Rapportage 0 meting bewegingsonderwijs gemeente Haaren



Vergelijkbare documenten
Basis Sport Project. Buurt, onderwijs. sport

De effecten van combifuncties in het onderwijs

Vignet Bewegen en sport, po

Sport op Basisscholen in uw gemeente? Waarom? Omdat kinderen de toekomst zijn

Onderzoeksrapport. Sport op Basisscholen

De combinatiefunctionaris in Zwartewaterland: niet alleen de verbindende factor, vooral ook een verbindende actor!

Thema 1: Inclusief sporten en bewegen Dit gaat goed

Cultuureducatie in het basisonderwijs

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

Lichamelijke Opvoeding Sport en Bewegen. Scholengemeenschap Groenewald Stein. Succes through Learning, Learning through Succes!

Combinatiefunctionaris Sport m/v (40 uur per week) (een kleinere aanstelling is bespreekbaar)

Lekker Fit. Werken aan een gezonde leefstijl voor Rotterdamse jeugd

Menukaart sport. Basisonderwijs. Dussen Hank Nieuwendijk Sleeuwijk Werkendam

Kennismaken met hockey in het Voortgezet Onderwijs Organisatie: KNHB Contactpersoon: mevrouw Kara Meijer Contactpersoon 2: Erkenningen:

Aanpak van het onderzoek. Rapportage Aanleiding

Sport is friendship, sport is health, sport is education, sport is life, sport brings the world together.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs Projectgroep Combifuncties Onderwijs

MENUKAART SCHOLEN. Sport is Friendship, Sport is health, Sport is Education, Sport is life, Sport brings the world together.

Kennismaken met hockey in het basisonderwijs Organisatie: KNHB Contactpersoon: mevrouw Kara Meijer Contactpersoon 2: Erkenningen:

DE START. Stuurgroep: 2 (3) directeuren, vakleerkracht gym / motorisch specialist + leerkracht EIGEN ONDERZOEK CONTACTEN LEGGEN PROJECTPLAN

30234 Toekomstig sportbeleid Primair Onderwijs. Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Beleidsdocument Bewegingsonderwijs

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

Onderzoeksverslag Behoeftepeiling Sportwijk Nijla n

Vignet Bewegen en sport, po

MENUK AART SCHO LEN 1

De Actieve Pauze Organisatie: Fontys Sporthogeschool Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod

Impuls brede scholen, sport en cultuur

Huiswerkbeleid Onderwijsteam 7

Huiswerkbegeleiding. Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin?

Beleidsplan bewegingsonderwijs rkbs Maria Datum: Bron: Herziene kerndoelen Basisonderwijs. Bewegingsonderwijs.

Wij zijn Sport Helden! Zullen wij samen sport aanbieden?

Sport in de gymles: leuk en leerzaam

Openbare Scholengemeenschap voor atheneum, havo en mavo

Tevredenheidsonderzoek leerlingen

Beweegbeleid VSO de Korenaer Helmond Sint Willibrordstraat TA Helmond

Tevredenheidsvragenlijst ouders SKPO

Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs 2010

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

Samenvatting tevredenheidsmeting ouders

Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING

Bijlage 1 Interviewleidraad voor het interview met locatiemanagers

Subsidieaanvraag Samendoen 2019 Combinatiefunctionaris Sport

Onderzoek MaS 2.0. Samenvatting en conclusies:

Huiswerkbeleid Onderwijsteam 7

Werkprogramma Samenvatting-

Samenvatting. Interactie Informatiewaarde Werkrelevantie Totale waardering 8,5 8,4 8,9 8,6

Praktijk NUMMER 7 Jaargang 103 augustus 2015

ONS SCHOOLCONCEPT Onze visie: Algemene schoolregel: Ik laat zien dat ik respect heb voor mezelf, de ander en mijn omgeving.

Pedagogisch beleid Lunchkids

BERK FLEXIBELE OPVANG

Stappenplan voor de vereniging. Hoe wordt de tennisvereniging een Schoolactieve vereniging?

Sport- en beweeg interventie beschrijving GB bijlage Menukaart Sportimpuls 2018

RAPPORTAGE 2014 GEMEENTE STEIN

SPORTSTIMULERING IN DE OPVANG

Vragenlijst kinderen 2017

tevredenheidsonderzoek leerlingen

Van alle gezinnen geeft 92% aan dat minimaal één van de kinderen deelneemt aan sport- en/of culturele activiteiten.

Welkom op de informatie-avond!

Combinatiefuncties: een reuzenstap voor sport en onderwijs

Handreiking themacertificaat Bewegen en sport voor Sport Heroes scholen.

Verbeterplan n.a.v. uitslagen enquête onder ouders van obs de Dubbele Punt april 2013

Onderzoeksrapport BOSkompas Gemeente Bergen 2012/2013 Onderzoek onder basisschoolleerlingen naar gezondheid en sportdeelname in de gemeente Bergen

Succesvolle werving van vrijwilligers in de sportvereniging. Nel Garrelfs

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Duurzame sportinfrastructuur

389 van de 770 benaderde panelleden hebben de vragenlijst ingevuld; ruim 50%.

Bewegingsonderwijs in Almelo, mag ik even uw aandacht? Een profiel van het bewegingsonderwijs in het primair onderwijs in de gemeente Almelo

Brede School Activiteiten (BSA)

iedereen kan een held zijn! Sporten en bewegen is leuk, geeft kracht en maakt trots! Ook voor leerlingen in het speciaal onderwijs.

Huiswerkbeleid OBS De Westhoek

Uitslagen. School. Vragenlijst leerlingen CBS Het Lichtpunt juni CBS Het Lichtpunt

GET OUT FIT hoe het zit en

Gymmen in de grote gymzaal

het Ontdek Kasteel: SPRINGLEVEND

Informatie VOOR studenten:

Meer bewegen voor meer kinderen

Resultaten Bijeenkomst Bewegingsonderwijs Gelderland

HUISWERKBELEID. Inhoudsopgave Inleiding Het doel van dit huiswerkbeleid Voorwaarden huiswerkbeleid... 2

Projectplan buurtsportcoaches

Lekker Fit! Organisatie: Nederlandse Hartstichting Contactpersoon: mevrouw Naomi Rosekrans-Navon Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed onderbouwd

Clinics & Toernooien

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Sport & Bewegen

Rapportage Onderzoek buitenles

VAK: LICHAMELIJKE OPVOEDING METHODE: Klik hier als u tekst wilt invoeren. KLAS: 4 CONTACTUREN PER WEEK: 2 x 50 minuten per week

Algemene handleiding. Jouw veiligheidsplan.

leerlingen Uitslagen Vragenlijst CBS Johan Friso

Cultuuronderwijs in school

Vragenlijst Leerlingen Farelschool

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Leerlingvragenlijst januari 2019

6, Een stukje geschiedenis. Werkstuk door een scholier 3436 woorden 31 maart keer beoordeeld

De combinatiefunctionaris bij een vereniging

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

De spel- en bewegingsontwikkeling van kleuters. Hans Stroes Hilversum,

Rapport onderzoek Afgevaardigden

Klanttevredenheidsonderzoek dienstverlening gemeente Groningen op het gebied van sport

Transcriptie:

Rapportage 0 meting bewegingsonderwijs gemeente Haaren OvereemAdvies Peter Overeem 15 september 2008

