Gezocht: identiteit. s&d beeldessay

Vergelijkbare documenten
VRAGEN OVER HET ARTKEL HET MULTICULTURELE DRAMA

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Samenvatting Maatschappijleer Pluriforme samenleving. Samenvatting Maatschappijleer hoofdstuk 4 Pluriforme samenleving

Actief burgerschap en sociale integratie van De Wijde Blik

5,9. Samenvatting door een scholier 1448 woorden 6 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Aantekening Levensbeschouwing Hoofdstuk 2: Waarden en normen

Actief burgerschap en sociale integratie op de Schakel 1 november 2015

Opgave 1 Jeugdwerkloosheid in Europa

Burgerschapsvorming op CCZ

Leerplan VVKBaO. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

Ander verleden, gedeelde vrijheid


Religieuze toewijzing, autochtone Nederlanders, 2015 (in procenten)

Eindexamen filosofie vwo I

Actief burgerschap en sociale integratie op de Schakel Mei 2014.

Verslag Geschiedenis Tijdvakkendossier tijdvak 10: tijd van televisie en computer

Beginselverklaring van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, 1980

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 4 pluriforme samenleving

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER

Geschiedenis (nieuwe stijl) en geschiedenis en staatsinrichting (oude stijl)

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl)

Proeftoets periode 4 vwo

Opgave 1 Heeft het vrijwilligerswerk toekomst?

Dit proefschrift betoogt dat een veel ruimere blik nodig is op de historische ontwikkeling van de Verenigde Staten om te begrijpen waarom het testen

maatschappijwetenschappen pilot havo 2018-I

4.1. Bestaansvragen stellen Bestaansvragen stellen

Levensbeschouwing hoofdstuk 2.

Sociale kaders: Hoofdstuk 16 Cultuur

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER

NATIONALE HERDENKING NATIONALE VIERING

SAMENLEVEN BURGERSCHAPSLEREN HOOFDSTUK 1

Samenvatting Maatschappijleer Multiculturele samenleving

Eindexamen maatschappijleer vwo I

Werken aan diversiteit Visie en missie van de stad Mechelen

Bijlage bij hoofdstuk 9 Identificatie, acceptatie en discriminatie

Sami Inal. Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK

Gids voor de leraar rooms-katholieke godsdienst

N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen.

STEM V.M.P. (Vooruitstrevende Minderheden Partij)

6,4. Antwoorden door een scholier 1268 woorden 14 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer

Burgerschap in kaart gebracht

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Zwarte Piet en Witte Klaas

Samenvatting Maatschappijleer Multiculturele samenleving

Integratie én uit de gratie? Perspectieven van Marokkaans-Nederlandse jongvolwassenen Omlo, J.J.

ACTIEF BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIE

Voorwoord 9. Inleiding 11

Op zoek naar verhalen van bewoners

Een verbindende schoolcultuur op multiculturele scholen. Presentatie ORD 6 juni 2007 Peter Gramberg, Onderwijsraad

Gemengd Amsterdam * in cijfers*

Voor de Raad van State als adviseur en bestuursrechter is het van. belang zicht te hebben op wat er leeft in de werelden van recht,

Inhoud. Deel 1 Politiek liberalisme, neutraliteit en de scheiding tussen kerk en staat

In welke mate kunt u zich vinden in het benoemen van vrijheid, gelijkheid/gelijkwaardigheid en solidariteit als basiswaarden voor

De VOGGP Wat is eigenlijk een VOGGP? De V staat voor een verschijnsel. Wat zijn verschijnselen?

12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU

1 Bekijk het schema hierna. Je ziet hoe je de betekenis van moeilijke woorden kunt vinden. Is het woord belangrijk?

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?

