Samenvatting Nederlands Programma-document Europees Sociaal Fonds EQUAL Periode 2000-2006



Vergelijkbare documenten
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid EQUAL. EQUAL Europese subsidies ter bestrijding van discriminatie en ongelijkheid op de arbeidsmarkt

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s' GRAVENHAGE. EQUAL resultaten eerste tranche

Ons kenmerk W&B/URP/08/17468 Datum 23 juni 2008 Onderwerp Nader rapport inzake het voorstel van wet houdende wijziging van de Wet werk en bijstand,

1 Inleiding. 1.1 Discriminatie in arbeidsmarktperspectief

INTENTIEVERKLARING INZAKE DE ARBEIDSPARTICIPATIE VAN HERINTREDENDE VROUWEN

Checklist borging tweede doelstelling ESF gelijke kansen en nondiscriminatie

ondernemerschap vanuit een bij opleidingskeuze achterstandspositie.(ondernemerschap Wajonger ) (Activering) thuislozen (Activering)

2. Het beleid ten aanzien van ontheffing van de arbeidsverplichting wijzigen en aan

Terugkoppeling motie 'Van bijstand naar baan' De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Stichting EJ van de Arbeid

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 10 oktober

Notitie toetsingsprocedure Initiële aanvraag EQUAL

Transitieplan. 12 september 2013

De Ministeriële subsidieregeling ESF-EQUAL en het Programma-doument ESF-EQUAL treft u hierbij ter kennisname aan.

Hoe beïnvloedt het Europese beleid de uitvoering van het arbeidsmarktbeleid in Vlaanderen?

Figuur 1: Arbeidsparticipatie per geslacht, 15- tot 64-jarigen, 2014

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

7,2. Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart keer beoordeeld

BIJLAGE BIJ DE CAO NR. 38 VAN 6 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE WERVING EN SELECTIE VAN WERKNEMERS

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 oktober 2010 (12.10) (OR. en) 14479/10 SOC 612 EDUC 158 ECOFIN 580 NOTA

Maak een eind aan de beloningsverschillen tussen vrouwen en mannen.

Sectorplan Levensmiddelenindustrie

Toespraak staatssecretaris H.A.L. van Hoof bij de opening van de miniconferentie O&O-fondsen op 10 september 14.00u in Den Haag

INTENTIEVERKLARING INZAKE DE ARBEIDSPARTICIPATIE VAN HERINTREDENDE VROUWEN

Ab Harrewijnrede 2003 Minister Aart Jan de Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 21 mei 2003 te Amsterdam.

Onderwerp: Aanvraag ESF-subsidie Actieve Inclusie Reg.nummer: 2014/379169

Effectieve toeleiding van werklozen naar werk

Methodiekbeschrijving Januari Laat Zien Wat Je Kunt

BESCHERMING TEGEN DISCRIMINATIE VOOR Ú

Betreft: Reactie van de Haagse Maatschap op Landelijke bezuinigingen kinderopvang (RIS )

als stimulans voor een hogere participatie p van ouderen op de arbeidsmarkt (NEA-paper) Frank Cörvers

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake het Nationaal actieprogramma 'een leven lang leren'

507 miljoen euro voor re-integratie en duurzame inzetbaarheid in Nederland

April Actieplan ter voorkoming én bestrijding van werkloosheid onder 50-plussers

Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk.

Help, ik heb personeel

Thema s en begrippen. Mechanismen van achterstelling en uitsluiting. Agenda. Borging van de thema s in de ESF projecten. Vragen

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Impuls klantprofielen kandidatenverkenner en grensoverschrijdende arbeidsbemiddeling

Intersectorale mobiliteit. Kees Hagens Rijnland Advies

Nieuwe kans op extra instroom

Datum 21 november 2014 Betreft Kamervragen over de integratie van vluchtelingen naar aanleiding van de Integratiebarometer van Vluchtelingenwerk

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Het CENTRUM voor WERK & INKOMEN. een overzicht ten behoeve van inzicht

Position Paper. Samenwerking Noord. Samenwerken door Samen te Doen!

Vragen V-100 bij Jaarverslag Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2018

29544 Arbeidsmarktbeleid. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

werkt ig > ondernemers > open > partnerschap > personeelsverloop > projecten > rekruteren > service > sn U denkt aan rekruteren, aanwerven, opleiden?

Achtergrondinformatie. Man 2.0. Programma ter bevordering van emancipatie en participatie van sociaal geïsoleerde mannen

Arbeidstoeleiding van Jongeren in kwetsbare posities. Adviezen G4

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

IZ/BSB/2001/2080 DCE/2001/1051

Activeringsplan nieuwkomers, een eerste aanzet om te komen tot een integrale aanpak

S A M E N V A T T I N G

Oplegvel Collegebesluit

B&W-nr.: d.d Beleid ten aanzien van Stages en Werkervaringsplaatsen BESLUITEN. Behoudens advies van de commissie EP

Nationale Zorgvernieuwingsprijs. Zorgarbeidspool

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

REKRUTERING & SELECTIE

Gelijke behandeling. informatie voor werknemers

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Werk maken van diversiteitsmanagement

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014

Plan van Aanpak. Project : Toeleiding naar scholing en werk van jongeren met een Roma achtergrond in Lelystad. Aanleiding

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Algemene beschouwing

#DUIDING KRACHTLIJNEN NON-DISCRIMINATIE LIBERFORM / DUIDING KRACHTLIJNEN NON-DISCRIMINATIE LIBERFORM.BE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Gedragsregels van GEA AG

Tijd om aan de slag te gaan Risico op recidive bij ex-gedetineerden verminderen

TRANSITION FROM SCHOOL TO WORK ÜBERGANG SCHULE-BERUF. Scholing en ondersteuning bij de transitie van school naar werk in vier Europese landen

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten

Personeelsvoorziening van de toekomst

Sectorplan Levensmiddelenindustrie

Bernard ter Haar Vrijdag 1 juli 2016

Cao checklist diversiteit 2013

Nieuwe kansen voor intermediairs

Arbeidsmarktregio Achterhoek. Eindverantwoording Screening en matching vergunninghouders 2018

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen van het lid Bussemaker (PvdA) over de resultaten van de Taskforce Jeugdwerkloosheid.

