De volgende overgangsnormen gelden voor: klas 1: alle onderwijsvormen klas 2: alle onderwijsvormen klas 3: havo en vwo



Vergelijkbare documenten
De volgende overgangsnormen gelden voor: klas 1: alle onderwijsvormen klas 2: alle onderwijsvormen klas 3: havo en vwo

BEVORDERINGSNORMEN WOLFERT DALTON

Bevorderingsnormen Comenius College

1 Rapporten, bevorderingen zak-slaagregeling 1. De rapportcijfers gedurende het jaar (rapport 1, 2 en 3) worden bepaald door het voortschrijdend

OVERGANGSNORMEN VEURS LYCEUM

compensatie tekort 2 tekort 3 tekort 4 tekort 5 of meer

Overgangsnormen geldig vanaf cursusjaar

Overgangsnormen leerjaar 1. CS Vincent van Gogh, locatie CSG Beilen

BEVORDERINGSNORMEN WOLFERT DALTON

BEVORDERINGSNORMEN EN TOELATINGSEISEN WOLFERT DALTON

Opm: in het schooljaar zal rekenen als apart vak op het rapport staan maar zal het cijfer niet meetellen in de overgangsnormen.

Ckv* Maat Lo. Gymnasium: Klassieke taal. Profieldeel. (vakken variëren per profiel) Vrije deel Gd(-et) Mo Fi In Bsm WisD

Bevorderingsrichtlijnen Calvijn

Bevorderingsrichtlijnen Calvijn

Overgangsnormen leerjaar 2. CS Vincent van Gogh, locatie CSG Beilen

Overgangsnormen (m.i.v. schooljaar ) Voor alle leerjaren geldt:

BEVORDERINGSREGLEMENT & BEVORDERINGSNORMEN (Dit reglement vervangt alle voorgaande bevorderingsreglementen.)

BEVORDERINGSNORMEN EN TOELATINGSEISEN WD

2. Hierbij wordt voor elke leerling afgewogen wat voor hem of haar het optimale vervolg van de leerloopbaan is.

Bevorderingsnormen

Overgangsnormen bovenbouw

In verband met de vernieuwde exameneisen die gelden met ingang van schooljaar zijn de overgangsnormen in de onderbouw aangepast.

bevorderingsbeleid De nieuwe Havo

OVERGANGSNORMEN VEURS LYCEUM

in alle leerjaren, in alle gevallen

BB (± LWOO) 1 naar BB 2 KB 1 naar KB 2 GT 1 naar GT 2 A. Bevorderd (gelijk niveau) A. Bevorderd (gelijk niveau) A. Bevorderd (gelijk niveau)

Sint Annaparochie BEVORDERINGSNORMEN

OVERGANGSNORMEN HAVO VWO

Bevorderingsnormen. Locatie Winschoten. scholengemeenschap voor VMBO HAVO Atheneum Gymnasium

Richtlijnen voor de bevordering

Rapportage Overgangsnormen rapportvergaderingen binnen havo-vwo

1 Rapporten en. bevorderingsnormen. Schooljaar Rapporten en bevorderingsnormen pag. 1

C) voor de vier vakken Nederlands, Frans, Engels en wiskunde zijn voldoendes behaald en het totaal van deze vier vakken is 30 punten of meer.

Overgangsrichtlijnen Comenius College

Overgangsnormen Mgr. Frencken College schooljaar

HAVO Nederlandstalig, leerjaar 4

Overgangsnormen Mill-Hillcollege

Naam notitie/afspraak/procedure Bevorderingsnormen Citadel College

Overgangsnormen CSG Willem de Zwijger Schoonhoven

Cijfergeving en overgangsnormen

Rapportage en bevordering

Overgangsnormen. Johannes Fontanus College. schooljaar Chr. Scholengemeenschap voor Mavo/Havo/Atheneum/Gymnasium/Technasium

CS Vincent van Gogh, locatie CSG Beilen

Overgangsnormen bij combinatie brugklas basis en kaderberoepsgerichte opleiding

Bevorderingsnormen PCC HET LYCEUM

Bevorderingsnormen. Locatie Onstwedde. scholengemeenschap voor VMBO HAVO Atheneum Gymnasium

