CaRre. bulletin van de netherlands school of primary care research



Vergelijkbare documenten
Samenvatting. Het Terneuzen Geboortecohort. Detectie en Preventie van Overgewicht en Cardiometabool Risico vanaf de Geboorte

Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen

Nederlandse samenvatting

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord

Doorbraak in onderzoek naar ME

Stappen naar het verbeteren van de zorg voor de ouder wordende cliënt

RAPPORTAGE WACHTKAMERINTERVIEWS

Schijndissertatie van het proefschrift: The management of neuropsychiatric symptoms in people with young-onset dementia

RAPPORTAGE WACHTKAMERINTERVIEW

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Samenvatting voor niet-ingewijden

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

Betere zorg voor patiënten met beperkte gezondheidsvaardigheden

Gezond thema: DE HUISARTS

Met een rugzakje vol info ga ik naar huis, veel gesprekken, leuke manier van middagvulling.

Fit in je Hoofd, Goed in je Vel.

Blok 1 - Introductie

HOUVAST, VOOR ELKAAR EEN ONLINE ZELFHULPCURSUS VOOR PARTNERS VAN KANKERPATIËNTEN. Nadine Köhle, MSc.

Dialogen website Motiveren tot rookstop

Dr. Hilde Verbeek 15 april Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1

Fetal Origins of Socioeconomic Inequalities. in Early Childhood Health. The Generation R Study. Lindsay Marisia Silva SAMENVATTING

PeerEducatie Handboek voor Peers

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

Evaluatieverslag mindfulnesstraining

Wij zijn Kai & Charis van de Super Student en wij geven studenten zin in de toekomst.

Werkt Guided Care in jouw huisartsenpraktijk? Resultaten van een pilot bij vijf Nederlandse huisartsenpraktijken. multi.

OP ZOEK NAAR DE VERBINDING TUSSEN PRAKTIJK, ONDERZOEK EN ONDERWIJS

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Mijn 7 grootste inzichten in ICT in de zorg uit de afgelopen 15 jaar

Nederlandse samenvatting

Onderzoek Alcohol en Zwangerschap

Naam: Mariska v/d Boomen. Klas: TG2C. Datum: 25 Juni. Docent: Van Rijt. Schrijfverslag.

Vroeg opsporen en voorkomen achteruitgang chronische nierschade

Nederlandse Samenvatting

Mother and Father for the First time Greve, Denemarken

dat we ervoor moeten zorgen dat dit met zo weinig mogelijk complicaties gepaard gaat.

Periode: CBT examens 15 april t/m 30 april 2014

Peilstation Intensief Melden

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes

Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico

ecourse Moeiteloos leren leidinggeven

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Afdeling Medische Psychologie

Irma Steenbeek VERSTAG


pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden

Vaatrisico-polikliniek (behandeling van vaatziekten)

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_ indd 172

HET VOORKÓMEN VAN HANDECZEEM

Zaken voor mannen. Verhalen van mannen met epilepsie

Aan de slag met de Werk Ster!

Ik wilde een opdracht ontwikkelen voor leerlingen die voldoet aan de uitgangspunten van competentiegericht leren.

Depressie tijdens de zwangerschap uit de taboesfeer

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Stress uit de bouw. Maak als UTA-werknemer gebruik van gratis advies en begeleiding bij de aanpak van stress. Informatie voor de werknemer

Factoren in de relatie tussen angstige depressie en het risico voor hart- en vaatziekten

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift

Biowalking voor ouderen

Inhoudsopgave. Inleiding 3. Mijn artfiact 3. Proces 4. Mijn beoordelingsblad en presentatie 5. Autotic Selfie eindproduct (ware grootte) 6

Eerste nummer. Op kamers Eerst durfde ik de woonkamer niet naar binnen. Eetfobie. Het was moeilijk om te zien dat mijn nichtje van 5 meer at dan ik.

Belevingen van Buitenpromovendi

Interview 3FM Collin Eisema txt Transcript interview Collin Eisema voor 3FM met Harm den Besten.

De mantelzorg DER LIEFDE

Ruggespraak. Ruggespraak. Presentatie Ariette Sanders - Netwerkbijeenkomst Platform Gedeelde Besluitvorming - Maart 2013 RUGPIJN? agenda.

Ouder, Kind en Eten Onderzoek

RESULTATEN PATIENTEN ENQUETE Hoe vaak heeft u in de afgelopen 6 maanden contact (spreekuur, huisbezoek, telefonisch consult) gehad met de HAPEC?

UW PARTNER HEEFT KANKER EN HOE GAAT HET MET U?

Reflectiegesprekken met kinderen

Eenzaamheid bij ouderen. Marieke van Schie, huisarts.

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

De kunst van elkaar begrijpen

Factsheet. Meet the Needs. Onderzoek naar de behoefte aan leefstijlaanbod van mensen met een lage SES in Maastricht

Masterclass Langdurig zitten als arbeidsrisico. Leiden, 24 november 2015

Kan zorg nog beter? Laat het ons weten! Wat betekent CQI? Waar kunnen cliënten terecht bij klachten over de zorg?

KIJKWIJZER COMMUNICEREN MET KINDEREN VOOR WETENSCHAPPERS

Relaties. HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website:

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN

Nederlandse samenvatting

21 augustus Onderzoek: Een naaste met dementie

NVAB-richtlijn blijkt effectief

WETENSCHAP: NOODZAKELIJK VOOR TOPZORG?! Symposium ter gelegenheid van het tienjarig jubileum van het UKON

Innovaties voor Amsterdammers met GGZ problematiek. Prof.dr. J.H. Smit

Zelfmanagement, gedeelde zorg of ontzorgen. Congres Chronische zorg Jacques Loomans (ZB NH) Jeanny Engels (Vilans) 29 juni 2012

emental health bij depressie

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Stepped care bij Angst & Depressie: van eerste tot tweede lijn

ehealth in mijn praktijk?! Datum 28 januari 2014, S.Timmer

Voorpublicatie Vertrouwen in de wetenschap

Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld

Waarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt

Ouderenmonitor Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Evaluatie Kennissessie met en bij Philips Healthcare 25 november 2014

Young People Coaching Experience

Analyserapport van de patiëntenvragenlijsten over de huisarts: MimpenMG

Onderzoek naar de nazorg bij dikke darmkanker door de huisarts of de chirurg en het gebruik van een persoonlijke interactieve website (I CARE studie).

