Praktijk Onderwijs Handboek

Vergelijkbare documenten
Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Behandel een kind zoals die is, en het zal zo blijven. Behandel het kind zoals het kan zijn, en het zal zo worden.

Reflectiegesprekken met kinderen

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens

Systeemdenken in de klas

Test denkprofiel jongeren

Handleiding Werkvormen Vragen stellen

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo

OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE

Criteria. Doel. Leerlingen leren kiezen en nemen steeds meer de regie in handen, hetgeen het eigenaarschap en de motivatie bij leerlingen vergroot.

Leren als een expert!

Loopbaangericht gesprek voeren. Dag 2. Juni 2016 Loopbaangerichte dialoog

SPELVARIANTEN. Bonus: Ondertussen oefen je met het geven en ontvangen van feedback en bouw je aan het vertrouwen in jouw team.

Gesprekskaarten pedagogisch handelen

Hoe werkt het? Wat heb je nodig? Disclaimer.

Criteria. De beroepencarrousel

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Praten over boeken in de klas Het vragenspel van Aidan Chambers

VLIEG OP! Laura van Hal & STIP Producties

Gesprekswijzer Duurzame Inzetbaarheid

oefeningen voor... de Zilveren Weken 2019

Ontdek-je-zelf toolkit. Plané Training & Coaching Persoonlijke- en Loopbaanontwikkeling

Stap 7 Nabespreking met het slachtoffer en nabespreking met de steungroepleden (apart)

Druk de A, B en C vragen op hetzelfde kleur papier af (v.b. op geel papier) Druk de P-vragen op een afwijkende kleur papier af en de D vragen ook.

SPELVARIANTEN. Heb je vragen, feedback of wil je op weg geholpen worden, neem contact met ons op.

Leerlingboekje les 3 en 4. Schrijfopdracht 2 Wie zijn zij? Groep 7

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN

Wie ben jij? HANDLEIDING

SPELVARIANTEN. Je ontdekt meer in een uur spelen dan in een jaar converseren Plato

SPELFICHE: WIE ZIT ER IN DE LEERLINGENRAAD?

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren?

Sociaal op social media

Benodigdheden: Filmpje brein uitleg: overtuigingen en het effect op leren Kaartjes helpende en remmende gedachten, zie bijlage 1

Werkvormen om positieve betrokkenheid te bevorderen

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Inleiding IN DIT BOEK LEES JE WAAROM STEUN, RESPECT EN VERTROUWEN BIJ VRIENDSCHAP HOREN.

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

4 communicatie. Ik weet welke informatie anderen nodig hebben om mij te kunnen begrijpen. Ik vertel anderen wat ik denk of voel.

Bas Smeets page 1

Lesbrief. Mongens en Jeisjes

Verbindingsactietraining

Informatie en tips voor het voeren van goede gesprekken 1

Arrangement 1 De Luisterthermometer

Hoe haal je talent naar boven? Drie werkvormen

Kaart Naam Handleiding

Lesbrief: Lekker ontspannen? Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Spel: Wat heb ik geleerd dit jaar?

Begeleiding van leerlingen

Hoe leer ik uit... Naam: Klas:

Acht leesadviezen voor thuis

Cosis Begeleid Leren

Wat is Kraak kracht? Kraak kracht

OMDAT JIJ HET WAARD BENT VOOR ONDERNEMENDE MENSEN

Lesbrief voor leerlingen: hoe ontwerp je een omslag voor een boek

Verantwoordelijkheid ontwikkelen. Informatiekit om uw medewerkers te helpen bij het voorkomen van werkstress

DEEL 1. WERKBOEK 4 Eigenwaarde Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Scholing 8 december. Wat kan je helpen? Wat helpt niet?

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden.

LESBRIEF 5. Leerlingen

Draaiboek voorbereidende bijeenkomst, startsituatie team in kaart brengen en traject uitwerken

Uitwerking workshop Creatief reflecteren met kinderen

HET GESPREK: KOP ROMP STAART

Stappenplan: maken van een beloningskaart Je kind stimuleren door aanmoediging

DUUR WAT HOE MATERIAAL

Pedagogische aanpak op de St. Plechelmusschool

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Rubrics vaardigheden

SPEELWIJZE INSPIRATIEPSPEL - Bladzijde 1 / 5

Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers

leven met een chronische ziekte

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Rubrics vaardigheden

vaardigheden - 21st century skills

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

WERKVORMEN MAGAZIJN. Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

3 Hoogbegaafdheid op school

Gedreven Gangmaker. dynamisch optimistisch. overtuigend

Sociale weerbaarheidstraining CoOl KiDs Bijeenkomst 6

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

Ben jij Vindingrijk? Kolom

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo?

Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / SG Schiedam Tel.: /

Train de trainer Gesprekstechniek. De Rooi Pannen

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

MIJN LOOPBAAN PLAN DIT PLAN IS VAN: JOBCOACH:

Over taaie taboes en lastige liefdes

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Persoonlijk Ontwikkelplan Fase 2 - het praktijktraject Opleiding tot hooggevoeligheidsdeskundige

MIJN KRABBELS GEBRUIKERSHANDLEIDING. Naam: Leeftijd: Speciale kenmerken van mezelf:

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

Transcriptie:

Praktijk Onderwijs Handboek Het Praktijk College Rotterdam De toekomst? Met jou zeker! Lobke

Infographic Het Praktijk College Rotterdam

Gespreks techniek: Clean Language Clean Questions zijn ontwikkeld door David Grove, een Nieuw Zeelandse psychoterapeut begin jaren 80. Hij noemde ze Clean Language Questions, omdat ze verschoond zijn van de aannames van de vragensteller. Omdat hij bijzondere resultaten behaalde, zijn Penny Tompkins & James Lawley (www.cleanlanguage.co.uk) hem gaan modelleren: wat doet hij waardoor hij zo succesvol is? En hoe kunnen we dat aan anderen overdragen? Gedurende tien jaar hebben zij in kaart gebracht hoe David zijn resultaten bereikte. En ze hebben dat aangevuld met hun eigen kennis en ervaring. Dit is met hulp van Wendy Sullivan (Clean Change Company) omgezet in goed overdraagbare tools & technieken. Een van deze tools zijn de Verhelderende Vragen, de Nederlandse versie van de Clean Language Questions. Lees hier het artikel over het vertaalproces van de Clean Questions. Het doel van deze vragen is om de ervaring, de beleving van de ander in kaart te brengen. En die van jou er even buiten te laten. De Basis Clean Questions (verhelderende vragen) van DAVID GROVE Tussen de [ ] horen de letterlijke woorden/non-verbale uitingen van de ander Ontwikkel Vragen, richten de aandacht op: Kenmerken En is er nog iets over [ ]? Lees meer over deze vraag En wat voor [ ] is die [ ]? Lees meer over deze vraag Relatie En is er een relatie tussen [ ] en [ ]? En wanneer [ ], wat gebeurt er met [ ]? Locatie En waar is [ ]? En waar is [ ] ongeveer? Metafoor En [ ] En dat is net zoiets als? Volgorde en Bron Vragen

Ervoor En wat gebeurt er vlak voor [ ]? Erna En wat gebeurt er dan/ daarna? Bron En waar zou [ ] vandaan kunnen komen? Gewenste Uitkomst En wat zou [ ] willen dat er gaat gebeuren? Lees meer over deze vraag Noodzakelijke Voorwaarden En wat is er nodig voor [ ]? En kan [ ]? Naast de basisvragen, werken we in meer gevorderde modules met enkele gespecialiseerde vragen, zoals bijvoorbeeld de vraag hoe weet je dat [ ]?. Denk aan een kikker Vraag door op een kwaliteit of drijfveer met behulp van deze vragen: Wat voor.. is dat? Is er nog meer (over..)? Waar zou..vandaan kunnen komen? En als..wat gebeurt er dan (met..)? ü Herhaal letterlijk (een deel van) de woorden ü Combineer dit met een clean vraag Tip: probeer zulke kort mogelijke zinnen te maken voor leerlingen in het praktijkonderwijs Schrijf de belangrijkste woorden op een papier voor de leerling.