ESF doelstelling 3 MEER PERSPECTIEF MET ESF!


Opdrachtgever project Werknemer in opleiding : ministerie van OCW

Welke opvangmogelijkheden zijn er in principe voor kinderen van inburgeraars?

PARTICIPATIE: ÓÓK IN OOST-GRONINGEN!

Startnotitie Werken naar Vermogen

Evaluatierapport Groenproject gemeente Boxmeer

Voor eerlijke kansen en keuzes in werk en opleiding

Beste HRM Dienstverlener voor de Overheid

Provinciale Staten van Noord-Holland

DE PARTICIPATIEWET VOOR U ALS WERKGEVER

VORIGE PAGINA Sociale firma s: een oplossing voor verloren arbeidskracht ARTIKEL - 28 JANUARI 2015

Samen werken aan werk. Atlant Groep Werk met meerwaarde

Emancipatiebeleid van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Verordening Re-integratie Participatiewet gemeente Oldebroek

Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering ( ) (Europees Globaliseringsfonds)

Visie en uitgangspunten (1)

Van Hulzen Public Relations Europees Jaar Gelijke Kansen voor Iedereen 0-meting en 1-meting

Inspectie Werk en Inkomen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding

Transcriptie:

Samenvatting Nederlands Programma-document Europees Sociaal Fonds EQUAL Periode 2000-2006 Bestrijding discriminatie en ongelijkheid op de arbeidsmarkt Den Haag, 15 maart 2001 1

Inleiding De economische situatie in Nederland is gunstig. Desalniettemin kent Nederland verschillende problemen op de arbeidsmarkt: terwijl er een groot aantal openstaande vacatures bestaat zijn er ook nog steeds groepen (vaak langdurig) werklozen, vooral onder lager opgeleiden en etnische minderheden. Daarnaast is er een lage participatiegraad van ouderen, vrouwen en arbeidsgehandicapten. Het overheidsbeleid is gericht op investeren in scholing en bredere inzetbaarheid van werknemers (employability). Bovendien wil Nederland de reïntegratie in het arbeidsproces van mensen met een uitkering en van mensen zonder een arbeidsverleden maar met herkenbare, inzetbare competenties bevorderen. Hiertoe is een breed pakket maatregelen ontwikkeld. Naast het algemene arbeidsmarktbeleid voert het kabinet voor groepen waarvan de arbeidsmarktparticipatie nog vergroot kan worden specifiek arbeidsmarktbeleid. Het Nederlandse opvangbeleid van asielzoekers is gericht op bevordering van de zelfstandigheid van de asielzoeker. In dat kader kan worden gestreefd naar het scholen, activeren en het onder beperkte voorwaarden (conform de bepalingen in de Wet arbeid vreemdelingen) toeleiden naar de arbeidsmarkt. Nederland hecht grote waarde aan bevordering van de economische zelfstandigheid van vrouwen en streeft ernaar gender-gelijkheid in alle beleid in te passen. In het Meerjarenbeleidsplan Emancipatie dat in november 2000 aan de Tweede Kamer is aangeboden is dit uitgewerkt in verschillende actiepunten. EQUAL Voortbouwend op de ervaringen met ADAPT en EMPLOYMENT zullen in de komende jaren met behulp van EQUAL experimenten worden opgezet om de discriminatie en ongelijkheid op de arbeidsmarkt te bestrijden. In de richtsnoeren voor EQUAL zijn als uitgangspunten geformuleerd: vernieuwing, mainstreaming, transnationale samenwerking en empowerment. Verschillende soorten organisaties kunnen EQUAL-subsidie aanvragen: gemeenten, provincies, bedrijven,onderwijsinstellingen, belangenorganisaties, werkgevers- en werknemersorganisaties, brancheorganisaties, ondernemingsraden, Kamers van Koophandel, reïntegratiebedrijven, Lisv, expertisecentra, zorg- en dienstverleningorganisaties, vluchtelingenorganisaties, NGO s etc. Voorwaarden van EQUAL Om voor EQUAL-subsidie in aanmerking te komen, moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan. 1. Ontwikkelingspartnerschappen Een essentiële voorwaarde voor de EQUAL-subsidie is dat er gewerkt wordt in zogenaamde ontwikkelingspartnerschappen (OP s). Zij moeten samen in staat zijn om de uitgangspunten van EQUAL (vernieuwing, mainstreaming en empowerment) te realiseren. Dit houdt in dat verschillende organisaties in een bepaalde regio of uit een bepaalde sector moeten samenwerken. De koppeling van kennis en ervaring levert immers een aanzienlijke meerwaarde. Er is altijd een hoofdaanvrager die juridisch en financieel verantwoordelijk is. De samenwerking is gebaseerd op een formele overeenkomst, waarin onder andere de volgende punten zijn opgenomen: een gemeenschappelijke strategie een gedetailleerd werkprogramma 2