Samenvatting Maatschappijleer Pluriforme samenleving

Hoofdstuk 6: waarden, normen en. instituties

Actuele vragen met betrekking tot de vrijheid van onderwijs. Fenneke Zeldenrust

Concentratie allochtonen toegenomen

5.1 Monumenten. De leerkracht zorgt ervoor dat alle leerlingen een gatentekst en een ontdekkaart hebben.

Kerk-staat verhoudingen in verandering. James Kennedy Amsterdam, 29 november 2017

Eindexamen filosofie vwo II

Dodenherdenking. Beuningen, 4 mei 2017

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos

nhoud Maatschappelijke problemen als collectieve kwaden Sociaal-wetenschappelijk onderzoek in macro-micro- macroperspectief

6,1. Wat is migratie? On the move. Samenvatting door een scholier 1685 woorden 3 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde. 2.

Inhoudsopgave. Voorwoord 5. Inleiding 11

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

Laten we het idee van samenwerking tussen natiestaten weer koesteren

Introductie cultuursensitief werken: een kwestie van kennis én houding

Leermiddelenanalyse Burgerschapsvorming. Analyse-instrument PO SLO. Juli 2013

dat organisaties als Sharia4Belgium en steekpartijen in metrostations die vooroordelen in de hand werken.

Leerplan OVSG. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

Leerlijn historisch denken havo

Is een klas een veilige omgeving?

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

maatschappijwetenschappen (pilot)

Omgaan met radicalisering: Doelen

6. Religie in de voorziening. a. Bezinnen en bidden. 1. Bidden en bezinnen met mensen met een mentale handicap

CHRISTELIJKE IDENTITEIT IN DEZE TIJD

Openbaar en betekenisvol: wij dagen de 21 e eeuw uit!

4 Opvattingen over kerk en godsdienst 1

Senioren ontmoeten elkaar. Verslag van 2 oktober 2010

Herman Dooyeweerd en de international politiek Herman Dooyeweerd Symposium, VU Amsterdam, 8 oktober 2015 Sander Luitwieler

Verbeelding van de samenleving

obs Jaarfke Torum CL Scheemda Postbus ZH Scheemda

Toespraak burgemeester Heijmans, 4 mei 2016, nationale dodenherdenking, Weert

Tijd van burgers en stoommachines Emancipatie en democratisering. Onderzoeksvraag: Hoe werd de politiek gedemocratiseerd?

Anders opvoeden. Opvoeden evolueert. Opvoeden in een multiculturele context.

Eindexamen filosofie vwo I

Gemengde huwelijken, gemengde gevoelens

WAAROM KATHOLIEK ONDERWIJS? Frans Holtkamp

Praktische opdracht Maatschappijleer Integratie

Katholiek anno Religiositeit, identiteit en houding ten aanzien van de KRO. Rapport nr. 544 december drs. Joris Kregting dr.

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl II

Lore Vandromme 1 BASWC Katho Kortrijk

Workshop Cultureel sensitief werken met het Vlaggensysteem

Transcriptie:

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:27 Pagina 64 Gezocht: identiteit rob van ginkel De discussie over Nederlands identiteit is al ruim twee eeuwen gaande, nu eens fel, dan weer ingetogen, gevoed en aangewakkerd door een vrees voor verwatering van het eigene door bedreigingen van buitenaf of van binnenuit. De waargenomen dominantie van buitenlandse culturen, het Europese integratieproject en de mondialisering hebben keer op keer tot bezinning op Nederlands eigenheid geleid. Tegelijkertijd heeft de levensbeschouwelijke, politieke, sociaal-economische, regionale en recent etnische pluriformiteit steeds opnieuw de vraag opgeroepen wat de Nederlandse natie bijeenhoudt en tot een eenheid maakt. Een algemeen gedeelde nationale gedachte is er uit dit identiteitsdebat echter niet voortgekomen. 64 eigenlijk? En op welke periode hebben ze betrekking? Anders zijn dan anderen en tegelijkertijd een zekere bestendigheid in dit anderszijn vertonen: dat zijn de ingrediënten van identiteit. Lange tijd heeft men gepoogd nationale identiteit een woord dat overigens pas in de jaren zeventig van de twintigste eeuw burgerrecht heeft verworven vast te stellen aan de hand van wat men de wezenskenmerken van een volk vond. De formule daarvoor lijkt eenvoudig. De Nederlander is... en dan kan men een reeks karaktertrekken invullen die typerend worden gehuiselijkheid Een huiselijk, gezellig, knus tafereel. Het gezin bijeen om de tafel. Onmiskenbaar Nederland in de jaren vijftig. Eenvoudig, nijver en rein, een toonbeeld van burgerlijke deugdzaamheid. Maar zou hier niet ook een Zweeds of Frans gezin aan tafel kunnen zitten? Hoe kenmerkend voor Nederlanders zijn de genoemde karaktertrekken Over de auteur Rob van Ginkel is cultureel antropoloog aan de Universiteit van Amsterdam

