EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING



Vergelijkbare documenten
ONTWERPRESOLUTIE EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. Commissie sociale zaken, menselijke betrekkingen, milieu, onderwijs en cultuur

Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. Het energiebeleid van de Europese Unie en Latijns-Amerika

PARLEMENTAIRE VERGADERING EUROPA-LATIJNS-AMERIKA. Commissie sociale zaken, menselijke uitwisseling, milieu, onderwijs en cultuur

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

Commissie economische, financiële en handelszaken VOORLOPIGE VERSIE

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0299/59. Amendement. Marco Zanni, André Elissen, Stanisław Żółtek namens de ENF-Fractie

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 oktober 2006 (17.10) (OR. en) 13651/06 SOC 447 NOTA

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

ONTWERP VAN MEMORIE VAN TOELICHTING

Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 12 maart 2009 betreffende het strategisch partnerschap EU-Mexico (2008/2289(INI))

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. Commissie sociale zaken, menselijk verkeer, milieu, onderwijs en cultuur

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

OPRICHTINGSAKTE VAN DE EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING 1 INLEIDING

LATIJNS-AMERIKA EN HET CARIBISCH GEBIED

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de sluiting van de Overeenkomst tot oprichting van de internationale EU- LAC-Stichting

15293/08 cle/gra/jv 1 DG E II

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

10997/19 DAU/cg 1 RELEX.1.B

EUROPEES PARLEMENT. Commissie internationale handel PE v01-00

EUROPEES PARLEMENT Zittingsdocument B7-0000/2014 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2014

over het standpunt van Europa en Latijns- Amerika omtrent het klimaat en klimaatverandering in het kader van de klimaattop 2015 in Parijs (COP21)

6068/16 YEN/hw 1 DGG 1B

EUROPEES PARLEMENT. Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen. van de Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen

Overeenkomst tot oprichting van de internationale EU-LAC-Stichting; Santo Domingo, 25 oktober Den Haag, 5 april 2019

Maak een eind aan de beloningsverschillen tussen vrouwen en mannen.

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0389/2. Amendement. Dominique Bilde namens de ENF-Fractie

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

WOENSDAG 5 DECEMBER 2007 (10.00 uur): WERKGELEGENHEID EN SOCIAAL BELEID

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/2036(INI)

EUROPEES PARLEMENT. Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen. 7 mei 2001 PE /1-11 AMENDEMENTEN 1-11

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Committee / Commission CONT. Meeting of / Réunion des 12 & 13/09/2005 BUDGETARY AMENDMENTS / AMENDEMENTS BUDGÉTAIRES. Rapporteur: Chris HEATON-HARRIS

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

10279/17 PAU/ev 1 DG C 1

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU

Commissie industrie, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, onderzoek en energie

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

7775/17 van/ons/ev 1 DG C 2B

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 oktober 2008 (31.10) (OR. fr) 14719/08 SOC 633 OTA

GENDERGELIJKHEID SOLIDARITEIT ACTIE. De werkzaamheden van GUE/NGL in de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid van het Europees Parlement

Het Comité van permanente vertegenwoordigers heeft op 27 mei 2009 overeenstemming bereikt over de tekst die in de bijlage gaat.

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen.

ILO-VERKLARING BETREFFENDE DE FUNDAMENTELE PRINCIPES EN RECHTEN OP HET WERK

PUBLIC. Brussel, 11 november 1999 (15.12) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11662/99 LIMITE OJ/CONS 52 JAI 84

Commissie buitenlandse zaken ONTWERPVERSLAG. over de strategie van de EU voor de betrekkingen met Latijns-Amerika (2009/2213(INI))

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de conclusies van de Raad over Jemen, die de Raad in zijn zitting op 18 februari 2019 heeft aangenomen.