een financieel plan met een overzicht van de aanvullende medefinanciering van de publieke en particuliere sector, met name de regels voor het financieel beheer de verantwoordelijkheden en bijdragen van elke partner de toezegging van het ontwikkelingspartnerschap om deel te nemen aan thematische netwerking en verspreiding van goede praktijken, en om invloed op het nationale beleid uit te oefenen. 2. Vernieuwing De projecten moeten leiden tot vernieuwingen in het arbeidsmarktbeleid. In de aanvraag moet het probleem worden beschreven en moet duidelijk gemaakt worden dat een vernieuwend beleid tot de oplossing van het probleem leidt. 3. Mainstreaming Om een maximaal effect te halen uit de projecten moeten succesvolle vernieuwingen breed bekend gemaakt worden en moet het nieuwe beleid in het reguliere beleid geïntegreerd worden. 4. Transnationale samenwerking Men moet samenwerken met ten minste één organisatie uit een andere lidstaat, maar bij voorkeur met meerdere landen. Kennis en ervaring uit andere landen kunnen een belangrijke impuls geven en men kan van elkaars beleid leren. De transnationale samenwerking moet worden vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst tussen betrokken partijen, waarin de doelen en verdeling van taken en middelen zijn opgenomen. 5. Empowerment Degenen die belang hebben bij de implementatie van de activiteiten, moeten ook deel hebben aan de besluitvorming. Deelname van de belangenorganisaties is een voorwaarde voor subsidieverlening. 6. Financiën Van de totale kosten van het project wordt maximaal 50% betaald uit EQUAL-subsidie en moet minimaal 50% worden ingebracht door de partners. De meerwaarde van het EQUAL-programma t.o.v. het nationale beleid en het reguliere ESF Doelstelling 3 is gelegen in: de transnationale uitwisseling en samenwerking om vernieuwende initiatieven te ontwikkelen die bijdragen aan het oplossen van discriminatie en ongelijkheid op de arbeidsmarkt en empowerment, door vergroting van de zelfbeschikking en versterking van de belangengroepen. Ook wil Nederland de mogelijkheden van EQUAL gebruiken om via mainstreaming een blijvende oplossing voor de arbeidsmarktknelpunten te bereiken. Opzet van EQUAL In het kader van EQUAL drie acties onderscheiden voor de projecten: Actie 1: Opzet van ontwikkelingspartnerschappen en transnationale samenwerking. Actie 2: Implementatie van de werkprogramma s. De acties 1 en 2 volgen op elkaar. Actie 3: Werkzaamheden in thematische netwerken (nationaal en internationaal), disseminatie van goede benaderingen en teweegbrenging van effecten op het nationale beleid, d.w.z. de mainstreaming van het gewenste beleid. Actie 3 kan al beginnen tijdens actie 2. 3

De Nederlandse (rijks-)overheid wil op een aantal onderwerpen zelf het initiatief nemen voor een aantal Centrale projecten in het kader van EQUAL. Het gaat om de volgende onderwerpen (thema tussen haakjes): gecombineerde trajecten (A); arbeidsparticipatie van ouderen (A); gelijke behandeling/ bestrijden van discriminatie (A); sociaal verantwoord ondernemen (C); EVC kenniscentrum (E); mannen en zorg (G); doorbreken glazen plafond (H). De Nederlandse overheid vindt het van groot belang dat deze centrale projecten goed ten uitvoer worden gebracht. Daartoe zal het Ministerie van SZW het initiatief nemen om te bewerkstelligen dat deze projecten tot stand worden gebracht. Een en ander betekent niet dat de (rijks-)overheid zelf alle centrale projecten gaat uitvoeren. SZW zal partijen uitnodigen, bij elkaar brengen en stimuleren om deze projecten te starten. Daarbij zal SZW aansluiten bij de huidige verantwoordelijkheidsverdeling van wettelijke taken die de betreffende organisaties (zoals gemeenten, sociale partners en arbeidsvoorziening) al hebben op de betreffende gebieden. De centrale projecten vormen een onderdeel van het totale EQUAL-project. Dat betekent dat de hoofdaanvragers van de centrale projecten evenals andere hoofdaanvragers een EQUALaanvraag moeten indienen bij de uitvoeringsorganisatie het Agentschap i.o. en dat zij op dezelfde manier beoordeeld worden op uitvoerbaarheid en efficientie zoals dat bij de andere projecten gebeurt. Evenals de andere hoofdaanvragers zijn de hoofdaanvragers van de centrale projecten juridisch en financieel verantwoordelijk voor de uitvoering van het centrale project. Bij een aantal projecten zal de overheid zelf projecten uitvoeren, zoals bij het project mannen en zorg zal het Ministerie van SZW (onderdelen DCE en AV) zelf als hoofdaanvrager optreden. Bij andere projecten zal het Ministerie van SZW bestaande organisaties vragen om deze projecten uit te voeren, waarbij de rijksoverheid in de begeleidingscommissie zal deelnemen om de projecten op afstand te begeleiden. Voor het project EVC-kenniscentrum zal het Ministerie van EZ het voortouw nemen tot het opzetten van een centraal project waarbij een centrum wordt opgezet voor voorlichting, expertise en ontwikkeling van een kenniscentrum waar Elders Verworven Competenties worden gewaardeerd en vastgelegd. De hoofdaanvrager is en blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van het project, ongeacht of het om een centraal project gaat. Nederland schat in dat ongeveer 20 procent van het EQUAL-budget zal worden besteed aan de centrale projecten. Door Nederland geselecteerde prioriteiten in EQUAL Het Europese werkgelegenheidsbeleid berust op vier pijlers: inzetbaarheid (employability); ondernemerschap; aanpassingsvermogen; gelijke kansen voor vrouwen en mannen. 4