Inhoudsopgave 1.0 Inleiding 3 2.0 Opzet onderzoek 4 2.1 Conclusies en aanbevelingen bewegingsonderwijs gemeentebreed 5 2.2 Tabeloverzicht totaal uitslag 0 meting gemeentebreed 8 3.0 Bewegingsonderwijs De Hasselbraam 9 3.1 Conclusies en aanbevelingen De Hasselbraam 10 3.2 De Hasselbraam tabeloverzicht uitslag 0 meting 12 4.0 Bewegingsonderwijs De Klim Op 13 4.1 Conclusies en aanbevelingen De Klim Op 14 4.2 De Klim Op tabeloverzicht uitslag 0 meting 16 5.0 Bewegingsonderwijs Dr. Landman 17 5.1 Conclusies en aanbevelingen Dr. Landman 18 5.2 Dr. Landman tabeloverzicht uitslag 0 meting 19 2 6.0 Bewegingsonderwijs St. Franciscus 20 6.1 Conclusies en aanbevelingen St. Franciscus 21 6.2 St. Franciscus tabeloverzicht uitslag 0 meting 23 7.0 Bewegingsonderwijs St. Willibrordus 24 7.1 Conclusies en aanbevelingen St. Willibrordus 25 7.2 St. Willibrordus tabeloverzicht uitslag 0 meting 27 Bijlage 1: 0 meting leerkrachten basisscholen gemeente Haaren 28

1.0 Inleiding De gemeente Haaren maakt gebruik van de stimuleringsregeling Buurt Onderwijs Sport (BOS) van het ministerie van VWS. Doel van de regeling is om het sport- en beweegklimaat in de gemeente te versterken. Het project kent een looptijd van vier jaar en wordt uitgevoerd onder de naam Jij in beweging. Onderdeel van het project is het versterken van het bewegingsonderwijs dat wordt gegeven op de vijf Haarense basisscholen. In het kader van dit project besloot het bovenschools management van het SKOH om in 2008 haar jaarlijkse studiedag in het teken te laten staan van sport, bewegen en gezondheid. Voor de organisatie van het BOS project vormde deze studiedag een uitgelezen kans om de onderwijzers een 0 meting voor te leggen. De docenten van OBS De Hasselbraam konden niet aan de studiedag meedoen. De 0 meting is bij hun op een ander moment afgenomen. De uitkomst van 0 meting kan worden gebruikt om vervolgzaken op te pakken. Tevens dient hij als projectverantwoording richting het ministerie van VWS. De resultaten hebben door het deelname percentage onder de leraren een grote betrouwbaarheid en significantie. In deze rapportage beschrijven we de onderzoeksresultaten van de 0 meting. In de conclusies en aanbevelingen maken we onderscheid tussen de vijf onderwijsinstellingen. Opgemerkt dient te worden dat voor de scholen regelmatig vergelijkbare conclusies en aanbevelingen worden gemaakt. 3 We hebben tevens conclusies en aanbevelingen geformuleerd die gemeentebreed gelden. Deze zijn opgesteld aan de hand van de totaaluitslag en in het licht van landelijke ontwikkelingen.

2.0 Opzet onderzoek De 0 meting is uitgevoerd aan de hand van 28 gesloten vragen. De vragen konden alleen worden beantwoord met ja, nee. Bij de gesloten vragen is er steeds ruimte open gelaten voor het plaatsen van opmerkingen. Daarnaast hebben we een tweetal open vragen toegevoegd. De complete vragenlijst is toegevoegd aan deze rapportage als bijlage. De 0 meting geeft inzicht over het aantal onderwijzers dat bewegingsonderwijs geeft (alle groepsleerkrachten), of er een methode en leerlijn (afstemming) wordt gebruikt en of de onderwijzer tevreden is over haar/zijn bewegingslessen. Ook maakt de 0 meting een behoefte onder de onderwijzers inzichtelijk naar ondersteuning, bijscholing en informatie. Het geeft daarmee tevens het belang aan dat wordt gehecht aan het bewegingsonderwijs. Verder worden een aantal inhoudelijke lesaspecten besproken, zoals de mening over beschikbaarheid en kwaliteit van materialen. Verder maakt dit onderzoek duidelijk hoe de onderwijzers aankijken tegen samenwerking met sportverenigingen en sportbonden en over de inzet van sport en bewegen ten aanzien van leerdoelen. In deze rapportage behandelen we de scholen afzonderlijk. We presenteren de resultaten in één verslag zodat u ook de uitkomsten van de andere scholen kan inzien. Wellicht kunt zo u op een bepaald moment een school consulteren. Uiteindelijk hebben 91 schoolmedewerkers de vragenlijst ingevuld. Hieronder staat de verdeling genoteerd. Ook vermelden we in dit overzicht het totaal aantal onderwijzers op een school, het deelnemerspercentage aan de 0 meting, het aantal leerlingen van een school en het aantal leerlingen in de bovenbouw. School Aantal docenten Docenten 0 meting Percentage Totaal aantal leerlingen Aantal leerlingen groep 5 t/m 8 De Hasselbraam 13 12 92% 190 105 De Klim Op 34 24 71% 360 187 Dr. Landman 37 26 70% 453 235 St. Franciscus 11 10 91% 126 67 St. Willibrordus 24 19 79% 250 137 Totaal 119 91 81% 1379 731 4 De volgorde van de te behandelen scholen is in deze rapportage alfabetisch bepaald.

2.1 Conclusies en aanbevelingen gemeentebreed Uit de rapportage hebben we de volgende conclusies en aanbevelingen gehaald die gemeentebreed kunnen worden gesteld. We beschrijven onze ondervindingen onder een samenvattende kop. Sport- en Bewegingslessen 75% van de ondervraagden geeft bewegingsles. Tweederde hiervan is hier ook tevreden over. De lessen worden volgens een methode gegeven en tussen de groepen en onderwijzers afgestemd. 40% van de respondenten behandelt sporttechnische lessen als voetbal, basketbal, volleybal en badminton. 60% geeft gymnastieklessen met aandacht voor dansen, balanceren en turnen. Het werken met een leerling volg systeem kan voor het bewegingsonderwijs veel betekenen. Een leerling kan op vaardigheden worden beoordeeld als; statisch evenwicht, dynamische sprongkracht, oog/hand coördinatie en spring coördinatie. Wanneer deze zaken worden bijgehouden en besproken kan er gericht met de leerlingen worden gewerkt. Het wordt dan ook voor iedereen leuker en interessanter. Vooral ook wanneer een aantal van deze vaardigheden wordt vermeld op het rapport. De waardering voor Sport en Bewegen wordt er door verhoogd. Ondersteuning Ruim 40% van de ondervraagden vindt dat ze onvoldoende vaardigheden hebben om sport- en bewegingslessen te geven. De behoefte aan bijscholing en ondersteuning is aanwezig. De bronnen met betrekking tot inhoudelijke lessen dienen te worden uitgebreid. 60% van de ondervraagden geeft aan behoefte te hebben aan inhoudelijke informatie over het geven van bewegingslessen. De oefenstof dient overzichtelijk en praktisch te worden gepresenteerd. Uitgewerkte clinics van sportverenigingen en sportbonden kunnen worden gebruikt. 5 De sportlessen 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Tevreden over eigen sportlessen Voldoende vaardigheden om de sportlessen te verzorgen Behoefte aan bijscholing o.g.v. sportlessen Behoefte aan individuele coaching m.b.t. sportlessen Behoefte aan inhoudelijke informatie m.b.t sportlessen Meer aandacht nodig voor de sportlessen

