Dakloosheid oplossen? Niet zonder een integraal woonbeleid! *

Vergelijkbare documenten
Op 7 juni 2018 vindt het Algemeen overleg over de staat van de volkshuisvesting plaats. Ik hoop dat u onderstaande input wilt meenemen in uw bijdrage.

Workshop 10 Flexwonen en jongeren met begeleiding

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Dijk (SP) over de toename van het aantal daklozen (2018Z20013).

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bijlage 1. Afwegingskader ZRM Wonen en zorg

Manifest Wonen & Zorg in Maastricht

MENSWAARDIG WONEN AAN DE ONDERKANT Pistes voor een toekomstig Vlaams woonbeleid

7 juni AO Maatschappelijke Opvang 13 juni /2018. Aan de leden van de Vaste commissie voor VWS,

Zwerfjongeren in Nederland: een heldere definitie

Het advies van de ASD.

Souterrain van het wonen in Nederland

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Begeleid Wonen. Maatschappelijke opvang en aanpak huiselijk geweld

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

Ontwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 september 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Achtergrondcijfers WELZIJNSZORG VZW HUIDEVETTERSSTRAAT BRUSSEL

december 2014 Informatiekaart VN-verdrag TransitieBureau Wmo

Wmo beleidsplan 2013 INLEIDING

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ratificatie VN-verdrag 2006a

NAAR EEN VERSTERKT RECHT OP WONEN

Monitor sociaal domein 2017 Kind van gescheiden ouders

Ouderenzorg en mensenrechten

Graag vragen wij uw aandacht voor onze reactie op de Staat van de Volkshuisvesting.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 november 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Informatiekaart VN-verdrag Handicap voor gemeenten

Datum 4 september 2018 Beantwoording Kamervragen lid Beckerman (SP) over wijken die in getto's kunnen veranderen

Wederom doen wij het verzoek de kadernota te voorzien van een financiële paragraaf rond het VN- Verdrag / Inclusieve Samenleving.

DoubleDividend Management B.V.

Onderzoek Mensenrechten

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018

Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden

Code VINCI Leveranciers Global Performance Commitment

PARTICIPATIERAADHAARLEM

In dit schrijven geven we u een aantal concrete aanknopingspunten mee. Voortkomend uit onze praktijkkennis en ervaring.

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

UNIA, antidiscriminatiewetgeving

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 oktober 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap FOD Sociale Zekerheid Vereniging voor de Verenigde Naties 4 december 2013

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Programmabegroting

Advies projectvoorstel wijkgerichte aanpak kwetsbare buurten Capelle aan den IJssel Datum 15 februari 2016 Status Advies Voorbereidingsgroep LSI Refer

Beschrijving Doelstellingen Wmo Stabilisering en Groei

Managementsamenvatting: Schaduweffecten van EU-arbeidsmigratie in Rotterdam

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Beschermingsbewind, schuldhulpverlening en bijzondere bijstand

BELEMMERINGEN voor PARTICIPATIE EN ZELFSTANDIG FUNCTIONEREN

DoubleDividend Management B.V. Onze visie op het uitsluiten van ondernemingen vanwege betrokkenheid bij controversiële activiteiten

10 UITGANGSPUNTEN OUDERENBELEID voor de gemeente Moerdijk

Armoede, schulden en schaarste

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 20 juni 2003 PE /6-24 AMENDEMENTEN 6-24

2 Klopt het dat er meer dan een half miljoen spookburgers zijn die als tweederangsburger door het leven moeten?

WERKPLAN. Onbeperkt Oost

BETREFT ZRM METING EN ANALYSE en METING MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT

Regiovisie beschermd wonen en maatschappelijke opvang. donderdag, 7 maart, Agendapunt:

Zelfredzaamheid-Matrix

1. Situering. Hierbij worden volgende voorwaarden opgelegd:

Toegankelijkheid. Toegankelijkheid. 6 maart maart 2017

M.Honig Coördinator Housing First Eindhoven

Regeling subsidie lichte ondersteuning gemeente Oisterwijk 2016

Wonen in het Land van Heusden en Altena. Gemeenteraden en woningcorporaties 10 maart 2015

VERORDENING VERREKENING BESTUURLIJKE BOETE BIJ RECIDIVE GEMEENTE ASSEN 2015.

