1
1975: Referendum over continuering lidmaatschap EEG 2014:UKIP had brexit in programma voor de europese verkiezingen 2015:Cameron zegde een referendum toe na de parlementsverkiezingen als gevolg van belofte in programma conservatieve partij. 23 juni 2016 referendum met 51,9% gewonnen door nee stemmers. Opkomst % 72,2 Jongeren hebben relatief minder gestemd. 2
Blauw is Leave en Geel is Remain Voorals Leave gestemd in de landelijke gebieden 3
Cameron geeft direct na uitkomst aan dat hij gaat opstappen; 13-7 May aangetreden. Was voorstander van Remain maar wil de uitkomst van het referendum volgen en uitvoeren Schotland (62% remain) en Noord Ierland (56% remain) willen niet mee en de eenheid van het VK staat onder druk. Populisten doen niet echt mee in de volgende stap (Farage van UKIP stapt terug) Initiatieven voor een nieuw referendum zijn er wel maar krijgen nog niet echt vorm. 17-1 speech van May over de wijze van uittreden. Harde exit en proberen zoveel mogelijk overeenkomsten te sluiten met de EU. 4
Wij gingen en gaan uit van een scenario met een zachte brexit. Geen recessie verwacht voor het VK in de komende twee jaar. Wel afname groei. De uitspraken van 17-1 veranderen onze mening en verwachting niet. 5
Verwachting is dat het pond wel aansterkt: Basisscenario blijft softe Brexit ondanks de uitspraken van May Sinds 6 januari is het pond uit de gratie. De munt heeft het nog slechter gedaan dan de dollar. Deze verzwakking komt doordat beleggers zich weer ongerust maken over de gevolgen van een mogelijke harde Brexit. De beter dan verwachte macro-economische cijfers konden de stemming niet verbeteren. Zolang beleggers bezorgd blijven over een harde Brexit zal het pond onder druk blijven. Wij verwachten echter dat de regering van het VK een meer verzoeningsgezinde aanpak kiest. Dat zou moeten leiden tot een overeenkomst. Als gevolg hiervan zal het pond waarschijnlijk herstellen ten opzichte van de euro. 6
De impact van de Brexit op de Nederlandse sectoren verschilt. Met name het exporterende bedrijfsleven wordt geraakt. Immers, een lagere pond en een zwakkere vraag uit het VK zorgen voor minder export naar het VK. Hierdoor worden de industrie, de groothandel en het agrifood cluster harder geraakt dan de andere sectoren, omdat zij bovengemiddeld veel exporteren. Daarnaast kunnen handelsbeperkingen veel invloed hebben op de handel tussen het VK en de EU Voor de Nederlandse industrie is het VK een belangrijke handelspartner. Het vooruitzicht van een mogelijke recessie in het VK kan voor een afname van deze handelsstromen zorgen. De machine-industrie exporteert een groot deel (30%) naar het VK. Maar ook voor de chemische industrie en de rubber- en kunststof industrie is het VK een belangrijke afzetmarkt. Het Nederlandse agri-food cluster is voor het overgrote deel afhankelijk van de uitvoer van producten. Het VK geldt hierbij als de derde Nederlandse exportmarkt en heeft een uitvoerwaarde van circa EUR 8 mrd. Dat is 10% in de totale agrifood-uitvoer van Nederland. Voor andere sectoren, zoals Bouw en Retail geldt dat de impact door Brexit minder groot is. 7
Deze sectoren hebben de grootese verbondenheid/afhankelijkheid van/met het VK en worden door de Brexit het meest geraakt. Productieverliezen door handelsbeperkingen e.d. 8
Van alle transportmodaliteiten is de kustvaart de modaliteit met de stevigste banden met het VK. Zowel het VK als Nederland zijn belangrijke kustvaartlanden in Europa. Voor Nederland geldt dat circa een derde van het totale kustvaartvolume het VK als herkomst- of bestemmingsland heeft. Een groot deel is tankvaart, waarbij ruwe olie het belangrijkste product is. Maar breakbulk en daarin het ro-rovervoer van personenauto s heeft ook een belangrijk aandeel. Een groot deel van de auto s die verkocht worden in de VK is namelijk van Duitse makelij. Voor de kustvaart is vraaguitval van consumentenproducten (roro en containers) en van de industrie het belangrijkste risico. 9
https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2016/30/verenigd-koninkrijk-vierde-reisdoelnederlandse-trucks Op de andere modaliteiten is de invloed van een Brexit beperkt. Het spoorvervoer is vooral gericht op Duitsland, Italie en Belgie en niet op het VK. Voor de Binnenvaart geldt logischerwijs hetzelfde. Alleen wegtransport heeft het VK als bestemmings en herkomstland. Uit recent uitgebrachte statistieken van het CBS blijkt dat het VK het vierde internationale reisdoel is van Nederlandse trucks. Hierbij moet wel worden bedacht, dat Nederlandse trucks vooral in eigen land rijden en voor een beperkt deel de grens overgaan (20%). Duitsland is uiteraard het belangrijkste bestemmings- en herkomstland. Daarna Belgie en Frankrijk, en op de vierde plek dus het VK. Al met al zullen de gevolgen van een Brexit beperkt gevoeld worden in de transportsector. Uiteraard zijn er veel onzekerheden: wanneer de economische groei in Nederland of de eurozone tegenvalt, dan is de impact van een Brexit op de vervoervolumes groter. 10
11