Vragen gesteld in het evaluatieformulier + Antwoorden

Transcriptie:

CaRre jaargang 16 nr 57 DECEMBER 2011

Ccarré jaargang 16 nr 57 december 2011 INHOUD r e d a c t i e c o m m i s s i e Riekie de Vet (voorzitter), EMGO+ Karen Offermans, Caphri Jaap Sijbesma, NCEBP Nicole Vogelzangs, EMGO+ Malou van Greuningen, NIVEL u i t g av e Dit bulletin is een uitgave van de Onderzoeksschool Care. kopij en informatie Deadline voor CaRré 58: 10 februari 2012 Lisca de Ruijter CaRe Universiteit Maastricht Postbus 161 6200 MD Maastricht telefoon: 043-3882470 telefax: 043-3671458 email: Care-secretariaat@maastrichtuniversity.nl ontwerp en opmaak Jos Bruystens grafisch ontwerper, Maastricht Redactioneel 3 Brief van de directeur 4 CaRe symposium ehealth 6 Care onderzoekers in de landelijke pers 10 Achter een ander bureau 15 Abroad 19 Gepromoveerden aan het woord 22 TOP 32 Nieuw handboek Klinimetrie 33 De cursus BKO 34 Oraties 35 Dagboek van een promovendus 44 CaRré-bulletin verschijnt vier maal per jaar en is gratis beschikbaar voor alle medewerkers van de onderzoekschool CaRe, alsmede voor geïnteresseerde externe relaties. Verzoeken om toezending van bulletin te richten aan eerdergenoemd redactie- en informatieadres. Website Netherlands School of Primary Care Research (CaRe) http://www.researchschoolcare.nl/ De tand des tijds: stellingen revisited 48 2

Ccarré jaargang 16 nr 57 december 2011 Redactioneel Na een warme herfst breekt een koude winter aan. Temperaturen van 20 graden beneden het vriespunt worden ons voorgehouden. Waren we net weer een beetje uit onze schulp gekropen na die natte zomer, kunnen we ons weer terug gaan trekken in onze warm gestookte huisjes. Gezellig bij de kachel met een kop warme chocolademelk, of een goed glas whisky voor de liefhebber. Even de tijd nemen om terug te blikken op het afgelopen jaar. Heb ik mijn gestelde doelen voor 2011 bereikt? Heb ik mijn goede voornemens die ik aan het begin van het jaar had volgehouden? Kan ik tevreden terugkijken op een geslaagd jaar waarin werk en privé elkaar prima aanvulden? En natuurlijk vooruit kijken op het nieuwe jaar. Ga ik door op de weg die ik bewandel? Zijn er nieuwe zijpaadjes te betreden? Goede voornemens om 2012 nog geslaagder te maken? Of keer ik het roer helemaal om? Eens per jaar de balans opmaken vanuit je comfortabele stoel. Klinkt zinvol. En aantrekkelijk. Niks mis mee. Voor wie echt een frisse start wil maken: stap uit die comfortabele stoel, pak jezelf goed in en maak die stap de kou in. Geniet van de stilte op straat, de zon en de wind op je wangen en trotseer de winter! Voel je bloed door je lijf stromen en verwelkom de nieuwe ideeën en plannen die zich spontaan aanbieden. Vol energie en herboren zal 2012 gegarandeerd een succes worden, welke weg u ook besluit te gaan. Nou ja, laten we op z n minst proberen januari hier mee door te komen, dan kunnen we langzaamaan weer van de lente gaan dromen Hoe u de jaarwisseling ook gaat doorbrengen, wij wensen u een warme kerst en een fris nieuw jaar! De redactie 3