Nieuwe armoede. Waarom we er zijn Armoede verandert Werkloosheid neemt af -langdurige armoede neemt toe Definitie Cijfers (Cbs, scp, ombudsvrouw)

1. Inleiding. 2. Doelen en uitgangpunten van het gemeentebestuur

Position Paper ten behoeve van Rondetafelgesprek van de Vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport van de Tweede Kamer, 18 mei 2015

Beleidsplan Opvang en Bescherming. Anne-Marie van Bergen (Movisie) en Daan Heineke (Talenter)

ILO-VERKLARING BETREFFENDE DE FUNDAMENTELE PRINCIPES EN RECHTEN OP HET WERK

Minimabeleid Beek, september 2014 Danielle Marting

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Een veilige woonplek voor elke jongere! Vijf actiepunten voor lokale politieke partijen

Woningcorporaties: oplosser of veroorzaker van zorg- en veiligheidsproblemen? Sander Koomen (Aedes) Simone van Raak (Zayaz)

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Dik-Faber (CU) over jong ouderschap (2017Z00272).

Van gunst naar recht: VN-verdrag handicap

Opmerkingen en onderzoeksuggesties vanuit de discussiegroepen symposium 16/10/2013 nav de tabellen over huisuitzettingen

SAMENVATTING RAPPORTAGE ARMOEDE, SOCIALE UITSLUITING EN MENSENRECHTEN IN CARIBISCH NEDERLAND

Datum 15 juni 2015 Betreft Resolutie ESH-zaak Feantsa tegen Nederland (klacht nr. 86/2012)

Digitale toegankelijkheid als mensenrecht

Schulden in de leefwereld en de systeemwereld. Therese Steur Rotterdamse Sociale Alliantie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Armoede, schulden en schaarste

Verklaring omtrent de sociale rechten en de industriële betrekkingen bij LEONI

Beleidsregel verlagen van de bijstand in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële (onder-)huur Participatiewet.

Aan het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlem c.c. leden van de commissie Samenleving

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015

Thuis in de Drechtsteden inspelen op de sociale vraag & wonen en zorg. Erwin Zwijnenburg Woonkracht10 namens

HANDREIKING. Landelijke toegankelijkheid in de maatschappelijke opvang

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van (datum invullen), (nummer invullen);

ING ENVIRONMENTAL APPROACH

Mensen met verward gedrag Kan de samenleving dit dragen?

Deelplan Minimabeleid Beleidsplan sociaal domein

TOELICHTING. Aldus zijn er 6 groepen te onderscheiden:

RICHTLIJN NR. B050 TOESLAGEN ALGEMENE BIJSTAND VOOR PERSONEN VAN 21 TOT 65 JAAR

Sociale huursector op drift

Woonlasten Onderzoek HV Franeker

Raadsvoorstel. Minimabeleidsplan Portefeuillehouder: H.G.Jumelet

De aanpak van armoede

Inhoudsopgave Beginpagina...1 Vragenlijst...2 Afsluitende pagina...7

Transcriptie:

DE BLINDE VLEK Dakloosheid oplossen? Niet zonder een integraal woonbeleid! * Jan de Vries & Rina Beers ** Introductie Er is momenteel veel aandacht voor stijgende woningprijzen, lange wachttijden voor sociale huurwoningen en gebrek aan middenhuur. Vooral de problemen van middeninkomens krijgen daarbij veel aandacht. Minder aandacht is er voor de absolute onderkant van de woningmarkt, terwijl de problemen daar het grootst zijn. De onderkant van de woningmarkt, voor zover ze überhaupt op die markt zitten, wordt gevormd door mensen zonder woning, door mensen die hun woning kwijt dreigen te raken en door mensen die een volstrekt ongeschikte en/of onveilige woning hebben. Zij ondervinden de grootste impact van problemen op de woningmarkt. Dit is de groep dak- en thuisloze mensen en zij die dreigen dak- en thuisloos te raken. Dakloosheid is een schrijnend en groeiend probleem. Een veilig thuis is het fundament van een waardig leven. Behoorlijke huisvesting is dan ook een fundamenteel mensenrecht. Het ontbreken van behoorlijke huisvesting veroorzaakt nog grotere problemen op andere terreinen, zoals werk, inkomen, onderwijs en gezondheid. De huidige huisvestingsstrategie en het beleid dat daaruit voortvloeit blijken onvoldoende om dit groeiende mensenrechtenprobleem aan te pakken. Verwezenlijking van het recht op behoorlijke huisvesting als uitgangspunt van beleid en handelen zou kunnen zorgen voor meer ruimte voor oplossingen op korte termijn en lange termijn, in ieder geval te richten op de groepen in de meest kwetsbare situatie. Het recht op behoorlijke huisvesting Het recht op behoorlijke huisvesting (of wonen) is een fundamenteel mensenrecht. Het is vastgelegd in verdragen die Nederland heeft geratificeerd en in de Nederlandse Grondwet. Bovendien heeft de rijksoverheid met de Handreiking sociale rechten zichzelf gebonden aan het toetsen van alles wat ze doet aan sociale rechten. We zullen hierna zien dat van deze toets helaas onvoldoende te merken is. In het algemeen heeft de overheid de plicht mensenrechten en dus ook het recht op behoorlijke huisvesting te respecteren, beschermen en verwezenlijken. * Jan de Vries heeft dit artikel op persoonlijke titel geschreven. ** Jan de Vries is senior beleidsadviseur bij het College voor de Rechten van de Mens. Rina Beers is senior beleidsmedewerker bij de Federatie Opvang. 390 doi: 10.5553/BenM/138900692019046003005 - Beleid en Maatschappij 2019 (46) 3

Dakloosheid oplossen? Niet zonder een integraal woonbeleid! Kernaspecten van het recht betreffen vrijheden, zoals bescherming tegen gedwongen uitzetting en vernieling, en huisvredebreuk. Alsmede het recht om zelf te kiezen waar men wil wonen en de vrijheid van beweging. Daarnaast creëert het recht op huisvesting aanspraken, zoals gelijke toegang tot huisvesting, en participatie in besluitvormingsprocessen. Behoorlijke huisvesting is daarnaast meer dan vier muren en een dak. Wat behoorlijk is, wordt gemeten aan de hand van de volgende criteria: zekerheid omtrent bezit; beschikbaarheid van diensten, materialen, faciliteiten en infrastructuur; betaalbaarheid; bewoonbaarheid; toegankelijkheid; plaats; en culturele aanvaardbaarheid. Dakloosheid is volgens de Speciale Rapporteur op het Recht op Huisvesting van de Verenigde Naties een extreme schending van de rechten op behoorlijke huisvesting en non-discriminatie. Veel andere rechten worden geschonden door en als gevolg van dakloosheid. Natuurlijk kan het recht op behoorlijke huisvesting voor iedereen niet van de ene op de andere dag worden gerealiseerd. Er rust derhalve een algemene verplichting op de overheid om alles in staat te stellen, met name voor groepen in kwetsbare situaties, om het recht op behoorlijke huisvesting te verwezenlijken. Er rust verder een specifieke verplichting op de overheid om een strategie te implementeren die is gericht op het voorkomen en uitbannen van dakloosheid (mogelijk als onderdeel van een bredere huisvestingsstrategie). Hierin staan concrete doelstellingen, tijdpaden en duidelijke verantwoordelijkheden. Ook huisuitzettingen mogen niet leiden tot dakloosheid en er dient effectieve rechtsbescherming te zijn. Daarnaast moet de overheid actief acties ondernemen tegen discriminatie en stigmatisering van dakloze mensen. De onderkant van de woningmarkt Hoe zit het met het verwezenlijken van het recht op behoorlijke huisvesting in Nederland? Hiervoor kijken we met name naar de onderkant van de woningmarkt en zij die ervan af gevallen zijn. Een goede manier om de onderkant van de woningmarkt in kaart te brengen is door het hanteren van de ETHOS-classificatie. Deze classificatie geeft een completer beeld van het aantal en soort mensen dat te maken heeft met problemen met huisvesting, dat dak- en thuisloos is, dan wel daar een verhoogd risico op heeft. De typologie van de ETHOS-classificatie begint met het conceptuele begrip dat er drie domeinen zijn die een thuis vormen. Het ontbreken van een vorm van thuis geeft de afbakening van dakloosheid weer. Het hebben van een thuis gaat niet alleen over het hebben van een woning (fysiek domein), maar ook over het hebben van privacy en sociale relaties (sociaal domein) en het hebben van een wettelijke titel (wettelijk domein). Dit leidt tot vier belangrijke concepten: dakloosheid, thuisloosheid, instabiele huisvesting en ontoereikende huisvesting. Deze wijzen alle op het ontbreken van een thuis. Dakloosheid betekent dat elke vorm van onderdak ontbreekt. Thuisloosheid houdt in dat men in tijdelijke opvang of een instituut (detentie of ggzkliniek bijvoorbeeld) verblijft. Bij instabiele huisvesting gaat het om tijdelijk bij vrienden wonen, of wonen onder dreiging van huisuitzetting of huiselijk geweld. Beleid en Maatschappij 2019 (46) 3 - doi: 10.5553/BenM/138900692019046003005 391

