Samenvatting ANW Hoofdstuk 1, Ontwikkeling

Vergelijkbare documenten
- Op de plaats van het onderzoek wordt er gezocht naar sporen, bijv. afdrukken van schoenen, en DNA. Dit soort sporen worden ook wel stille getuigen

8,2. Samenvatting door een scholier 1300 woorden 30 september keer beoordeeld. Paragraaf 1.1 Recherchewerk

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 2

6,2. Samenvatting door een scholier 1586 woorden 1 november keer beoordeeld. Algemene natuurwetenschappen Proefwerk 1 H1/2. 1.

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1

technische recherche: speuren naar aanwijzingen of sporen op de plaats van het misdrijf

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1, Ontwikkeling

Hoofdstuk 1 ; Ontwikkeling 1.1 Rechercheonderzoek

1.2 - zonder geboortebeperking vrouwen meer dan 20 kinderen kunnen krijgen, borstvoeding nog geven>niet

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 2

6,1. Paragraaf 1.1. Paragraaf 1.2. Samenvatting door een scholier 1084 woorden 27 april keer beoordeeld. Hoofdstuk 1

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 5

6,3. Samenvatting door een scholier 1822 woorden 21 juni keer beoordeeld. paragraaf 1.3

Samenvatting door een scholier 2115 woorden 5 oktober keer beoordeeld

6,8. Samenvatting door een scholier 3327 woorden 6 november keer beoordeeld. Hoofdstuk 1; Ontwikkeling

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 2

Een goed rechtssysteem vereist een betrouwbaar bewijs. Het sporenonderzoek en de getuigen moeten de rechter kunnen overtuigen.

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting door een scholier 1767 woorden 25 oktober keer beoordeeld. Algemene Natuurwetenschappen: Hoofdstukken 1 en 2;

Satellieten worden vanaf de aarde met raketten naar de juiste hoogte in een baan om de aarde gebracht.

6,2. Paragraaf 1: Recherchewerk. Antwoorden door een scholier 5035 woorden 13 november keer beoordeeld. Hoofdstuk 1: Ontwikkeling

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 t/m 4

GPS. Global Positioning System, werking en toepassingen. Maarten Mennes Mei 2006.

6,6. Samenvatting door een scholier 2214 woorden 28 maart keer beoordeeld

Werkstuk ANW De Anticonceptiepil

5,6. Samenvatting door een scholier 2590 woorden 29 maart keer beoordeeld

6,9. Samenvatting door een scholier 1093 woorden 21 september keer beoordeeld. Aardrijkskunde HFD 1 1. Schaalniveaus

keer beoordeeld 4 maart 2018

Samenvatting ANW Hoofdstuk 6: het heelal

Samenvatting ANW 5.1 t/m 5.3, 1.1, 4.1

Zon, aarde en maan. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Noten schieten 9 april 2009

Waarom zijn er seizoenen?

Samenvatting ANW Hoofdstuk 3, Blik op oneindig

Cartografische oefeningen

Activiteitendagen V3. Thema: Sporenonderzoek. Activiteit: bloedspattenproef

4.5. Boekverslag door een scholier 1197 woorden 23 september keer beoordeeld. Werkstuk over het spiraaltje. Inhoudsopgave: Voorwoord

Cartografische oefeningen antwoorden voor de leerkracht

Ik wil anticonceptie gaan gebruiken. Poli Gynaecologie

PATIËNTEN INFORMATIE. Anticonceptie

De mens verovert de ruimte!

Drie jaar niet meer aan mijn anticonceptie denken.

3,7. Samenvatting door een scholier 3119 woorden 10 januari keer beoordeeld. 1.1 Recherchewerk

inh oud Mars 1. Ons zonnestelsel 2. De rode planeet 3. Mars en de aarde 4. Leven op Mars? 5. Mars en fantasie 6. Een kijkje op Mars 7.