In deze vier pijlers zijn acht thema s ondergebracht; asielzoekers is als negende thema toegevoegd. Gelijkheid voor vrouwen en mannen (gendermainstreaming) is voor alle thema s van belang. Nederland heeft ervoor gekozen alle prioriteiten en thema s uit het Europese EQUAL-programma over te nemen om op die manier de mogelijkheden binnen dit programma optimaal te benutten en de knelpunten rondom discriminatie en ongelijkheid op de arbeidsmarkt langs verschillende invalshoeken te benaderen. In de volgende paragrafen wordt per thema besproken waar Nederland de prioriteit legt. Naast het algemene arbeidsmarktbeleid heeft Nederland ook een specifiek beleid, gericht op de volgende groepen: etnische minderheden, arbeidsgehandicapten, vrouwen, ouderen, langdurig werklozen, (ex) gedetineerden en risicojongeren. Voor deze groepen zijn alle thema s van belang. Soms wordt echter één van de doelgroepen expliciet aan de orde gesteld. Thema A: verbeteren van de (her-)intredemogelijkheden op de arbeidsmarkt Gecombineerde trajecten Sommige groepen werklozen komen moeilijk aan het werk: de bestaande maatregelen zijn niet afdoende. Er is maatwerk en persoonlijke begeleiding nodig en er moeten verschillende middelen naast elkaar ingezet worden. Zo n gecombineerd traject kan bijvoorbeeld bestaan uit sociale activering tezamen met loopbaanbegeleiding. Individuele begeleiding kan gecombineerd worden met sociale en maatschappelijke vaardigheden, assessment, activering, scholing en jobcoaching. Ook kunnen werklozen ondersteund worden bij problemen met bijvoorbeeld huisvesting, schuldsanering en uitkeringen. Nederland wil vooral aandacht besteden aan de volgende groepen: langdurig werklozen Voor een groep uitkeringsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt (fase 4 cliënten) blijken de huidige reïntegratie-instrumenten nog onvoldoende resultaat op te leveren. arbeidsgehandicapten Voor de doelgroep arbeidsgehandicapten, en met name de volledig arbeidsongeschikten (80-100%), zijn gecombineerde trajecten eveneens mogelijk. Deze groep arbeidsongeschikten wordt veelal gezien als niet-bemiddelbaar naar loonvormende arbeid. Een gedeelte van deze groep is echter door het aanbieden van een specifiek traject wel te bemiddelen. Te denken valt aan assessment, trainingsprogramma s, scholing, en loopbaanbegeleiding. Deskundigheid van verschillende organisaties kan hierbij ingeschakeld worden. herintredende vrouwen Bij herintredende vrouwen gaat het om vrouwen die bijvoorbeeld vanwege de zorg voor kinderen gedurende enige tijd de arbeidsmarkt verlaten hebben. Dat kunnen oudere vrouwen zijn die geen kinderen meer te verzorgen hebben of jongere vrouwen die wel nog grotere kinderen verzorgen en daarmee ook nog behoefte aan opvangmogelijkheden hebben. Een belangrijke categorie is de groep vrouwen die mogelijk willen gaan integreren. (ex)gedetineerden Bij deze doelgroep denkt de Nederlandse overheid vooral aan mensen uit de Strafrechtelijke Opvang Verslaafden, (zwakbegaafde) jongeren in justitiële jeugdinrichtingen en TBS-gestelden (met proefverlof). 5

Het toeleiden naar de arbeidsmarkt van groepen langdurig werklozen, (her)intredende vrouwen, arbeidsgehandicapten, (ex-)gedetineerden of andere groepen met een complexe problematiek. Arbeidstoeleiding gebeurt in gecombineerde trajecten van scholing, sociale activering, arbeidstoeleiding, eventueel gecombineerd met begeleiding op andere terreinen of nazorg op de werkvloer. Tijdens het traject is er intensieve begeleiding van casemanagers. Verbetering van de uitvoeringspraktijk De overheid besteedt veel aandacht aan de verbetering in de uitvoering van arbeidsbemiddeling door de nieuwe uitvoeringsstructuur (SUWI), omdat uitvoeringspraktijk van integratiebemiddeling en de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt veelgenoemde knelpunten zijn. Er zijn met name nog problemen bij de reïntegratie van moeilijk bemiddelbare groepen en de aansluiting van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Activiteiten die als uitdrukkelijk doel hebben het verbeteren van de uitvoering van de reïntegratiepraktijk van groepen met een achterstand op de arbeidsmarkt. Hieronder vallen samenwerking en informatieuitwiseling tussen instanties. Arbeidsparticipatie ouderen De Nederlandse overheid wil dat ouderen langer doorwerken en dat werkloze ouderen weer aan de slag komen. Hiervoor is een mentaliteitsomslag nodig bij zowel werkgevers als werknemers. Ontslag van ouderen moet ontmoedigd worden en instroom bevorderd. Bevorderen van een mentaliteitsomslag binnen bedrijven Ontmoedigen van ontslag en bevorderen van reïntegratie van oudere werknemers Doorstromen van oudere werknemers in of tussen sectoren Specifieke activiteiten gericht op behoud en reïntegratie van oudere vrouwelijke- of allochtone werknemers en - werklozen. Vluchtelingen Uit onderzoek blijkt dat veel vluchtelingen werkloos zijn. Het blijkt voor hen moeilijk te zijn een baan te krijgen, en vaak liggen de functies onder hun persoonlijke competentieniveau. Het probleem is om de juiste communicatiekanalen te vinden voor deze groep mensen. Daarom wordt gedacht aan bijvoorbeeld een assessment van werkloze vluchtelingen naar aanleiding waarvan een scholingsplan kan worden opgesteld of de persoon doelgericht bemiddeld kan worden. Maatregelen die tot doel hebben vluchtelingen te activeren en hen naar de arbeidsmarkt toe te leiden. Gelijke behandeling/bestrijden van discriminatie 6