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:27 Pagina 65 acht voor de geesteshouding of habitus van Nederlanders, zoals tolerant, burgerlijk, bedaard, vreedzaam, individualistisch, sober, huiselijk, spaarzaam enzovoort. O ja, en niet te vergeten proper, al dan niet als rituele reiniging voor schaamtegevoelens over rijkdom, zoals Simon Schama in zijn studie The Embarrassment of Riches betoogt. En om de balans wat minder positief te laten doorslaan komen er in de regel ook nog minder fraaie karaktertrekken op de proppen: traagheid, lompheid, krenterigheid, somberheid, een weinig romantische inslag, geen gevoel voor joie de vivre et cetera. Al die pogingen om de eigenheid van een volk vast te stellen lijken echter schipbreuk te lijden omdat er van uniciteit zelden of nooit sprake is. Wij delen altijd wel eigenschappen met andere volken. Bovendien zijn zulke karakteriseringen vaak cirkelredeneringen, zoals: Nederlanders hebben een afkeer van geweld omdat ze vredelievend zijn en ze leggen weinig passie aan de dag omdat ze flegmatisch zijn. De onlangs overleden historicus Ernst Kossmann vond dat al dat zoeken naar eigenheden, naar de essentie van ons nationale wezen, weinig heeft opgeleverd en ook weinig zin heeft. Er is altijd wel materiaal te vinden waaruit afgeleid kan worden dat Nederlanders bijvoorbeeld verdraagzaam of juist intolerant zijn of dat tolerantie weinig anders is dan onverschilligheid. Een natie valt noch aan de hand van objectieve criteria, zoals cultuur, taal en religie, noch op grond van subjectieve criteria het gevoel tot een als nationaal opgevatte eenheid te behoren makkelijk te definiëren. Dit heeft te maken met het feit dat naties historische constructen zijn. Naties hebben geen objectieve basis, geen essentie of wezen, geen eeuwig en onveranderlijk bestaan, al kunnen er aangrijpingspunten zoals culturele overeenkomsten en continuïteiten bestaan die op hun beurt weer kunnen leiden tot gevoelens van onderlinge identificatie en verbondenheid. Natuurlijk bestaan er als nationaal beleefde verschillen, stempelen culturele tradities en politieke en maatschappelijke instituties de interactiepatronen, handelwijzen, denkbeelden en gevoelswerelden van mensen binnen een na- Foto: Collectie SF 65

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 66 Foto: Collectie SF/NTP 66