Samenvatting ANW Hoofdstuk 6

Medischwetenschappelijk. onderzoek. Algemene informatie voor de proefpersoon

Samenvatting ANW Boek 1

Normale cyclus. Gynaecologie

Anticonceptiemiddelen met oestrogeen en progestageen

dag en nacht Vragen behorende bij de clip dag en nacht op

INFORMATIE IMPLANON NXT. 3 jaar onbezorgde anticonceptie. 3 jaar onbezorgde anticonceptie

Het leven duurt niet eeuwig

Voortplantingshormonen

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4

Praktische opdracht Biologie Siamese Tweelingen

De mens verovert de ruimte

INFORMATIE IMPLANON NXT. 3 jaar onbezorgde anticonceptie. 3 jaar onbezorgde anticonceptie

Praktische opdracht ANW DNA bij misdrijven

contraceptie na de bevalling

ONTDEK HET PLANETARIUM! DE ANTWOORDEN GROEP 5-6

Samenvatting Biologie Thema 3: Voortplanting en ontwikkeling

Antwoorden ANW Hoofdstuk 1 & Hoofdstuk 2

Begripsvragen: Cirkelbeweging

Medisch-wetenschappelijk onderzoek Algemene informatie voor de proefpersoon

Antwoord op veelvoorkomende vragen

Planeten. Zweven in vaste banen om een ster heen. In ons zonnestelsel zweven acht planeten rond de zon. Maar wat maakt een planeet nou een planeet?

We proberen dit alles ( en nog veel meer) te onderzoeken aan de hand van een onderzoeksvraag, die luidt:;

Normale cyclus. Poli Gynaecologie

1) Mercurius. 2) Zoek informatie over vallende sterren. Muurkrant opdracht in 2-tallen

4 Het heelal 6. De zon. De aarde. Jupiter. De maan. Ons zonnestelsel. Mars. Mercurius Venus

Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing

Ik wil een voorbehoedmiddel (anticonceptie) gaan gebruiken

Love and Fear of Water: Water Dynamics around Charges and Apolar Solutes S.T. van der Post

Werkstuk Biologie DNA

Eindexamen vmbo gl/tl Nederlands I

Menstruatiecyclus vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Samenvattingen. Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid. Basisstof 1. Basisstof 2. Erfelijke eigenschappen:

Auditieve oefeningen bij het thema: de ruimte

Proef 50 Vingerafdrukken zoeken met behulp van cacao- en talkpoeder

kleuter 4 6 jaar Veters strikken. Zijn vaak al zindelijk. (Maar er kunnen ook andere dingen genoemd worden)

Samenvatting door een scholier 1365 woorden 2 juli keer beoordeeld. Hoofdstuk 3: blik op oneindig. 3.1: De aarde en de maan

Figuur 1. Foto van de gevonden jas.

Zwangerschaps- / ovulatietesten

Werkstuk Biologie Mongolisme

Werkstuk Biologie Erfelijkheid

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1 t/m 5

VOORTPLANTING BIJ DE MENS

Is een bipolaire stoornis erfelijk?

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1, 3 en 4

1. Het Heelal. De aarde lijkt groot, maar onze planeet is niet meer dan een stip in een onmetelijke ruimte.

Anticonceptie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Patientenvoorlichting Voortplantingsgeneeskunde (fertiliteit)

zweet stinkt schaam haar ongesteld brede heupen borst groei schaamlippen groeien groeispurt

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie voortplanting 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn

6.7. Werkstuk door een scholier 1654 woorden 17 april keer beoordeeld. Biologie voor jou. Erfelijkheidsmateriaal

Praktische opdracht ANW DNA

Anticonceptie, de verschillende methoden

Vruchtbaarheid en kanker

Transcriptie:

Samenvatting ANW Hoofdstuk 1, Ontwikkeling Samenvatting door een scholier 2788 woorden 29 oktober 2005 7 6 keer beoordeeld Vak Methode ANW Solar Samenvatting Solar Hoofdstuk 1 Hoe gaat een opsporing in zijn werk: * De recherche verzamelt aanwijzingen: verklaringen van getuigen en sporen die ze op de plaats vaan het misdrijf kan aantreffen (wapen of vingerafdruk) * Met de verzamelde aanwijzingen kan een dader worde opgespoord. Getuigen: * Angst of mentale schok kan je waarneming en geheugen beïnvloeden. * De getuige kan onder invloed van drugs spreken. * Of er veel tijd is verstreken tussen de ondervraging en het misdrijf. * Wie de getuige is. Is het een vriend bijv. De rechercheurs gaan eerst op zoek naar gegevens. Relatie- en buurtonderzoek: Ze ondervragen de familieleden en buurtbewoners. Als bij een misdrijf geen dode is gevalle is het slachtoffer de belangrijkst getuige. Ze kunnen een signalement van de dader geven. Er is natuurlijk ook een kans dat de dader foutief wordt herkend door slachtoffers. Sporenonderzoek: Getuigenverklaringen vormen bewijsmateriaal in een rechtzaak, maar zijn niet altijd betrouwbaar. Daarom zoekt de technische recherche naar aanwijzingen op de plaats van een moord. Rechercheurs filmen en fotograferen de plek tot in detail. Voordat de dode wordt weggehaald onderzoeken ze het lichaam op sporen. De gerechtelijke arts onderzoekt daarna de doodsoorzaak. Stille getuigen: Zijn bloed, haar en vezels die door de rechercheurs worden verzameld en daarna apart in zakjes worden gedaan voor nader onderzoek in het laboratorium. De rechercheurs zoeken het moordwapen en proberen met een poederkwast vingerafdrukken zichtbaar te maken. Als er bijv drank, drugs of medicijnen aantreffen kan dat een verklaring zijn voor de misdaad. De rechercheurs schrijven na elk onderzoek een verslag. De rapporten van het laboratorium komen samen me de verslagen en de getuigenverklaringen in een map. Bewijs: De rechtbank beoordeelt dit bewijs aan de hand van het dossier en stelt vragen aan getuigen en Pagina 1 van 6

