Memo Aan : Van : Plenum SKPO Kuintje Scheffers- de Wit Datum: 14-01-2010 Betreft: Notitie brede Tijdpad implementatie notitie brede : 1. Plenum 17 april 2009 Inventarisatie naar meetbare en zichtbare realisatie van de visie op de van de school. 2. Vóór 10 juni 2009 Notitie Identiteit scholen SKPO 2009-2010, waarbinnen opgenomen: 1. elementen waaruit de is opgebouwd; 2. zichtbare vertaling van deze visie binnen de scholen. 3. Vóór 1 november 2009 In het Plenum bespreken van de overeenkomsten tussen de scholen, zoals nu opgenomen in de visies van de scholen en zoals voortgekomen uit de discussies in het Plenum van 17 april 2009. 4. 11 januari 2010 Beleidsdocument voorleggen aan het bestuur 5. 22 januari 2010 In het Plenum wordt de notitie 'brede ' vastgesteld als beleidsdocument voor de scholen. 6. Vóór 1 april 2010 Aanvullen en aanpassen notitie 'brede ' naar aanleiding van opmerkingen in het Plenum van 22 januari 2010. 7. Vóór 1 juni 2010 Voorstel aan GMR 8. Schooljaar 2010/2011 Vertaling van de notitie 'brede ' in de schoolgids/schoolplan en in de praktijk. 9. Najaar 2011 In Plenum: evaluatie van de realisatie van brede in de scholen. Bij de evaluatie wordt de evaluatie in de mr en een beknopte ouderenquête als input gebruikt. 10. Voorjaar 2012 Evaluatie bestuur aan de hand van informatie uit de ouderenquête en uit de evaluatie in het Plenum van najaar 2011. 1
Identiteitskader In de school wordt vorm gegeven aan de levensbeschouwelijke visie, de pedagogische visie en de maatschappelijke visie van de school. Dit vertaalt zich in waarneembaar gedrag dat als zodanig voor leerkrachten, ouders en herkenbaar is. Eén maal per jaar wordt in de mr-vergadering geëvalueerd of deze visie voldoende tot uiting komt in waarneembaar gedrag. De bevindingen van de evaluatie worden meegenomen in het jaarlijkse evaluatie- en bijstellingstraject van de schoolgids. Minimaal eens in de vier jaar, in hetzelfde ritme als de vernieuwing van het schoolplan, wordt ook de visie op breed in de school (met team en mr) besproken en aangepast. Om de maatschappelijke verantwoording van het bestuur vorm te geven, zal gebruik worden gemaakt van een beknopte ouderenquête Het skader wordt vierjaarlijks geëvalueerd.. Brede Maatschappelijke Pedagogische Identiteit Levensbeschou welijke Toelichting: binnen het begrip worden verschillende domeinen onderscheiden: (1) levensbeschouwelijke, (2) pedagogische en (3) maatschappelijke. De school beschrijft de visie op deze drie domeinen apart en in samenhang in het schoolplan en de schoolgids. Vervolgens wordt de visie op deze domeinen vertaald in waarneembaar gedrag, dat tot uiting komt in de praktijk van de school. 2
Visie vertaald in waarneembaar gedrag en/of meetbare factoren, producten of resultaten 1. Levensbeschouwelijke Visie Waarneembaar gedrag Meten of concrete producten of Aandacht voor vieringen passend bij de levensbeschouwing met aandacht voor het oorspronkelijk verhaal Ondernemen van 'activiteiten' waar de levensbeschouwelijke visie in tot uitdrukking komt Systematisch aandacht voor levensbeschouwelijk onderwijs Overdragen van respect voor en een open houding naar andere levensovertuigingen. In alle klassen/ de school worden christelijke feesten gevierd zoals: - Advent - Kerst - Carnaval/ aswoensdag - Goede vrijdag - Pasen - Hemelvaart - Pinksteren - Het vertellen of voorlezen van bijbelverhalen - Zingen van christelijke liederen - Het gebed - Aandacht voor communie en vormsel. - Kerkbezoek - bezoek / aandacht voor diaconale activiteiten - Gebruik van bestaand door gebruik van methode levensbeschouwing: Trefwoord, Hemel en Aarde, etc. - Bezoek moskee of synagoge - Vieringen zoals Suikerfeest, Ramadan en/of de joodse achtergrond bij christelijke feesten resultaten - Integreren vieringen in het jaarprogramma Overdragen van christelijke waarden en normen Duiding van dagelijks handelen/gebruiken naar de christelijke achtergrond Aandacht in de school voor: respect, rechtvaardigheid, zorgzaamheid, integriteit, tolerantie en zorgvuldigheid, gelijkheid, vrijheid, eerlijkheid, etc. In de vakgebieden relaties leggen met de christelijke achtergrond: weekindeling, jaartelling, Sinterklaas, humanisme 3