CDe CaRedag carré jaargang 16 nr 57 december 2011 Brief van de directeur Traditioneel gaat de CaRedag voor mij vergezeld van een geïrriteerde neus en keelholte. Zo rond begin juni speelt de hooikoorts flink op. Dit jaar moesten we door logistieke problemen uitwijken naar het najaar. Het bleek vanwege de vakantiespreiding niet mogelijk voor de zomer een dag te vinden waarop de EMGO+ directie als gastheer en de beoogde sprekers aanwezig konden zijn. Geen hooikoortsweer dus, hooguit het risico op een herfstverkoudheid. Door de mooie nazomer bleef ook die uit. Voor het eerst dus een andere CaRedag dan anders: zonder belemmering van de ademhaling of overmatig zakdoekgebruik. Afgezien van deze omstandigheden was de CaRedag 2011 als vanouds. Een mooi thema, waar breed binnen CaRe aandacht voor is: ehealth. Een plenair programma met sprekers die op dit terrein hun sporen hebben verdiend. s Middags parallelsessies waarin junioren hun onderzoek presenteren. Aan het eind de uitreiking van de CaRe award voor het beste proefschrift van het jaar 2010, voorafgegaan door een presentatie van de drie genomineerden, in spanning over de komende uitslag. Daarna een afsluitende lezing en een borrel, om het weekend goed te beginnen. Elders in dit nummer leest u er meer over. De CaRedag is een moment om elkaar te treffen, los van de hectiek van de dagelijkse onderzoekspraktijk. Even de data de data laten, de computer uit, de boeken dicht. De gelegenheid andere onderzoekers te zien, met elkaar te bespreken hoe het de afgelopen periode is gegaan. Te beseffen dat het onderzoek alweer een jaar verder is en dat de afronding van het proefschrift onafwendbaar dichterbij komt. Gezien de hoeveelheid werk die nog verricht moet worden is dat misschien niet direct een opluchtend perspectief. Maar over de details hoeven we het niet te hebben, het gaat er immers om de dagelijkse druk even achter je te laten. De CaRedag heeft de afgelopen jaren onder druk gestaan. De financiële situatie noodde tot bezuinigingen op het CaRe-bureau en een kritische afweging van de activiteiten. In 2010 werd besloten geen kosten voor de CaRedag meer op de begroting op te nemen. Gelukkig was dat niet het einde van de traditie. NCEBP was bereid om de CaRedag te koppelen aan de eigen instituutsdag, zodat er een voor CaRe budgetneutrale oplossing kwam. Een mooie dag, met een belangrijk thema (chronisch zieken) en aan het slot een regen aan prijzen, omdat zowel de NCEBP-prijs als de CaReaward werden uitgereikt. EMGO+ was aan de beurt voor de CaRedag 2011. Hier geen mogelijkheden tot koppeling aan de interne instituutsdag, omdat die al vroeg in het voorjaar plaatsvindt en een andere opzet kent. Gelukkig was er een thema waaraan EMGO+ intern en in CaRe-verband extra aandacht wilde besteden, namelijk ehealth. Heleen Riper, niet lang tevoren overgekomen van het Trimbos instituut, was bereid dit te trekken. Door de inzet van vertegenwoordigers uit de verschillende instituten is een mooi programma samengesteld. Inmiddels is de CaRedag voor de komende jaren veilig gesteld. Ondanks de noodzaak van verdere bezuinigingen werd medio oktober in een gezamenlijke bijeenkomst van het overleg van directeuren en het CaRebestuur besloten de CaRedag te continueren, waarbij elk van de instituten eens in de vier jaar als gastheer de kosten draagt. Belangrijke overwegingen waren dat het roulatiesysteem de betrokkenheid van alle instituten gelijkelijk 4

verdeelt en dat de jaarlijkse verandering van locatie een evenwichtige spreiding van deelnemers bevordert. De vraag is of de CaRedag nu definitief naar het najaar verplaatst moet worden. Ik denk dat het effect op mijn gezondheidssituatie bij die beslissing van weinig belang is. Waar het om gaat is het continueren van een moment van uitwisseling tussen onderzoekers van verschillende instituten. Op naar de volgende CaRedag, in Utrecht, waar het Nivel de gastheer zal zijn. Guy Widdershoven 5

Ccarré jaargang 16 nr 57 december 2011 CaRe symposium ehealth: More care and more worry? Een verslag van Malou van Greuningen (NIVEL), Steffie van Schoten (NIVEL) en Nicole Vogelzangs (EMGO + ) Op 28 oktober vond de jaarlijkse CaRe dag plaats op de VU in Amsterdam, dit jaar georganiseerd door EMGO +. Thema van de dag: ehealth: More care and more worry? De dag werd geopend door prof. dr. Hans Brug (wetenschappelijk directeur EMGO + ), gevolgd door een welkom van de directeur van CaRe, prof. dr. Guy Widdershoven. Hij vertelde dat CaRe een netwerk biedt voor promovendi om contact over hun onderzoek te hebben en cursussen te volgen. Het thema ehealth werd geïntroduceerd door prof. dr. ir. Roland Friele (onderdirecteur NIVEL), die de vele definities van ehealth naar voren haalde. Omdat er zoveel verschillende definities bestaan van dit begrip, is het belangrijk om open te staan voor verschillende ideeën. Na deze introductie was het woord aan vier sprekers van verschillende vakgebieden om hun bevindingen te presenteren. vermindert. Ook het ontwikkelen van applicaties voor op smartphones die patiënten met angsten kunnen begeleiden terwijl ze in het dagelijks leven actief zijn (als een soort coach) draagt hier aan bij. De volgende presentatie was van prof. dr. Frank Snoek (Medische Psychologie, VUmc) over Beyond the consulting room: ehealth for diabetes, waarin hij ons verder inlichtte over zijn werk over online interventies voor patiënten met diabetes en depressie. ehealth kan handig zijn in verschillende fasen van diabetes zorg. Ondersteuning kan worden geboden d.m.v. apps en computer programma s of websites. In de afgelopen jaren hebben hij en zijn team verschillende diabetes vragenlijsten ontwikkeld en gevalideerd. O.a. met behulp van deze vragenlijsten zijn online interventies ontwikkeld voor jongeren en volwassenen met diabetes type 2, zoals een self-management cursus (www.prismadiabetes.nl), een web-based zelfhulp depressie programma voor diabeten (www.diabetergestemd. nl) en een lifestyle scholingsprogramma voor familieleden van patiënten (www.dialert.nl). 6 Prof. dr. Marc van der Gaag (Parnassia en VUmc) gaf een lezing over Virtual Reality: a tale on paranoids, avatars and psychotherapists. Hij presenteerde de eerste resultaten van een pilot over het gebruik van virtual reality in het behandelen van paranoia en deze waren hoopgevend. Het ontwikkelen van deze methode is ingegeven door de stijgende zorgvraag op het gebied van psychische gezondheidszorg, in combinatie met de moeite om de mensen hiervoor te vinden. Virtual reality sessies kunnen er voor zorgen dat de kwaliteit van de zorg op niveau blijft als het face-to-face contact De presentatie van prof. dr. ir. Roland Friele (onderdirecteur NIVEL) ging over ehealth: professionals and implementation. In zijn presentatie nam hij ons allereerst mee op een reis door de geschiedenis. Door het voorbeeld van de ontwikkeling van de stoomboot (tot machineboot) te gebruiken, schetste hij een mogelijke situatie voor de ontwikkeling van ehealth en de implementatie van ehealth interventies. Zoals bleek uit het voorbeeld: niet altijd pakt alles uit zoals je van tevoren had bedacht. Dit is echter niet altijd erg, omdat het ook belangrijk is om de context van de interventie mee