Het gaat om discriminatie op grond van geslacht, godsdienst, levensovertuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid. Voor verschillende deelgroepen kan een betere participatie op de arbeidsmarkt worden bewerkstelligd door een cultuuromslag bij werkgevers en ook bij werknemers zelf. Nu wordt nog teveel uitgegaan van de standaard werknemer die fulltime werkt en altijd volledig inzetbaar is voor de werkgever. Die cultuuromslag moet eruit bestaan dat verschillende vormen van participatie op de arbeidsmarkt worden geaccepteerd, zodat een arbeidsklimaat ontstaat waar bijvoorbeeld ook vrouwen met zorgtaken, gehandicapten met arbeidsaanpassingen, en homoseksuele werknemers zich geaccepteerd voelen en zich welkom weten. Gelijke behandeling bij instroom (bijvoorbeeld cultuurvrije tests bij werving en selectie) Gelijke behandeling bij arbeidsvoorwaarden Gedragscodes en klachtenregelingen Bestrijding van racisme, pesten, intimidatie Verandering van mentaliteit en beeldvorming bij werkgevers door middel van onderzoek, voorlichting en conferenties Training van managers, personeelsfunctionarissen en arbeidsbemiddelaars op het gebied van intercultureel personeelsbeleid, disability management en diversiteitsbeleid Bevordering deelname van minderheden, arbeidsgehandicapten, vrouwen en ouderen in functies van managers, personeelsfunctionarissen en arbeidsbemiddelaars. Thema B: Bestrijden van rascisme en vreemdelingenhaat op de arbeidsmarkt Discriminatie op grond van ras of etnische afstemming valt in het EQUAL-programma onder thema B. Andere vormen van discriminatie worden onder thema A uitgewerkt. Discriminatie speelt nog steeds een rol bij de kansen van minderheden op de arbeidsmarkt. Om de effecten van (vaak onbewuste) discriminatie te minimaliseren dienen betrokkenen bewust te worden gemaakt van onbedoelde discriminatie-mechanismen. Het verbeteren van de inzetbaarheid van mensen heeft niet alleen betrekking op de instroom op de arbeidsmarkt maar ook op de doorstroom en het voorkomen van uitstroom. Experimenten voor de bestrijding van discriminatie ter verbetering van (her-) intredemogelijkheden op de arbeidsmarkt op grond van ras of etnische afkomst. Verbeteren van het intercultureel personeelsbeleid in zowel opleidingen als in personeelswerk. Landelijke campagne voor bestrijden van rascisme en discriminatie op de arbeidsmarkt. Thema C: Scheppen van mogelijkheden om een bedrijf te starten In Nederland is het zelfstandig ondernemerschap een belangrijke vorm van werkgelegenheid. In het EQUAL-programma wordt vooral aandacht gevraagd voor het ondernemerschap van etnische minderheden, vrouwen en arbeidsgehandicapten. Vernieuwende initiatieven kunnen genomen worden op de volgende gebieden: 7

versterking van lokale zakelijke netwerken inzet van mentoren ter verbetering van de professionaliteit kredietverlening op maat een rol voor wijkconsulenten in toegespitste begeleiding Stimulering van ondernemerschap met name voor groepen met een achterstand op de arbeidsmarkt, zoals etnische minderheden, vrouwen, arbeidsgehandicapten etc. Sociaal verantwoord ondernemen Zowel op nationaal als op internationaal niveau mag sociaal verantwoord ondernemen zich in warme belangstelling verheugen. Sociaal verantwoord ondernemen maakt onderdeel uit van maatschappelijk verantwoord ondernemen (waaronder ook duurzaam ondernemen en respect voor mensenrechten vallen). Sociaal verantwoord ondernemen is o.a. van belang bij reïntegratie van langdurig werklozen, arbeidsgehandicapten en etnische minderheden. In het kader van EQUAL valt te denken aan de volgende projecten: Combineerbaar maken van arbeid en zorg door bijvoorbeeld kinderopvang of flexibele werktijden te bieden. Hiervoor kunnen nieuwe methodieken ontwikkeld worden. Ontwikkelen van methodes om bedrijven te ondersteunen bij hun sociaal-maatschappelijke activiteiten in hun directe omgeving. Creëren van nieuwe laagdrempelige banen voor zwakke groepen in samenspraak met de gemeente. Stimuleren van maatschappelijk verantwoord ondernemen door ondersteuning van lokale samenwerkingsverbanden en bedrijven in hun maatschappijgerichte activiteiten. Thema D: Versterken van de sociale economie (tertiaire sector) Nederland wil een versterking van de werkgelegenheid bevorderen in de sociale economie, de zogenaamde tertiaire sector, in de verschillende sectoren waar nog problemen zijn. Het gaat vooral om de gezondheidszorg, de maatschappelijke dienstverlening, de milieusector en vrijwilligerswerk. Experimenten in de sociale economie (tertiaire sector) door betere werkgelegenheid voor groepen die nu nog ongelijk behandeld worden, zoals bijvoorbeeld in de gezondheidszorg, de maatschappelijke dienstverlening en in de milieusector. Arbeidstoeleidingsprojecten voor mensen die op eigen kracht en met bestaande regelingen geen toegang hebben tot de arbeidsmarkt. Experimenten ter verbetering van de kwaliteit van de werkgelegenheid door samenwerking van de sociale sector met de private economische sector. Thema E: Bevordering scholing en aansluiting op de arbeidsmarkt 8

