BLAD CBB JAARGANG 49 NR 518 MAART 2015 P



Vergelijkbare documenten
Randvoorwaarden Erosie. Martien Swerts Dienst land en Bodembescherming Departement LNE

Randvoorwaarden erosie. Jan Vermang, Martien Swerts Departement LNE Dienst Land en Bodembescherming

NIET-KERENDE BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN

BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN WELKE KIEZEN?

HOE HELE BIET ROOIEN?

PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017

Vergelijking van zaaimachines uitgevoerd door het KBIVB en het ITB in het kader van de Ploegloze Teelttechnieken (PPT)

Wijzigingen randvoorwaarden 2015

STRIPTILL IN DE MAISTEELT, MEER ERVARINGEN

PROEF CHEMISCH-MECHANISCHE ONKRUIDBESTRIJDING IN DE BIETENTEELT

De bietenteelt heeft veel herbiciden nodig

Verbetering rendement suikerbietenteelt

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)

Meer en beter gras van Eigen land met onze nieuwe graslandverzorgingsmachine

vergadering C90 LAN5 zittingsjaar Handelingen Commissievergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid

Resultaten meerjarenproef: bewerking van de ploegzool bij nietkerende grondbewerking (NKG)

Programma. Meer rendement door opbrengstverhoging. GBM-update

Bodemerosie: oorzaken en oplossingen. Jan Vermang, Martien Swerts, Petra Deproost Departement LNE Dienst Land en Bodembescherming

Het beste tijdstip om grasland te vernieuwen

Aardappeldrempeltjes in de strijd tegen erosie en afspoeling van gewasbeschermingsmiddelen

AANDACHTSPUNTEN BIETENZAAIMACHINES RESULTATEN VELDPROEVEN BIETENZAAIMACHINES

SEEDING THE FUTURE SINCE 1856 LEONELLA KWS

MECHANISATIE: BODEMVERDICHTING EN PRECISIELANDBOUW. Technische dagen 2019 Ronald Euben

14. De effecten van de beleidsopties

Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet (KBIVB/IRBAB) Tienen, België

Witloofwortelteelt op erosiegevoelige percelen

PRAKTISCHE ASPECTEN BIJ NIET-KERENDE BODEMBEWERKING RONALD EUBEN - KBIVB

Bodembewerking beperken tot het bewerken van de zaailijnen: Strip-Till

De biologische biet. Ontwikkelingsmogelijkheden. Technische dagen KBIVB 2019 Antoons K., Vandergeten JP.

Vooruitzichten granen en weersomstandigheden. Verkopen uit interventie

Rijenbemesting met mengmest bij maïs

Controle op de erosiemaatregelen Hubert Hernalsteen

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging!

CONFEDERATIE VAN DE BELGISCHE BIETENPLANTERS

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

Biostimulerend middel voor de rhizosfeer Haal het maximale uit de wortel. explorer 21

MAISTEELT 2019: DE SUCCESFACTOREN!

EFFECT VAN DE EVOLUTIE VAN HET KLIMAAT VAN DE LAATSTE JAREN OP ONZE SUIKERBIETENTEELT

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17

Resultaten na 3 jaar. Suikermarktordening. Acties Cosun: Prijsdaling Volumedaling Geografische herverdeling. Forse reorganisatie suikersector in EU

4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI

AFSTELLINGEN MACHINES GILLES

Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven

Evolutie van de Belgische voorraden

2 BEMESTING WINTERTARWE

Erosieklas 2019 Vlaamse Ardennen

Barometer kinesitherapie 2013

Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst?

Groeicurve Bintje en Fontane 2014

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)

Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) vzw Graanbericht Nr G.04, 3 maart 2015

Reken af met duist in stappen

PROEF CHEMISCH-MECHANISCHE ONKRUIDBESTRIJDING IN DE CICHOREITEELT

Stefan Muijtjens. keukentafel, demo s, studiegroepen & waardenetwerken.

PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 2012

Internationale varkensvleesmarkt

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging!

Teelthandleiding. 2.1 grondbewerking en zaaibedbereiding voor suikerbieten

Teelthandleiding. 2.2 lage bandspanning spaart bodemstructuur

Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt?