te nemen. Om ehealth te laten werken is er meer nodig dan een werkende applicatie. Vervolgens presenteerde dr. Jacqueline de Jong (strategisch adviseur van ministerie van Veiligheid en Justitie) over Human Enhancement, security and justice. Human Enhancement zijn technieken of medicijnen die worden toegepast voor het verbeteren van menselijke eigenschappen en vaardigheden, vaak in eerste instantie ontwikkeld voor het behandelen van ziekte of handicaps. Dit is lang een omstreden onderwerp geweest, en is het eigenlijk nog steeds wel. Maar als deze verbeteringen gebruikt worden voor het gemeenschappelijke belang i.p.v. het individuele belang dan zou dit misschien kunnen veranderen. Na de lunch kon men kiezen uit 4 parallel sessies, waarin resultaten van ehealth onderzoek werden gepresenteerd en besproken door promovendi en hun begeleiders. In de eerste parallelle sessie, voorgezeten door dr. Petra Verdonk (EMGO +, CAPHRI) presenteerden drie promovendi hun werk met betrekking tot (kosten)effectiviteit van ehealth preventie en interventie programma s. Marieke van Wier (EMGO + ) evalueerde het ALIFE@Work programma, een lifestyle begeleidende interventie op afstand voor werknemers met overgewicht. Daniel Bossen (NIVEL) vertelde over de ontwikkeling van een web-based programma voor lichamelijke activiteit voor patiënten met osteoarthritis in heup en/of knie. Iman Elfeddali (CAPHRI) presenteerde haar werk over het voorkomen van een terugval in roken door het gebruik van diverse op maat gemaakte feedback momenten en planning strategieën gegeven door een computer. Naast het feit dat er veelbelovende resultaten zijn getoond, liet deze sessie ook zien dat er altijd veel mensen uitvallen in dit soort studies. Hoe moet daarmee worden omgegaan? De tweede sessie had als thema online screening en preventie van psychologische problemen onder leiding van dr. Heleen Riper (VU, EMGO + ). Wouter van Ballegooijen (EMGO + ) demonstreerde hoe je gebruik kunt maken van de extra dimensies die het gebruik van internet biedt met zijn verhaal over de ontwikkeling en validering van een audiovisuele online screener voor de meest voorkomende psychische aandoeningen. Marco Blom (EMGO + ; directeur Onderzoek en Beleid, Alzheimer Nederland) presenteerde eerste hoopgevende resultaten van de internet interventie Dementie de Baas voor het verminderen van depressieve klachten bij mantelzorgers van mensen met dementie. Wike Seekles (EMGO + ) liet zien dat begeleiding bij een zelfhulp internet interventie voor depressie bijdraagt aan de effectiviteit van de behandeling, hoewel zonder begeleiding er ook verbetering optreedt. In de parallel sessie over Feasibility and implementation (voorzitter: prof. dr. ir. Roeland Friele) werd ingegaan op verschillende technische interventies die kunnen worden gebruikt om de gezondheid van mensen te onderzoeken, verbeteren of monitoren. Fiemke Both (EMGO + ) vertelde over een model dat is ontwikkeld om the stemming van depressiepatiënten te kunnen voorspellen om hen zo gepast advies te kunnen geven. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een smartphone applicatie. Martine Ickenroth (CAPHRI) vertelde over een online hulp voor het maken van beslissingen omtrent zelftests. Deze website is getest en uit vervolgonderzoek moet blijken wat het effect van deze website is op het maken van beslissingen op basis van resultaten van zelftests. Hier ontstond een interessante discussie over de juistheid van de weergave die moet helpen bij het maken van een beslissing. José Peeters (NIVEL) presenteerde de resultaten van de implementatie van Home telecare en welke factoren van invloed zijn op het succesvol implementeren van deze techniek. De Innovation and development sessie werd voorgezeten door dr. Huibert Tange (CAPHRI). De rol van belanghebbenden en eindgebruikers bij de ontwikkeling van een feedback en advies systeem voor thuiswonende ouderen mensen werd 7

benadrukt in de presentatie van Joan Vermeulen (CAPHRI). Dit kwam ook naar voren in de presentatie van Inge van Bruinessen (NIVEL) die lymfoom- kankerpatiënten nauw betrok gedurende verschillende fases van de ontwikkeling van een educatief internetprogramma om patiënten mondiger te maken tijdens vervolgbezoeken met hun zorgverlener. Elske Stolte (EMGO + ) vertelde over haar programma om oudere mensen meer aan het bewegen te krijgen door middel van een innovatief ICT systeem met een virtuele coach op een touch screen die gedurende de dag in de thuissituatie advies geeft om een actievere leefstijl aan te houden. Na de parallelsessies was het tijd voor misschien wel het belangrijkste onderdeel van de CaRe-dag: de CaRe PhD award 2010 uitreiking. Drie jonge doctoren waren genomineerd voor deze begeerde prijs. Hieronder waren Hein Janssens (NCEP) met zijn proefschrift Gout arthritis in general practice. Pathogenesis, diagnosis, treatment, prognosis en Olga Damman (NIVEL/NCEP) met haar proefschrift Public reporting about healthcare users experiences: The Consumer Quality Index. Maar de prijs ging uiteindelijk naar Hilde van Keulen (CAPHRI/EMGO + ) met haar proefschrift VI- TALUM; development and evaluation of tailored print communication and telephone motivational interviewing to improve lifestyle behaviors among older adults. Dit proefschrift beschrijft de ontwikkeling en evaluatie van telefonische motiverende gespreksvoering en computer-gegenereerd advies-op-maat via brieven om de leefstijl van ouderen te verbeteren. Beide methoden (apart of gecombineerd) bleken effectief. De jury beschreef haar onderzoek als een elegante, innovatieve internet-based tailored approach, gebruikmakend van zowel surveys als een RCT, van hoge kwaliteit, grondig en met een goede boodschap. Winnares Hilde van Keulen; hilde.vankeulen@tno.nl 8