Scholing Het is van belang dat jongeren niet voortijdig hun opleiding afbreken, maar dat ze de benodigde startkwalificaties halen. Hierover zijn afspraken gemaakt tussen de overheid en sociale partners. De sociale partners en gemeenten zullen zich inzetten om schoolverlaters met werkend-lerentrajecten alsnog aan startkwalificaties te helpen. Projecten die een dergelijk doel dienen kunnen onder het EQUAL programma vallen. De nadruk ligt op kwetsbare groepen als etnische minderheden, risicojongeren en (ex)gedetineerden. Een extra impuls is gewenst voor werkzoekenden die gemotiveerd zijn een startkwalificatie te halen maar dat niet via het reguliere onderwijs voor elkaar krijgen. Hier bieden duale leertrajecten uitkomst, waarbij leren en werken gecombineerd worden. Doelgroepen waar aan gedacht wordt zijn etnische minderheden, vluchtelingen die een inburgeringstraject volgen en herintreders. Naast projecten die betrekking hebben op een leven lang leren, vallen ook projecten voor scholing op maat onder EQUAL. Sommige groepen kunnen slecht bereikt worden met de reguliere scholing. Maatwerk is hier de oplossing, in de vorm van bijvoorbeeld inburgeringsprogramma's met moedervriendelijke agenda's (voor allochtone vrouwen), scholing voor herintreedsters, of het stimuleren van technische activiteiten voor meisjes en vrouwen. Ontwikkeling van vernieuwende (onderwijs)methoden voor het behalen van een startkwalificatie voor werkenden en werkzoekenden voor wie regulier onderwijs geen aantrekkelijke vorm van scholing biedt. Ontwikkeling van experimenten rondom levenslang leren, dat wil zeggen het op peil brengen en houden van kennis en vaardigheden van werkenden. Nieuwe vormen van scholing op maat voor groepen die anders onvoldoende bereikt worden. Projecten waardoor de deelname van meisjes en vrouwen aan technisch onderwijs op verschillende niveaus wordt bevorderd. Verbetering aansluiting tussen scholing en werk Om mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt aan het werk te helpen kunnen bedrijven en onderwijsinstellingen samenwerken. Eén van de mogelijkheden daarbij is het opzetten van een mentor- of tutorprogramma. Een mentor kan zowel in het bedrijf als in de onderwijsinstelling aangesteld worden en kan een nieuwe werknemer die net van de opleiding komt, helpen zijn weg te vinden in het bedrijf. Een tweede concrete suggestie is de oprichting van technocentra. Dit zijn intermediaire organisaties die op initiatief van regionale instanties zijn opgezet (onderwijs, bedrijven, gemeenten, Arbeidsvoorziening en andere). De technocentra hebben tot doel de aansluiting tussen (technisch) onderwijs en de (technische) arbeidsmarkt te verbeteren en kunnen bijvoorbeeld ook ingezet worden bij het verbeteren van startkwalificaties van probleemgroepen. Samenwerking tussen bedrijven en onderwijsinstellingen met mentor- of tutorprogramma s voor doelgroepen met een verwachte achterstand op de arbeidsmarkt; 9

Andere vormen van mentorprogramma s binnen bedrijven en instellingen waarbij ervaren werknemers nieuwe werknemers begeleiden op de werkvloer; Verbetering van aansluiting tussen onderwijs, scholing en werk door speciaal daartoe opgerichte instanties en/of projecten. Thema F: Informatietechnologie en nieuwe technologieën De opmars van informatie- en communicatietechnologie op het werk vraagt ook andere kwalificaties van de werknemers. Vooral ouderen, lager opgeleiden en vrouwen hebben momenteel nog een achterstand. Vermindering van die achterstand valt onder de doelstelling van EQUAL. Dezelfde technologie kan ingezet worden om bijvoorbeeld gehandicapten aan het werk te helpen of hun werkomstandigheden te verbeteren. Telewerken kan daarbij een rol spelen. Verder wordt het steeds eenvoudiger om mensen op afstand onderwijs te laten volgen via de computer en internet. Het onderwijs kan bijvoorbeeld per individu aangepast worden, zodat aansluiting met de arbeidsmarkt gemakkelijker wordt. Experimenten met inzet van ICT bij scholing van groepen met een relatieve achterstand in het gebruik van ICT. Het gebruik van ICT ter verbetering van de mogelijkheden van arbeidsgehandicapten, vrouwen en andere groepen met een achterstand op de arbeidsmarkt. Gebruik van ICT ter verbetering van de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt speciaal ten behoeve van groepen met een achterstand. Thema G: Combinatie van arbeid en zorg Voor Nederland is het bevorderen van de economische zelfstandigheid van vrouwen van groot belang. Arbeid en zorg zouden beter verdeeld moeten worden, maar daarvoor dienen nog vele barrières weggenomen te worden. Allereerst wordt gedacht aan kinderopvang op maat. Specifieke aandacht is er voor opvang voor kinderen van: allochtone vrouwen en alleenstaande ouders herintreedsters (tijdens om- en bijscholing) allochtone vrouwen (tijdens inburgerings- en taalcursussen) arbeidsgehandicapten. Verder moet een discussie op gang gebracht worden over de taakverdeling thuis. Middelen hiervoor zijn onderzoek, conferenties, ervaringsuitwisselingen (internationaal). Er is een belangrijk verschil tussen bijvoorbeeld de consequenties van ouderschapsverlof bij het MKB en bij grote bedrijven. Experimenten met toegespitste vormen van kinderopvang, voor kinderen van allochtone vrouwen, inburgeraars en arbeidsgehandicapten en andere groepen met een achterstand op de arbeidsmarkt en met specifieke kinderopvangbehoeften. 10