Erosiebestrijding in de randvoorwaarden. Riemst 20 juni 2017 Maarkedal 29 juni 2017

Rijpaden, een systeem voor duurzaam bodembeheer

DEMETERtool in de praktijk. Pilootstudie bij 50 Vlaamse landbouwers

Is er nog eten over 20 jaar. Fred Klein Productschap Akkerbouw

Bereken voor uw akker- en groentepercelen eenvoudig zelf: de organische koolstofevolutie de stikstof- en fosforbalans

Proefresultaten zoete aardappel 2016

Nieuwe erosieregelgeving randvoorwaarden. Lierde 17/3/2016 Bart Debussche

BODEMBREED INTERREG Resultaten veldonderzoek 2009 nateelt groenbemesters

Vragen en opmerkingen erosieklassen 2017

Aardappelen. Toepassing van spuiwater in aardappelen: wat is het en wat is het waard? Wendy Odeurs, Jan Bries Bodemkundige Dienst van België vzw

BIETEN BEWAREN : NEW WINTER FASHION

Kansen voor NKG op zand

Maaimeststof: een volwaardig alternatief voor stalmest? Inleiding Doel en context Proefopzet Inagro ILVO (a) (b) Figuur 1 Tabel 1

Teelthandleiding. 3.1 vroeg of laat zaaien

DEMOPROJECT MAÏS BEMESTEN: OUDE PRINCIPES, NIEUWE TECHNIEKEN

Stikstofbemesting en stikstofbehoefte van granen: hoe op elkaar afstemmen?

PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 2013

Teelthandleiding. 8.2 oogsttechniek

Benut de rooicapaciteit en

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Topopbrengsten in rassenproef zomertarwe biologische teelt

TOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe.

Stikstofbemesting bij biologische aardappelen

Keuze uit 3 soorten beitels. Type AL, vleugelscharen en geveerde tandarmen, geschikt voor middelzware gronden en intensieve menging

Inhoudstafel van deze serie

2.2 Lage bandspanning spaart bodemstructuur

Studie over uitvoerpotentieel agrovoedingssector

Teelthandleiding. 5.5 preventie van schade door winderosie

Vanggewassen: waarom en keuze

Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek

Teelthandleiding. Grondbewerking

Voorjaarstoepassing van drijfmest in wintertarwe. Sander Smets, onderzoeker akkerbouw PIBO-Campus

Betere maïs met drijfmest in de rij

Kranen, grijpers en laadtechnieken Vakmanschap van de kraanbestuurders. Ontwerp van het materiaal. Vergelijkende onderzoeken

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

Evolutie van de Belgische voorraden

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus BRUSSEL T F

Bodemmoeheid bij appel in de bio-teelt

PERSBERICHT RESULTATEN 2008 : Groep Rosier (IFRS): Omzet : 315,9 M (+ 70 %) Bedrijfsresultaat : 19,1 M Nettoresultaat : 12,9 M (+ 96 %)

9.5 Drempels tussen de aardappelruggen

Transcriptie:

Bietplanter planter De MAANDBLAD CBB JAARGANG 49 NR 518 MAART 2015 P 806265 e Bietplanter D r o o v k o lo e Nieuw De erosieproblematiek in Vlaanderen nu meer foto s gestoken. Vanaf sje ja w eu ni n ee erd in wordt voor taan De Bietplanter w na 2. De krant gi pa op ito ed het r tot hun recht op pagina 1 en r de foto s bete oo rd aa w, er pi sy pa jker, wat de lees gedrukt op glos chtiger en kleurri lu t an kr de r! gt ie t oo leesplez komen. Daarnaas sen u alvast veel e komt. We wen ed go n te id he baar 10 ZAADPRIJS 2015 5 4 Kort geoogst Suikerprijzen zijn in België sterker gestegen dan in de buurlanden. Tussen 2008 en 2013 zijn vooral de consumptieprijzen voor suiker- en chocoladeproducten veel sterker gestegen in België (+ 22,7%) dan in de buurlanden (+ 8,9% in Duitsland, + 5,6% in Nederland, +4.0% in Frankrijk). In de suiker- en chocoladesector kenden de grondstofprijzen en de productieprijzen een opwaartse tendens. In beide sectoren, lijken de consumptieprijzen in België en de voornaamste buurlanden vooral te regearen op de prijsstijgingen in de voorgaande schakel, terwijl voor de kolom van brood en granen de prijsdalingen aan producentenzijde nagenoeg geen invloed naar beneden hebben op de consumptieprijzen. Droogte blijft Brazilië teisteren. 17 van de 18 belangrijkste waterreservoirs staan op een lager niveau dan tijdens de laatste watercrisis in 2001. In totaal wordt vandaag al een kwart van de bevolking getroffen door de schaarste. Ook de suikerriet- en ethanolindustrie delen in de klappen. Zo kondigde Raizen, de grootste ethanolproducent van het land, recent nog aan dat het zijn fabriek in Bom Retiro, in het Zuidoosten van Brazilië, voor twee jaar zal sluiten omdat de site door de droogte met een aanvoertekort kampt. Dit jaar zal de suikeroogst lager uitvallen. De suikergroep Western Sugar in de Verenigde Staten geeft 10.000 ton rotte bieten weg aan de veetelers. Het rottingsproces voltrok zich na een daling van de temperaturen van 40 graden naar min 20 graden. De buitenkant van de bietenhopen bevroor terwijl nog warme lucht in de hoop zat en dit heeft rottingsproces bevorderd. Overnameprijs landbouwbedrijf 37 % gestegen op 5 jaar. Terwijl starters in 2009 nog gemiddeld 185.650 euro moesten neertellen om een bestaand bedrijf over te nemen, was dat in 2014 gemiddeld 254.925 euro. Dat blijkt uit cijfers van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF). Kan de biogassector gigantische aardappeloverschotten in Noordwest-Europa verkleinen? Op PCA-studiedag berekende Professor Erik Meers dat de Vlaamse biogasinstallaties ongeveer 180.000 ton aardappelen op jaarbasis zouden kunnen verwerken. Belangrijke opmerking daarbij is dat er een nultolerantie is op de aanwezigheid van zand, en dat de aardappelen dus nog gewassen moeten worden alvorens ze de vergistingsinstallatie in gaan. De Belgische suiker-bietketen gelooft in haar toekomst 2 sesvanderhave investeert voor u: bedankt voor uw vertrouwen! CrIQUeT baribal amarok bonsai OKaPI Maandblad van de Confederatie van de Belgische Bietenplanters vzw CBB Anspachlaan 111 Bus 10 1000 Brussel T. 02 513 68 98 F. 02 512 19 88 www.cbb.be lebetteravier@cbb.be COLOFON Verantwoordelijke uitgever Mathieu Vrancken, Voorzitter CBB Directeur van de publicatie Valerie Vercammen Uitgave en publiciteit Bernadette Bické - Martine Moyart Verantwoordelijke voor de suikerbiettechniek KBIVB Tienen Druk Corelio Printing Jaarabonnement 12,00 EU-land 22,00 niet EU-land 27,00 IBAN BE 70 1031 0384 3925 BTW BE 0445.069.157 w w w. s e s v a n d e r h a v e. b e