Een aantal onderwijzers geeft aan individuele ondersteuning te wensen. We willen aanbevelen hier actie op te nemen. Ook omdat vanuit een dergelijke concrete ondersteuning het totale bewegingsonderwijs wordt bekeken en zo meer vorm kan krijgen. Coördinator Sport & Bewegen Er kan beter worden ingespeeld op bv. het jaarlijkse voetbaltoernooi. Voorafgaand kan er tijdens school met medewerking van de plaatselijke voetbalclub een aantal lessen en vaardigheden worden behandeld. De afstemming tussen diverse activiteiten dient goed te worden gecoördineerd. Een interne Sport en Beweeg coördinator kan hier een grote rol in spelen. De coördinator kan er ook voor zorgen dat de beschikbare bronnen/literatuur op de school wordt uitgebreid. Een belangrijk, betrekkelijk eenvoudig te realiseren actiepunt. Relatie met verenigingen De contacten met de verenigingen kunnen worden verbeterd. Bijna alle onderwijzers willen meer gebruik maken van de faciliteiten, kennis en kunde van de verenigingen. Hier ligt een duidelijke win win situatie. De coördinator sport en bewegen moet dit in zijn takenpakket meekrijgen. Initiatieven vanuit Jij in beweging kunnen zo ook goed worden gevolgd. Stagiaires Ruim 80% van de onderwijzers wil meer met studenten Sport en Bewegen werken (ALO/CIOS). Dit is zeker een belangrijk actiepunt. Er dienen goede contacten en afspraken te worden gemaakt met deze onderwijsinstellingen. Zo kan worden gezorgd voor een continu aanbod van stagiaires. Stagiaires worden zo een volwaardig onderdeel van de leerlijn. Dit kan centraal voor alle scholen worden georganiseerd, zodat de overhead wordt beperkt. 6 Materialen 90% van de onderwijzers maakt gebruik van kleine materialen voor het geven van de lessen, 75% gebruikt ook de grote materialen. Bijna 40% van de onderwijzers beoordeelt de beschikbare materialen als onvoldoende. Dit is zeker een belangrijk aandachtspunt. Alle materialen moeten worden geïnventariseerd. Wellicht moet er een systeem worden opgezet om gezamenlijk een aantal spullen aan te schaffen en te gebruiken. Hier moeten dan wel opslag- en onderhoudsafspraken over worden gemaakt. Ook kan er een gezamenlijke jaarprogrammering worden opgesteld voor een aantal sporten. Bijbehorende materialen kunnen dan rouleren tussen de scholen.

Vakoverstijgende programma s De onderwijzers zijn beperkt op de hoogte van het vakoverstijgende aspect van Sport en Bewegen. Een betere communicatie dient hiervoor te worden opgezet. Vanuit Jij in beweging zal hier ook aandacht voor moeten zijn. Een interne coördinator kan hier ook zeker een rol in spelen. In lesmethoden als Lekker fit op school en het Olympische spelen klassenpakket is volop aandacht voor deze integrale benadering. Sport en Bewegen bevordert het concentratievermogen en het zelfvertrouwen van kinderen. Gezondheidsbevordering heeft een belangrijke relatie met Sport en Bewegen. Leerlingen worden de laatste jaren zwaarder door o.a. een passievere levensstijl. Voeding speelt hier uiteraard ook een grote rol. Gecamoufleerde voorlichting is effectiever en kan uitstekend in relatie wordt gebracht met sport en bewegen. Dusdanige voorlichting wordt door de kinderen (en ouders) ook niet als belerend ervaren. Extra lesuren dienen te worden overwogen, vooral ook wanneer onderzoeksgetallen van GGD hart voor Brabant hier aanleiding voor geven. De professional De roep om een professional groot. Veel onderwijzers geven bij de open vragen aan een vakleerkracht te missen. Om het bewegingsonderwijs in de gemeente Haaren op een hoger plan te krijgen is het belangrijk dat de aanpak rond sport en bewegen wordt geprofessionaliseerd. Een vakleerkracht zorgt voor meer continuïteit en kwaliteit. Momenteel wordt er vanuit de ministeries VWS en OC&W i.s.m. het NOC*NSF ingezet op zgn. combinatiefunctionarissen. Dergelijke functionarissen werken zowel voor het onderwijs als de vereniging. De regie ligt in handen van gemeenten. Het onderwijsveld dient een actieve en constructieve houding aan te nemen om een combinatiefunctionaris te realiseren (op het moment dat de regeling toepasbaar is op de gemeente Haaren). 7 Iedere dag een uur bewegen Alle scholen moeten goed te kijken naar mogelijkheden om het sport- en bewegingsonderwijs uit te breiden. Momenteel zijn we nog ver verwijderd van de doelstelling van de Alliantie School en Sport om alle kinderen, iedere dag een uur sport en bewegen aan te bieden. Deze beweegmomenten kunnen uiteraard ook na schooltijd in samenwerking met sportverenigingen worden georganiseerd. Hieronder ziet u een overzicht lesuren bewegingsonderwijs per week vanaf groep 3. De lesuren bij de Dr. Landman worden gegeven in twee sessies van één keer een uur en één keer drie kwartier. St. Franciscus en St. Willibrordus hanteren twee keer drie kwartier. De Klim Op en De Hasselbraam verzorgen het bewegingsonderwijs in één moment. Uren bewegingsonderwijs per week St. Willibrordus St. Franciscus Dr. Landman De Klim Op De Hasselbraam 1,3 1,4 1,5 1,6 1,7 1,8 Uren

2.2 Tabeloverzicht totaal uitslag 0 meting gemeentebreed Vraag Ja Nee totaal Verzorgt u zelf sportlessen? 70 21 91 Hoe vaak per week geeft u een sportles? (aangeven onder opmerking) Maakt u gebruik van een methode voor de sportlessen? 55 13 68 Zo ja welke?...... Bent u over het algemeen tevreden over uw sportlessen? 51 26 77 Is er een doorgaande lijn op school voor de gym? 80 11 91 Gebruiken jullie de doorgaande lijn? 73 5 78 Geen doorgaande lijn. => wordt er overlegd en de lessen op elkaar 6 3 9 afgestemd? Vindt u het geven van sportlessen leuk? 61 22 83 Bent u gediplomeerd voor het geven van sportlessen? 75 15 90 Vindt u dat u voldoende vaardigheden heeft om de sportlessen te 52 36 88 verzorgen? Heeft u behoefte aan bijscholing op het gebied van sportlessen? 27 64 91 Heeft u behoefte aan individuele coaching m.b.t. sportlessen? 8 80 88 Zou u graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over sportlessen? 51 39 90 Vindt u dat er meer aandacht moet zijn voor de sportlessen? 70 15 85 Heeft u ervaring met stagiaires vanuit een opleiding Sport en Bewegen bij 34 55 89 het verzorgen van sportlessen? Zou u gebruik willen maken van stagiaires voor het geven van de 72 13 85 sportlessen? Geeft u sporttechnische lessen zoals o.a. voetbal, basketbal, volleybal, 36 52 88 badminton enz.? Geeft u gymnastieklessen zoals o.a. dansen, turnen, balanceren? 48 37 85 8 Gebruikt u vaak "kleine" materialen, ballen, kegels etc.? 74 12 86 Gebruikt u vaak "grote" materialen, kast, bok, touwen? 63 21 83 Kunt u gebruik maken van voldoende goede materialen? 52 33 85 Heeft u contacten met sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs op uw school? Zou u meer gebruik willen maken van de voorzieningen van sportaccommodaties? Ziet u mogelijkheden om sportverenigingen te betrekken bij de uitvoering van sportlessen? Ziet u meerwaarde in het gezamenlijk vormgeven van het bewegingsonderwijs met sportverenigingen en sportbonden? Bent u op de hoogte van initiatieven die het vakoverstijgende aspect van sport benadrukken? (bv. rekenen door te darten, aardrijkskunde, biologie adhv gps wandelen, fair play, waarden en normen, verzorging) Vindt u dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt? Vindt u dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding? 21 66 87 58 27 85 70 15 85 80 7 87 48 39 87 86 1 87 83 5 87