10254/16 ons/zr/as 1 DGC 2B

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816

EUROPEES PARLEMENT. Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. ingediend door de Commissie politieke zaken, veiligheid en mensenrechten

PROCEDURES VOOR DE ORGANISATORISCHE WERKING VAN DE GEMEENSCHAP VAN LATIJNS-AMERIKAANSE EN CARIBISCHE STATEN

RECHTSGROND DE BETREKKINGEN TUSSEN DE REGIO'S

Manifest voor de Rechten van het kind

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 23 oktober 2003 PE /1-29 AMENDEMENTEN 1-29

AANGENOMEN TEKSTEN. Meerjarig financieel kader en eigen middelen

*** ONTWERPAANBEVELING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 november 2000 (04.12) (OR. fr) 14110/00 LIMITE SOC 470

Handvest van de grondrechten van de EU

14391/15 van/gys/hh 1 DGB 3B

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/2061(BUD)

13617/16 van/ons/sv 1 DG E 1C

ONTWERPVERSLAG. Commissie politiek, veiligheid en mensenrechten EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. 13 maart 2008 VOORLOPIGE VERSIE

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

NICOSIA 2 EN 3 DECEMBER 2012

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 20 juni 2003 PE /6-24 AMENDEMENTEN 6-24

RESOLUTIE: EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. De hervorming van de Wereldhandelsorganisatie. Zaterdag 15 mei 2010 Sevilla (Spanje)

7935/17 rts/van/fb 1 DG E - 1C

8461/17 nes/ons/sl 1 DGG 2B

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 mei 2017 (OR. en) het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 december 2006 (OR. en) 16647/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/194 (CNS) REGIO 70 FIN 673

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Resolutie van het Europees Parlement over analfabetisme en sociale uitsluiting (2001/2340 (INI))

Personen met een handicap hebben gelijke rechten

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2009 (OR. en) 15137/09 CRIMORG 164 ENFOPOL 271

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2010/2272(INI) Ontwerpadvies Giles Chichester (PE v02-00)

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 november 2006 (24.11) (OR. en) 15258/06 SAN 240. NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers

Transcriptie:

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING RESOLUTIE: Armoede en sociale uitsluiting op basis van het verslag van de Commissie sociale zaken, menselijke betrekkingen, milieu, onderwijs en cultuur Corapporteur EP: Corapporteur LA: Ilda Figueiredo (GUE/NGL) Amelia Herrera (Parlatino) Donderdag 1 mei 2008 Lima (Peru) DV\719349.doc AP100.313v01-00

EUROLAT Resolutie van 1 mei 2008 Lima (Peru) [op basis van het verslag van de Commissie sociale zaken, menselijke betrekkingen, milieu, onderwijs en cultuur] Armoede en sociale uitsluiting De Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering, gezien de verklaringen die tot dusver werden goedgekeurd tijdens de vier topconferenties van de staatshoofden en regeringsleiders van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied (LAC) en van de Europese Unie in Río de Janeiro (28-29 juni 1999), Madrid (17-18 mei 2002), Guadalajara (28-29 mei 2004) en Wenen (12-13 mei 2006), gezien de gezamenlijke verklaring van de XIIIe ministeriële bijeenkomst tussen de Groep van Rio en de Europese Unie in Santo Domingo (Dominicaanse Republiek) op 20 april 2007, gezien de gezamenlijke verklaring van de ministeriële vergadering in het kader van de Dialoog van San José tussen de trojka van de Europese Unie en de ministers van de Midden- Amerikaanse landen in Santo Domingo op 19 april 2007, gezien de Verklaring van Valparaíso, opgesteld door het IIIe Latijns-Amerikaanse parlementaire forum, en de slotverklaring van de XVIIe Latijns-Amerikaanse top van staatshoofden en regeringsleiders, die in november 2007 werd gehouden in Santiago de Chile, en waarin de bevordering van de sociale cohesie centraal staat, gezien haar verklaring van 9 november 2006, goedgekeurd ter gelegenheid van de constituerende vergadering van 8 en 9 november 2006 in Brussel, gezien de slotakte van de XVIIe interparlementaire Conferentie Europese Unie - Latijns-Amerika, gehouden in Lima van 14 tot 16 juni 2005, onder verwijzing naar haar resoluties die zijn aangenomen tijdens de plenaire vergadering van 10 december 2007 in Brussel, gelet op artikel 16 van haar Reglement, A. overwegende dat het doel van de sociale cohesie erin bestaat armoede, ongelijkheid en uitsluiting te bestrijden, en dat dit een van de thema's is van de Ve top EU-LAC die op 16 en 17 mei 2008 in Lima wordt gehouden, B. overwegende dat de eerste millenniumontwikkelingsdoelstelling erin bestaat om het aantal personen dat onder de armoedegrens leeft tegen 2015 met de helft te verminderen, C. overwegende dat er in de conclusies van het Forum EU-LAC over sociale cohesie, dat van 23 tot en met 25 september 2007 in Santiago de Chili werd gehouden, aan wordt herinnerd dat het sociaal beleid en de socialezekerheidsregelingen vergezeld moeten gaan van overheidsmaatregelen die gericht zijn op een betere verdeling van de rijkdom en een DV\719349.doc 1/8 AP100.313v01-00