2.a. Maatschappelijke : burgerschap Bewustzijn ontwikkelen van de eigen sociale omgeving en daar betrokkenheid van kinderen bij genereren Systematisch aandacht voor burgerschap Ondernemen van activiteiten om kennis te maken met verschillen in de samenleving (maatschappelijke en culturele verschillen) Kinderen leren over democratie - Goede doelen: troep hoort in de prullenbak, hondenpoep, Sinterklaascadeau voor een ander kind, sponsorloop, paddenpoel, bezorgen van kerstkaarten in de wijk etc. - Ondernemen van activiteiten om anderen/hulpbehoevenden te helpen, zoals kerstdiner voor ouderen - Gebruik van bestaand door gebruik van methode: kinderen en. hun morele talenten/ geestelijke stromingen?/ ik, jij, wij samen/ kinderen en. hun morele talenten/ aardig vaardig. - Samenwerking met een school in een andere maatschappelijke omgeving - Kennis maken met verschillende cultuuruitingen in de samenleving, zoals voeding, kleding en sport - Gebruik van bestaand door gebruik van methode: wijzer door de tijd, bij de tijd, etc. 2.b. Maatschappelijke : sociale veiligheid - Meten van onderwijsresultaten op dit gebied - Meten van onderwijsresultaten op dit gebied Actief verminderen van pestgedrag Er is een pestprotocol aanwezig op de school De school is qua uitstraling een veilige leeromgeving voor kinderen De school is een veilige leeromgeving waarin kinderen in rust kunnen werken, spelen en leren Systematisch aandacht voor sociale veiligheid De vaardigheden van kinderen inzetten om elkaar te helpen Actief voorkomen van (ernstige) conflicten en incidenten op school Voorzieningen om de sociale veiligheid te borgen Voorzien in een sluitend netwerk van externe voorzieningen voor zorg Fysieke component: schone en opgeruimde school/klas, uitstraling gebouw Rust en structuur in de klas en in de school - Gebruik van bestaand door gebruik van methode: de vreedzame school Tutorleren, werken met mediatoren (kinderen die helpen conflicten op te lossen), combinatieklassen, etc. Werken met specifieke programma's voor de school om de omgang van kinderen met elkaar positief te stimuleren, zoals groepsdynamisch onderwijs en ÉÉN school. - Binnen een half jaar 70% minder conflicten op de speelplaats Ontruimingsplan, klachtenregeling, huisregels, registratie van ongelukken, surveillance - Participeren in een netwerk waar actief informatie over zorg wordt uitgewisseld - Uitwisselen en afstemmen van de aspecten rond sociale veiligheid tussen SPIL-partners - Quickscan welbevinden kinderen: OKthermometer - Quickscan groepsdynamische leerkracht: sociowiel - Conflictregistratie 4
3. Pedagogische visie* Kinderen leren hoe met elkaar om te gaan Systematisch aandacht voor de pedagogische Aandacht voor het bevorderen van de motivatie van De aandacht voor het welbevinden van - Gedragsregels/ gouden regels opgesteld en zichtbaar gemaakt in elke klas en in de school - Uit de praktijk blijkt dat gedragsregels worden nagekomen - Gele en rode kaarten/ pluimkaart Gebruik van bestaand door gebruik van methode: leefstijl, kinderen en. hun morele talenten/ ik, jij, wij, samen/ aardig vaardig bevorderen van de motivatie van bevorderen van welbevinden van ouders, en/of personeel - SAQI - Klassenobservaties - SAQI (indicator welbevinden meet plezier op school en sociaal aanvaard voelen) De aandacht van de school voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen Overdracht van waarden en normen in relatie tot de pedagogische bevorderen van de sociaalemotionele ontwikkeling van Aandacht in de school voor: respect, zelfdiscipline, zelfstandigheid, etc. * Toelichting: de pedagogische wordt in dit kader beperkt tot hoe de school zorg draagt voor het welbevinden van en de omgang van met elkaar. 5