Jan de Vries & Rina Beers Ongeschikte huisvesting houdt in dat men bijvoorbeeld in een caravan woont, in een bootje of in een kraakpand. De classificatie brengt goed in beeld op welke groepen een huisvestingsstrategie zich zou moeten richten. Het zou namelijk een absolute prioriteit moeten zijn voor elke huisvestingsstrategie om te voorkomen dat mensen dakloos of thuisloos raken. Problematiek in Nederland Het aantal mensen dat dakloos is en dreigt te raken groeit in Nederland. In zo goed als alle categorieën van de ETHOS-classificatie zien we rode cijfers. Enkele concrete cijfers zijn: Van 2009 tot 2016 is het aantal geregistreerde dakloze mensen volgens het CBS met 74 procent gegroeid naar ongeveer 31.000. Het aantal gebruikers van voorzieningen voor opvang en begeleid wonen was 70.200 in 2018 volgens de Federatie Opvang. De minister van Binnenlandse Zaken schat in dat ongeveer 55.000 mensen op vakantieparken in Nederland wonen, deels bij gebrek aan een eigen woning. In 2018 tekenden verschillende partijen een Actie-agenda vakantieparken. Onderdeel daarvan is dat aandacht is voor bewoners die onvrijwillig op vakantieparken wonen en door handhaving van het verbod op permanente bewoning dakloos raken. De Actie-agenda is niet bindend en in 2019 is er op verschillende vakantieparken gehandhaafd zonder dat duidelijk is wat er gebeurt met bewoners die er onvrijwillig wonen. In 2016 waren er zeker 12.400 zwerfjongeren. Er zijn sindsdien veel signalen dat dit aantal groeit. Sinds de invoering van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning in 2015 valt ook op dat het aantal economische (of zelfredzame) dakloze mensen lijkt toe te nemen. De exacte getallen weten we niet en ze bewegen zich weer buiten het zicht van de opvang, omdat ze daartoe geen toegang hebben en/of niet in de Basisregistratie Personen voorkomen. Betaalbaarheid is een groot probleem, vooral voor mensen in armoede. Hun woonquote is buitenproportioneel hoog (tot wel 73 procent van het inkomen voor woningbezitters met een langdurig laag inkomen). Betaalbaarheid is een ernstig probleem bij jongeren. Het verschil tussen arme en niet-arme huishoudens wat betreft overbelasting door woonkosten is met 23 procentpunten gestegen tussen 2010 en 2016. In Nederland stijgt het aandeel arme huishoudens dat in ernstige woonnood verkeert van ongeveer 3 procent naar 7 procent. Dit is meer dan een verdubbeling in de laatste zes jaar. Ook huisuitzettingen dragen bij aan dak- en thuisloosheid. Het aantal huisuitzettingen, zowel in de sociale sector als in de vrije sector, lijkt echter af te nemen. 392 doi: 10.5553/BenM/138900692019046003005 - Beleid en Maatschappij 2019 (46) 3