Vernieuwingen met als doel de keuzemogelijkheden voor mannen en vrouwen te verruimen om arbeid en zorg te combineren, de rolverdeling tussen mannen en vrouwen te doorbreken en de zorgverantwoordelijkheid van mannen te vergroten. Thema H: Verkleining van de genderkloof De segregatie van mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt is een hardnekkig verschijnsel. EQUALmiddelen kunnen ingezet worden om zowel horizontale als verticale segregatie tegen te gaan. Vrouwen zijn nog steeds weinig te vinden in mannenberoepen en vice versa. Deze horizontale segregatie verhindert een optimale benutting van menselijke kwaliteiten. Bovendien houdt het ongelijke beloning van mannen en vrouwen in stand. Projecten die ertoe bijdragen dat traditionele vrouwen- of mannenberoepen beter vertegenwoordigd zijn bij beide seksen, komen voor een EQUAL-subsidie in aanmerking. Verticale segregatie gaat met name over het zogenaamde glazen plafond. Dit verwijst naar de minder zichtbare mechanismen die doorstroming van vrouwen naar hogere functies bemoeilijken. Ervaringen in verschillende landen leren dat gerichte strategische advisering en maatwerk een belangrijke ondersteuning kunnen leveren. EQUAL-middelen kunnen onder andere ingezet worden voor een grensoverschrijdende aanpak van het probleem, waarbij gerichte advisering en consultancy een rol spelen. Het blijkt dat er veel ervaring is opgedaan in diverse landen en bij diverse bedrijven maar dat die ervaringen niet worden uitgewisseld. Een internationale databank voor good practices, onderzoeksgegevens en instrumenten zou opgezet kunnen worden. Activiteiten die horizontale segregatie tussen mannen en vrouwen in beroepen, functies en sectoren doen verminderen. Activiteiten die de carrièremogelijkheden van vrouwen en hun toegang tot leidinggevende functies en invloedrijke posities bevorderen. Thema asielzoekers Nederland zal EQUAL-projecten inzetten voor diverse groepen asielzoekers. Het gaat om een zeer pluriforme groep met een uiteenlopende opleidingsniveaus en beroepsachtergronden die niet altijd aansluiten op de Nederlandse arbeidsmarkt. Ook bevinden asielzoekers zich in een specifieke situatie doordat ze beperkte toegang hebben tot de arbeidsmarkt in Nederland op grond van de Wet arbeid vreemdelingen. EQUAL-projecten kunnen gericht zijn op het toegankelijk maken van goede scholing en de verbetering van de arbeidsparticipatie binnen de Wet arbeid vreemdelingen. Daarnaast kunnen bijvoorbeeld stages en betaald werk worden aangeboden onder de condities van dezelfde wet. De projecten moeten gericht zijn op asielzoekers die in procedure zijn en het basisprogramma maatschappij-oriëntatie, beroepenoriëntatie en Nederlandse taal hebben doorlopen. Van belang is dat asielzoekers die niet worden toegelaten, door het EQUAL-project kwalificaties kunnen verkrijgen die terugkeer naar het land van herkomst vergemakkelijken. Speciale aandacht gaat naar Alleenstaande minderjarige asielzoekers (AMA s). Er kunnen projecten opgezet worden voor vernieuwende onderwijsmethoden en voor het opzetten van werk-leerstages. 11

Maatregelen die tot doel hebben het scholen, activeren en het onder beperkte voorwaarden toeleiden naar de arbeidsmarkt van asielzoekers te bevorderen voor zover dit in overeenstemming is met de Wet arbeid vreemdelingen. 12