3.0 Bewegingsonderwijs De Hasselbraam 12 onderwijzers van De Hasselbraam hebben de 0 meting ingevuld. Het aantal leraren dat op een bepaalde vraag heeft geantwoord, staat tussen haakjes vermeld. Een meerderheid van de respondenten verzorgt de sportlessen zelf (8), de helft gebruikt daar ook een methode voor. De methode basislessen voor het bewegingsonderwijs wordt door 50% genoemd. De helft van de respondenten zegt tevreden te zijn over de kwaliteit van de sportlessen. De andere helft dus niet. De Hasselbraam werkt met een doorgaande lijn. Iedereen zegt deze leerlijn te gebruiken. Ruim 40% van de respondenten vindt het geven van sportlessen niet leuk, 75% is gediplomeerd voor het geven van sportlessen. Tweederde van de onderwijzers vindt dat ze onvoldoende vaardigheden bezitten om de sportlessen te verzorgen. Ondanks dat is de behoefte aan bijscholing (4) en individuele coaching (2) beperkt aanwezig. De roep op een vakleerkracht binnen De Hasselbraam is luid. Dit wordt bij de open vraag veelvuldig aangegeven. 60% van de respondenten wil graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over het geven van sportlessen. Iedereen vindt dat er meer aandacht moet komen voor het geven van het vak sport. Een derde van de ondervraagden heeft ervaring met stagiaires vanuit een opleiding Sport en Bewegen bij het geven van sportlessen. Iedereen zou van dergelijke stagiaires gebruik willen maken. Zowel sporttechnische lessen (5) als gymnastieklessen (5) komen bij de Hasselbraam aan bod. Tijdens deze lessen worden zowel 'kleine' (7) als 'grote' (5) materialen gebruikt. Tweederde van de onderwijzers is ontevreden over de kwaliteit van de materialen. Een kwart van de ondervraagden heeft contacten met naburige sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs (4). Ruim 80% wil gebruik maken van de faciliteiten die sportaccommodaties en sportverenigingen bieden. Ook ziet driekwart van de ondervraagden mogelijkheden om dat te doen en wordt de meerwaarde ervan door iedereen gezien. Er zijn geen structurele contacten met de verenigingen, de clubs benaderen soms de school. 9 Men is niet al te goed op de hoogte van initiatieven die het grensoverschrijdende aspect van sport benadrukken. Ruim 90% van de respondenten vindt dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt. Sociale aspecten en leren samenwerken worden hierbij vermeld. Tot slot vindt 75% van de ondervraagden dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding. Hierbij wordt opgemerkt dat de school al een volprogramma heeft. Implementatie dient te worden gezocht in de afstemming en in een integrale aanpak. Opmerkingen onderwijzers geplaatst bij de open vragen: Weinig mensen hebben bevoegdheid, dit maakt het lastig, veiligheid, aanwezigheid voldoende materialen, aanvulling op lessencyclus, ruimte voor kleutergym, gymlokaal en materialen erg beperkt (betere spullen), gymdocent aanstellen, sinds enkele jaren hebben pabo studenten geen bevoegdheid meer tot het geven van gymlessen, slechte zaak, zeker wanneer bewegen een belangrijk item is, er is niets vervangend voor gekomen, vakleerkracht gym, pabo studenten laten afstuderen met bevoegdheid tot het geven van gymles, vakleerkracht in het basisonderwijs, vakleerkracht voor gym, pabo studenten weer laten afstuderen met bevoegdheid voor gym, zou veel werkdruk bij anderen moeten wegnemen, vakleerkracht voor bewegingsonderwijs, cursus/opleiding voor bevoegdheid > kosten, meer spullen in de sportzaal die we mogen gebruiken, vakleerkracht, meer spullen/beter materiaal die we mogen gebruiken, meer spullen in de gymzaal: foamballen, goede springtouwen, plastic hockeysticks.

3.1 Conclusies en aanbevelingen De Hasselbraam Sport- en bewegingslessen Op De Hasselbraam vindt verhoudingsgewijs een groot aantal onderwijzers het geven van sport- en bewegingslessen niet leuk. In het verlengde hiervan zijn dan ook veel leerkrachten ontevreden over haar/zijn lessen. Het valt aan te bevelen nader te onderzoeken waarom het geven van bewegingsonderwijs niet in de smaak valt. Een beter inzicht hierin geeft wellicht mogelijkheden het weer leuk en interessant te maken. Vaardigheden leerkrachten Wat ook opvalt is dat veel onderwijzers aangeeft onvoldoende vaardigheden te hebben terwijl ze wel zijn gediplomeerd. Dit dient te worden meegenomen in een eventueel vervolg onderzoek. Het is nu niet duidelijk of dit komt door de inhoud van de Pabo aantekening of door het ontbreken van kennis, kunde en interesse van de leerkracht. Wat wel gesteld kan worden is dat veel leerkrachten in de open vraag aangeven een vakleerkracht te willen zien voor de klas. De leerkrachten zijn er goed van doordrongen dat het hier gaat om een professie. Belang van sport en bewegen Alle docenten geven aan dat er meer aandacht moet komen voor het vak lichamelijke opvoeding. Het introduceren van een duidelijke methode voor de beoordeling van sporten bewegingsvaardigheden kan daarbij helpen. Deze vaardigheden dienen vervolgens ook duidelijk op het rapport van de leerling te worden vermeld. Hiermee verhoog je de waardering van Sport en Bewegen. Bovendien moet worden overwogen om het huidig aanbod/aantal lesuren LO uit te breiden. Een interessant alternatief is om sport en bewegen in te zetten voor andere leerdoelen, dit vinden alle ondervraagden een kans. Zo dient er te worden ingespeeld op mogelijkheden als bv. gps wandelen, darts en schaken. De sportbonden kunnen worden benaderd om hier mede invulling aan te geven. Coördinatie en afstemming Het valt sterk aan te bevelen om een docent tot coördinator Sport en Bewegen te benoemen. Hij/zij is daarmee eerste aanspreekpunt, zowel intern en extern. De beschikbare bronnen/literatuur op de school dient te worden uitgebreid en de docenten moet worden gewezen op digitale bronnen van sporttechnische bonden en bv. het lo-brengenhaalplein.nl. Het wordt zo leraren makkelijker gemaakt uitdagende lessen te verzorgen. 10 Stagiaires De contacten met HBO (Fontys Sportacademie/ALO) en MBO (Sport en Bewegen/KW1C en ROC Midden Brabant) opleidingen moeten worden gestructureerd. Deze instellingen dienen te worden benaderd voor het aanstellen van stagiaires. Een te ontwikkelen stageplan/visie past hier goed bij. Alle leerkrachten geven aan graag gebruik te maken van stagiaires. Materialen Er moet worden geïnventariseerd wat er is aan beschikbare materialen. Vervolgens dient er duidelijkheid te komen wie, waarvoor verantwoordelijk is (aanschaf, onderhoud). Daarnaast moet worden bekeken wat voor spullen er ontbreken en wat er aangeschaft moet worden, eventueel gezamenlijk met de andere scholen. Het ontbreken van materialen is een belangrijke klacht onder de onderwijzers.

Sportactiviteiten en relatie met derden De contacten met de lokale sportverenigingen dient te worden verstevigd. Het aanbod binnen het bewegingsonderwijs kan worden verbreed door middel van samenwerkingsvormen met sportverenigingen. Bovendien wordt de kwaliteit van de sporttechnische lessen verbeterd door inbreng van goede clubtrainers. Zorg er ook voor dat er afspraken worden gemaakt over het gebruik van de clubfaciliteiten (accommodatie en materialen). Alle docenten zien een duidelijke meerwaarde in het optrekken met verenigingen en sportbonden. Probeer effectieve verbanden te maken tussen voeding en beweging en betrek ouders hierbij (bv. traktatiebeleid). Een methode om bewegen en gezondheid integraal te behandelen is de lekker fit op school methode. Overweeg implementatie hiervan. De professional Uiteindelijk kan een professional het grootste verschil maken. De ontwikkelingen rond het aanstellen van een zogenaamde combinatiefunctionarissen moet goed worden gevolgd. De mogelijkheden van het aanstellen van een vakleerkracht LO, evt. in samenwerking met de andere scholen, dient te worden onderzocht. 11