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 67 67

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 68 68 tiestaat. Maar nationale culturen en identiteiten zijn dynamisch, heterogeen en pluriform, niet statisch, homogeen en eenvormig. Toch worden homogeniteit en continuïteit benadrukt en overdreven en opvattingen over eigenheid doorgaans ingebed in een historisch kader en als morele boodschap uitgedragen: zo waren Nederlanders, zo zijn ze en zo zouden ze moeten zijn. De verleidingskracht van een als eigen opgevatte cultuur en een daaraan ontleende identiteit is groot. Ze lijken een plechtanker in een snel veranderende en labyrintische wereld te vormen. En het geloof in het bestaan van een volksaard lijkt onuitroeibaar. Het vormt voor velen een kompas om zich in de wereld te oriënteren. Varend op vooroordeel en stereotype gaat men zo de confrontatie aan met de ander dicht bij huis of ver weg, wat niet zelden leidt tot strandingen en schipbreuken. Nationale Herdenking 4 mei, Nationaal Monument op de Dam Net als elders in Europa spanden culturele en politieke elites zich vanaf het eind van de achttiende eeuw in om landgenoten tot nationaal denkende, voelende en handelende staatsburgers te verheffen. Gedreven door vragen als: wie zijn wij, wat zijn onze historische wortels, wat bindt en verdeelt ons en wat onderscheidt ons van andere naties presenteerden zij vanuit de eigen politieke, sociaal-economische, religieuze en regionale achtergrond visies op de cultuur en identiteit van Nederlanders. Het beeld van Nederlands eigenheid is daarom verre van eenduidig en uitingen van materiële en immateriële cultuur blijken onderwerp van velerlei uitleg, meervoudige toe-eigening en dus strijd. Zo zijn nationale gedenkdagen, geschiedverhalen, symbolen, mythen, feesten en monumenten bedoeld om eenheid te creëren, legitimeren en bevorderen vaak inzet van twist en tweedracht gebleken. Dat geldt ook voor het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam, de Nationale Dodenherdenking op 4 mei en het vorstenhuis. Koningin Juliana onthulde het definitieve Nationaal Monument tijdens de dodenherdenking van 1956. Het verving een voorlopig monument, een veld met een halfronde muur met daarin urnen gevuld met aarde uit plaatsen in alle provincies waar zich tijdens de oorlog dramatische gebeurtenissen hadden afgespeeld. De halfronde muur maakt ook deel uit van het definitieve monument. Aan de buitenzijde boven de urnen staat een tekst van de letterkundige N. A. Donkersloot: Aarde door het offer gewijd, bijeengebracht uit gans het land, teken tot in verren tijd, van heugenis en vasten hand. Het monument diende de eenheid van de herrezen natie uit te drukken. Maar zoals dat in het verleden al eerder met monumenten die de nationale eenheid moesten verbeelden het geval was geweest, ontspon zich menig debat over de tot uitdrukking te brengen symboliek, de vormentaal, de begeleidende teksten en beelden en niet in de laatste plaats de financiering. Pas na veel vijven en zessen, een trage besluitvorming en zonder bijster veel eenstemmigheid kwam het eigenlijke monument tot stand. Als nationaal zinnebeeld miste het een eenduidige betekenis en tot in onze dagen is er discussie over het monument gebleven, wat bijvoorbeeld bleek toen het in de jaren negentig gerestaureerd moest worden en een enkeling ervoor pleitte om korte metten met die pik te maken. De navrante onenigheid rondom de totstandkoming van wat bedoeld was als een krachtig en eendrachtig nationaal symbool is tekenend en stond allerminst op zichzelf. Zelfs de nationale dodenherdenking op 4 mei is onderwerp van gekrakeel geweest, bijvoorbeeld over de datum, de locatie en de vraag welke oorlogsslachtoffers herdacht dienden te worden. Nederland kent nauwelijks van staatswege georkestreerde rituelen die het Nederlanderschap vieren of gedenken en het ontbreekt grotendeels aan overkoepelende lieux de mémoire. De meeste nationale herdenkingen, vieringen en monumenten zijn uit particulier initiatief voortgekomen, waarbij verschillende groepen initiatiefnemers geprobeerd hebben elkaar de loef af te steken.