deskundigen. Gerechtelijk Laboratorium in Rijwijk: daar wordt onderzoek verricht voor de recherche in heel Nederland. Er werken deskundigen op velerlei gebied: van wapens tot computers. De afdeling serologie bijv. doet bloedonderzoek. Analisten: onderzoeken er bloed op de kleding van een verdachte en op die van het slachtoffer. Ze bepalen de bloedgroep A, B, AB of O die elk in een bepaald percentage onder de bevolking voorkomen. 45% van de Nederlanders hebben bloedgroep O. Als een analist vaststelt dat beide bloedsporen van het type O zijn mag je niet aannemen dat het bloed op de kleding van het slachtoffer is, omdat er veel meer Nederlanders bloedgroep O hebben. Je hebt dus meer aanwijzingen nodig voor een overtuigend bewijs. Als er bijv ook een schoenafdruk met de maat van de verdachte wordt gevonden neemt de verdenking toe. Maar er is nog steeds geen 100% zekerheid. Die is er namelijk pas als er unieke sporen van de verdachte zijn. Een vingerafdruk bijv. Bij aanwezigheid van getuigen vergelijkt de recherche hun informatie met die van het sporenonderzoek. Leugenachtige getuigen vallen meteen door de mand. Huidlijnenpatroon: Kenmerken: Bloedgroep, lichaamsafmeting en vingerafdrukken bijv. Sommige kenmerken heb je met andere gemeen andere zijn uniek. Sir Francis Galton bestudeerde vingerafdrukken en concludeerde dat ze uniek zijn. Zelfs bij eeneiige tweelingen. Ze zijn daarom bruikbaar voor de identificatie van misdadigers. De belangrijkste conclusies van Galton zijn: * Het lijnenpatroon van de vingerhuid blijft levenslang hetzelfde. * Het aantal patronen dat kan voorkomen is zeer groot. * Je kunt vingerafdrukken indelen in groepen. Het Galton-systeem is gebaseerd op details van het huidlijnenpatroon, bijvoorbeeld een vertakking of een doodlopende lijn. Deze details worden typica genoemd. De recherche maakt van de 10 vingers van verdachten inktafdrukken op papier. Gesorteerd naar hand en vinger gaan ze het archief in. Met het vergelijken van de afdrukken let de recherche op de aanwezigheid van dezelfde typica en hun onderlinge posities. In Nederland eist de rechter minimaal 12 punten van overeenkomst, want dan is de kans op een foutieve identificatie nul. In de praktijk is gebleken dat identificatie door middel van vingerafdrukken betrouwbaar is. Empirisch bewijs: een bewijs dat uit ervaring gekregen is. Van vingerafdrukken is 99% niet zichtbaar. In lamplicht zie je ze beter. Rechercheurs gebruiken een zilverkleurig middel. Dat hecht zich vooral aan het water dat 99% van de afdruk maakt. De rest bestaat uit vet, zout en eiwit. Na het poederen kun je de afdruk op folie overbrengen en meenemen. In laserlicht kun je de afdruk nog beter zien. Je kunt vingerafdrukken ook goed zichtbaar maken met kleurstoffen. Er zijn poeders die de afdruk laten oplichten als je erop schijnt. Plastic kun je in gouddamp hangen. Die damp hecht alleen aan plastic en niet aan andere stoffen. Er zijn ook stoffen die met de afdruk reageren waardoor de zichtbaarheid toeneemt. De damp van secondenlijm reageert met het water uit de afdruk en vormt daardoor een wit laagje. Tegenwoordig zijn vingerafdrukken opgeslagen in de computer. Gesorteerd naar hand en vinger. Een zoekprogramma vergelijkt de onbekende afdruk met de afdrukken in het bestand. De computer geeft enkele mogelijkheden en een deskundige stelt daarna vast welke afdruk identiek is. Pagina 2 van 6

DNA- fingerprint In 1985 ontwikkelde de Engelse professor een nieuwe techniek die het moglijk maakte een bijzonder stukje DNA-moleculen te lichten. DNA is een stof die voorkomt in de kernen van cellen waaruit mensen, dieren en planten zijn opgebouwd. Bloedcellen, zaadcellen en wangslijmvliescellen bevatten uiterst lange DNA moleculen. In slechts 3% van het DNA-molecuul bevat info over erfelijke eigenschappen en je bloedgroep e.d. oftewel je genen. Het bijzondere stukje DNA tref je aan tussen de genen in het DNA-molecuul. Dat stukje bestaat uit een herhalend patroon. Het aantal keren dat het patroontje zich herhaald is kenmerkend voor de eigenaar van het DNA. Het complete DNA molecuul is uniek,(behalve voor eeneiige tweelingen). DNA-print: ontstaat door onderzoek aan slechts een klein deel van het DNA. Bij willekeurige mensen zie je een duidelijk verschil maar bij familie zie je overeenkomsten. Als je van iemands kenmerkend DNA stukje een profiel maakt, kun je bij ong 1 op de 100 anderen eenzelfde profiel verwachten. De onderzoekers troffen veel meer kenmerkende stukjes DNA aan. Als je bijvoorbeeld 4 verschillende DNA-profielen hebt is de kans 1 x 100 x 100 x 100 x 100= 1 op 100 000 000. Bij familieleden is deze kans groter. Rechercheurs kijken nu ook naar andere lichaamsstoffen dan bloed: Speeksel, snot, sperma en haarwortels. Volgens de wet ben je baas over je eigen lijf. In 1994 is bepaald dat een recherche bij zware geweldsmisdrijven bloed mag afnemen om een DNA-profiel te maken. Als deze de dader blijkt te zijn wordt het DNA profiel 30 jaar bewaard. 1.2 De Pil De katholieke kerk stond het gebruik van de pil niet toe. Het was dan ook niet overal te koop. Doordat er veel vrouwen nog ongewenst zwanger werden kwam Margaret Sanger voor deze vrouwen op. Ze bleef zoeken naar betere voorbehoedsmiddelen. Zij bracht wetenschappers en geneesmiddelenfabrikanten op het idee de vruchtbaarheidsremmende werking van vrouwelijk hormonen te gaan onderzoeken. Hormonen. In de pil zitten stoffen die op vrouwelijke hormonen lijken. Ze begonnen vanaf 1910 hun onderzoek bij vrouwelijke organen uit slachtafval. Ze maakten er oplossingen van die ze inspoten bij levende proefdieren. Achteraf zagen ze bij operaties welke organen daardoor veranderden. Ze moesten een minder ingewikkelde manier vinden om aan de werkzame stof te komen. Na injecties van urine van merries zagen ze dezelfde verandering. De vraag overtrof al snel het aanbod van urine. Daarom gingen ze opzoek naar een chemische stof met hetzelfde effect. Bij toeval ontdekte ze stoffen die nog sterker werkten. Deze kunstmatige hormonen noemden ze oestrogenen en progestagenen. Proefpersonen: In 1938 schreven vrouwenartsen het als medicijn voor om te kijken of het zou werken. Oestrogenen: bij vrouwen waarbij hun eierstokken waren weggehaald. Progestagenen: kregen dat toegediend als ze te vroeg zouden bevallen. De eerste anticonceptiepil werd na een beperkt vooronderzoek in 1960 getest in een overbevolkte wijk in Puerto Rico bij 800 vrouwen. Geen van hen werd zwanger. En het bloedverlies werd gering. Toen de artsen na enkele jaren een goed beeld hadden over de bijwerkingen schreven ze het ook voor als anticonceptiepil. Pagina 3 van 6