3.2 De Hasselbraam tabeloverzicht uitslag 0 meting vraag Ja Nee Verzorgt u zelf sportlessen? 8 4 Hoe vaak per week geeft u een sportles? (aangeven onder opmerking) Maakt u gebruik van een methode voor de sportlessen? 6 Zo ja welke?...... Bent u over het algemeen tevreden over uw sportlessen? 6 3 Is er een doorgaande lijn op school voor de gym? 12 Gebruiken jullie de doorgaande lijn? 12 Geen doorgaande lijn. => wordt er overlegd en de lessen op elkaar afgestemd? Vindt u het geven van sportlessen leuk? 4 5 Bent u gediplomeerd voor het geven van sportlessen? 9 3 Vindt u dat u voldoende vaardigheden heeft om de sportlessen te verzorgen? 1 8 Heeft u behoefte aan bijscholing op het gebied van sportlessen? 4 8 Heeft u behoefte aan individuele coaching m.b.t. sportlessen? 2 9 Zou u graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over sportlessen? 7 3 Vindt u dat er meer aandacht moet zijn voor de sportlessen? 12 Heeft u ervaring met stagiaires vanuit een opleiding Sport en Bewegen bij het 5 6 verzorgen van sportlessen? Zou u gebruik willen maken van stagiaires voor het geven van de 11 sportlessen? Geeft u sporttechnische lessen zoals o.a. voetbal, basketbal, volleybal, 5 6 badminton enz.? Geeft u gymnastieklessen zoals o.a. dansen, turnen, balanceren? 5 5 12 Gebruikt u vaak "kleine" materialen, ballen, kegels etc.? 7 3 Gebruikt u vaak "grote" materialen, kast, bok, touwen? 5 5 Kunt u gebruik maken van voldoende goede materialen? 1 8 Heeft u contacten met sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs op uw school? Zou u meer gebruik willen maken van de voorzieningen van sportaccommodaties? Ziet u mogelijkheden om sportverenigingen te betrekken bij de uitvoering van sportlessen? Ziet u meerwaarde in het gezamenlijk vormgeven van het bewegingsonderwijs met sportverenigingen en sportbonden? Bent u op de hoogte van initiatieven die het vakoverstijgende aspect van sport benadrukken? (bv. rekenen door te darten, aardrijkskunde, biologie adhv gps wandelen, fair play, waarden en normen, verzorging) Vindt u dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt? Vindt u dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding? 4 7 10 9 2 11 5 6 11 9 2

4.0 Bewegingsonderwijs De Klim Op 24 docenten hebben de vragenlijst ingevuld. Het aantal leraren dat op een bepaalde vraag heeft geantwoord, staat tussen haakjes vermeld. Ruim 80% van de respondenten verzorgt de sportlessen zelf. Tweederde gebruikt daar ook een methode voor. Methoden als beter spelen in de gymzaal, basislessen bewegingsonderwijs (4), Van Gelder bewegingslessen (12) en bewegingsonderwijs in het speellokaal worden vermeld. Bijna 60% van de leraren (14) zegt tevreden te zijn over de kwaliteit van zijn/haar sportlessen. Op de Klim Op is een doorgaande lijn aanwezig die door bijna iedereen (21) wordt gebruikt. Een groot aantal respondenten vindt het geven van sportlessen leuk (15), maar er zijn ook vrij veel betrokkenen die daar weinig plezier aan beleven (8). Bijna iedereen is gediplomeerd voor het geven van sportlessen (22). Toch vindt een derde dat ze onvoldoende vaardigheden bezitten om de sportlessen te verzorgen (8). Opgemerkt wordt dat ze technisch niet altijd goed zijn onderbouwd en inhoudelijk soms onvoldoende. De behoefte aan bijscholing (10) is redelijk groot te noemen en nieuwe impulsen zijn altijd welkom. Desondanks is er nauwelijks behoefte aan individuele coaching (1). Ruim 60% van de onderwijzers (15) wil graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over het geven van sportlessen. Ook vindt bijna iedereen (20) dat er meer aandacht moet komen voor het geven van het vak LO. Een derde van de respondenten geeft aan ervaring te hebben met stagiaires van een opleiding Sport en Bewegen bij het geven van sportlessen (8). De behoefte hieraan is bij ruim 90% van de leerkrachten aanwezig. Zowel sporttechnische lessen (8) als gymnastieklessen (12) komen bij De Klim Op aan bod. Bij de sportlessen wordt opgemerkt dat deze te weinig worden behandeld. Tijdens deze lessen worden zowel 'kleine' (22) als 'grote' (22) materialen frequent gebruikt. Over de kwaliteit van de materialen is men over het algemeen tevreden (18). Een aantal kleine materialen wordt gemist zoals foamballen. Ook weet men niet altijd hoe de vaste toestellen te plaatsen. 13 Een derde van de docenten heeft contacten met naburige sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs (8). De badmintonvereniging, judo- en tennisclub worden hierbij genoemd. Ruim de helft van de respondenten zou meer gebruik willen maken van de faciliteiten die sportaccommodaties en sportverenigingen kunnen bieden (13). Iedereen ziet hier mogelijkheden (23) en begrijpt de meerwaarde (23). Men is minder goed op de hoogte van initiatieven die het grensoverschrijdende aspect van sport en bewegen benadrukken (10). Wel vindt bijna iedereen (23) vindt dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt. Tot slot ziet bijna iedereen in (23) dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding. Opmerkingen onderwijzers geplaatst bij de open vragen: Bewegen is gezond, alle leerkrachten moeten bevoegdheid hebben voor bewegingsonderwijs!, aandacht voor blessures, sportiviteit, mentaliteit, opbouw (door de jaren) vooral in sporten (voetbal, basketbal, etc.), doorgaande lijn, goede techniekbeheersing > uitleg, zelf goede voorbeeld (gezond eten en bewegen), materialen, nieuwe gymmethode, juiste warming up per les, dus voor touw en ringen een andere warming up dan bij trefbal, een muziekinstallatie voor bewegen op muziek (onze radio heeft geen ontvangst in de zaal), richtlijnen om een punt/cijfer te geven voor het gehele bewegingsonderwijs, aandacht voor materialen, sporthal voldoet niet aan alle eisen, onvoldoende materialen, te dikke kinderen / bewegen, sportiviteit (2), samenwerken en leren omgaan met verliezen, openingstijden en huurtijden van de sporthal,

door beperkte uren moeten gymlessen geclusterd worden zodat de leerlingen maar 1 x per week les krijgen (weliswaar 1 lange les maar toch geen goede zaak), betrekken verenigingen; stagiaires van (sport)opleidingen zodat ik weer nieuwe ideёen op doe en kinderen kan aanspreken op hun sterke kanten, dus bv. ook dansen, turnen ed., uitleg voor opzetten en gebruik van toestellen en materialen (2), uitzetten materialen, extra begeleiding bij de gymopleiding 4.1 Conclusies en aanbevelingen De Klim Op Vaardigheden leerkrachten Het valt op dat relatief een groot aantal onderwijzers ontevreden is over haar/zijn lessen en dat het verzorgen van bewegingsonderwijs door een derde niet erg leuk wordt gevonden. Ook geeft een groot aantal docenten aan onvoldoende vaardigheden te hebben, terwijl ze wel zijn gediplomeerd. We willen De Klim Op adviseren dit verder te onderzoeken. Wellicht kan er met een paar ingrepen zaken worden verbeterd. Hiervoor is wel meer inzicht nodig. Kwaliteit bewegingsonderwijs Het werken met een leerling volg systeem kan voor het bewegingsonderwijs veel betekenen. Een leerling kan op diverse zaken worden beoordeeld. Wanneer een aantal vaardigheden worden bijgehouden en besproken kan er gericht met de leerlingen worden gewerkt. Het wordt dan ook voor iedereen leuker en interessanter. Vooral ook wanneer deze vaardigheden vervolgens worden vermeld op het rapport. De waardering voor Sport en Bewegen wordt er door verhoogd. Coördinatie en afstemming Het is belangrijk dat er binnen de school een coördinator voor het Sport en Bewegen wordt aangesteld. Hij/zij is daarmee eerste aanspreekpunt, zowel intern als extern. De coördinator kan er dan tevens mede voor zorgen dat de beschikbare bronnen/literatuur op de school wordt uitgebreid. Een belangrijk, betrekkelijk eenvoudig te realiseren actiepunt. 14 Stagiaires in het bewegingsonderwijs De contacten met HBO (Fontys Sportacademie/ALO) en MBO (Sport en Bewegen/KW1C en ROC Midden Brabant) instellingen dient worden aangehaald. Er is veel behoefte aan stagiaires. Het ontwikkelen van een stageplan wordt dan ook aanbevolen. Eventuele aanstellingen van stagiaires kan in het kader van het project Jij in Beweging. Een stagiaire kan zo ook op meerdere scholen ervaring op doen. Afspraken hierover moeten worden gemaakt. Materialen Voordat er nieuwe materialen worden aangeschaft is het belangrijk te weten wat er momenteel beschikbaar is en wie, waarvoor verantwoordelijk is (aanschaf, onderhoud). De beschikbare materialen dienen eerst goed te worden geïnventariseerd. Informatie van het KVLO kan hierbij goed worden gebruikt. Zij hanteren praktische overzichten voor wat betreft materialen en accommodaties. Sportactiviteiten en relatie met derden De contacten met de lokale sportverenigingen moet worden verstevigd. Hier is veel behoefte aan. Bovendien kan zo het aanbod van bewegingsonderwijs worden verbreed. Maak hier ook met de clubs duidelijke en meerjarige afspraken over. Hiermee ontstaan er leuke en vruchtbare samenwerkingsvormen.