aanvaardbaar niveau van sociale uitgaven, onder andere door een gezond en rechtvaardig fiscaal beleid, D. overwegende dat de uitroeiing van de armoede democratische participatie en veranderingen in de economische structuren vereist, teneinde een billijker verdeling van de rijkdom te verzekeren, E. overwegende dat rechtvaardige en progressieve belastingregelingen nodig zijn om een hoog niveau van sociale gelijkheid te bereiken en de sociale cohesie te bevorderen, F. overwegende dat de landen die de meeste middelen aan collectieve sociale bescherming besteden over het algemeen ook de landen zijn die de laagste armoedecijfers kennen en waarvan het BBP per inwoner en het werkgelegenheidscijfer het hoogste zijn, G. overwegende dat de solidariteit tussen de Europese regio's, geconcretiseerd in het regionaal beleid, het mogelijk heeft gemaakt de ontwikkelingsverschillen in de Europese Unie gedeeltelijk weg te werken, maar dat ondanks de sociale transfers toch nog 16% van de bevolking in de Europese Unie in armoede leeft, hoewel dat cijfer vóór de genoemde transfers 43% bedroeg (pensioenen inbegrepen), H. overwegende dat de armoede in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied een aanhoudende en wijdverbreide realiteit is, en dat het pas sinds twee jaar gelukt is om de cijfers terug op het niveau van 1980 te krijgen; overwegende dat momenteel 36,5% van de bevolking in de regio in armoede leeft, hetgeen betekent dat 194 miljoen mensen moeten leven met minder dan noodzakelijk is om aan hun basisbehoeften te voldoen, en gevangen zijn in de vicieuze cirkel van de ongelijkheid, I. overwegende dat, ook al is de regio goed op weg om de millenniumdoelstellingen inzake het terugdringen van de armoede (MDG 1) te halen, er op het gebied van de sociaaleconomische ongelijkheid niet veel is veranderd; overwegende dat Latijns-Amerika nog steeds een van de regio's van de wereld is waar het minste gelijkheid bestaat, en dat de belangrijkste hinderpaal voor de bevordering van de sociale cohesie bestaat in de ongelijke verdeling van inkomsten, middelen en kansen; J. overwegende dat het voor de allerarmsten moeilijk is om toegang te krijgen tot natuurlijke rijkdommen zoals water, grond en energie, tot basisdiensten zoals medische verzorging, gezondheidszorg en onderwijs, en tot noodzakelijke producten zoals voeding en geneesmiddelen, K. overwegende dat 70% van de 1, 3 miljard personen die in extreme armoede leven vrouwen zijn, en dat armoede niet alleen een symptoom is, maar ook een gevolg van de ongelijke verdeling van inkomsten uit vermogen, rijkdommen, koopkracht en beslissingsbevoegdheid, waardoor miljoenen vrouwen niet de kans krijgen om hun sociale en economische situatie te verbeteren, hoewel zij tegelijkertijd de verantwoordelijkheid dragen voor de kinderen en het gezin, L. overwegende dat het Actieplatform van Peking het beginsel van de integratie van het genderperspectief in alle beleidsvormen heeft erkend als een doeltreffende strategie om gendergelijkheid te bevorderen, en heeft gesteld dat de regeringen en overige actoren een beleid van actieve en duidelijke integratie van het genderperspectief in alle DV\719349.doc 2/8 AP100.313v01-00

