staatsinrichting vmbo gl/tl I

Examen HAVO. Nederlands

Het belangrijkste verhaal is eigenlijk een samenvatting van alles wat Hij gedaan heeft

ONOPGEEFBAAR VERBONDEN

Examenkatern :Sociale zekerheid en verzorgingsstaat in Nederland

Juist in het openbaar onderwijs

Opgave 1 Heeft het vrijwilligerswerk toekomst?

Vrijheid van onderwijs

Monica Wolffensperger en Nienke van Dijk: Vrouwensynode als eerste stap naar vrouwenkerk (1987)

Leven uit de bron 3: Leven met Jezus

Praktische opdracht Maatschappijleer Euthanasie

Eindexamen maatschappijleer vwo I

Relatie <> Religie. Beste Galsem,

OPDRACHT: Lees de vier tekstgedeelten en beantwoord de 4 bijbehorende vragen. Luk 15:11-32 Joh 3:14-17, Joh 15:9-17 Matt 5:43-48, Joh 13:33-35

1. Veranderende wereld

Bij Mattheus 5 : Zout en licht Laat ons het zout der aarde zijn, het licht der wereld, klaar en rein,

STIJLEN VAN BEÏNVLOEDING. Inleiding

Praktische opdracht Levensbeschouwing New age

Artikelen Een uitvaart tussen kerk en niets

Titel: Wat als mijn kind met een moslim(a) thuiskomt? Tijd: tijd door het jaar Lezen: Psalm 119:

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief

wat is passend? naar aanleiding van Paulus brief aan de Kolossenzen wil ik dat uitwerken voor 4 categorieën vier kringen

Preek Psalm 78: september 2015 In het spoor van Opening winterwerk Spiegelbeeld I

Preek De vrouw die Jezus beslissing veranderde. Lieve gemeente,

Van Waarde(n) HUB 28 november 2015, Miranda Meijerman

Beleidsplan Beraadgroep Samenlevingsvragen Hettie Pott-Buter Trinus Hoekstra Greetje Witte-Rang

Kennismakingsvragen:

Enquete resultaten Normen en Waarden 2014

1. Hebben deze feestdagen een religieuze betekenis voor jou?

Welkom. En nu? Ds. H.W. van Egmond Ds. H.G. Gunnink

De eerste zonde - ongehoorzaamheid

Onderzoek: 27 maart 2019 Auteur: Jeroen Kester. Religieus onderwijs

Huwelijkscatechese ds. Willem Smouter, NGK Ede

Samenvatting Geschiedenis 51 een nieuw koninkrijk - 52 liberale revolutie gelijkheid voor iedereen

Scholing als splijtzwam in de politiek

Studies in Adventistische Geloofsverwoording

DE GENADE BEWEGING. Gij weet dit, dat allen, die in Azië zijn, zich van mij afgewend hebben; onder welke is Fygellus en Hermógenus.

Luist s er e en na e a n na r a leve e ns ve ve ns r ve hal ha en e Wout Huizing

JOHN F. MACARTHUR. Alles in Helll. Uitgeverij Novapres. GTY.org

Beleidsplan Protestantse Gemeente de Woldkerken te Schildwolde-Overschild-Hellum-Noordbroek

Hervormde Wijkgemeente De Ark te Hendrik-Ido-Ambacht. Over het (al of niet) zegenen van andere relaties dan het huwelijk tussen man en vrouw

Geloven in Scholen met de Bijbel

HC Stedelijke Dynamiek in de Lage Landen ( )

Alles is genade en Stel, ik zoek een kerk

EEN ZAMBIAANSE SPIEGEL

Cynisme over de politiek

Ef. 4, 1-6 preek NGKE -HA

Aan: Wijkkerkenraden Van: Algemene Kerkenraad Betreft: Discussienotitie beleidsplan Hervormd Dordrecht Datum: mei 2013