Reflecteren Reflecteren betekent letterlijk: beschouwen of overdenken. Reflecteren is het terugblikken op je eigen handelen en ervaringen, daarover nadenken en vandaaruit nieuwe keuzes maken. Reflectie is de motor van ontwikkeling, want als je niet terugkijkt wat anders en beter kan, zie je ook geen ontwikkelpunten. Reflecteren is niet alleen belangrijk voor de leerkracht, maar ook voor de leerlingen. Het is nodig dat een leerkracht zijn leerlingen leert om te reflecteren. Daardoor krijgen de leerlingen meer grip op het leerproces en kunnen ze zelfstandiger leren. Concreet én open Tijdens de reflectie kijk je met de leerling samen terug op ervaringen in een concrete leersituatie. Je helpt de leerling zijn eigen ervaringen te onderzoeken en te interpreteren. Door goede open vragen te stellen help je het kind te herkennen wat zijn eigen aandeel hierin was en help je hem blinde vlekken zichtbaar te krijgen. Twee dingen die hierboven genoemd zijn, zijn heel belangrijk: het gaat om een concrete leersituatie (een specifiek opdracht of prestatie) en als leerkracht/docent stel je alleen open vragen. Doe je dit laatste niet, dan loop je grote kans dat je vrijwel geen informatie uit de leerling krijgt of dat hij alleen sociaal wenselijke antwoorden geeft. Terugkijken Effectieve reflectieve vragen Een waardevol reflectiegesprek bevat een groot deel van deze vragen: Wat was je doel? Wat wil je met deze opdracht bereiken? Wat heb je precies gedaan? Hoe heb je het aangepakt? Waar ben je mee begonnen? Wat waren de verschillende stappen daarna? Hoe beviel deze aanpak? Wat was moeilijk? Wat was makkelijk? Wat heb je geleerd? Hoe hangt dit samen met je andere vakken? (Uiteraard zul je deze vraag in werkelijkheid iets anders formuleren, afhankelijk van de inbedding van de betreffende leersituatie in de rest van het onderwijs) Hoe ging de samenwerking? Hoe kan de samenwerking een volgende keer worden verbeterd? Welke hulp van mij heb je gemist? Wat heb je aan mijn hulp gehad? Wat doe je een volgende keer anders? Wat zou je iemand adviseren die dit ook gaat doen?

Emotiewoorden voor het achterhalen van kwaliteiten en motieven Het is belangrijk om te focussen op wat de leerling geraakt heeft tijdens de ervaring. Dit kunnen aanwijzingen zijn voor kwaliteiten en motieven. Door te letten op woorden die duiden op een emotie en daarop door te vragen, kun je de leerling helpen om hier inzicht in te krijgen. De volgende stappen helpen je bij het achterhalen van motieven van de leerling: 1. Begin met een recente ervaring: Wat heb je vandaag/gisteren op de stageplek/bedrijfsbezoek enz. meegemaakt? 2. Zoek naar emotiewoorden in het gesprek: Woorden zoals: leuk, saai, stom, ik kon mijn draai niet vinden, ik vond het daar wel/niet prettig, rare mensen, aardige mensen daar enz. 3. Vraag naar de ervaring die erbij hoort: Emotiewoorden over hoe iemand zich op dat moment voelt zijn (in een loopbaangesprek) alleen interessant als ze aan een concrete ervaring gekoppeld zijn of kunnen worden. De ervaring staat dus centraal en niet de emotie! 4. Vraag na wat er precies gebeurde op het moment dat de emotie bovenkwam: - Wat vind je er niet/minder leuk aan? - Wat maakte het precies saai/leuk? - Wat deed hij/zij dan precies? Wat deed jij precies? Wat zei hij/zij precies en wat zei jij? 5. Vraag door totdat je duidelijk krijgt dat de leerling iets benoemt dat kennis is over eigen waarden (wat hij als belangrijk betiteld) en betrokkenheid (ik wil graag ) 6. Benoem die kennis en check of het klopt: - Dus als ik het goed begrijp voel je je verbonden met het familiebedrijf. Daar wil je aan bijdragen. Klopt dat? - Klopt het dat het voor jou belangrijk is dat je iets voor dieren kunt betekenen? - Hoor ik het goed dat je het fijn vind om iets te betekenen voor zieke mensen? (hier kun je ook doorvragen met wat maakt dat zo belangrijk?) 7. Vraag na of (dat inzicht) nieuw is, of dat de leerling dit al eerder heeft ervaren - Dus je hebt nu ervaren dat dit belangrijk is voor je, heb je dat al vaker meegemaakt? - Je hebt nu gemerkt dat je dat belangrijk vindt, heb je dat in een eerdere situatie ook al gemerkt? 8. Ga DAN PAS na wat de leerling met DEZE kennis in een eventuele vervolgstap zou kunnen of willen doen - Als je dit nu weet over jezelf (benoemen wat dat is), hoe kan die kennis je helpen een volgende stap te zetten? - Wat zou je met deze kennis over jezelf willen doen? - Wat heb je nodig om met deze kennis tot een volgende stap te kunnen komen?