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 69 Ook de verzuiling droeg er sterk toe bij dat van het trekken van één lijn zelden sprake was. Dit kwam in de negentiende en vroege twintigste eeuw tot uitdrukking in de houding jegens het vorstenhuis. Voor liberalen en vooral calvinisten symboliseerde het de nationale eenheid, terwijl katholieken en met name socialisten de band tussen vorstenhuis, volk en vaderland lange tijd problematisch vonden. Oranje werd eerst halverwege het interbellum een breed erkend, zij het niet onomstreden, nationaal eenheidssymbool. Tegelijkertijd duidt de botviering van onenigheid rond nationale rituelen en symbolen erop, dat ze een brandpunt van belangstelling en betrokkenheid waren en zijn. Dat betekenistoeschrijvingen en ontleningen van stond af aan pluriform waren, neemt niet weg dat er al snel een hoge mate van sacralisering rond bijvoorbeeld monumenten en herdenkingen ontstond. Wie tijdens herdenkingen voorgeschreven stiltes niet in acht nam of gedenktekens ontwijdde, werd op zijn minst onderwerp van publieke verontwaardiging. In deze zin ging er van de nationale herdenkingscultuur wel degelijk een bindende kracht uit. Bovendien betekende het bestaan van verzuilde subculturen geenszins dat de Nederlandse staat, natie en samenleving uiteen dreigden te vallen. Het nationale bestaan zelf stond nooit ter discussie; wel de specifieke plaats en rol daarin van de samenstellende delen. Emancipatie werd overwegend gezocht binnen de natie, met het doel als volwaardige en gelijkberechtigde leden ervan geaccepteerd te worden. De zuilen zochten aan- en insluiting bij de nationale gemeenschap. Slechts op deelterreinen wensten zij totale zeggenschap met uitsluiting van externe invloeden. Emancipatiebewegingen leidden zo tot verzuilde subculturen én tot nationale integratie. Want dankzij de samenwerking van die elkaar wederzijds tolererende en respecterende subculturen werd de Nederlandse samenleving voor zijn onderdanen een natie. Naast en tegenover een gedeeld nationaal gevoel was er sprake van een sterke identificatie met de eigen levensbeschouwelijke sfeer. Er bestonden dus gelijktijdig meerdere bindingen en meerdere loyaliteiten. Juist door de sterk beleefde binding aan het vaderland kon men de identiteit van de eigen groepering gaan benadrukken. De zuilen schraagden het dak van de natie, is wel beweerd. Was Nederland als natie daarmee af? Nee. Natievorming is immers een voortdurend proces van acculturatie, van het aanleren wat het betekent lid van een verbeelde nationale gemeenschap te zijn. En wat die natie is, is onderwerp van een eindeloze discussie die door binnen- en buitenlandse verhoudingen wordt gevoed. Spiegelbeeld Nederlanders laten zich graag een spiegel voorhouden. Al eeuwen schrijven buitenstaanders over Nederland en de inborst van zijn inwoners. Hun beeld van Nederlanders was dikwijls vleiend, wat tot een zekere zelfgenoegzaamheid kon leiden. Maar wie de recente, doorgaans kritische beschouwingen van buitenlandse correspondenten en andere Holland watchers over ons land leest, weet dat zij met deze zelfingenomenheid vaak korte metten maken. In dit genre past ook Sebastian Krügers karikatuur Holland in Not, die de Duitse clichés over Nederland toont. De spotprent stond in maart 1994 afgedrukt bij een kritisch artikel over ons land in Der Spiegel. Krüger maakt een speelse mélange van bij uitstek Nederlandse beeldmerken: een wat verlopen Frau Antje in klederdracht en met Volendammer mutsje, klompen, tulpen en een molen. Zonder twijfel een Hollands tafereel, waaraan toegevoegd de industriële land- en tuinbouw (met gifwaarschuwing), een plastiek van de vervuiling en verwijzingen naar het permissieve drugsbeleid. De illustrator laat zo weinig heel van de dominante maar onrealistische iconen van Nederlandsheid. Pastorale tonelen passen nu eenmaal slecht in een verstedelijkt, geïndustrialiseerd en geasfalteerd land. Ze lenen zich weliswaar prima voor reclame en marketing van vaderlandse producten en diensten, maar het gaat om selecties uit een voorbije, deels lokale materiële cultuur. 69