Werking: Elke pil bevat een geringe dosis oestrogenen en progestagenen., die op de hersenklier(hypofyse) inwerken. Daardoor raakt de normale besturing van de menstruatiecyclus buiten werking. De pil beschermt op vier manieren tegen zwangerschap. 1) Het hormoon oestrogeen uit de pil misleidt de hypofyse. Daardoor wordt de eirijping in de eierstok bemoeilijkt. 2) Soms vindt er toch een eisprong (ovulatie) plaats. Omdat het transport van de eicel door de eileider wordt vertraagd, sterft de (mogelijke bevruchte) eicel daardoor vroegtijdig af. 3) Door het hormoontekort ontwikkelt het slijmvlies in de baarmoeder zich niet voldoende. Een bevruchte eicel kan zich dus niet innestelen. 4) Het tweede hormoon, (pro)gestageen, maakt de slijmprop tussen de vagina en baarmoeder taai. Bijna alle zaadcellen worden daardoor tegengehouden. Lagere hormoondosis: De gebruiksters werden pas na enkele jaren kritischer over de bijwerkingen. De fabrikanten verlaagde de hoeveelheid oestrogeen naar 50ug. Dat had nauwelijks invloed op de betrouwbaarheid. 1.3 Navigatie Een kompas is niet altijd even betrouwbaar want als je bijv op zee zit kan je kim van koers afdwalen door de zeestroming en de wind. Als je dus grotere afstanden wou varen had je meerder hulpmiddelen nodig. Plaatsbepaling: coördinaten: Elke plaats op aarde kan worden aangegeven met behulp van 2 getallen. Het zijn de geografische lengte en breedte. Als je de coördinaten van je bestemming weet en je kunt de coördinaten bepalen van de plaats waar je je op dat moment bevind, dan kun je berekenen hoever het nog is naar je bestemming en welke kant je op moet. De Poolster: Hoe bepaal je je plaats op aarde? Wat zijn mijn geografische lengte en breedte? Het belangrijkste houvast dat je hebt zijn: de zon, de maan en de sterren. De aarde heeft een denkbeeldige lijn lopen tussen de noord- en zuidpool. Recht boven de noordpool staat een ster: de poolster. Omdat zij niet zo helder is, is zij niet altijd even gemakkelijk te vinden. Op het zuidelijk halfrond is de Poolster niet zichtbaar, omdat daar het licht van de poolster niet komt. Hoe hoger de Poolster aan de hemel is des te noordelijker je zit. De hoek waarin je de Poolster waarneemt staat gelijk aan de geografische breedte. De Zon: Met behulp van de hoogte van de zon kun je de geografische breedte ook bepalen. Omdat de zon niet altijd even hoog staat is het lastiger dan met de Poolster. Maar je kan met de zon wel de geografische lengte bepalen. De breedte wordt bepaald door de maximale hoogte van de zon overdag. Uit het tijdtip waarop de zon zijn hoogste punt heeft bereikt, kan worden afgeleidt wat de geografische lengte is. Prijsvraag: Omdat er veel schepen verongelukte omdat ze niet goed de geografische lengte konden bepalen, werd er een prijs uitgereikt voor degene die een manier kon verzinnen om de lengte op een halve graad nauwkeurig te kunne uitrekenen op zee. De omtrek van de aarde is 40 000 km, als je het op een halve Pagina 4 van 6