Reflectie placemats om te gebruiken

Of maak je eigen Evaluatie kaart Nu kan ik:... Ik ben trots op:. Vandaag maakte ik:... Nu begrijp ik:. Vandaag leerde ik: Het leukste was:.. Ik hielp met:. Het moeilijkste was:. Wat ik morgen nog een keer ga proberen:.

Positieve Reflectie Reflecteren is om iets te leren. Niemand is perfect en als je bepaalde doelen niet bereikt hebt, is dat natuurlijk geen ramp. Je kunt er zelfs een goede reden voor hebben. In Nederland denken we wel vaak negatief over onszelf, we reflecteren vooral wat niet goed ging. En dat loont niet. Fijn dat je daarvan leert, maar het gevoel dat je over jezelf hebt, is vaak niet zo vrolijk. En we kunnen best ook leren van wat we goed deden en dat werkt veel meer ontspannen. Positief denken loont. Het is dus goed dus om goed gedrag te benadrukken, ook bij jezelf. Niet alleen maar te kijken hoe dingen beter kunnen, wat er mis ging, wat je niet goed hebt gedaan. Maar juist wat ging goed? Hoe zag jouw week eruit? Vragen die je jezelf kan stellen: 1. Wat was leuk om te doen? 2. Wat ging goed? 3. Wat blijf je doen? Als je dit makkelijk kan, kan je het iets moeilijker maken. Vervang wat door waarom : Waarom was het leuk om te doen? Waarom ging het goed? Zo leer je ook van de dingen die je goed doet! Je kan altijd ook nog vragen Is er nog nieuws.

Elkaar leren kennen / samen ontwikkelen door elkaar vragen te stellen. We hebben gebruikgemaakt van speeddate kaarten en ontwikkelkaarten om elkaar beter te leren kennen. Je kan deze vragen ook gebruiken in je klas zodat leerlingen elkaar ook beter leren kennen maar ook leren hoe je met iemand in gesprek kan gaan. Speeddate Dit heb je nodig: kaartjes met vraag en antwoord tijdsduur: 15 minuten Leren om een praatje aan te gaan / elkaar beter te leren kennen leren vragen te stellen: Zorg ervoor dat je voldoende kaartjes hebt met vragen erop die je samen met de leerlingen vooraf hebt gemaakt. Maak een rij stoelen tegenover elkaar en geef elke leerling een aantal kaartjes. Om de 3 minuten gaat de bel en schuiven de kinderen van een rij een stoel op. Speeddate vragen kunnen zijn: Waar woon je? Wat kan je goed? Wat vind je leuk om te doen? Welk vak op school kan je goed? Welke kwaliteit zou je graag willen verbeteren? Wie is je idool? Waarom? Etc. Speeddate om samen te leren Spelverloop: Op het einde van de les kan je dit spel gebruiken om na te gaan of de kinderen de aangebrachte leerstof hebben begrepen. De helft van de kinderen gaat zitten, elk aan een aparte tafel. Voor hen ligt een stapel kaartjes. Op elk kaartje staat een vraag over de aangebrachte leerstof. Het antwoord staat er bij vermeld. De overige kinderen (die niet aan een tafeltje zitten) gaan op het signaal van de leerkracht aan een willekeurige tafel zitten. Het kind dat aan tafel zit, neemt het eerste kaartje van de stapel en leest de vraag voor. Het bezoekende kind beantwoordt de vraag. Is het antwoord juist, krijgt het bezoekende kind het kaartje. Is het fout wordt het kaartje terug onder de stapel gestopt. Het bezoekende kind gaat dan naar een volgende tafel. Na 5 minuten stopt het spel. Het kind dat de meeste kaartjes heeft verzameld bij het speeddaten, is de winnaar. Differentiatie: Wie het moeilijk vindt, kan je een aantal jokers geven. Indien ze deze inruilen krijgen ze de eerste letter van het antwoord. Je kan ook duo s vormen van een sterke en een zwakkere leerling die dan samen aan een tafel gaan zitten. Je kan hulpmiddelen geven om het antwoord op de vraag te zoeken (handboek, werkschrift, )