2 POLITIEK De Belgische suiker-bietketen gelooft in haar toekomst Naar aanleiding van het bezoek van Waals minister Collin aan de Tiense Suikerraffinaderij bevestigde de keten nogmaals dat ze met vertrouwen het post-quotum ingaat. Presentatie van de sector en belang van de biet in de landbouweconomie Terwijl Guy Paternoster, Executive Director Grondstoffen bij de Tiense Suikerraffinaderij, het suikerlandschap en het fabricageproces van suiker voorstelde, benadrukte Valerie Vercammen, secretaris-generaal van de CBB, het belang van de biet in de Belgische landbouw in het algemeen en in de Waalse landbouw in het bijzonder. In België wordt suikerbiet geteeld in 1 landbouwbedrijf op 5. In Wallonië is het relatief belang van de suikerbietenteelt nog groter vermits 1 landbouwer op 3 bietplanter is. Naar een nieuwe wereld in 2017 Na een analyse ex-ante van de nieuwe Unieke GMO (Gemeenschappelijke Marktordening), hebben wij alle redenen om te denken dat we effectief in een nieuwe wereld zullen terechtkomen in 2017. De bietplanters hebben hun bezorgdheid geuit bij de minister omtrent de afschaffing van de quota, de minimumprijs voor bieten en de marktbeheersinstrumenten vanaf 1 oktober 2017. Door de krachten te bundelen en door actieve lobbying van de keten tijdens de onderhandelingen van de nieuwe suikerverordening en het GLB en dankzij de steun van de drie toenmalige ministers van Landbouw, is de sector erin geslaagd om twee sleutelelementen van het reglement veilig te stellen: de interprofessionele akkoorden en de contracten. Beide instrumenten zijn onontbeerlijk voor de goede werking van de keten en zullen ervoor zorgen dat de meerwaarde billijk en evenwichtig wordt verdeeld tussen de partners van de keten. In een post-quotumscenario zonder minimumprijs voor bieten, zal de rol van het interprofessionele en contractuele kader nog crucialer zijn. Troeven en opportuniteiten van het post-quotum Troeven De suiker-bietketen beschikt over aanzienlijke troeven om de post-quotum periode met vertrouwen tegemoet te treden. We hebben het geluk dat we de meest performante fabrieken van Europa hebben, benadrukte Valerie Vercammen, maar dat geldt zeker ook voor onze bietplanters. Daarvan getuigen de bietenrendementen die zich elk jaar in de top drie van de beste Europese rendementen situeren. Deze resultaten zijn deels toe te schrijven aan de knowhow en aan de expertise van de planters, maar ook de gunstige weersomstandigheden voor de bietenteelt en onze goede gronden dragen sterk bij tot deze uitstekende prestaties. De keten staat model op het vlak van organisatie en ons bieteninstituut, het KBIVB, geniet van een uitstekende reputatie bij zijn Europese collega s. Jean-Pierre Vandergeten, directeur van het KBIVB, nam eveneens deel aan de ontmoeting en presenteerde de werking van het KBIVB en de voornaamste realisaties. De keten is unaniem wat dit betreft: het onderzoek van het KBIVB is cruciaal om onze competitiviteit veilig te stellen in het post-quotum. De stijging van rendementen versnellen en de bewaring van de bieten verbeteren zijn prioritaire doelstellingen voor het KBIVB. Tot slot, heeft de sector gewezen op de centrale ligging van België in Europa en op de nabijheid van de haven van Antwerpen, draaischijf voor de suikerhandel. Dankzij de inspanningen van de keten op het vlak van duurzame consumptie, zullen wij aan de vraag van de consumenten naar meer duurzame producten kunnen beantwoorden. Zelfs de meest sceptische analisten realiseren zich nu eindelijk dat duurzame consumptie geen voorbijgaand verschijnsel is: beetje bij beetje heeft zij zich verankerd in onze consumptiepatronen. Het Vegaplan-certificaat kan een middel worden om zich te differenciëren en onze suiker made in Belgium beter te valoriseren in het post-quotum. De marktvooruitzichten voor de Europese suiker zijn erg somber. De Commissie, de ISO (Internationale Suikerorganisatie), andere bekende analisten en de meeste marktactoren verwachten een Europese suikerprijs tussen 400 en 470 euro per ton voor het post-quotum 2017. Als de voorspellingen uitkomen, zal suiker exporteren naar Europa