Prof. dr. Pim Cuijpers sloot de dag af met zijn verhaal over begeleide zelfhulp interventies voor depressie en angst. Al sinds de jaren 60 worden er studies verricht naar begeleide zelfhulp (toen nog via LP s en videobanden). Cuijpers laat in een meta-analyse zien dat de effectgroottes van deze studies van dezelfde orde zijn dan van face-to-face psychotherapeutische behandelingen. Dit biedt hoop voor de begeleide zelfhulp internetinterventies die in opkomst zijn voor depressie en angst. Een directe vergelijking tussen deze twee vormen van behandeling, lijkt echter te suggereren dat begeleide zelfhulp wel effectief is, maar net iets minder dan face-to-face behandeling. Bepaalde patiënten zullen waarschijnlijk minder geschikt zijn voor begeleide zelfhulp. De uitdaging voor de toekomst ligt in de implementatie van deze ehealth methoden in de gebruikelijke zorg. Hoe het ook zij: internet zal de geestelijke gezondheidszorg radicaal veranderen. Al met al een dag met diverse onderwerpen met ehealth als de gemene deler. Blijkend uit de discussies die gevoerd werden, een onderwerp met vele kanten én mogelijkheden. In het huidige digitale tijdperk zal ehealth meer en meer een rol gaan spelen en waarschijnlijk zal in de niet zoverre toekomst ehealth niet alleen een aanvulling zijn op, maar steeds meer geïntegreerd worden met de huidige common practice in de gezondheidszorg. 9

Ccarré jaargang 16 nr 57 december 2011 Care onderzoekers in de landelijke pers Volkskrant 26/06/2011 Bewoners van verzorgingshuizen zijn sterk gebaat bij beter overleg tussen huisartsen, specialisten en verzorgenden. In verzorgingshuizen waar volgens dit geriatrisch model wordt gewerkt, hebben behollands glorie Intermediair Nederlanders in verschillende sociaal economische klassen vertonen verschillen in gezondheid. We denken dat dat komt omdat mensen in lagere sociale klassen er een ongezondere leefstijl op na houden, maar uit het promotie onderzoek van Daniëlle Groffen van de Universiteit Maastricht blijkt dat de mate waarin mensen grip hebben op hun leven ook een heel belangrijke rol speelt bij gezondheid. Dit kan voortkomen uit omstandigheden, maar ook uit persoonlijkheid. Noordhollands Dagblad 15/04/2011 Gezondheidswetenschapper Mariska Stam doet onderzoek naar sociale gevolgen van slechthorendheid. Het VU Medisch Centrum doet sinds 2005 grootschalig, langdurig onderzoek onder mensen tussen 18 en 65 jaar door het gebruik van de website de Nationale Hoortest. Een van de eerste resultaten is het besef dat werken als slechthorende heel vermoeiend is en veel energie kost. Verder richt Mariska zich op de langdurige sociale gevolgen van slechthorendheid. 10

woners minder last van verwardheid, zijn zij beter in staat zichzelf te redden en gebruiken minder medicijnen. Dit blijkt uit het promotie onderzoek van specialist ouderengeneeskunde Marijke Boorsma. Voor haar onderzoek bij het EMGO instituut vergeleek zij tien verschillende verzorgingshuizen. Volkskrant 09/06/2011 De maximumstraf voor 16- en 17-jarigen gaat omhoog van twee naar vier jaar, omdat staatssecretaris Teeven (Justitie) hiermee denkt de criminaliteit onder adolescenten terug te kunnen dringen. Maar volgens deskundigen is er geen enkel bewijs dat langer straffen tot minder misdaad leidt. Volgens onder anderen hoogleraar en kinderpsychiater Theo Doreleijers komt dit doordat de hersenen tot het 23 ste jaar nog niet zijn uitontwikkeld en jongeren tot die leeftijd nog niet in staat zijn om alle gevolgen van hun handelen te overzien. Hij vindt dat het strafrecht daar rekening mee moet houden door bijvoorbeeld meer mogelijkheden voor behandeling en scholing. 11 NRC Handelsblad 13/08/2011 Er zijn viereneenhalf miljoen mensen met een chronische ziekte in Nederland, depressie meegerekend. Dat wordt in de toekomst alleen maar meer en veel van hen zullen meerdere ziekten tegelijk hebben. François Schellevis, huisarts en epidemioloog onderzoekt de gevolgen van multimorbiditeit bij het NIVEL en het VU medisch centrum. Voor al deze ziekten is de oplossing vooral: medicijnen. Deze medicijnen zorgen er echter niet alleen voor dat een individu langer blijft leven, maar ook dat er steeds meer zieken komen: we blijven namelijk langer leven door de medicijnen. Toch zou het gezonder zijn als we slank blijven en meer bewegen, omdat we daarmee meer voorkomen dan medicijnen kunnen genezen.

NRC next 06/10/2011 Naar aanleiding van de huisartsenstakingen in oktober is er in deze krant een stuk verschenen met uitleg hierover. In dit stuk wordt, aan de hand van verschillende stappen, besproken waarom huisartsen op deze dag hebben geprotesteerd tegen de bezuinigingen in de huisartsenzorg. Er wordt op verschillende aspecten ingegaan: de aard van de bezuinigingen, het inkomen van de huisarts, de verandering van de huisartsenzorg in de afgelopen jaren en de vergelijking met andere landen. Informatie voor de invulling van dit stuk werd gegeven door Dinny de Bakker en Madelon Kroneman van het NIVEL. De Gelderlander 31/10/2011 Er schort veel aan de communicatie tussen patiënt en huisarts, blijkt uit internationaal onderzoek. Het onderzoeksinstituut NIVEL in Utrecht destilleerde er gouden tips voor de spreekkamer uit. Wie zijn klacht aandikt, wordt eerder geholpen. Patiënten willen allemaal een huisarts die is begaan met zijn patiënt en begrijpt wat de patiënt doormaakt, zegt prof. dr. Jozien Bensing, hoogleraar gezondheidspsychologie verbonden aan het NIVEL. Het is de rode draad in een rapport over een onderzoek dat in vier universiteitssteden (Utrecht, Liverpool, Gent en Verona) is gehouden. 12 Spits 03/10/2011 Per gemeente zijn de verschillen in verloskundige zorg enorm. In Vlaardingen worden ongeveer 175 vrouwen begeleid door een verloskundige, maar in Huizen zijn dat 55 zwangere vrouwen per verloskundige. Dat blijkt uit de vernieuwde versie van de Vraag Aanbod Analyse Monitor (Vaam). Deze monitor wordt vandaag door het NIVEL en de NPCF gelanceerd. Het meetinstrument is in eerste instantie bedoeld voor zorgprofessionals, gemeenten en verzekeraars om vraag en aanbod af te stemmen. De norm voor een fulltime ver-