beleidsmaatregelen en programma's moeten bevorderen, teneinde de gevolgen van maatregelen voor mannen en vrouwen te evalueren alvorens besluiten te nemen, M. overwegende dat de integratie van het genderperspectief in alle beleidsvormen kan leiden tot een rechtvaardiger en democratischer samenleving, waarin vrouwen en mannen in alle aspecten van het leven als gelijken worden beschouwd, maar dat dit specifieke beleidsmaatregelen inzake gelijke behandeling en positieve acties niet overbodig maakt, daar deze deel uitmaken van een tweeledige aanpak met het oog op de verwezenlijking van de doelstelling van gendergelijkheid, N. overwegende dat onderwijs en opleiding van jongeren en vrouwen (met inbegrip van seksuele opvoeding) een cruciale rol spelen in de strijd tegen armoede en de verspreiding van ziekten, omdat zij bijdragen tot meer kennis, vaardigheden en vertrouwen bij vrouwen, zodat deze ten volle kunnen deelnemen aan het maatschappelijke en politieke leven, O. overwegende dat het volledige genot van de vrouwen van hun gezondheid en hun rechten op het gebied van voortplanting en seksualiteit een voorwaarde voor gendergelijkheid is, daar het vermogen van de vrouwen om hun eigen vruchtbaarheid te beheersen van fundamenteel belang is om hun invloed te versterken, want vrouwen die hun gezin kunnen plannen kunnen ook de rest van hun leven plannen; overwegende dat vrouwen die in goede gezondheid verkeren ook productiever zijn, aangezien de bescherming van de reproductieve rechten - zoals het recht op gezinsplanning en om zonder discriminatie, dwang of geweld te besluiten al dan niet een kind te krijgen - de vrijheid ten goede komt en bevorderlijk is voor een grotere participatie in de samenleving op voet van gelijkheid, 1. verzoekt de staten om werk te maken van de geleidelijke ontwikkeling van een socialezekerheidsstelsel voor iedereen, gebaseerd op bijdragestelsels, solidariteitsinstrumenten en andere mechanismen, afhankelijk van de nationale situatie; verzoekt de staten tevens actieve beleidsmaatregelen en passende uitvoeringsvoorschriften vast te stellen om socialezekerheidsstelsels met een passende financiering op te zetten; onderstreept dat het van fundamenteel belang is dat iedereen toegang krijgt tot goed onderwijs en tot gezondheidszorg, teneinde armoede en ongelijkheid te bestrijden; wijst erop dat het belangrijk is dat alle landen beschikken over een kwalitatief hoogstaand openbaar socialezekerheidsstelsel voor iedereen; 2. verzoekt de lidstaten de oprichting van ondernemingen en daarmee ook het creëren van arbeidsplaatsen te ondersteunen; 3. verzoekt de staten om door middel van voorlichtingsacties de verschillende vormen van samenwerking en associatie met het oog op economische ontwikkeling te ondersteunen en te bevorderen; 4. erkent, rekening houdend met de situatie in elk land, het belang van belastinghervormingen als een van de instrumenten om op een toereikende, evenwichtige en efficiënte manier ontvangsten de innen, zodat de staat doeltreffende maatregelen kan nemen om de bestaande sociale ongelijkheden weg te werken; herinnert eraan dat een fiscaal beleid dat gebaseerd is op rechtvaardige en progressieve belastingen een eerlijke herverdeling van de rijkdommen tussen de burgers en een beperking van de armoede mogelijk maakt; 5. onderstreept dat in sommige lidstaten van de Europese Unie door het bestaan van een DV\719349.doc 3/8 AP100.313v01-00