Dakloosheid oplossen? Niet zonder een integraal woonbeleid! Respons rijksoverheid Het beleid of de maatregelen die getroffen worden door de overheid zijn grotendeels ad hoc en vaak gericht op de problematiek van specifieke groepen en, ook nog eens, specifieke problemen. Dan gaat het bijvoorbeeld om de lagere middeninkomens (focus op middenhuur), laagste inkomensgroepen (sociale huisvesting) of sommige mensen in ongeschikte of instabiele huisvesting (Actie-agenda vakantieparken). Voor langdurig zorgbehoevende dakloze mensen is het beleid primair gericht op zorg en valt het onder het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Hiervoor is de Meerjarenagenda Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen ontwikkeld. Daar valt op dat zelfstandig wonen van deze groep het uiteindelijke doel is en er zijn verschillende domeinen buiten de zorg verwerkt in de agenda. Ook in de Nationale Woonagenda is toegenomen aandacht voor dakloosheid. In deze beleidsnota s blijft het helaas bij naar elkaar verwijzen. Bovendien richt bijvoorbeeld de Meerjarenagenda zich op mensen met een psychische problematiek, een verslaving en/of een licht verstandelijke beperking. Daarmee sluit het een deel van de groep uit die dakloos is of verhoogd risico daarop loopt (bijvoorbeeld de zogenaamde zelfredzame dakloze mensen). Daarnaast is voorkomen van daken thuisloosheid een zwak onderdeel van de agenda. Het huidige beleid kenmerkt zich dus over het algemeen door een beperkte blik op de problematiek, gedreven vanuit de toevallige omstandigheid dat iets onder een bepaald departement valt, namelijk Binnenlandse Zaken of Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het beleid (en de uitvloeisels daarvan in agenda s en actieplannen) kenmerkt zich ook door grotendeels vrijblijvende afspraken zonder concrete doelstellingen en tijdpad. Het is onduidelijk wie waarvoor verantwoordelijk is en op wat kan worden aangesproken. Dat geldt ook voor de (rijks)overheid. In de verschillende agenda s en (actie)plannen ontbreekt veelal een onderdeel rechtsbescherming. Hoewel de overheid zichzelf verplicht heeft door ratificatie van verdragen en, nationaal, een Handreiking sociale rechten om, op z n minst, het beleid te toetsen aan bijvoorbeeld verwezenlijking van het recht op behoorlijke huisvesting, zien we daar zeer weinig van terug. Tussenbalans: de huidige wooncrisis een mensenrechtenprobleem De cijfers van (dreigende) dak- en thuisloosheid wijzen erop dat het recht op behoorlijke huisvesting van steeds meer mensen onder druk staat. Dit levert serieuze mensenrechtenproblemen op. Dit betekent ook dat de overheid onvoldoende heeft gedaan en doet om het recht op behoorlijke huisvesting te verwezenlijken. Vanuit dit besef zou opnieuw moeten worden gekeken naar de huidige huisvestingsstrategie en het beleid en de maatregelen die daaruit voortvloeien. De erkenning van een serieus mensenrechtenprobleem is een eerste stap om het verwezenlijken van het recht op behoorlijke huisvesting centraal te stellen. Door dit te doen ontstaat ruimte voor (tijdelijke) oplossingen op korte termijn en een nieuwe langetermijnstrategie. Beleid en Maatschappij 2019 (46) 3 - doi: 10.5553/BenM/138900692019046003005 393