graad nauwkeurig kunt uitrekenen kan de afwijking 55 km zijn, want in een graad passen 2 halve graden, dus dat is 360 x 2 = 720. 40 000/ 720=55. Een klok. Aangezien de aarde in 24 om haar as draait, dat is 360 graden in 24 uur, dus 15 graden in 1 uur. Als je 15 graden naar het oosten reist, zou je de zon 1 uur eerder op zijn hoogste punt moeten zien. Omdat de zon in het oosten 1 uur eerder op komt is hij daar ook 1 uur eerder op zijn hoogste punt. Vanwege de golven deden slingeruurwerken het niet op zee. Harrison moest een klok verzinnen zonder slinger. Hij werkte 5 jaar aan een prototype en 20 jaar aan een verbeterde versie. Hij kreeg de prijs in 1773 3 jaar voor hij overleed. Nieuwe ontwikkelingen: radiobaken: een radiobaken is een radiostation die een bepaald signaal uitzendt. Op veel plaatsen op aarde staan radiobakens. Elk baken zendt een ander signaal uit en van alle bakens zijn de locaties precies bekend. Een schip heeft nu een antenne die de richting waaruit de signalen komen kan meten. Er zijn ook navigatiesystemen die gebruik maken van het tijdsverschil tussen de ontvangst van hetzelfde signaal dat door verschillende zenders gelijk wordt uitgezonden. Satellietnavigatie: In de jaren 70 en 80 zijn 24 satellieten in een baan om de aarde gebracht. Ze zenden allemaal een ander signaal uit. Op een schip kan een computer bereken aan de hand het signaal hoe lang hij onderweg is geweest. Hieruit kan de afstand tot de satelliet worden berekend. Je positie kan worden berekend met een nauwkeurigheid van ongeveer 10 meter. Gps: Global positioning system. 1.4 Ruimtevaart 1926: Robert Goddard lanceert experimentele raket. Bereikt 13 m hoogte. 1942: Lancering V2 door Wernher von Braun. 1947: Amerikaanse V2 bereikt 374 km hoogte. 1957: Eerste satelliet, Russische Spoetnik 1. 1958: Eerste Amerikaanse satelliet, Explorer 1. 1961: Joeri Gagarin, eerste mens in de ruimte (een rondje om de aarde in 1h 48m) 1966: Russische Loena-9 als eerste ruimtevaartuig op de maan/ 1969: Neil Armstrong eerste mens op de maan. 1976: Viking 1 landt op mars. 1981: Eerste lancering space shuttle. 1986: Europese Giotto vliegt langs de Komeet van Halley. 1989: Voyager 2 vliegt langs Neptunus. 1993: Reparatie in de ruimte van de Hubble Space Telescope. 1995: Ruimtevaartuig Gallileo laat een sonde afdalen in de atmosfeer van Jupiter. 1997: Onbemand Amerikaans ruimtevaartuig Sojourner op Mars. Het begin van de ruimtevaart. De eerste wetenschappelijke experimenten met raketten zijn in het begin van deze eeuw gedaan. Ze kwamen niet erg hoog. Maar begin jaren 40 was de rakettechniek al zover ontwikkeld dat de Duitsers onder andere de V2 raket konden bouwen. Het waren eigenlijk bommen die over grote afstanden konden vliegen. Vanuit Nederland werden veel V2 s op Londen afgeschoten. Pagina 5 van 6