minimuminkomen en bijzondere sociale uitkeringen van al dan niet tijdelijke aard de armoede misschien niet geheel kon worden uitgeroeid, maar de extreme scherpte ervan wel kon worden verzacht, en is van oordeel dat een wettelijk minimumloon een zeer belangrijk instrument van het beleid van inkomensherverdeling is, een minimaal inkomstenniveau garandeert en bijdraagt tot bestrijding van de inkomensongelijkheid en tot voorkoming van het verschijnsel van de "werkende armen" en van de armoede in het algemeen; 6. herinnert aan het belang dat de inheemse volkeren spelen in de geschiedenis en de ontwikkeling van Latijns-Amerika; 7. dringt erop aan dat de overheidsdiensten worden versterkt en ontwikkeld, waarbij bijzondere aandacht moet worden besteed aan het integratiebeleid, om een einde te maken aan de ernstige problemen die samenhangen met de armoede, zoals de verspreiding van ziekten, analfabetisme, drinkwatertekort en de niet-behandeling van afvalwater; 8. wijst op de waarde van de stelsels van voorwaardelijke overdracht als Latijns-Amerikaanse strategie in de strijd tegen het overerven van armoede en ongelijkheid van generatie op generatie, waarbij wordt getracht de oorzaken van de armoede aan te pakken en de capaciteiten van de bevolking om de armoede definitief te overwinnen te stimuleren, met name wat betreft het menselijke potentieel, de verbetering van de voeding voor kinderen en permanente toegang tot gezondheidsprogramma's; 9. onderstreept de noodzaak om de ervaring van de economische en sociale raden in Latijns-Amerika uit te dragen teneinde de sociale cohesie te versterken; 10. herinnert eraan dat het verkrijgen van goed werk met de daarbij behorende sociale rechten nodig is om armoede achter zich te kunnen laten; dat werk, wanneer daar behoorlijke en rechtvaardige lonen en arbeidsvoorwaarden tegenover staan, in samenhang met een efficiënt socialezekerheidsstelsel, gezien moet worden als een middel om armoede buiten te sluiten, maar dat dit niet als het enige middel moet worden beschouwd; 11. herinnert aan de noodzaak om de democratische structuren en het institutionele kader op sociaal gebied te versterken; 12. wijst op de noodzaak om de onderhandelingen voor de associatieovereenkomsten te ondersteunen, waarbij bijzondere aandacht moet uitgaan naar sociale en institutionele aspecten en naar de bescherming van de mensenrechten; 13. constateert dat de landbouw nog steeds de belangrijkste bron van inkomsten en werkgelegenheid is voor het merendeel van de armsten, met name de inheemse bevolking van bepaalde landen van Latijns-Amerika, en wijst op het belang van passende maatregelen voor de bestrijding van de armoede op het platteland en het belang van de toegang tot grond, aangezien de belangrijkste oorzaak van armoede op het platteland samenhangt met grondbezit; wijst ten aanzien van de lopende handelsovereenkomsten tussen de EU en Latijns-Amerika en, op internationaal niveau, de WTO, op de noodzaak om voorrang te geven aan voedselproductie en voedselveiligheid, alsmede aan de bescherming van het recht van kleine en middelgrote landbouwbedrijven om tegen een rechtvaardige prijs te produceren; 14. wijst op de noodzaak om de economische productiesectoren te ondersteunen en te DV\719349.doc 4/8 AP100.313v01-00