loskundige is ongeveer 95 bevallingen/zwangere vrouwen per jaar. NIVEL onderzoekster Willemijn Ruizendaal was betrokken bij dit project. Trouw 01/06/2011 Op 1 juni besteedde Trouw uitgebreid aandacht aan het gebruik van anti-psychotica in de ouderenzorg. Uit een recent onderzoek door Medisch Contact blijkt namelijk dat gemiddeld 1 op de 3 dementerenden een anti-psychoticum krijgt. De krant ging in gesprek met onder andere Prof. Dr. Raymond Koopmans en Dr. Sytse Zuidema, beiden verbonden aan het Alzheimer Centrum Nijmegen. Zij doen al jaren onderzoek naar dit onderwerp en proberen op dit moment te achterhalen waarom er in sommige verpleeghuizen veel, en in andere weinig, anti-psychotica worden voorgeschreven. NRC handelsblad 06/11/2011 Onthouden wordt moeilijker, maar mensen met dementie kunnen soms nog iets, onbewust automatisch, leren. Op 6 oktober besteedde NRC aandacht aan het foutloos leren onderzoek van professor Roy Kessels. Uit dit onderzoek blijkt dat De truc bij mensen met dementie is handelingen zo aan te leren dat ze in dat geheugen terecht komen. Mensen krijgen geen verbale instructies die ze moeten onthouden en met vallen en opstaan in de praktijk brengen, maar oefenen nieuwe handelingen met een begeleider. Belangrijk is dat ze tijdens het aanleren geen fouten maken,want die fouten kunnen blijven hangen in het onbewuste geheugen. 13

www.nu.nl 08/08/2011 De angst voor besmetting met hiv en aids is iets afgenomen. Huisartsen vragen de laatste jaren minder hiv-testen aan, al nemen ze vaker het initiatief de kans op aids te bespreken met patiënten. Voorkomen moet worden dat het virus onderduikt en zich ongemerkt, meer gaat verspreiden, zo meldt NIVEL maandag. Maar dit geldt voornamelijk voor risicogroepen. In Nederlandse soa-centra wordt iedereen standaard getest op aids. Dat vind ik geen goed idee voor de huisartspraktijk, laagdrempelig testen van risicogroepen wel, zegt Gé Donker. 14

Ccarré jaargang 16 nr 57 december 2011 Achter een ander bureau door Jaap Sijbesma Als arts in opleiding tot huisartsonderzoeker (AIO- THO) kies je bewust voor regelmatige bureauwisselingen. Het is inmiddels 9 maanden geleden dat mijn eerste wisseling heeft plaatsgevonden en met de volgende wissel alweer in het verschiet is het tijd voor reflectie. Van het laboratorium in de Nijmeegse academie, naar de spreekkamer in de Limburgse dorpspraktijk en terug. Na mijn afstuderen ben ik als promovendus begonnen aan een samenwerkingsproject van de Eerstelijnsgeneeskunde en Geriatrie in het UMC st Radboud naar de bloeddrukbehandeling van ouderen en het effect daarvan op de hersendoorbloeding. Een geweldige kans, geweldige collega s en de mogelijkheid tot verdieping op het gebied van cardiovasculaire ziekten. Voor een net afgestudeerd dokter echter één gemis; het dagelijkse patiëntencontact. Het AIOTHO-traject biedt daarom uitkomst met de mogelijkheid mijn promotietraject af te wisselen met de opleiding tot huisarts. Met anderhalf jaar aan onderzoekservaring en mijn Good Clinical Practice-diploma op zak, maar zonder verdere klinische ervaring startte ik 9 maanden geleden het eerste jaar van de huisartsopleiding. Omwille van mijn huidige woonsituatie in Vlaanderen, kon een overstap van opleidingsinstituut tussen de oudste steden van Nederland zonder veel moeite worden geregeld. Het onderzoekswerk in Nijmegen in goede handen achterlatend bij mijn 15

