Samenvatting Biologie hf 5 par 1t/m 5 Samenvatting door Carlijn 1162 woorden 15 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou 5.1 Je veranderd. Geslachtskenmerken zijn kenmerken waaraan je het geslacht kunt herkennen (man of vrouw). Primaire geslachtskenmerken zijn de kenmerken van het geslacht (jongen of meisje) die al bij de geboorte aanwezig zijn: - Bij jongens > penis en balzak. - Bij meisjes > schaamlippen en de vagina. Secundaire geslachtskenmerken zijn de kenmerken van het geslacht die vanaf je tiende jaar ontstaan: - Bij jongens > borsthaar, baardgroei, zwaardere stem ( de baard in de keel ) en gespierde lichaamsbouw. - Bij meisjes > borsten, brede heupen, en ronde lichaamsvormen. Vanaf je twaalfde kom je in de puberteit > je verandert lichamelijk, geestelijk en sociaal. Lichamelijke veranderingen: - Je begint snel te groeien > Groeispurt. - Secundaire geslachtskenmerken ontstaan. - Voortplantingsorganen beginnen te werken. Geestelijke veranderingen: - Meer belangstelling voor andere mensen. - Verliefd worden op iemand. - Seksualiteit begint belangrijk te worden. Je voelt je sterk aangetrokken tot één speciale persoon > je wordt verliefd > samen verliefd? Jullie beginnen een vaste relatie (=verkering) > geslachtsgemeenschap. Sociale veranderingen: - Zelfstandiger opstellen > je wilt niet meer als kind door je ouders behandeld worden. - Graag deel uitmaken van een groepje jongeren. - Soms last hebben van nare gevoelens zoals: woede-uitbarstingen, eenzaamheid en onzekerheid. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-biologie-hf-5-par-1tm-5 Pagina 1 van 5
H5.2 Het voortplantingsstelsel van een man Balzak: Een huidplooi waarin de teelballen en de bijballen liggen. Temperatuur is lager dan buikholte, dit is goed voor de ontwikkeling van de zaadcellen (zijn de mannelijke geslachtscellen). - Teelballen > vormen van zaadcellen. - Bijballen > tijdelijk opslaan van zaadcellen. Zaadleiders: Vervoeren van zaadcellen. Zaadblaasjes: Toevoegen van vocht waardoor de zaadcellen beter gaan bewegen. Prostaat: Toevoegen van vocht met voedingstoffen voor de zaadcellen. Urinebuis: Vervoeren van urine en sperma. Deze loopt door de penis. Sperma bestaat uit zaadcellen en vocht uit de prostaat en zaadblaasjes. Penis: Sperma inbrengen in een vagina. De penis bestaat uit: - Zwellichamen > zorgen voor erectie (een stijve ), doordat ze zich met bloed vullen. Ze worden hierdoor groter en steviger. - Eikel > vangen prikkels op die kunnen leiden tot orgasme. - Voorhuid > huidplooi om de eikel. Bij sommige volkeren wordt de voorhuid weggesneden ( besnijden ), reden: hygiëne of geloof (joden en moslims). Zaadlozingen: Bij geslachtsgemeenschap brengt een man zijn penis in de vrouw haar vagina. De penis is dan in erectie. > door bewegen van de man en vrouw gaat de voorhuid heen en weer en de eikel wordt daardoor voortdurend geprikkeld > dan kan de man een zaadlozing krijgen. Bij een zaadlozing komt sperma met schokken uit de penis. Eigenschappen sperma: kleverig + melkwit van kleur. Zaadcel bestaat uit een kop (= de zaadcel) en een zweepstaart om voort te bewegen. Een zaadlozing kan een lekker gevoel geven(= klaarkomen of krijgen van een orgasme). Een zaadlozing kan plaatsvinden door: https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-biologie-hf-5-par-1tm-5 Pagina 2 van 5
- Seks - zelfbevrediging (= masturbatie) door aftrekken. - in de slaap (= natte droom ). H5.3 Het voortplantingsstelsel van een vrouw Eierstokken: Hierin vindt de ontwikkeling van eicellen (zijn de vrouwelijke geslachtscellen) plaats. Hormonen spelen een belangrijke rol bij de vorming van geslachtscellen. Vanaf de Puberteit > hypofyse produceert bepaalde hormonen > eicellen ontwikkelen zich in eierstokken > leeftijd ca. 50 jaar stopt de hypofyse met aanmaken van deze hormonen (=de vrouw is in de overgang) > daarna stopt het ontwikkelen van eicellen in eierstokken. Ovulatie of eisprong = Vanaf de puberteit tot de overgang komt er eenmaal per 4 weken een eicel vrij uit de