Persoonlijke tijdlijn Opdracht deel 1 Teken je persoonlijke tijdlijn Zet daarop opleidingen/banen/ervaringen/ activiteiten die relevant zijn geweest voor jouw loopbaan Zet een * bij één of enkele items die voor jou persoonlijk van grote betekenis zijn geweest Opdracht deel 2 Vorm een tweetal Stel vragen aan elkaar over een item met een * op de tijdlijn Laat de eigenaar van de tijdlijn zelf conclusies trekken over zijn/haar kwaliteiten en motieven Zet de beste vragen op de centrale flap Gesprekstechniek: doorvragen Doorvragen op ervaringen, talenten en drijfveren à verdiepen en verankeren van inzichten NIVEA = Niet Invullen Voor Een Ander à hoe doe je dat? Clean Language = vraagtechniek Het gesprek voer je op basis van een moodboard, mindmap of tijdlijn. Begeleid de leerlingen bij de voorbereiding, en ga vervolgens het gesprek met hen aan. De inzet is dat het een leuk gesprek is. Je hebt geen oordeel. Jouw belangstelling motiveert de leerlingen om na te denken over zichzelf en wat ze meegemaakt hebben. Let bij de uitvoering vooral op de succesfactoren: welke werkvorm, welke aanpak, welke vragen werken goed? Daar komen we de tweede bijeenkomst op terug. Moodboard Laat de leerlingen een moodboard maken over een onderwerp: bijvoorbeeld waar ben je goed in, waar hou je van, waar krijg je energie van. Een moodboard is een bord waar je een sfeer op kan creëren. De vertaling van moodboard is sfeerbord. De bedoeling van een moodboard is om een sfeer te uiten. Een afbeelding zegt zoveel meer dan een paar woorden. Je gaat dus naar foto s/plaatjes zoeken die horen bij het gevoel de sfeer die je wilt zeggen/ uiten. Als je een uiting of meerdere uitingen gekozen hebt, en afbeeldingen hebt gevonden dan kun je beginnen met de afbeeldingen te gaan plaatsen op je achtergrond. Een moodboard kan je helpen bij alle keuzes die kunt of moet maken. Bijvoorbeeld bij het kiezen van een nieuwe opleiding, vakantie, kleding, hobby en ga zo maar door. Laat de leerlingen een moodboard maken (ze kunnen het ook mee naar huis nemen om verder af te maken) ze mogen er natuurlijk ook in tekenen. Als het moodboard klaar is ga je het gesprek met de leerling aan.

Wat kan de leerling erover vertellen probeer zoveel mogelijk te weten te komen over hetgeen de leerling wil laten zien/vertellen. Mindmap Een mindmap is een krachtige grafische techniek die een beroep doet op de vele mogelijkheden van onze hersenen. Het is een eenvoudige manier om informatie op te roepen uit en op te slaan in onze hersenen. Mindmaps kunnen worden toegepast bij vele aspecten van het leven. Het is een effectieve en leuke manier om leerprocessen te verbeteren, om aantekeningen te maken, om informatie te structureren en op nieuwe ideeën komen. Mindmaps bestaan uit combinaties van woorden, kleuren, lijnen en afbeeldingen (foto s, tekeningen, pictogrammen, e.d.). Een mindmap is een soort kaart buiten je hoofd over wat er gaande is in je hoofd! Ze kunnen ons erg helpen: Om niet alleen details maar tegelijkertijd ook het totaalbeeld te zien (één van de belangrijkste doelstellingen van systeemdenken) Om een grote hoeveelheid informatie op een overzichtelijke manier weer te geven, erover te praten en te onthouden Om creatief te denken over problemen en oplossingen Om onze tijd efficiënt te benutten Om ons beter te concentreren op de inhoud Om ons denken te structureren Om meer plezier en betrokkenheid bij leren te hebben De 7 regels voor het maken van een goede mindmap: Regel 1: In het midden van je papier (zonder lijntjes) schrijf of teken je het onderwerp waarover je de mindmap gaat maken. Gebruik kleur, want dat bevordert de creativiteit.regel 2: Verwerk kleine tekeningetjes in de mindmap. Dit stimuleert je rechter hersenhelft.regel 3: Schrijf in blokletters. Dit schept overzicht. Je kunt de woorden sneller lezen. Regel 4: Schrijf woorden op een lijn. Vanuit het midden begin je met dikke lijnen en verbind hier weer dunnere lijnen aan. Het onderwerp wordt dus steeds verder uitgediept als je naar buiten toe werkt.regel 5: Gebruik per lijn één woord of tekening. Geen hele zinnen. hierdoor geef je jezelf de vrijheid om meer takken toe te voegen.regel 6: Gebruik verschillende kleuren per tak. zo geef je overzicht aan je categorieën. Je kunt het dan ook beter onthouden.regel 7: Gebruik je fantasie. Als er iets in je opkomt tijdens het mindmappen, schrijf het dan op of teken het. Dat is ook de reden waarom je aan het mindmappen bent. Tijdlijn Ze kunnen de tijdlijn ook mee naar huis nemen om verder af te maken) Als de tijdlijn klaar is ga je het gesprek met de leerling aan. Wat kan de leerling erover vertellen probeer zoveel mogelijk te weten te komen over het geen de leerling wil laten zien/vertellen. Een tijdbalk of een tijdlijn maakt een chronologische opvolging van gebeurtenissen of periodes visueel. Op de tijdlijn staan tijdsaanduidingen met een bijschrift. Een tijdlijn geeft weer welke gebeurtenissen, ontwikkelingen of andere onderwerpen in een bepaalde periode plaatsvonden of in