Vragen module Evangelistiek. Hoofdstuk 1

Gereformeerd onderwijs 2.0

5,9. Samenvatting door een scholier 1448 woorden 6 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Geschiedenis (nieuwe stijl) en geschiedenis en staatsinrichting (oude stijl)

theologische uitgeverij NARRATIO

Samenvatting Geschiedenis Rechtstaat en Democratie

Identiteitsdocument Sprank

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

Kerstmorgen 2015, als gelezen is uit Jesaja 60: 1 5a en Johannes 1: 1 14

Transcriptie:

1 De zuil in diskrediet Reformatorisch onderwijs is niet voor iedereen in onze achterban vanzelfsprekend meer, zo stelde de Apeldoornse Jacobus Fruytier scholengemeenschap begin 2012 in een brief aan de leden van de reformatorische schoolvereniging. Men meende te kunnen vaststellen dat de schoolkeuze in de achterban mede afhankelijk is geworden van factoren die tot voor kort geen rol speelden. Die werden niet gespecificeerd, maar vermoedelijk dacht men daarbij aan andere factoren dan de principiële identiteit van de school. Aangenomen dat dat beeld in grote lijnen juist is en ook andere reformatorische scholen en scholengemeenschappen daarmee geconfronteerd worden, wijst dat op een niet onbelangrijke verschuiving. De strijd om de overheidsfinanciering van de christelijke school is in de negentiende en twintigste eeuw in Nederland met grote inzet gevoerd. Die Schoolstrijd vormde veelal de basis voor de verdere verzuiling. In landen waar het principe van de christelijke organisatie onder orthodoxe christenen niet zoveel aanhang kreeg als in Nederland (of waar voor de realisering daarvan niet zoveel mogelijkheden waren), vindt men vaak wel christelijke scholen. De voortgaande secularisatie van het bestaande christelijk onderwijs noopte in de tweede helft van de twintigste eeuw tot de oprichting van tal van reformatorische scholen. Voor velen in bevindelijk gereformeerde kring (bevindelijk gereformeerd en reformatorisch gebruiken we in deze studie als synoniemen) betekende het een gebedsverhoring als dat mogelijk was. In het algemeen zullen vooral die christenen behoefte hebben aan christelijke organisaties en christelijke verbanden, die qua geloofsovertuiging en levensoriëntatie een aanzienlijke afstand ervaren tot de overheersende cultuur. Vandaar dat vrijzinnig-protestanten, ook in het verleden, geen behoefte hebben aan eigen organisaties. Zij zijn veelal de dragers van de dominante cultuur of maken daar in ieder geval een integrerend deel van uit. Hoogstens in een situatie waarin het verzuilingsmodel erg overheersend wordt, voelen zij zich genoodzaakt om zich met eigen organisaties te presenteren. 9

Zo ontstond in de snel verzuilende radiowereld van de jaren twintig van de vorige eeuw de Vrijzinnig Protestantse Radio Omroep (VPRO). Na de Tweede Wereldoorlog stond vooral de politieke verzuiling ter discussie. De oprichters van de PvdA, veelal afkomstig uit de socialistische SDAP en de links-liberale Vrijzinnig-Democratische Bond, stelden de nieuwe partij uitdrukkelijk open voor christenen. Mensen met een verschillende levensovertuiging, maar met dezelfde politieke oriëntatie, zouden elkaar in één partij moeten kunnen vinden. In de Nederlandse Hervormde Kerk vond dit streven tamelijk veel weerklank, vooral bij de midden-orthodoxie die daar een leidende positie innam. In de Gereformeerde Kerken bleef men tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw trouw aan het vanouds gekoesterde principe van de christelijke organisatie. Met de grote verschuivingen die zich sindsdien in deze kerken voordeden, kwam daar een einde aan. De hoofdstroom in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt koos al spoedig na de Vrijmaking (1944/45) voor het oprichten van eigen, kerkelijk gebonden organisaties. Die vrijgemaakte zuil werd met grote vasthoudendheid verdedigd. Aan het eind van de twintigste eeuw vond ook hier een ingrijpende heroriëntatie plaats. Specifiek vrijgemaakt gereformeerde organisaties en instellingen achtte men niet meer zo nodig. Zelfs de wenselijkheid van bredere christelijke organisaties kwam ter discussie te staan. Kritische en negatieve opmerkingen In het begin van de eenentwintigste eeuw heeft de ontzuilingsgolf kennelijk ook de reformatorische kring bereikt. Veelal volgt men daar de ontwikkelingen in de (kerkelijke) wereld met een zekere tijdsvertraging. Zo ook ten aanzien van de verzuiling. De in de loop van de twintigste eeuw opgebouwde refozuil ligt duidelijk onder vuur. Want de eerder geciteerde passage uit de brief van de Fruytierscholengemeenschap staat niet op zichzelf. Kritische en ronduit negatieve opmerkingen over de refozuil zijn in eigen kring regelmatig te signaleren. De opkomst op ledenvergaderingen van reformatorische organisaties is niet zelden teleurstellend. Zijn reformatorische zuilorganisaties nog wel nodig, nu de refo s 10