valoriseren met het oog op het creëren van rijkdom en behoorlijke arbeidsplaatsen waar de sociale rechten worden geëerbiedigd; wijst daarnaast op de noodzaak om kleine en middelgrote ondernemingen te stimuleren en te ondersteunen met het oog op de plaatselijke en regionale ontwikkeling; wijst tevens op het belang van de handel, met inbegrip van eerlijke handel, in de strijd tegen de armoede; 15. wijst op het belang van maatregelen om de digitale kloof in Latijns-Amerika te dichten en gebruik te maken van informatietechnologie om de sociale ongelijkheid te verminderen, zodat de bevolking profiteert van de voordelen van globalisering; erkent in dit verband het belang van biregionale samenwerking, waarvan de samenwerking tussen het Europese @LIS-programma en het regionale actieplan voor de informatiemaatschappij in Latijns- Amerika en het Caribisch gebied (zowel elac2007 als elac2010) goede voorbeelden zijn 16. vraagt dat de ondernemersactiviteit altijd plaatsvindt met inachtneming van de voorschriften van de Internationale Arbeidsorganisatie, de overeenkomsten en verdragen op sociaal en ecologisch gebied en de internationale overeenkomsten inzake de mensenrechten, ook in de landbouwsector; ondersteunt de ontwikkeling van instrumenten die de sociale verantwoordelijkheid van de bedrijven bevorderen, zoals hun actieve deelneming aan de internationale fora over het maatschappelijk verantwoord ondernemerschap en, met name, de sluiting door de multinationale ondernemingen van akkoorden op wereldniveau betreffende de eerbiediging van de fundamentele arbeidsvoorwaarden; 17. onderstreept dat armoede een fenomeen is dat voor het merendeel vrouwen treft en herinnert eraan hoe noodzakelijk het is de invloed van het overheidsbeleid, met inbegrip van het beleid met betrekking tot inkomensverdeling, vanuit genderoogpunt te bekijken en maximale prioriteit te geven aan sociale integratie, de rechten van de vrouw en de strijd tegen mensenhandel; 18. verzoekt de regeringen van de landen van de Europese Unie, Latijns Amerika en het Caribisch gebied om het geweld tegen en de vermoording van vrouwen krachtig te veroordelen als meest extreme vorm van vrouwendiscriminatie, en om in het kader van hun strategische associatie met voldoende financiële en technische middelen beleidsmaatregelen te ondersteunen om vrouwen bescherming te bieden tegen geweld, zoals de oprichting of opvoering van programma's tot bewustmaking en tot opleiding aangaande genderkwesties; om meer geld op te nemen op de begrotingen van organisaties die belast zijn met onderzoek naar moorden, de oprichting van doelmatige systemen om getuigen, slachtoffers en hun familieleden te beschermen, of de versterking van de capaciteit van de gerechtelijke instanties, de politiemacht en de openbare ministeries met het oog op de vervolging en bestraffing van de schuldigen; dringt eveneens aan op een betere institutionele coördinatie op deze gebieden op alle overheidsniveaus; 19. onderstreept de noodzaak om de verschillen in ontwikkeling tussen de regio's van een land of een regionale entiteit door een stelsel van herverdeling te verminderen, en meent dat het biregionale solidariteitsfonds binnen het kader van zijn vast te stellen bevoegdheden een belangrijke rol in dit stelsel zou kunnen spelen; herinnert eraan dat de parlementen van beide regio's herhaaldelijke om de oprichting van een dergelijk fonds hebben verzocht, onder meer tijdens de XVIIe interparlementaire conferentie EU-Latijns-Amerika; beklemtoont dat het regionale integratiebeleid de nationale soevereiniteit van de staten moet eerbiedigen en gebaseerd moet zijn op een ambitieus sociaal beleid, dat afgestemd is op de ontwikkelingsbehoeften van elk land, met name van de minst ontwikkelde landen, en dat een DV\719349.doc 5/8 AP100.313v01-00