Vakoverstijgende programma s Materie rond bewegen en gezondheid dient beter op elkaar te worden afgestemd. Hiervoor kan prima, met de GGD actie op worden genomen. Maar overweeg ook implementatie van de methode lekker fit op school. Voor de leerlingen wordt zo een gezamenlijke aanpak zichtbaar terwijl ook ouders erbij worden betrokken. Sport en Bewegen is goed inzetbaar om andere leerdoelen te bereiken. Speel hier op in en maak gebruik van trends (gps wandelen, bridge, darts, opstellen toernooischema s). Ook dansen en muziek gaat uitstekend met sport en bewegen samen. De professional Uiteindelijk kan een professional het grootste verschil maken. De ontwikkelingen rond het aanstellen van een zogenaamde combinatiefunctionarissen moet goed worden gevolgd. Het aanstellen van een vakleerkracht LO, evt. in samenwerking met de andere scholen, dient te worden overwogen. 15

4.2 De Klim Op tabeloverzicht uitslag 0 meting Vraag Ja Nee Verzorgt u zelf sportlessen? 20 4 Hoe vaak per week geeft u een sportles? (aangeven onder opmerking) Maakt u gebruik van een methode voor de sportlessen? 16 2 Zo ja welke?...... Bent u over het algemeen tevreden over uw sportlessen? 14 8 Is er een doorgaande lijn op school voor de gym? 24 Gebruiken jullie de doorgaande lijn? 21 2 Geen doorgaande lijn. => wordt er overlegd en de lessen op elkaar afgestemd? Vindt u het geven van sportlessen leuk? 15 8 Bent u gediplomeerd voor het geven van sportlessen? 22 2 Vindt u dat u voldoende vaardigheden heeft om de sportlessen te verzorgen? 16 8 Heeft u behoefte aan bijscholing op het gebied van sportlessen? 10 14 Heeft u behoefte aan individuele coaching m.b.t. sportlessen? 1 23 Zou u graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over sportlessen? 15 8 Vindt u dat er meer aandacht moet zijn voor de sportlessen? 20 4 Heeft u ervaring met stagiaires vanuit een opleiding Sport en Bewegen bij het 8 17 verzorgen van sportlessen? Zou u gebruik willen maken van stagiaires voor het geven van de 22 2 sportlessen? Geeft u sporttechnische lessen zoals o.a. voetbal, basketbal, volleybal, 8 17 badminton enz.? Geeft u gymnastieklessen zoals o.a. dansen, turnen, balanceren? 12 12 16 Gebruikt u vaak "kleine" materialen, ballen, kegels etc.? 22 2 Gebruikt u vaak "grote" materialen, kast, bok, touwen? 22 2 Kunt u gebruik maken van voldoende goede materialen? 18 6 Heeft u contacten met sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs op uw school? Zou u meer gebruik willen maken van de voorzieningen van sportaccommodaties? Ziet u mogelijkheden om sportverenigingen te betrekken bij de uitvoering van sportlessen? Ziet u meerwaarde in het gezamenlijk vormgeven van het bewegingsonderwijs met sportverenigingen en sportbonden? Bent u op de hoogte van initiatieven die het vakoverstijgende aspect van sport benadrukken? (bv. rekenen door te darten, aardrijkskunde, biologie adhv gps wandelen, fair play, waarden en normen, verzorging) Vindt u dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt? Vindt u dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding? 8 16 13 11 23 1 23 1 10 14 23 1 23 1

5.0 Bewegingsonderwijs Dr. Landman 26 docenten hebben de 0 meting ingevuld. Het aantal leraren dat op een bepaalde vraag heeft geantwoord, staat tussen haakjes vermeld. Ruim driekwart van de respondenten verzorgt de sportlessen zelf (20). Bijna 60% gebruikt een methode (15). De basislessen bewegingsonderwijs (4), bewegen op de basisschool (2), zelf samengesteld (4) en Van Gelder (4) worden genoemd. Ruim 60% van de respondenten (16) zegt tevreden te zijn over de kwaliteit van zijn/haar sportlessen. Op de Dr. Landman is een doorgaande lijn aanwezig die door bijna iedereen (24) wordt gebruikt. Opgemerkt wordt dat er met een boek wordt gewerkt waarin de lessen worden beschreven per groep. Ongeveer 80% van de onderwijzers vindt het geven van sportlessen leuk (20), slechts 3 betrokkenen beleeft er weinig plezier aan. Ook is haast iedereen gediplomeerd voor het geven van sportlessen (23). Ruim eenderde vindt dat ze onvoldoende vaardigheden bezitten om de sportlessen te verzorgen (9). Opgemerkt wordt dat de jaren gaan tellen en dat het verzorgen van de lessen voor de eerste groepen erg verschilt met die van de bovenbouw. De behoefte aan bijscholing (3) is zeer gering en ook is er nauwelijks behoefte aan individuele coaching (1). Een kleine 40% van de onderwijzers (10) wil meer inhoudelijke informatie ontvangen over het geven van sportlessen. 65% van de leraren (17) vindt dat er meer aandacht moet komen voor het vak LO. Ongeveer de helft van de respondenten heeft ervaring met stagiaires van een opleiding Sport en Bewegen bij het geven van sportlessen (12). De behoefte aan dergelijke stagiaires is bij ruim de helft aanwezig. Opgemerkt wordt dat inzet van stagiaires bij de eerste groepen nauwelijks gebeurd. Zowel sporttechnische lessen (7) als gymnastieklessen (13) komen bij de Dr. Landman beperkt aan bod. Sporttechnische lessen als handbal en hockey worden sporadisch behandeld. Tijdens de lessen worden zowel 'kleine' (21) als 'grote' (20) materialen gebruikt. Over de kwaliteit van de materialen is men over het algemeen tevreden (19). Vijf leerkrachten geven aan ontevreden te zijn over het aantal matten, de grote van de ruimte en het ontbreken van een vast klimrek. 17 Slechts 15% van de onderwijzers heeft contact met plaatselijke sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs (4). Ongeveer de helft van de respondenten zou meer gebruik willen maken van de faciliteiten van sportaccommodaties en sportverenigingen (12). Ongeveer 60% van de ondervraagden ziet daartoe ook mogelijkheden. Een meerwaarde ervan wordt door 70% ingezien (18). Men is betrekkelijk goed op de hoogte van initiatieven die het grensoverschrijdende aspect van sport benadrukken (14). Bronnen als media en vakbladen worden genoemd als inspiratie. Iedereen vindt dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt. Tot slot ziet bijna iedereen in (23) dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding. Opmerkingen onderwijzers geplaatst bij de open vragen: Dat bewegen goed voor je is, dat teamsporten ook goed voor de sociale vorming van de kinderen is; kinderen op jonge leeftijd kennis laten maken met diverse vormen van sport, kleuters in speeltijd wanneer het regent in de speelzaal met de peuters, kwalitatief goed opgeleid personeel (vakleerkrachten ook op de basisschool!), opleiding op Pabo wat betreft gym, het lekker sporten, kinderen moeten het doen, IB-er: kan veel vragen niet goed beantwoorden vanuit de praktijk.