achter een ander bureau collega s, vertrok ik naar Maastricht. Het is een bewuste keus geweest om de afwisseling van onderzoek en opleiding in fulltime perioden te doen, om ook de opleiding de volledige aandacht te kunnen geven. Dit betekent echter wel dat het onderzoek het voorlopig moet stellen met de avonden en vrije dagen. Maandelijks probeer ik een bezoek te brengen aan mijn onderzoekscollega s in het Radboud om de betrokkenheid te behouden en ze gerust te stellen dat hoe goed het huisartsvak ook bevalt, ik zeker terug ga komen naar de Waalstad. In Maastricht bracht de koppelingsprocedure en een beetje geluk mij onder de vleugels van een enthousiaste solistisch werkende huisartsopleider in Stevensweert, omgeven door de Maas, de Belgische grens en A2. Het is een pittoresk vestingstadje en zeker een aanrader voor de liefhebbers van natuurschoon. Het dialect is even wennen maar als huisarts in opleiding geniet ik dagelijks van het patiëntencontact en de direct oogstbare voldoening die het werk geeft. Een aangenaam verschil met de onderzoekswereld, waar resultaat en succes vaak pas op de lange termijn volgt. Daarnaast kan de koffie in het ziekenhuis echt niet tippen aan de vers pruttelende koffie van onze praktijkassistente. Wekelijks is er terugkomdag in Maastricht; een nascholings- en reflectiemoment maar vooral ook een rustmoment en sociaal event. Af en toe plaatsnemen achter een ander bureau biedt me een aangename afwisseling, maar ook een kans voor kruisbestuiving. Een kijkje aan de andere kant van de schutting blijkt nu al zeer handig in de praktijk. Mijn onderzoekservaring komt in de huisartspraktijk van pas. Het geeft je een kritische blik en de onmisbare vaardigheden snel je vragen te kunnen pubmedden en de antwoorden eruit te filteren. Daarnaast heb je de kans om zorgimplementaties eens van de andere kant te bekijken. Als je er zelf mee moet werken, merk je pas wat werkbaar is en wat echt zonde van de tijd. Andersom is ervaring uit de huisartspraktijk uitermate bruikbaar in het onderzoek. Het helpt me bij uitvoering van mijn eigen onderzoek, de implementaties en proefpersoonwerving in de eerstelijn, doordat ik mijn partners, de huisartsen en patiënten, beter leer begrijpen en snap waar hun prioriteiten liggen. Mijn portie dagelijks patiëntencontact is binnen en hoewel het smaakt naar meer, zal het even moeten wachten. De wetenschap roept me namelijk opnieuw. En ik kan haar melden dat ik vanaf september weer volledig beschikbaar ben. 16 Door: Dave Van Kann Achter een ander bureau dient in mijn geval eigenlijk de titel te dragen achter 2 andere bureaus. Onlangs heb ik mijn werkzaamheden (voor KWF Kankerbestrijding) op de vakgroep Gezondheidsbevordering bij de Universiteit Maastricht beëindigd en heb ik de overstap gemaakt naar de functie van promovendus op het project met de titel Active Living met een nieuw bureau als gevolg. Active Living is een project dat als doel heeft dat meer kinderen in de leeftijd van 9-12 jaar gaan voldoen aan de beweegnorm. Om dit doel te bereiken wordt op 10 scholen in Zuid-Limburg een interventie ontwikkeld om kinderen in de hoogste klassen (6 t/m 8) meer te laten bewegen. Meer bewegen wordt hierbij geoperationaliseerd als meer actief transport (lopen en fietsen naar school en terug), meer beweging tijdens schooluren en meer beweging tijdens vrije tijd. De interventie(s) om meer te bewegen behelst een verandering van de fysieke omgeving, zowel op school- als wijkniveau. Active Living is een project dat is ondergebracht binnen de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Limburg en maakt onderdeel uit van de onderzoeksgroep CAPHRI. De Academische Werkplaats tracht een brug te slaan tussen 3 disciplines die (veelal) als onafhankelijke eilanden opereren; de praktijk, het beleid en de

achter een ander bureau expertise van de beleidspraktijk en de wetenschap, is ervoor gekozen om deze werkplek onder te brengen bij zowel de GGD Zuid Limburg als de Universiteit Maastricht. De werkplekverdeling is ongeveer fiftyfifty, echter het zwaartepunt komt daar te liggen waar op dat moment de sterkste behoefte is. Dit houdt in dat wanneer er meer praktische zaken binnen het project spelen, ik meer werkzaam ben bij de GGD en wanneer het zwaartepunt meer ligt op wetenschappelijk gebied, zoals het schrijven van publicaties, ik meer tijd zal doorbrengen achter mijn bureau op de vakgroep gezondheidsbevordering. In hoofdzaak ben ik promovendus, dus wetenschappelijk onderzoeker, waardoor de fiftyfifty balans op den duur meer zal doorslaan naar werken op de vakgroep gezondheidsbevordering. 17 wetenschap. De betrokkenheid van deze disciplines komt binnen dit project sterk tot uiting. De GGD Zuid Limburg is betrokken als belangrijke uitvoeringspartij bij zowel de werving van scholen als ook de implementatie van de interventies op school- en wijkniveau, gemeenten zijn betrokken als beleidsmaker bij de inrichting van de wijk en de Universiteit Maastricht, vakgroep gezondheidsbevordering, is betrokken bij de ontwikkeling van evidence-based interventies en legt het zwaartepunt bij het uitvoeren van een effectstudie naar welke omgevingsveranderingen al dan niet leiden tot de gewenste beweegverbetering. Om de betrokkenheid van de partijen te vergroten en optimaal gebruik te kunnen maken van de Werken op 2 werkplekken is een nieuwe ervaring voor mij. De werkplek op de vakgroep gezondheidsbevordering is uiteraard een vertrouwde omgeving, echter in de huidige functie heb ik een nieuwe werkplek gekregen. Deze plek bevindt zich hemelsbreed 1,5 meter naast de oude werkplek, enkel gescheiden door 1 muur. De werkwijze alsook het werkklimaat is dus bekend en niet veranderd. Ik deel mijn werkkamer met een mannelijke collega-onderzoeker. Deze rustige werkplek is ideaal voor denkwerk en bij vlagen voor een gezonde dosis mannelijke humor. Mijn andere werkplek bij de GGD (in Geleen) is een geheel nieuwe ervaring. Niet alleen word ik elke morgen en middag geconfronteerd met het fenomeen genaamd forensen (inclusief files), hetgeen al een grote verandering is ten opzichte van mijn fietsritje van nog geen 10 minuten binnen