Overgangsnormen CSG Willem de Zwijger Schoonhoven

Overgangsnormen Mill Hill College

REGELING OVERGANGSNORMEN KENNEMER LYCEUM Versie definitief

Overgangs- en doorstroomnormen

Overgangsnormen Thorbecke SG

Overgangsnormen bovenbouw

A. Roland Holst College. Overgangsnormen

Overgangsnormen

Bevorderingsnormen. Atheneum 4 en 5

DALTON LYCEUM BARENDRECHT BEVORDERINGSNORMEN

Overgangsrichtlijnen Comenius College

rapport 1 R1, r1 * rapport 2 R1, R2, r2 * rapport 3 R1, R2, R3, r3 *

Slagen en zakken. in de 2 e fase vwo

Bevorderingsregeling

Overgangsnormen. Bezwaarprocedure bij bevordering

Bevorderingsnormen en eindcijferberekeningen. Schooljaar

Rapportage en bevordering

Overgangsnormen CSG Willem de Zwijger Schoonhoven

Bevorderingsnormen atheneum havo - mavo leerjaar 1 t/m 3

Overgangsnormen bij combinatie brugklas basis en kaderberoepsgerichte opleiding

Bevorderingsregels

Overgangsnormen. Overgangsnormen Rudolph Pabus Cleveringa Lyceum

Rapportage Overgangsnormen rapportvergaderingen binnen havo-vwo

Overgangsnormen. Bezwaarprocedure bij bevordering

Bevorderingsnormen Versie d.d. 12 september 2017

Overgangsregeling Christelijk College Groevenbeek a/h

OVERGANGSNORMEN PER LEERJAAR. en doorstroming/instroming per schooljaar

Overgangsreglement Leerjaar 1, 2 vmbo/havo/vwo

Bevorderingsreglement Onderbouw

Overgangsnormen Mgr. Frencken College vanaf schooljaar

BEVORDERINGS NORMEN. Van de brugklas naar het tweede leerjaar

Rapportage Overgangsnormen rapportvergaderingen binnen havo-vwo

Regels voor bevordering

Bevorderingsnormen. Havo 4

Bevordering op het Koningin Wilhelmina College

OVERGANGSREGELS VMBO Onderbouw

BEVORDERINGSNORMEN WOLFERT DALTON

De eindverantwoordelijkheid voor de beslissing over de bevordering ligt in handen van de schoolleiding van de desbetreffende afdeling.

DALTON LYCEUM BARENDRECHT BEVORDERINGSNORMEN

Inhoudsopgave 2. Inleiding de volgende onderwijsniveaus: Leerlingvolgsysteem 4

Afspraken rapportcijfers en overgangscijfers per vak. Algemene uitgangspunten bij de overgangsnormen

Overgangsnormen CSG Willem de Zwijger Schoonhoven

1 Rapporten en. bevorderingsnormen. Schooljaar Rapporten en bevorderingsnormen pag. 1

Overgangsnormen

Voor de klassen 1, 2 (vwo, havo en mavo) en 3 vwo en 3 havo geldt:

Bijlage 3 Overgangsnormen

Overgangs- en doorstroombeleid Adriaan Roland Holstschool

Voor het schooljaar zijn de volgende overgangsregels vastgesteld.

3. Reglementair bevorderd: een leerling wordt bevorderd naar het volgend leerjaar in hetzelfde onderwijsniveau.

Bevorderingsnormen. Tweede Fase

Rapportage Overgangsnormen Overgangsvergaderingen havo-vwo

Bevorderingsnormen Groene Hart Leerpark

Bevorderingsregeling derde leerjaar Gemengde Leerweg

2. bij vier of meer onvoldoendes op de hele lijst; 2. bij vier of meer onvoldoendes op de hele lijst;

Transcriptie:

De volgende overgangsnormen gelden voor: klas 1: alle onderwijsvormen klas 2: alle onderwijsvormen klas 3: havo en vwo 1. Aan het eind van het schooljaar wordt op iedere vestiging bepaald waar de leerling het volgende schooljaar het beste het onderwijs kan vervolgen. 2. Dit gebeurt aan de hand van de resultaten die de leerling in de loop van dat schooljaar heeft behaald. 3. Per vak wordt het gewogen gemiddelde van alle cijfers voor dat vak die gedurende het schooljaar zijn gehaald berekend. De gemiddelden van alle vakken afgerond op 1 decimaal - vormen het overgangsrapport. Op dit overgangsrapport wordt het besluit van de vestiging gebaseerd. 4. Op basis van het overgangsrapport wordt een aantal getallen berekend: a. aantal tekortcijfers: aantal vakken dat lager is dan een 6,0; b. aantal tekortpunten: de som van de zwaartes van de tekortcijfers (de zwaarte van een 4,7 is 1,3, immers een 4,7 ligt 1,3 onder een 6,0); c. aantal tekortpunten ne, en, wi: de som van de zwaartes van de tekortcijfers bij Nederlands, Engels en wiskunde d. het gemiddelde: het gemiddelde van alle cijfers op het overgangsrapport e. het gemiddelde talen: het gemiddelde van Nederlands en alle vreemde talen op het overgangsrapport 5. Voldoen aan criteria: a. Als een leerling 2 of minder tekortcijfers heeft, voldoet hij aan dat criterium. b. Als een leerling 2,0 of minder tekortpunten heeft, voldoet hij aan dat criterium. c. Als een leerling 1,0 of minder tekortpunten ne, en, wi heeft, voldoet hij aan dat criterium. d. Als een leerling een gemiddelde van 6,0 of hoger heeft, voldoet hij aan dat criterium. e. Als een leerling een gemiddelde van 8,0 of hoger heeft, voldoet hij aan het criterium om op te stromen. f. Als een leerling een gemiddelde talen van 8,0 of hoger heeft, voldoet hij aan het criterium gymnasium. 6. Toepassing criteria overgang (zie ook de tabel): a. over: Als een leerling aan 3 of 4 van de criteria van 5a, 5b, 5c en 5d voldoet, kan hij in de volgende klas van de gevolgde onderwijssoort worden geplaatst. b. zittenblijven: Als een leerling aan geen enkel criterium van 5a, 5b, 5c en 5d voldoet, kan hij niet in de volgende klas van de gevolgde onderwijssoort worden geplaatst. c. discussie: Als een leerling aan 1 of 2 van de criteria van 5a, 5b, 5c en 5d voldoet, beslist de vestiging. In dit geval kan er sprake zijn van zitten blijven, gerichte bevordering of van aanvullende voorwaarden voor plaatsing in de volgende klas van de gevolgde onderwijssoort. 7. Toepassing criteria opstromen a. opstromen: Als een leerling over is en voldoet aan het criterium om op te stromen, kan hij in de volgende klas van een hogere onderwijssoort worden geplaatst. Als een leerling niet voldoet aan het criterium, maar wel een gemiddelde heeft van 7,5 of hoger, kan de vestiging besluiten, dat de leerling in de volgende klas van een hogere onderwijssoort wordt geplaatst. 8. Toepassen criteria gymnasium

a. gymnasium: Als een leerling van klas 1 op havo- of vwo-niveau voldoet aan het criterium opstromen en aan het criterium gymnasium kan hij in klas 2 in een gymnasiumklas worden geplaatst. Als een leerling niet aan beide criteria voldoet, maar wel voor beide criteria een gemiddelde van 7,5 of hoger heeft gehaald, kan de vestiging besluiten, dat de leerling in klas 2 in een gymnasiumklas wordt geplaatst. 9. Wanneer de leerling in het volgende schooljaar de keuze heeft uit meerdere vakken, kan de vestiging een advies uitbrengen over het al dan niet volgen van bepaalde vakken in het volgende schooljaar. 10. Bij bijzondere omstandigheden kan de vestiging afwijken van bovengenoemde overgangsnormen. Het besluit af te wijken wordt gemotiveerd en vastgelegd.