5.1 Conclusies en aanbevelingen Dr. Landman Vaardigheden leerkrachten Het is erg positief dat veel onderwijzers het verzorgen van bewegingsonderwijs leuk vindt. Redelijk wat docenten geeft aan onvoldoende vaardigheden te hebben om goed bewegingsonderwijs te geven. Aan te bevelen valt dit nader te onderzoeken. Wellicht kan er met een paar ingrepen zaken worden verbeterd. Vaak wordt het voor de leraar en leerling interessanter wanneer er wordt gewerkt met een leerling volg systeem. Beweegvaardigheden kunnen hiermee worden gevolgd en beoordeeld. Wanneer vervolgens een aantal van deze vaardigheden worden vermeld op het rapport wordt de waardering voor Sport en Bewegen verhoogd en kan er gerichter worden gewerkt. Coördinatie bewegingsonderwijs Het valt aan te bevelen om binnen de school een docent tot coördinator voor Sport en Bewegen te benoemen. Hij/zij is daarmee eerste aanspreekpunt voor wat betreft deze materie, zowel intern en extern. Beschikbare bronnen en literatuur dienen op de school te worden uitgebreid. Leraren doen zo eerder inspiratie op en handelen sneller vernieuwend en uitdagend. Stagiaires in het bewegingsonderwijs Opgemerkt moet worden dat de onderwijzers van de Dr. Landman geen eenduidige houding hebben ten aanzien van stagiaires. Toch kunnen de contacten met HBO (Fontys Sportacademie/ALO) en MBO (Sport en Bewegen/KW1C en ROC Midden Brabant) instellingen worden aangehaald. Stagiaires kunnen worden ingezet tijdens en naschooltijd. Eventueel in samenwerking met andere scholen in de gemeente en/of met sportverenigingen. Hiervoor dient er een stageplan te worden ontwikkeld. Door betere afspraken met de onderwijsinstelling van de stagiaire en door betere afstemming met derden kan er meer continuïteit worden aangebracht. Het werken met stagiaires wordt zo interessanter en succesvoller. Stagiaires kunnen wellicht een vast onderdeel gaan vormen binnen de leerlijn. 18 Sportactiviteiten en relatie met derden Er dient te worden geïnvesteerd in de contacten met de lokale sportverenigingen. Sportverenigingen kunnen voor verbreding zorgen van het aanbod binnen het bewegingsonderwijs. Door op te trekken met clubs ontstaan er voor de leerlingen leuke, interessante en doeltreffende samenwerkingsvormen. Sportlessen, clinics en toernooien kunnen het best op een daarvoor ingerichte locatie/faciliteit worden gehouden. Sportoverstijgende programma s Sport en Bewegen kan goed worden ingezet om andere leerdoelen te behalen. De docenten zien hier zeker mogelijkheden. Het valt dan ook aan te bevelen om op de trends in te spelen. Met verenigingen en bonden kunnen zaken worden georganiseerd als gps wandelen, darts en schaken. Deze bonden hebben programma s ontwikkeld speciaal voor basisscholen. Ook kunnen er meer verbanden worden gelegd tussen voeding en beweging. Ouders dienen hierbij betrokken te worden. Overweeg ook implementatie van de methode lekker fit op school. Hier wordt duidelijk en succesvol een integrale aanpak gehanteerd. Bespreek ook de mogelijkheden van en met de GGD. De professional Uiteindelijk kan een professional het grootste verschil maken. De ontwikkelingen rond het aanstellen van zogenaamde combinatiefunctionarissen moet goed worden gevolgd. Mogelijkheden van het aanstellen van een vakleerkracht LO, evt. in samenwerking met de andere scholen, dient te worden onderzocht.

5.2 Dr. Landman tabeloverzicht uitslag 0 meting Vraag Ja Nee Verzorgt u zelf sportlessen? 20 6 Hoe vaak per week geeft u een sportles? (aangeven onder opmerking) Maakt u gebruik van een methode voor de sportlessen? 15 5 Zo ja welke?...... Bent u over het algemeen tevreden over uw sportlessen? 16 5 Is er een doorgaande lijn op school voor de gym? 26 Gebruiken jullie de doorgaande lijn? 24 Geen doorgaande lijn. => wordt er overlegd en de lessen op elkaar afgestemd? Vindt u het geven van sportlessen leuk? 20 3 Bent u gediplomeerd voor het geven van sportlessen? 23 2 Vindt u dat u voldoende vaardigheden heeft om de sportlessen te verzorgen? 17 9 Heeft u behoefte aan bijscholing op het gebied van sportlessen? 3 23 Heeft u behoefte aan individuele coaching m.b.t. sportlessen? 1 23 Zou u graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over sportlessen? 10 15 Vindt u dat er meer aandacht moet zijn voor de sportlessen? 17 7 Heeft u ervaring met stagiaires vanuit een opleiding Sport en Bewegen bij het 12 13 verzorgen van sportlessen? Zou u gebruik willen maken van stagiaires voor het geven van de 14 9 sportlessen? Geeft u sporttechnische lessen zoals o.a. voetbal, basketbal, volleybal, 7 17 badminton enz.? Geeft u gymnastieklessen zoals o.a. dansen, turnen, balanceren? 13 10 19 Gebruikt u vaak "kleine" materialen, ballen, kegels etc.? 21 3 Gebruikt u vaak "grote" materialen, kast, bok, touwen? 20 3 Kunt u gebruik maken van voldoende goede materialen? 19 5 Heeft u contacten met sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs op uw school? Zou u meer gebruik willen maken van de voorzieningen van sportaccommodaties? Ziet u mogelijkheden om sportverenigingen te betrekken bij de uitvoering van sportlessen? Ziet u meerwaarde in het gezamenlijk vormgeven van het bewegingsonderwijs met sportverenigingen en sportbonden? Bent u op de hoogte van initiatieven die het vakoverstijgende aspect van sport benadrukken? (bv. rekenen door te darten, aardrijkskunde, biologie adhv gps wandelen, fair play, waarden en normen, verzorging) Vindt u dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt? Vindt u dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding? 4 20 12 10 15 7 18 5 14 10 24 23 1

6.0 Bewegingsonderwijs St. Franciscus 10 docenten van de St. Franciscus hebben de vragenlijst ingevuld. Het aantal leraren dat op een bepaalde vraag heeft geantwoord, staat tussen haakjes vermeld. Van de onderwijzers verzorgt tweederde de sportlessen zelf. De meerderheid geeft aan hier geen duidelijke methode voor te gebruiken. Ook is er niet sprake van een doorgaande leerlijn. Ondanks dat is een meerderheid (6) tevreden over de kwaliteit van de sportlessen. Dezelfde meerderheid zorgt ervoor dat er onderling overleg plaatsvindt en dat de sportlessen op elkaar worden afgestemd. Over het algemeen heeft men plezier in het geven van bewegingslessen en is men gediplomeerd (7). Er is behoefte aan bijscholing en individuele coaching (3) op het gebied van het bewegingsonderwijs. Ook bestaat er een duidelijke behoefte aan meer vakinhoudelijke informatie over het geven van sportlessen. 90% van de onderwijzers geeft aan dit op prijs te stellen. Iedereen vindt dat er meer aandacht voor het bewegingsonderwijs moet komen. Alle onderwijzers zouden graag gebruik willen maken van stagiaires Sport en Bewegen. 70% heeft hier ook ervaring mee. Zowel sporttechnische sporten als gymnastieklessen komen bij het St. Franciscus aan bod. Een complete klacht is dat men niet kan beschikken over voldoende en goede materialen Kleine materialen worden door alle docenten gebruikt, grote materialen nauwelijks. De helft van de respondenten heeft geen contact met de plaatselijke sportverenigingen. De wens om meer gebruik te maken van de faciliteiten en de mogelijkheden van de sportaccommodaties is groot (alle respondenten). Iedereen ziet daartoe ook mogelijkheden. Goede contacten met de verenigingen wordt als een duidelijke meerwaarde beschouwd. 20 Ook vinden alle respondenten dat met behulp van sport en bewegen meerdere leerdoelen kunnen worden bereikt. Men is niet goed op de hoogte van initiatieven die het vakoverschrijdende aspect van sport behandelen (slechts 3 van de 10 respondenten). Tot slot vinden alle ondervraagden dat er verbanden moeten worden gelegd tussen het bewegingsonderwijs en gezonde voeding. Opmerkingen onderwijzers geplaatst bij de open vragen: Meer materialen in de gymzaal in Biezenmortel, meer verschillende materialen, meer materialen in de sportzaal (Dorpshuis De Vorselaer).