achter een ander bureau Maastricht. Ook betreft het hier een veel dynamischere werkplek. Hier deel ik mijn werkkamer met nog 3 vrouwelijke collega s die allen andere (praktische) werkzaamheden verrichten. Waar de telefoon in Maastricht slechts sporadisch gaat, zijn hier geregeld 2 of 3 personen tegelijkertijd op 1 kamer aan het bellen. Er heerst ook een heel open cultuur waar iedereen bij elkaar binnenloopt, voortkomend uit een verdeling van werkzaamheden waarbij veel mensen betrokken zijn bij één specifiek project. Ook dit is een contrast met de werkplek in Maastricht waar iedereen toch meer gefocust is op zijn eigen werk en de deuren vaker gesloten zijn om rust te creëren. Het ervaren contrast bezorgt mij een aangenaam gevoel van afwisseling. Het werkt stimulerend om te zien hoe de praktijk- en onderzoekswereld beide volledig bevlogen werken om het optimale te presteren binnen hun eigen belevingswereld, echter het is confronterend om te zien hoe ver de praktijk en de wetenschap toch nog uit elkaar liggen en hoe over elkaar gedacht wordt. Deze constatering benadrukt echter des te meer het belang van beide werkplekken en het bouwen van de brug tussen beide disciplines, iets wat ik als een inspirerende uitdaging zie om mijn steentje aan bij te dragen! 18

Ccarré jaargang 16 nr 57 december 2011 Chris van Weel in Washington abroad Dit voorjaar reisde Chris van Weel, hoofd van de Eerstelijnsgeneeskunde van het UMC st Radboud af naar Washington. Hij verbleef hier van 15 maart tot eind april en bezocht als primary care adviseur het Robert Graham Center van de American Academy of Family Physicians in het teken van de Obamacare. De wetgeving die toegang tot betaalbare en effectieve gezondheidszorg voor iedereen mogelijk moet maken. Nog nooit was de VS zo dicht bij het realiseren van wat eigenlijk niet anders dan een algemeen beschaafde gezondheidszorg kan worden genoemd. Lees over zijn ervaringen, de verschillen en overeenkomsten met de Nederlandse situatie en zijn inspanningen tot het opzetten van nieuwe samenwerkingsprojecten met de wetenschappers al daar. Hier onder vindt de links van de gehele mini-serie. Warm aanbevolen. Aflevering 1 Aflevering 2 Aflevering 3 Aflevering 4 Aflevering 5 Hakuna matata, my friend 19 Als promovendus ben ik betrokken bij het PREPARE project. Een zeer interessant samenwerkingsproject tussen Europese en Afrikaanse universiteiten, waarbij HIV preventie centraal staat. Nu is dit op zichzelf niet vernieuwend, maar de invulling die eraan wordt gegeven en de

abroad resultaten zullen dat hopelijk wel zijn. Samen met mijn begeleiders Hein De Vries en Arjan Bos ben ik voornamelijk verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de vragenlijsten en de analyse van resultaten. Nu begon mijn fascinatie voor het onderwerp eigenlijk pas tijdens mijn bezoek aan Durban in 2010, een maand voor het wereldkampioenschap voetbal. De bedoeling was dat ik een week mee zou draaien op de campus aldaar en zou helpen bij het analyseren van data omtrent verkrachting en sexuele intimidatie. Ten minste, zo zien wij dat De plaatselijke nuances zijn echter complexer. Zo heerst er een behoorlijke macho-cultuur en een vrouw heeft er weinig te vertellen. Sex is eenzijdig en als je partner er zin in heeft dan zul je daar als vrouw gewoon aan moeten toegeven. Ondenkbaar als jonge westerling, maar waar. Gedwongen sex valt daar dus niet persé onder verkrachting. Iets om in een vragenlijst rekening mee te houden Een ander voorbeeld is dat je als mannelijke puber niet serieus genomen wordt door je vrienden tenzij je sexueel geïnitieerd bent, zoals dat dan zo mooi heet. Ben je zelf niet in staat om te scoren dan zijn je vrienden absoluut niet te beroerd om je te voorzien van een bevallige jongedame om alsnog man te worden. Durban was op meerdere gebieden een uiterst fascinerende en ontnuchterende stad. Zo werd ik van te voren gewaarschuwd om in ieder geval niet in mijn eentje de stad te gaan verkennen, ook niet overdag. Eigenwijs als ik was (lees: ben) ging ik op mijn eerste middag in Durban vol goede moed op zoek naar zonnebrandcrème. Ik was me van geen kwaad bewust, ook in Brussel is het immers onveilig, moet ik waarschijnlijk gedacht hebben... Bovendien keek ik van af mijn hotelkamer uit op een zeer vriendelijk uitziend stukje strandboulevard met een parasolletje hier en een zwembadje daar. Toen ik de hoek om liep begreep ik echter meteen waarom er twee kleerkasten in legertenue, compleet met baret en shotgun, voor het hotel 24 uur per dag de wacht hielden. Het had wat weg van een New Yorkse ghetto, maar dan armer zeg maar Nog voordat ik twee straten verder was, hadden drie mannen mij aangesproken op een nogal intimiderende manier en realiseerde ik me dat ik de enige blanke was in een straal van enkele kilometers Ow help! Ook de onschuldig uitziende, maar ondertussen wel stiekem lijm-snuivende kinderen op de stoep naast mij konden mij niet echt geruststellen. Na een winkelcentrum ingedoken te zijn en wat zonnebrandcreme gekocht te hebben, werd ik buiten opgewacht en ongevraagd ge-escorteerd door twee lokale jongeren, die gelukkig niet uit waren op zonnebrandcrème Ik besefte toen dat opgroeien in Nederland toch wel degelijk een voorrecht is en dat elke vorm van klagen ongegrond is. Kort na dit bezoek aan Durban ben ik begonnen als promovendus bij het PREPARE team, een EU gefinancierd project met medewerkers uit Zuid- Afrika, Tanzania, Uganda, Noorwegen, Engeland, Canada en Nederland. Twee keer per jaar vindt er een overleg plaats waarbij we qua locatie afwisselen tussen deze landen. Zo was ik dit jaar in Kampala, Uganda en recenter in Dar Es Salaam, 20