De volgende overgangsnormen gelden voor: klas 4: havo en vwo klas 5: vwo 1. Aan het eind van het schooljaar wordt op de vestiging bepaald waar de leerling het volgende schooljaar het beste het onderwijs kan vervolgen. 2. Dit gebeurt aan de hand van de resultaten die de leerling in de loop van dat schooljaar heeft behaald. 3. Per vak kan er sprake zijn van handelingsdelen, toetsen en praktische opdrachten. Per vak wordt een gewogen gemiddelde van alle onderdelen van het schooljaar (behalve handelingsdelen) berekend en op het overgangsrapport vermeld. Zie voor de berekening het Programma van Toetsing en Afsluiting. Op dit overgangsrapport wordt het besluit van de vestiging gebaseerd. 4. Alle cijfers op het overgangsrapport zijn afgerond op één decimaal. Voor de toepassing van de overgangsnormen wordt echter uitgegaan van op hele getallen afgeronde cijfers. 5. Relevant voor het overgangsrapport is: a. de afronding van de handelingsdelen b. het combinatiecijfer, het gemiddelde van de vakken godsdienst, maatschappijleer en het profielwerkstuk voor leerlingen van havo of het gemiddelde van godsdienst, maatschappijleer, anw, kcv en het profielwerkstuk voor leerlingen vwo c. het aantal onvoldoenden, dat is ieder afgerond cijfer lager dan 6 d. het aantal onvoldoenden lager dan 4 inclusief de samenstellende delen van het combinatiecijfer e. het aantal compensatiepunten, dat is het totaal aantal punten dat de leerling boven 6 heeft behaald, waarbij het combinatiecijfer maximaal één compensatiepunt oplevert f. het aantal tekortpunten, dat is het totaal aantal punten dat de leerling onder de 6 heeft behaald, waarbij het combinatiecijfer maximaal één tekortpunt oplevert g. het aantal tekortpunten voor de kernvakken Nederlands, wiskunde en Engels. 6. De leerling is over als aan de volgende criteria wordt voldaan: a. alle handelingsdelen zijn met voldoende of goed beoordeeld b. het aantal tekortpunten voor de kernvakken is maximaal 1 c. het aantal onvoldoenden is maximaal 2 d. het aantal tekortpunten is maximaal 3 e. er is geen cijfer lager dan 4 f. het aantal compensatiepunten is maximaal 1 minder dan het aantal tekortpunten 7. De leerling wordt besproken als aan de volgende criteria wordt voldaan: a. alle handelingsdelen zijn met voldoende of goed beoordeeld b. het aantal tekortpunten voor de kernvakken is maximaal 2 c. het aantal onvoldoenden is maximaal 3 d. het aantal tekortpunten is maximaal 4 e. er is geen cijfer lager dan 3 f. het aantal compensatiepunten is maximaal 2 minder dan het aantal tekortpunten 8. In alle andere gevallen blijft de leerling zitten. Bij bijzondere omstandigheden kan de vestiging afwijken van bovengenoemde overgangsnormen. Het besluit af te wijken wordt gemotiveerd en vastgelegd.

De volgende overgangsnormen gelden voor: Klas 3 vmbo BL, KL, GL, GT 1. Aan het eind van het schooljaar wordt op de vestiging bepaald waar de leerling het volgende schooljaar het beste het onderwijs kan vervolgen. 2. Dit gebeurt aan de hand van de resultaten die de leerling in de loop van dat schooljaar heeft behaald. 3. Per vak kan er sprake zijn van handelingsdelen, toetsen en praktische opdrachten. Per vak wordt een gewogen gemiddelde van alle onderdelen van het schooljaar (behalve handelingsdelen) berekend en op het overgangsrapport vermeld (voortschrijdend gemiddelde). Zie voor de berekening het Programma van Toetsing en Afsluiting. Op dit overgangsrapport wordt het besluit van de vestiging gebaseerd. 4. Alle cijfers op het overgangsrapport zijn afgerond op een decimaal. Voor de toepassing van de overgangsnormen wordt echter uitgegaan van op hele getallen afgeronde cijfers. 5. Relevant voor het overgangsrapport is: a. de afronding van de handelingsdelen b. aantal onvoldoenden, dat is ieder afgerond cijfer lager dan het cijfer 6 c. aantal onvoldoenden lager dan het cijfer 4 d. aantal compensatiepunten, dat is het totaal aantal punten dat de leerling boven 6 heeft behaald. e. aantal tekortpunten, dat is het totaal aantal punten dat de leerling onder 6 heeft behaald. f. de zak/slaagregeling (zie 9.) 6. Een leerling kan worden bevorderd naar de volgende klas van de gevolgde onderwijssoort als hij aan alle hieronder genoemde criteria voldoet (zie ook de tabel): a. alle handelingsdelen zijn met voldoende afgerond b. het aantal onvoldoenden lager dan 4 is 0 c. het aantal onvoldoenden is 3 of lager d. het aantal tekortpunten is 4 of lager e. Als een leerling tekortpunten heeft wordt dat gecompenseerd door minimaal hetzelfde aantal compensatiepunten min 1. f. Tekortpunten en onvoldoenden voor het praktijkvak bij Kader- en Basisberoepsgerichte leerweg tellen dubbel. g. Als een leerling volgens de normen bevorderd kan worden, moet hij of zij voor toelating in de vervolgklas ook voldoen aan de norm die geldt bij de bepaling van de uitslag van het examen, dit dan m.b.t. het vakkenpakket dat hij of zij wil volgen 7. Een leerling blijft zitten als: a. niet alle handelingsdelen met voldoende zijn afgerond, of b. slechts wordt voldaan aan 0, 1 of 2 van de overige voorwaarden om bevorderd te worden c. niet aan de zgn. zak/slaagregeling voor het examen kan worden voldaan