eierstokken. Eileiders: Vervoeren van eicellen. Baarmoeder: Hierin vindt de ontwikkeling van de embryo (de baby) plaats. Baarmoederwand > dikke laag spieren, aan de binnenkant met slijmvlies bekleed. Vagina: Zeer rekbaar. Vagina heeft 3 functies: - Hierin komt sperma bij geslachtsgemeenschap. - Verwijderen van stukjes baarmoederslijmvlies, slijm en bloed bij menstruatie. - Kind komt via de vagina op de wereld. Kleine schaamlippen: Produceren van slijm waardoor de toegang tot de vagina glad wordt. Grote schaamlippen: Liggen om de kleine schaamlippen heen. Clitoris: Vangt prikkels op die voor orgasme kunnen zorgen. Bijv. bij zelfbevrediging (= masturbatie) door vingeren. Maagdenvlies: slijmvliesplooi die de vagina gedeeltelijk afsluit, die kan inscheuren bij eerste seks > klein beetje pijn + bloed. De route van de zaadcel > Door geslachtsgemeenschap komt sperma in vagina > d.m.v. zweepstaart bewegen ze zich richting baarmoeder en eileiders > bevruchting van eicel in eileider. Bevruchting van eicel: kop van zaadcel dringt eicel binnen, zweepstaart blijft achter. > buitenste laag eicel wordt ondoordringbaar voor andere zaadcellen > kernen van zaadcel en eicel versmelten = bevruchting > eicel gaat zich https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-biologie-hf-5-par-1tm-5 Pagina 3 van 5
delen > het klompje cellen wordt vervoerd van eileider naar baarmoeder > hier vindt innesteling plaats = klompje cellen zet zich vast in baarmoederslijmvlies > zwanger > in ca. 9 maanden klompje cellen uitgegroeid tot kind. H5.4 Menstruatie Menstruatie (ook wel ongesteld zijn ) = het afstoten van een deel van het baarmoederslijmvlies als een eicel niet bevrucht is. De spierlaag van de baarmoederwand trekt zich samen > er wordt bloed, slijmvlies en slijm afgevoerd. Dit wordt opgevangen door maandverband of tampons.om infecties te voorkomen: tampons/maandverband regelmatig vervangen + goed wassen zonder zeep. Meisjes/vrouwen kunnen tijdens de menstruatie last hebben van: buikkrampen, hoofdpijn, buikpijn, rugpijn, spierpijn, ellendig of verdrietig voelen, kribbig of afwezig zijn. De gemiddelde leeftijd dat meisjes beginnen te menstrueren = 13 jaar. In de overgang (leeftijd ca. 50 jaar) stopt de menstruatie. Menstruatieperiode duurt 3 tot 7 dagen. De menstruatiecyclus: 1. Menstruatie > een deel van het baarmoederslijmvlies wordt afgestoten duurt 3 tot 7 dagen. 2. Daarna wordt baarmoederslijmvlies weer dikker + gaat meer bloedvaten bevatten. 3. Ovulatie (= eisprong) > ca. 14 dagen na begin menstruatie. 4. Ca. 14 dagen na ovulatie (= ca. 28 dagen na begin vorige menstruatie) begint de menstruatiecyclus opnieuw (als eicel niet bevrucht is). Menstruatiecyclus duurt ca. 28 dagen = 4 weken. H5.5 Seksualiteit Seksualiteit speelt een belangrijke rol in je leven bij: voortplanting, onderhouden van relaties, lustbeleving. Voortplanting = als man en vrouw geslachtsgemeenschap hebben met als gevolg de geboorte van een kind. Voorbehoedmiddelen gebruik je als je geslachtsgemeenschap hebt, zonder dat je een kind wilt hebben. Sommige mensen keuren het gebruik van voorbehoedmiddelen af, bijvoorbeeld bij geloofsovertuiging. Het onderhouden van relaties: Er zijn verschillende manieren waarop men zich aangetrokken kan voelen tot personen: https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-biologie-hf-5-par-1tm-5 Pagina 4 van 5
- De meeste mensen zijn heteroseksueel = zich seksueel aangetrokken voelen tot personen van het andere geslacht. (hetero=ongelijk). - Ca. 5% is homoseksueel = zich seksueel aangetrokken voelen tot personen van het zelfde geslacht. (homo=gelijk). Lesbisch = homoseksuele vrouwen. - Biseksueel = zich seksueel aangetrokken voelen tot personen van beide geslachten. Lustbeleving: Seksueel opgewonden raken, kan door te vrijen of geslachtsgemeenschap te hebben, maar ook door te kijken naar pornografie. Pornografie = Foto s/films die tot doel hebben mensen seksueel te prikkelen. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-biologie-hf-5-par-1tm-5 Pagina 5 van 5