Jan de Vries & Rina Beers Lange termijn: een nieuwe huisvestingsstrategie als oplossing De Speciale Rapporteur op het Recht op Huisvesting van de VN heeft principes voorgesteld voor een op mensenrechten gebaseerde huisvestingsstrategie. Uitgangspunt daarvan is de vraag: hoe kan ieders recht op huisvesting worden verwezenlijkt? De meeste prioriteit genieten die groepen wier recht op huisvesting het meest onder druk staat. Zij moeten ook participeren in de totstandkoming. Verder moet onder andere rechtsbescherming gegarandeerd zijn. Doelstellingen met tijdpaden waarbij duidelijk is wie waarvoor aanspreekbaar is en welke rechten daaraan kunnen worden ontleend, zijn cruciaal. Een op mensenrechten gebaseerde strategie gaat uit van de mensen en hun problemen en niet van een beleidskokertje (bijvoorbeeld zorg, werk en inkomen, wonen) dat toevallig zo is ontstaan bij de rijksoverheid en de gemeente. Het dwingt tot integraal beleid met oog voor de specifieke problematiek van specifieke groepen. Problemen met huisvesting voor de meest kwetsbare groepen staan niet op zich. Problemen met huisvesting zijn onderdeel van een kringloop van armoede, waarbij problemen met het realiseren van het recht op arbeid, gezondheid en onderwijs (met name) een effect hebben op huisvesting, en vice versa. Daarbij speelt discriminatie ook een grote rol. Zie bijvoorbeeld de oververtegenwoordiging van mensen met een beperking (verstandelijk bijvoorbeeld) of mensen met een migrantenachtergrond onder dak- en thuislozen. In die kringloop is het wel duidelijk dat problemen met huisvesting de problemen op andere terreinen alleen maar verergeren. Dit wordt pijnlijk duidelijk op het moment dat iemand dakloos wordt. De basis is dan weliswaar het kunnen realiseren van het recht op huisvesting (zorg ervoor dat ze ergens een veilig en betaalbaar thuis hebben), maar in samenhang zullen maatregelen op andere terreinen moeten worden getroffen, omdat problemen op deze terreinen leiden tot problemen met huisvesting en dakloosheid, dan wel de problemen verder verergeren. Te denken valt aan maatregelen op het terrein van inkomen, zorg, onderwijs, boetes en daaruit voorkomende schulden, en toegang tot recht. Korte termijn: enkele oplossingsrichtingen Wet- en regelgeving die dakloosheid bevordert is bijvoorbeeld de Participatiewet en de Wet passend toewijzen. De Participatiewet bevat de kostendelersnorm die uitkeringsgerechtigden ervan weerhoudt hun woning te delen met anderen, op straffe van een korting op de uitkering en toeslagen. De Wet passend toewijzen maakt het onmogelijk om een sociale huurwoning toe te wijzen aan twee mensen met elk een minimuminkomen. Tezamen overstijgen ze de inkomensnorm voor passend toewijzen. Individueel staan ze jaren op de wachtlijst voor een (kleine) huurwoning die bij hun inkomen past. Met zijn tweeën zouden ze een veel vaker beschikbare drie- of vierkamerwoning kunnen betalen. Hetzelfde geldt voor het gebruikelijke verbod op onderhuur in sociale huurwoningen. Woningdelen is in Nederland veel minder gebruikelijk dan in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk of de Verenigde Staten, waar het hebben van een flatmate ter bestrijding van woonkosten normaal is. Woningdelen voor mensen met een minimuminkomen 394 doi: 10.5553/BenM/138900692019046003005 - Beleid en Maatschappij 2019 (46) 3

Dakloosheid oplossen? Niet zonder een integraal woonbeleid! wordt door de Nederlandse overheid middels regelgeving actief tegengegaan. Alleen ten tijde van de komst van veel statushouders uit Syrië in 2016 is dit beleid versoepeld. Gezien de acute woningnood is het de vraag waarom dit beleid ook niet voor andere doelgroepen wordt ingevoerd. De veronderstelde kostenbesparing voor de overheid door de kostendelersnorm te hanteren wordt tenietgedaan door de kosten die dakloosheid meebrengt. Het bouwen van noodwoningen is een andere concrete oplossing die veel gemeenten nu overwegen. Toch is voor deze bouw vaak een jaar of langer nodig. Een combinatie van deze twee oplossingen (regels versoepelen en noodwoningen bouwen) kan mogelijk de periode van woningnood tot 2030 overbruggen en toename van dakloosheid voorkomen. Daarmee kan recht worden gedaan aan de fundamentele noodzaak om toegang te bieden tot een veilig thuis voor iedereen. Conclusie Het verwezenlijken van het recht op huisvesting vergt kortom een nieuwe aanpak. Hiervoor is het nodig een integraal woonbeleid te ontwikkelen. Dit integrale beleid dient de groeiende problemen aan de onderkant van de woningmarkt te erkennen en centraal te stellen. Dit integrale woonbeleid moet een huisvestingsstrategie gebaseerd op geldende mensenrechten zijn. Beleid en Maatschappij 2019 (46) 3 - doi: 10.5553/BenM/138900692019046003005 395