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 70 70

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 71 Slecht hebben we het trouwens met deze iconen niet getroffen, maar een identiteit kunnen we er natuurlijk niet op enten. Ook de blik van buitenstaanders kan daar weinig verandering in aanbrengen. De ene keer worden we grotesk weerspiegeld in een lachspiegel, de andere keer ligt de spiegel in gruzelementen en verschaffen de scherven een caleidoscopisch beeld. Het zelfbeeld van Nederlanders wijkt vaak aanzienlijk af van wat anderen observeren. Juist de eigen culturele bagage, die het geheel van opvattingen en houdingen in eigen land bijna vanzelfsprekend doet lijken, bemoeilijkt het besef dat er ook andere zienswijzen bestaan. De eigen cultuur en identiteit worden dan als een absolute, autonome en natuurlijke werkelijkheid gezien, een opvatting die weinig of geen ruimte voor andere denkbeelden laat. In deze voorstelling doen culturen en identiteiten iets met mensen in plaats van andersom: door hun denken en handelen scheppen mensen culturen en identiteiten en zijn ze er dragers van. Zomercarnaval Rotterdam Door de blijvende vestiging van inwijkelingen zijn de cultuurverschillen in de Nederlandse samenleving vooral sinds de jaren zestig onmiskenbaar toegenomen. Tussen autochtonen en allochtonen bestaat dikwijls een aanzienlijk onderscheid in taal, geschiedenis, godsdienst en levenswijze, de bouwstenen voor een culturele identiteit, en daaraan ontleende groepsvorming: etniciteit. De van elkaar afwijkende gedragsrepertoires, voortvloeiend uit de respectieve culturen, leiden soms tot ongenoegens en botsingen, bijvoorbeeld over andere eetgewoonten, andere zindelijkheidsopvattingen, andere geluidsnormen en meer in het algemeen een andere omgang met wat je waar wanneer op welke wijze doet. Vaak leven buurtbewoners vreedzaam samen, maar in de multi-etnische samenleving zijn in toenemende mate spanningen ontstaan, vooral daar Tekening: Sebastian Krüger waar concentraties van mensen met verschillende etnische achtergronden bijeen wonen. Het gaat hier om een onbedoelde, onvoorziene en een door velen ongewenste ontwikkeling, die deels te maken heeft met gevoerd beleid maar daar deels ook los van staat. Lange tijd rustte er in Nederland een taboe op het spreken over etnisch verschil. Pas in 1983 kwam het tot een minderhedenbeleid, onder de leus integratie met behoud van eigen identiteit. Ergo: wel inburgering, geen assimilatie. De waardering die beleidsmakers en hun souffleurs uitspraken voor de eigen cultuur en identiteit van etnische minderheden was gericht op emancipatie, op het bestrijden van discriminatie en racisme en dus op het tegengaan van achterstelling, en op maatschappelijke participatie en derhalve achterstandsbestrijding. Maar juist dit minderhedenbeleid met zijn subsidiestromen en paternalistische bevoogding door een kongsie van autochtone en allochtone belangenbehartigers en zaakwaarnemers bevorderde minorisering (het aanwijzen van een etnische groepering als een bijzondere categorie die niet of nog niet volledig participeert binnen de nationale gemeenschap) en etnisering: het sterk accentueren van de eigen groepscultuur. Beide processen gingen gewild of ongewild vernederlandsing tegen en bevorderden het instandhouden van cultuurverschillen. Bovendien ging het beleid uit van een homogeniserend en essentialistisch identiteitsbegrip: de identiteit mocht behouden worden, alsof het om een eenduidig ding zou gaan. Later benadrukte het minderhedenbeleid het aspect van inburgering: leden van minderheidsgroeperingen dienden de Nederlandse taal te beheersen om hun kansen op arbeid te vergroten en deelname aan de Nederlandse samenleving te bevorderen. Sommigen achten dit project mislukt. Er zou zich, in de woorden van Paul Scheffer, een multicultureel drama aan het voltrekken zijn waarin mede door onverschilligheid van autochtone elites een onderklasse van slecht opgeleide, kansloze en nauwelijks geïntegreerde etnische minderheden is ontstaan. 71