6.1 Conclusies en aanbevelingen St. Franciscus Een doorlopende leerlijn St. Franciscus kan werk maken van een doorlopende leerlijn. Het ontbreken ervan geeft kansen dit vernieuwend en uitdagend vorm te geven. Hiervoor kan ook uitstekend worden gekeken naar andere scholen. Bovendien valt aan te bevelen hier specialisten bij te betrekken. De KVLO kan hiervoor worden benaderd en mogelijkheden vanuit Jij in beweging dienen te worden gebruikt. Basisscholen worden bijvoorbeeld vanuit de KVLO gecertificeerd tot sportactieve school. Een dergelijke profilering van de school binnen de gemeente kan worden overwogen. Leerlingvolgsysteem Vaak wordt het voor de leraar en leerling interessanter wanneer er wordt gewerkt met een leerling volg systeem. Beweegvaardigheden kunnen hiermee worden gevolgd en beoordeeld. Wanneer vervolgens een aantal van deze vaardigheden worden vermeld op het rapport wordt de waardering voor Sport en Bewegen verhoogd en kan er gerichter aan worden gewerkt. De methodiek en didactiek op het gebied van sport en bewegen komt zo tevens aanbod tijdens vaste overlegmomenten. Coördinatie en afstemming Het valt sterk aan te bevelen om een docent tot coördinator Sport en Bewegen te benoemen. Hij/zij is daarmee eerste aanspreekpunt, zowel intern en extern. De beschikbare bronnen/literatuur op de school dient te worden uitgebreid en de docenten moet worden gewezen op digitale bronnen van sporttechnische bonden en bv. het lo-brengenhaalplein.nl. Het wordt zo leraren makkelijker gemaakt uitdagende lessen te verzorgen. Materialen Inventariseer goed wat er is aan beschikbare materialen. Onderzoek ook duidelijk wie, waarvoor verantwoordelijk is (aanschaf, onderhoud). Schaf zo snel mogelijk een aantal veel gebruikte materialen aan. De klacht van slecht materiaal is binnen Franciscus het grootst. 21 Stagiaires in het bewegingsonderwijs De contacten met HBO (Fontys Sportacademie/ALO) en MBO (Sport en Bewegen/KW1C en ROC Midden Brabant) instellingen kunnen worden aangehaald. Stagiaires kunnen zo worden ingezet tijdens en naschooltijd. Eventueel in samenwerking met de andere scholen en met verenigingen kan hiervoor een stageplan worden ontwikkeld. Zo wordt er continuïteit in aangebracht en worden stagiaires een onderdeel van de leerlijn. Bovendien doen stagiaires ervaring op met het werken voor meerdere partijen. Sportactiviteiten en relatie met derden Er dient te worden geïnvesteerd in de contacten met de lokale sportverenigingen. Sportverenigingen kunnen voor verbreding zorgen van het aanbod binnen het bewegingsonderwijs. Door op te trekken met clubs ontstaan er voor de leerlingen leuke, interessante en doeltreffende samenwerkingsvormen. Bepaalde sportlessen, clinics en toernooien worden zo op een daarvoor ingerichte locatie/faciliteit gehouden.

Sportoverstijgende programma s Sport en Bewegen kan goed worden ingezet om andere leerdoelen te behalen. De docenten zien hier zeker mogelijkheden. Het valt dan ook aan te bevelen om op de trends in te spelen. Met verenigingen en bonden kunnen zaken worden georganiseerd als GPS wandelen, darts en schaken. Deze bonden hebben programma s ontwikkeld speciaal voor basisscholen. Gebruik ook muziek en dans om het aanbod te completeren. Ook kunnen er meer verbanden worden gelegd tussen voeding en beweging. Ouders dienen hierbij betrokken te worden. Overweeg ook implementatie van de methode lekker fit op school. Hier wordt duidelijk en succesvol een integrale aanpak gehanteerd. Bespreek ook de mogelijkheden van en met de GGD. De professional Uiteindelijk kan een professional het grootste verschil maken. De ontwikkelingen rond het aanstellen van zogenaamde combinatiefunctionarissen moet goed worden gevolgd. De mogelijkheden van het aanstellen van een vakleerkracht LO, in samenwerking met de andere scholen, dient te worden onderzocht. 22

6.2 St. Franciscus tabeloverzicht uitslag 0 meting Vraag Ja Nee Verzorgt u zelf sportlessen? 7 3 Hoe vaak per week geeft u een sportles? (aangeven onder opmerking) Maakt u gebruik van een methode voor de sportlessen? 2 5 Zo ja welke?...... Bent u over het algemeen tevreden over uw sportlessen? 6 3 Is er een doorgaande lijn op school voor de gym? 10 Gebruiken jullie de doorgaande lijn? 10 Geen doorgaande lijn. => wordt er overlegd en de lessen op elkaar afgestemd? 6 3 Vindt u het geven van sportlessen leuk? 7 2 Bent u gediplomeerd voor het geven van sportlessen? 7 3 Vindt u dat u voldoende vaardigheden heeft om de sportlessen te verzorgen? 5 1 Heeft u behoefte aan bijscholing op het gebied van sportlessen? 2 8 Heeft u behoefte aan individuele coaching m.b.t. sportlessen? 3 7 Zou u graag meer inhoudelijke informatie ontvangen over sportlessen? 9 1 Vindt u dat er meer aandacht moet zijn voor de sportlessen? 8 1 Heeft u ervaring met stagiaires vanuit een opleiding Sport en Bewegen bij het 7 3 verzorgen van sportlessen? Zou u gebruik willen maken van stagiaires voor het geven van de sportlessen? 10 23 Geeft u sporttechnische lessen zoals o.a. voetbal, basketbal, volleybal, 6 4 badminton enz.? Geeft u gymnastieklessen zoals o.a. dansen, turnen, balanceren? 7 3 Gebruikt u vaak "kleine" materialen, ballen, kegels etc.? 10 Gebruikt u vaak "grote" materialen, kast, bok, touwen? 4 6 Kunt u gebruik maken van voldoende goede materialen? 1 9 Heeft u contacten met sportverenigingen in relatie tot het bewegingsonderwijs 5 5 op uw school? Zou u meer gebruik willen maken van de voorzieningen van 10 sportaccommodaties? Ziet u mogelijkheden om sportverenigingen te betrekken bij de uitvoering van 10 sportlessen? Ziet u meerwaarde in het gezamenlijk vormgeven van het bewegingsonderwijs 10 met sportverenigingen en sportbonden? Bent u op de hoogte van initiatieven die het vakoverstijgende aspect van sport 3 7 benadrukken? (bv. rekenen door te darten, aardrijkskunde, biologie adhv gps wandelen, fair play, waarden en normen, verzorging) Vindt u dat door sport en bewegen andere leerdoelen kunnen worden bereikt? 9 Vindt u dat er verbanden moeten worden gelegd tussen sportlessen en gezonde voeding? 10