daadwerkelijke convergentie tussen de landen van de EU en Latijns-Amerika bevordert; 20. verwelkomt de verdediging van het karakter van publiek goed van het schaarse product drinkwater; is van oordeel dat de arbeidsvoorwaarden en de socialezekerheidsrechten van de werknemers moeten worden gegarandeerd en dat het de taak van elke staat is om te besluiten op welke wijze het beheer en de distributie van goederen en diensten van algemeen belang voor de bevolking op optimale wijze kunnen worden gegarandeerd; 21. wijst op de noodzaak om de grensoverschrijdende samenwerking te intensiveren, teneinde de verzoeningsprocessen en de regionale en plaatselijke ontwikkeling te bevorderen; 22. herinnert eraan dat de strijd tegen de armoede op verschillende fronten moet worden gevoerd en verzoekt de landen rekening te houden met het probleem van de schuldenlast van de gezinnen en een ambitieus beleid van sociale woningbouw uit te stippelen en te financieren; acht het van essentieel belang dat de allerarmsten, eventueel via microkredieten, toegang krijgen tot het bankstelsel; 23. dringt erop aan dat de samenwerkingsprogramma's van de Europese Unie bij voorrang gericht zijn op de strijd tegen de armoede en dat zij de actieve samenwerking tussen de EU en Latijns-Amerika bevorderen; wenst dat bij de tussentijdse herziening van het Instrument voor ontwikkelingssamenwerking een precieze evaluatie wordt verricht van de impact van de communautaire programma's op de strijd tegen de armoede en de beperking van de ongelijkheden; 24. wijst op de noodzaak om ook in de toekomst de uitwisseling van ervaringen, methoden en goede praktijken ten aanzien van sociale cohesie tussen beide regio's te bevorderen, met name op het gebied onderwijs, gezondheidszorg, belastingen en werkgelegenheid; 25. herinnert aan het belang van een gezond milieu en desbetreffende beleidsmaatregelen, niet alleen met het oog op de verbetering van de gezondheidssituatie en de levenskwaliteit van de bevolking, maar ook als beslissende factor van economische en sociale rijkdom; 26. pleit voor openbaar beleid dat de voorwaarden schept, zowel in termen van infrastructuur, uitrusting als openbare diensten, waarmee iedereen toegang heeft tot seksuele voorlichting en geboorteplanning, dat de seksuele en reproductieve rechten van vrouwen respecteert, inclusief de controle over hun eigen vruchtbaarheid, en dat moeder- en vaderschap ondersteunt, zodat vrouwen hun gezin en de rest van hun leven kunnen plannen; daarbij dienen alle nodige voorwaarden te worden geschept om op gelijke voet aan de samenleving te kunnen deelnemen; 27. meent dat grotere en nauwere sociale integratie, met name tussen buurlanden, en intensivering van de handel door een progressieve beperking van tarief- en andere barrières, noodzakelijk zijn om nieuwe investeringen met het oog op de armoedebestrijding aan te moedigen; 28. herinnert eraan dat de uitdaging om de armoede te verminderen en de ongelijkheden en de sociale tegenstellingen weg te werken waarmee de burgers in Europa, Latijns-Amerika en het Caribisch gebied worden geconfronteerd, ook inhoudt dat de sociale levensomstandigheden van de Latijns-Amerikaanse en Caribische migrantengemeenschappen in Europa moeten worden verbeterd; wijst derhalve op de DV\719349.doc 6/8 AP100.313v01-00

noodzaak om de mensenrechten van migranten in alle staten te eerbiedigen, en hun situatie te benaderen op basis van een gedeelde verantwoordelijkheid tussen de landen van herkomst, doorreis en bestemming, in het kader van de internationale ontwikkelingssamenwerking; 29. wenst dat de mensenrechten van migranten ten volle worden geëerbiedigd, hetgeen inhoudt dat vastberaden strijd wordt gevoerd tegen mensenhandel; wenst tevens dat de sociale integratie van migranten, met inbegrip van de toegang tot sociale bescherming en de waarborging van hun pensioenrechten, wordt bevorderd; meent dat derhalve alternatieve mogelijkheden moeten worden onderzocht om gezinshereniging, geldovermakingen en overdracht van pensioenen naar het land van herkomst van migranten te vergemakkelijken; 30. verwelkomt de vooruitgang die op biregionaal gebied is geboekt met de goedkeuring van de multilaterale Latijns-Amerikaans Overeenkomst inzake sociale zekerheid, en dringt er bij de ondertekende landen op aan dat zij hun toezegging voor een snelle tenuitvoerlegging zo spoedig mogelijk waarmaken; dringt er anderzijds bij de landen op aan het Internationale Verdrag ter bescherming van de rechten van migrerende werknemers en hun gezinnen, dat door de algemene vergadering van de Verenigde Naties in haar resolutie 45/158 van 1990 werd goedgekeurd, te ratificeren; 31. wenst dat ter gelegenheid van het Europees jaar van de strijd tegen armoede en sociale uitsluiting in 2010 gezamenlijke acties worden opgezet door de Europese Unie, Latijns-Amerika en het Caribisch gebied; -o0o- 32. verzoekt zijn covoorzitters deze resolutie te doen toekomen aan het voorzitterschap van de Ve top EU-LAC, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie, alsmede aan de parlementen van de lidstaten van de Europese Unie en van de landen van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied, het Latijns-Amerikaanse parlement, het Midden-Amerikaanse parlement, het Andes-parlement en het parlement van Mercosur. DV\719349.doc 7/8 AP100.313v01-00