mondiger geworden zijn, zo vragen sommigen zich af. Een ander is van mening dat een moderne netwerksamenleving om andere organisatievormen vraagt. Een derde vindt dat de reformatorische zuil als negatief effect heeft dat orthodoxe christenen het zicht op de samenleving zijn kwijtgeraakt. Christenen moeten uit de zuil komen om weer zichtbaar te worden voor de wereld, aldus de hersteld hervormde ds. R. van de Kamp (1960) op een jongerenavond. 1 Eerder had hij zich al negatief uitgesproken over de reformatorische scholen en andere instellingen uit de refozuil. Die konden beter maar verdwijnen. 2 Zo n radicale afwijzing hoor je overigens niet vaak. Wel liet de conservatieve publicist B.J. Spruyt (1964) zich heel negatief uit over de reformatorische zuil in zijn boek over ds. J.T. Doornenbal (1909-1975). Er zou sprake zijn van een radicaal proces van nadere verzuiling, waarbij het verlies van het gezicht op het geheel, de radicalisering en verstarring, de onzekerheid, het meedogenloze farizeïsme gecombineerd met het sarcasme van de duivel niet uitbleven. Het geloof binnen een zuil is vooral een functie om iets anders in stand te houden, een positie, recent verworven macht en prestige. 3 Zware, ingrijpende beschuldigingen, waarbij overigens een nadere onderbouwing afwezig was. Anderzijds was het een relatieve buitenstaander als EO-coryfee A.G. Knevel (1952) die het voor een kerkverband als de Gereformeerde Gemeenten als een voordeel beschouwde dat het een eigen minizuil heeft opgebouwd. ( ) Ik vermoed dat de Gereformeerde Gemeenten daardoor vast kunnen houden wat ze op dit moment hebben. Voor hen zou hun minizuil weleens een bewarende factor kunnen zijn. Wel was volgens hem nodig dat die minizuil aan de binnenkant voldoende geestelijke inhoud zou hebben. 4 Studie en bezinning Wat is de achtergrond van deze opvallende devaluatie van de waarde van allerlei reformatorische verbanden en organisaties? 1. Reformatorisch Dagblad, 25 januari 2010. 2. In Contact, nr. 6 van 2009. 3. B.J. Spruyt, Als je eenmaal hebt liefgehad, pag. 242. 4. Reformatorisch Dagblad, 8 mei 2014. 11