Het financiële plan In het financiële plan wordt de totale EQUAL-bijdrage verdeeld over de verschillende prioriteiten en thema s van het EQUAL-programma. Nederland heeft ervoor gekozen om het financiële plan als volgt vast te stellen : TABEL 1: Financiëel plan (indicatief) van EQUAL (in miljoen euro; tot en met 2003 in lopende prijzen en voor 2004-2006 in constante prijzen (prijsniveau 2003)) EQUAL Programma 2001-2006 % 2001 2002 2003 2004 2005 2006 Totaal Pr 1 Verbeteren inzetbaarheid Totale kosten 20,544 22,643 22,643 22,746 22,823 22,810 134,210 EQUAL-bijdrage 50,0 10,272 11,322 11,322 11,373 11,412 11,405 67,105 Nationale publieke bijdrage 42,5 8,731 9,623 9,623 9,667 9,700 9,694 57,039 Private bijdrage 7,5 1,541 1,698 1,698 1,706 1,712 1,711 10,066 Pr 2 Bevorderen ondernemerschap Totale kosten 9,761 10,759 10,759 10,808 10,845 10,839 63,770 EQUAL-bijdrage 50,0 4,881 5,379 5,379 5,404 5,422 5,419 31,885 Nationale publieke bijdrage 42,5 4,149 4,573 4,573 4,593 4,609 4,606 27,102 Private bijdrage 7,5 0,732 0,807 0,807 0,811 0,813 0,813 4,783 Pr 3 Aanpassingsvermogen Totale kosten 13,398 14,767 14,767 14,834 14,885 14,876 87,528 EQUAL-bijdrage 50,0 6,699 7,384 7,384 7,417 7,442 7,438 43,764 Nationale publieke bijdrage 45,0 6,029 6,645 6,645 6,675 6,698 6,694 39,388 Private bijdrage 5,0 0,670 0,738 0,738 0,742 0,744 0,744 4,376 Pr 4 Gelijke kansen voor vrouwen en mannen Totale kosten 13,207 14,556 14,556 14,622 14,672 14,664 86,278 EQUAL-bijdrage 50,0 6,603 7,278 7,278 7,311 7,336 7,332 43,139 Nationale publieke bijdrage 47,5 6,273 6,914 6,914 6,946 6,969 6,965 40,982 Private bijdrage 2,5 0,330 0,364 0,364 0,366 0,367 0,367 2,157 Pr 5 Asielzoekers Totale kosten 3,637 4,008 4,008 4,026 4,040 4,038 23,758 EQUAL-bijdrage 50,0 1,818 2,004 2,004 2,013 2,020 2,019 11,879 Nationale publieke bijdrage 47,5 1,727 1,904 1,904 1,913 1,919 1,918 11,285 Private bijdrage 2,5 0,091 0,100 0,100 0,101 0,101 0,101 0,594 Pr 6 Technische bijstand Totale kosten 3,254 3,586 3,586 3,603 3,615 3,613 21,257 EQUAL-bijdrage 50,0 1,627 1,793 1,793 1,801 1,807 1,806 10,628 Nationale publieke bijdrage 50,0 1,627 1,793 1,793 1,801 1,807 1,806 10,628 Private bijdrage 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Tot Programma Totale kosten 100, 63,800 70,320 70,320 70,640 70,880 70,840 416,800 0 EQUAL-bijdrage 50,0 31,900 35,160 35,160 35,320 35,440 35,420 208,400 Nationale publieke bijdrage 44,7 28,536 31,452 31,452 31,596 31,703 31,685 186,424 Private bijdrage 5,3 3,364 3,708 3,708 3,724 3,737 3,735 21,976 De uitsplitsing van de pijlers naar de thema s is aangegeven in tabel 2; het betreft een indicatieve onderverdeling. 13

TABEL 2: Indicatieve onderverdeling van prioriteiten in thema s Prioriteit/thema % van totaal Prioriteit 1: Verbeteren inzetbaarheid 32,2 Thema A: Verbeteren (her-)intredemogelijkheden 30,2 Thema B: Bestrijding discriminatie 2,0 Prioriteit 2: Bevorderen ondernemerschap 15,3 Thema C: Ondersteuning start eigen bedrijf 11,0 Thema D: Versterking sociale economie 4,3 Prioriteit 3: Aanpassingsvermogen 21,0 Thema E: Bevorderen combinatie werken/leren 13,3 Thema F: Informatie- en communicatietechnologie 7,7 Prioriteit 4: Gelijke kansen voor vrouwen en mannen 20,7 Thema G: Combinatie arbeid en zorg 15,9 Thema H: Verkleinen genderkloof 4,8 Prioriteit 5: Asielzoekers 5,7 Prioriteit 6: Technische bijstand 5,1 Totaal 100,0 Aanvragen Tot 15 augustus 2001 kunnen hoofdaanvragers voor de periode 2001 t/m 2003 projectvoorstellen doen, mits aan eerdergenoemde voorwaarden voldaan is. Om een EQUAL-subsidie aan te vragen moet een projectplan worden ingediend. In het aanvraagformulier zullen richtlijnen voor de projectaanvragen worden gegeven. Bij de projectaanvraag moet het probleem worden beschreven en met welke vernieuwende methode dat wordt opgelost. Verder moet worden aangegeven met welke organisaties de hoofdaanvrager in het ontwikkelingspartnerschap samenwerkt en wie de transnationale partners zijn. Wanneer een aanvraag is gehonoreerd, is het de bedoeling dat in de periode van 15 november 2001 tot uiterlijk 15 mei 2002 het ontwikkelingspartnerschap en de samenwerking met de transnationale partner nader wordt uitgewerkt. Dit leidt tot twee overeenkomsten, een voor het ontwikkelingspartnerschap en een transnationaliteitsovereenkomst. Daarna vindt opnieuw een toetsing plaats. Vanaf 15 mei 2002 kan vervolgens het project van start gaan. De selectie voor de tweede periode (2004 t/m 2006) vindt plaats in 2004. Daarvoor komt een nieuwe oproep. 14