Wapenwedloop: Wapenwedloop: Steeds betere bewapening van de 2 grote machten om het machtsevenwicht te handhaven of te bereiken. Na de oorlog hebben de VS en de toenmalige Sovjet-Unie elk een groot aantal Duitse raketdeskundigen en materiaal naar eigen land gehaald. Want met de nieuwe rakettechniek konden nieuwe, zeer krachtige wapens ontwikkeld worden. Behalve nieuwsgierigheid was het ook een politiek belang bij de ontwikkeling van de ruimtevaart. Er ontstond een race om de beste wapens. In 1957 brachten de Russen de eerste satelliet in de ruimte. De Amerikanen dachten dat de Russen dan ook vast betere wapens zou hebben. Vanaf dat moment stak Amerika heel veel geld in de ontwikkeling van de ruimtevaarttechnologie. De president beloofde in 1962 dat de mens voor 1970 op de maan zou landen. Dat was in 1969 gelukt. De werking van een raket: In de ruimte kan een raket zich nergens tegen afzetten om te versnellen, te remmen of te sturen. Net als bij een vuurpijl worden bij een raket de gassen die ontstaan na verbranding van de brandstof. met grote kracht aan de onderkant uitgestoten. Dit heeft tot gevolg dat de raket zelf de andere kant op beweegt. Satellietbanen: Voorwerpen die in een baan om de aarde draaien noemen we satellieten of kunstmanen. Satellieten worden aangetrokken door de zwaartekracht van de aarde. Ze zouden dus eigenlijk naar beneden moeten vallen. Dat doen ze ook. Maar omdat een satelliet een grote snelheid heeft dwars op de zwaartekracht beweegt hij tijdens het vallen ook vooruit. Als de snelheid groot genoeg is komt de satelliet tijdens de val niet dichterbij de aarde, maar er steeds omheen. Alle voorwaarden ineen baan om de aarde zijn dus eigenlijk gewichtloos. Satellieten bevinden zich buiten de dampkring en hebben daarom geen last van luchtwrijving. Dit zorgt ervoor dat ze niet worden afgeremd. Alle satellieten die in cirkelbanen op dezelfde hoogte om de aarde draaien hebben dezelfde snelheid en omlooptijd. Satellieten in een hoger baan hebben een lagere snelheid. Ze moeten ook een langere afstand afleggen voor 1 rondje is hun omlooptijd langer. satellietbanen verschillen ook in richting met elkaar. Het hangt af an de snelheid. Spionagesatelliet: Een lage baan op 300 km hoogte over de polen. communicatiesatelliet: 36000 km boven de evenaar. Toepassingen: Communicatiesatellieten geven tv-programma s door die vanuit een grondstation wordt uitgezonden. Ook telefoongesprekken die over een langere afstand gaan. Satellieten kunnen ook gebruikt worden voor onderzoek aan de atmosfeer.het gat in de ozonlaag zou zonder satellieten niet ontdekt zijn. Energievoorziening van ruimtevaartuigen: Ruimtevaartuigen hebben allerlei verschillende instrumenten aan boord zoals computers, antennes en zenders. Als een ruimtevlucht maar een paar dagen duurt heb je genoeg aan de elektrische energie uit batterijen. Als een vlucht langer duurt zou het gewicht van de batterijen te zwaaar worden. De meest gebruikte manier om aan energie te komen is via zonne-energie. Pagina 6 van 6