Hoe komt het dat althans een aantal mensen daar nu heel anders tegen aankijkt dan een vorige generatie gewoon was te doen? Is de situatie in Nederland zo drastisch veranderd dat dat noopt tot een nieuwe opstelling, of is bij velen in reformatorische kring de sterke binding die men vanouds had aan de gereformeerde belijdenis en de gereformeerde traditie, ingrijpend verminderd? Staat men daardoor anders in de maatschappij dan voorgaande generaties? Is er sprake van een principiële erosie van de achterban? Gezien de belangrijke plaats die de reformatorische organisaties de afgelopen decennia in reformatorische kring gekregen hebben, is het zeker van belang om deze vragen nader te bestuderen. Wat is er aan de hand in reformatorisch Nederland dat sommigen daar nu zo kritisch reageren op de waarde van de eigen, vaak met veel moeite opgebouwde, organisaties en instellingen? Het kan daarbij geen kwaad om deze ontwikkelingen te plaatsen in een breder historisch perspectief. Waarom was Nederland een sterk verzuild land en waarom is dat organisatiepatroon in betrekkelijk korte tijd bijna geheel verdwenen? Bovendien is het van groot belang om goed zicht te hebben op de verzuiling als sociaal mechanisme. Hoe komen mensen ertoe om zich zo te organiseren, wat kun je ermee bereiken en wat zijn de nadelen en gevaren van deze organisatievorm? Er wordt in allerlei discussies nogal eens wat geroepen dat niet getuigt van een groot inzicht in deze materie. De ene identiteitsorganisatie heeft trouwens ook een heel andere functie dan de andere. Hoe moeten we het gegeven dat we in de wereld zijn, combineren met de roeping om niet van de wereld te zijn? Hoe verhouden waardevolle motieven van solidariteit en antithese zich tot elkaar? Wanneer kunnen we individueel opereren in de maatschappij en wanneer is collectieve actie gewenst? De vraag is ook hoe groot in het geseculariseerde Nederland de ruimte zal zijn voor christelijke organisaties. Dat geldt met name voor organisaties en instellingen die (volledig) door de overheid gefinancierd worden. Nog is de vrijheid van onderwijs in de Grondwet verankerd, maar hoelang zal dat zo blijven? Maar als men in eigen kring steeds minder overtuigd is van de waarde van de refozuil, dan is dat misschien nog wel bedreigender dan de druk van buiten. 12

Dat alles doet de vraag rijzen hoelang wij als bevindelijk gereformeerde groepering onze eigen scholen, onze partij, onze krant en allerlei andere reformatorische organisaties nog zullen hebben. Maar evenzeer is het de vraag hoelang deze organisaties hun reformatorische identiteit zullen behouden. Het is geen onbedreigd bezit, dat zal duidelijk zijn. Maar we mogen ook weten van een God Die boven alle dingen staat. De opzet van het boek De hoofdstukken 2 en 3 van deze studie dragen vooral een analyserend en beschrijvend karakter. In hoofdstuk 2 wordt aangeknoopt bij allerlei sociaalwetenschappelijke theorieën en beschouwingen over het verschijnsel verzuiling. Voor wie daar minder in geïnteresseerd is, is aan het slot van dit hoofdstuk een korte samenvatting opgenomen. Hoofdstuk 3 is van historische aard. Daarin wordt uitgebreid aandacht besteed aan het ontstaan van de verschillende zuilen en aan de invloed die de verzuiling de laatste eeuwen op de Nederlandse samenleving heeft gehad. Evenzo komt de ontzuiling in beeld. De volgende hoofdstukken dragen veel meer een normatief karakter. In hoofdstuk 4 gaat het om de vraag wat de Bijbel ons voorhoudt als het gaat om de sociale relaties tussen gelovigen en ongelovigen, tussen hen die trachten naar Gods geboden te leven en zij die van het gezag van Gods geboden niet willen weten. In christelijke kring is daar in de loop der jaren heel uiteenlopend over geoordeeld. In hoeverre hebben de bevindelijk gereformeerden een specifieke identiteit in het geheel van de protestantse wereld? Wat kenmerkt hun geloofsovertuiging? Die vragen komen in hoofdstuk 5 aan de orde. Wat valt te zeggen van hun positie in de hedendaagse maatschappij en cultuur? Wat kenmerkt die maatschappij en die cultuur? Dat vormt het thema van hoofdstuk 6. Vervolgens wordt in hoofdstuk 7 het functioneren in allerlei maatschappelijke verbanden en verhoudingen aan de orde gesteld. Welke vragen roept dat op en welke antwoorden zijn daarop te geven? Wat stelt de reformatorische zuil voor? In hoofdstuk 8 gaat het om de ruimte die in onze rechtsorde geboden wordt voor (reforma- 13

torische) identiteitsorganisaties. Hoofdstuk 9 biedt een afsluiting. Zowel de externe bedreigingen van de reformatorische zuil als de ontwikkelingen in de achterban komen daarin aan de orde. 14