de toekomst kunnen gebeuren. De leerling plaatst van een bepaald onderwerp aspecten op de tijdlijn. Laat zelf een voorbeeld zien of laat leerlingen voorbeelden van tijdlijnen zoeken. Wat ga je doen?: Maak een tijdbalk met daarin de volgende gebeurtenissen: Ze kunnen ook een enkele activiteit opdelen in stukjes en daarover vertellen. Je kan deze ook beplakken met stickers met duimpjes of emoticons die ze erbij kunnen plakken. 1. Je geboorte 2. Vier belangrijke gebeurtenissen uit jaar eerste 4 levensjaren 3. Twee belangrijke gebeurtenissen uit levensjaar 4 tot en met 6 4. Zes belangrijke gebeurtenissen uit levensjaar 7 tot en met 12 Laat de leerlingen een tijdlijn maken met een bepaald onderwerp: wat waren grote gebeurtenissen in je leven en wanneer gebeurden ze? Je kunt ook over één activiteit een tijdlijn maken, want die bestaat altijd uit deelactiviteiten. Bijvoorbeeld een snuffelstage. Wat heb je gedaan? Wat deed je daarvoor? En wat daarvoor? En erna? Verdieping: Pak je persoonlijke tijdlijn erbij Welke kwaliteiten en motieven heb je ontdekt tijdens het maken/bespreken van je tijdlijn? Schrijf deze op of teken ze Vorm een tweetal Stel elkaar vragen om te komen tot een vervolgstap Gebruik hiervoor de kwaliteiten en motieven Doel is om te komen tot een vervolgstap n.a.v. de kwaliteiten en/of motieven Noteer de beste vragen Woord Web

Dit heb je nodig: Vel papier, stiften Dit moet je doen: Pak een vel papier en schrijf in het midden je talent. Schrijf op: Waar denk je aan? Wat is een talent? Wie heeft een talent? Wat maakt iemand speciaal? Waar heb je talent nodig? Wat kan je bereiken met talent? KennismakingsBINGO Om elkaar beter te leren kennen. Dit is een voorbeeld maar je kan er zelf of samen ook heel makkelijk een maken.

Bekijk je toekomst nu! BOX PRO De digitale LOB BOX voor praktijkonderwijs met filmpjes etc. https://www.bekijkjetoekomstnu.nl/dossier/lobbox?url=/ Lesbrief Beroepen in beeld voor Praktijkonderwijs Deze lesbrief ondersteunt je bij je lessen rondom loopbaanoriëntatie en beroepskeuze en is bedoeld om het gebruik van de website BeroepeninBeeld.nl te bevorderen in het proces van loopbaanoriëntatie en beroepskeuze die de leerlingen doormaken. Deze website geeft veel informatie over mbo-opleidingen en bijbehorende beroepen, en is daarmee een handige website om leerlingen te helpen in hun beroepsoriëntatie. https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=1&ved=2ahukewj7ylmhtpjjah UIfFAKHSuhDLoQFjAAegQIBBAC&url=https%3A%2F%2Fwww.s- bb.nl%2ffile%2f18306%2fdownload%3ftoken%3daoqjovqo&usg=aovvaw2cdqodst- 2qTzHTk6rFuHB