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 72 72 Autochtonen en allochtonen in Nederland lijken elkaar steeds vaker de rug toe te keren. Veel Nederlanders van Turkse en Marokkaanse komaf oriënteren zich bijvoorbeeld op het land van oorsprong. Met behulp van schotelantennes bekijken zij daar uitgezonden televisieprogramma s, zij hebben een voorkeur voor een huwelijkspartner uit de streek van herkomst, ze identificeren zich met nationale gebeurtenissen in het land waaruit zij of hun ouders zijn geëmigreerd, moskees nemen een centrale plaats in hun sociale en religieuze leven in en steeds meer zoeken jongeren steun en vertier in eigen etnische kring. Stigmatisering, marginalisering en uitsluiting lijken gepaard te gaan met desidentificatie met de Nederlandse samenleving en articulatie van cultureel verschil. Tegelijkertijd zijn autochtone Nederlanders uit de grote steden zich massaal in suburbania gaan vestigen, onder andere om grotestadsproblemen te ontlopen en om hun kinderen naar een witte school te kunnen sturen. Het fenomeen van de zwarte school in binnensteden kwam daardoor versneld op. De wederzijdse vermijding is na 11 september 2001 en na de opkomst van links en rechts populisme alleen nog maar toegenomen. Al deze processen samen lijken eerder te duiden op segregatie dan op integratie in een multi-etnische samenleving. Het debat over multi-etnisch Nederland was lang rationeel en gedempt, maar is emotioneler en luider geworden. Neo-nationalisten slaan een beschuldigende, verongelijkte, triomfantelijke toon aan waar zij tamboereren op het mislukken van de etnisch gemengde samenleving. Het electoraal gewin dat dit geluid opleverde heeft effect op het minderhedenbeleid gehad. Integreer of crepeer lijkt nu het parool. Meervoudige loyaliteiten en identificaties zijn echter nimmer een hinderpaal voor integratie geweest. Nederland is altijd een huis met vele kamers geweest, dat onderdak kon verschaffen aan wie verkoos erin te wonen en meehielp het dak te schragen. Aan dat huis is voortdurend gebouwd en verbouwd en dat zal blijven gebeuren. De wonderspreukige formule van eenheid in verscheidenheid en de praktijk van schikken en plooien, die ook eerder in het nationale integratieproces zulke goede diensten hebben bewezen, behouden hun nut. Maar daarvoor dient wel het burgerschapsideaal van volwaardige participatie in de samenleving met rechten én plichten verwezenlijkt te worden. Over multi-etnisch Nederland lijkt weinig goeds te melden. Maar juist op die momenten waarop minderheden hun anderszijn het meest benadrukken, zetten zij hun beste beentje voor. Het jaarlijkse Kwakoe-festival in Amsterdam Zuidoost en het van oorsprong Antilliaanse Zomercarnaval in Rotterdam inclusief een straatparade vol pracht en praal zijn bijvoorbeeld evenementen die duizenden bezoekers, allochtoon en autochtoon, trekken. Voor de deelnemers vormen deze manifestaties een belangrijk middel om wat zij als hun cultuur en identiteit zien publiekelijk tot uitdrukking te brengen. Door het succes ervan hebben al heel wat steden het een of andere kleurrijke evenement in huis gehaald. Men zou haast denken dat een folklorisering van etniciteit kan leiden tot grotere maatschappelijke acceptatie en wellicht integratie. Foto: Ronald van den Heerik

S&D 1/2 binnenwerk 26-01-2004 13:28 Pagina 73 73