8. Een leerling wordt besproken als: a. alle handelingsdelen met voldoende zijn afgerond, en b. wordt voldaan aan 3 van de overige voorwaarden om bevorderd te worden 9. Toepassen van de zgn. zak/slaagregeling. Als een leerling volgens de normen bevorderd kan worden, moet hij of zij voor toelating in de vervolgklas ook voldoen aan de norm die geldt bij de bepaling van de uitslag van het examen, dit dan m.b.t. het vakkenpakket dat hij of zij wil volgen. Dat wil zeggen dat voor deze vakken (op hele cijfers afgerond) moet gelden, dat: a. alle cijfers 6 of hoger zijn, of b. een cijfer 5 is en de overige 6 of hoger, of c. twee cijfers 5 zijn, dan wel een cijfer 4, en de overige cijfers 6 of hoger, waarvan dan een minimaal een 7 moet zijn. Als een leerling niet aan deze norm voldoet, is er een mogelijkheid om toch naar klas 4 over te gaan: Hij of zij verandert het vakkenpakket zodanig dat wel aan de norm voldaan is. 10. Bij bijzondere omstandigheden kan de vestiging afwijken van bovengenoemde overgangsnormen. Het besluit af te wijken wordt gemotiveerd en vastgelegd.

Mededeling besluit vestiging en bezwaar en beroep 1. Het besluit van de vestiging met betrekking tot de plaatsing van de leerling gedurende het volgende schooljaar wordt door de vestiging aan de ouders/verzorgers of de leerling, indien deze ouder is dan 17 jaar, bekend gemaakt. 2. In de mededeling wordt melding gemaakt van het recht bezwaar te maken tegen het besluit. 3. Verder wordt gemeld wanneer het bezwaar uiterlijk bij de directeur van de vestiging aanwezig moet zijn. Tussen de bekendmaking van het besluit en het indienen van het bezwaar liggen minimaal twee werkdagen. 4. Een bezwaar moet schriftelijk worden ingediend door de ouder/verzorger of de leerling die ouder is dan 17 jaar en moet gemotiveerd zijn. 5. Een bezwaar dat tijdig is ingediend en aan alle vereisten voldoet, wordt door de vestiging behandeld. 6. Een bezwaar dat niet tijdig is ingediend of niet aan alle vereisten voldoet, wordt niet ontvankelijk verklaard. 7. De ouder/verzorger of de leerling ontvangt zo spoedig mogelijk maar uiterlijk op de laatste schooldag voor de vakantie het besluit van de directeur van de vestiging op het bezwaarschrift. 8. De ouder/verzorger of de leerling, die ouder is dan 17 jaar, kan binnen vijf werkdagen na het besluit op het bezwaarschrift in beroep gaan bij de bestuurder van de Gereformeerde Scholengroep. 9. Indien er geen gebruik is gemaakt van het recht om een bezwaarschrift in te dienen, vervalt het recht op beroep bij de bestuurder. 10. Een beroep moet schriftelijk worden ingediend en moet gemotiveerd zijn. 11. De bestuurder neemt een besluit op het beroep. 12. Het besluit wordt zo spoedig mogelijk maar uiterlijk op de laatste dag van de zomervakantie aan de ouders/verzorgers of de leerling, die ouder is dan 17 jaar, schriftelijk meegedeeld