niet meer aantrekkelijk zijn vanuit economisch oogpunt. Zelfs als de meeste specialisten beamen dat we steeds een beperkte hoeveelheid suiker uit de ACS (Afrika, Caribisch Gebied en Stille Oceaan) en de MOL (Minst Ontwikkelde Landen) zullen importeren, zal de import minder belangrijk zijn dan vandaag het geval is. De laatste campagne 2014-2015 heeft het bewezen: door meer dan 19 miljoen ton suiker te produceren (13,3 Mt quotumsuiker + 6 Mt buitenquotumsuiker), zal Europa zodoende opnieuw zelfvoorzienend kunnen worden, ja zelf suiker op de wereldmarkt kunnen exporteren wanneer de prijzen interessant zijn. Alhoewel de huidige daling van de olieprijzen de groei van de bio-economie dreigt af te remmen, gelooft de keten in haar ontwikkeling om een deel van haar suikerproductie af te zetten. Vandaag al beslisten grote merken van auto s en mobiele telefoons, alsmede wereldbedrijven als Danone, Coca-Cola en Heinz, om hun assortimenten op duurzame wijze te produceren om aan de vraag van de consument te beantwoorden. Experten schatten de markt voor bioplastics op 50 miljoen ton wereldwijd, waarvan 5,8 miljoen ton voor Europa. Wij hopen dat onze keten haar deel van de koek zal krijgen. Door actieve lobbying van de keten tijdens de onderhandelingen van de nieuwe suikerverordening en het GLB en dankzij de steun van de drie toenmalige ministers van Landbouw, is de sector erin geslaagd om twee sleutelelementen van het reglement veilig te stellen: de interprofessionele akkoorden en de contracten. Ontmoeting tussen minister Collin en de biet-suikerketen: ja, we geloven in onze toekomst. Opportuniteiten Wie zegt verandering, zegt onvermijdelijk opportuniteiten. De suikermarkt is een groeimarkt. Op wereldvlak, bedraagt deze groei ongeveer twee procent per jaar. Meerdere analisten voorspellen een vraag van 200 miljoen ton suiker tegen 2020. Zelfs als de stijging van het suikerverbruik zich voornamelijk in de groeilanden voordoet, zullen de Europese en Belgische suikerfabrikanten hiervan mee kunnen genieten na de liberalisering van de export na de afschaffing van de quota. Uitdagingen en markt Gedeprimeerde markt Het scenario dat de keten uitgetekend had voor het post-quotum lijkt zich vandaag al vervroegd af te spelen. De afgelopen maanden is de Europese suikerprijs letterlijk ingestort. De laatste rapportering van de Europese prijzen gaf een gemiddelde prijs van 449 euro per ton voor de verkopen van de maand november 2014. De situatie verslechterde nog sindsdien. Met de wereldmarkt gaat het amper beter: de 2 EDITO Expertenwerkgroep om suiker-bietketen naar post-quotumtijdperk te loodsen Onze sector beleeft al een half jaar moeilijke tijden met fors gedaalde prijzen en een bikkelharde concurrentie. Italië trok aan de Europese alarmbel op de laatste Europese Landbouwraad. Het antwoord van de Europese Commissie was het oprichten van een expertengroep om de sector door het einde van het quotumstelsel te loodsen. Er is nog niet veel informatie bekend over wat de taak van de expertengroep precies zal zijn, doch in haar perscommuniqué liet de Commissie weten dat de nadruk zal worden gelegd op een betere monitoring van de prijzen en het zoeken van nieuwe marktopportuniteiten. Via de CIBE, onze Europese federatie, zal de CBB de werking van de expertengroep van zeer nabij opvolgen. Een nieuw suikerlandschap al vóór 2017? De Tiense Suikerraffinaderij kondigde als eerste reeds in oktober 2014 ontslagen en besparingsmaatregelen aan. Sindsdien ging er geen week voorbij of er volgen berichten van dalende prognoses voor omzet- en winstcijfers van alle Europese suikergroepen. Südzucker, eigenaar van de Tiense Suikerraffinaderij en beursgenoteerd kreeg al bij de eerste winstwaarschuwing in 2014 zware klappen: het aandeel daalde tot beneden de 10 euro. Het omgekeerde kan ook op de beurs: één positief advies van Goldman Sachs volstond om het aandeel op één dag begin februari fel te doen stijgen tot 13,50 euro. Aandeelhouders kunnen soms overreageren. In 2014 bedroeg het nettoresultaat nog 282 miljoen euro, een halvering in vergelijking met 2013. De prognoses voor 2015 belopen slechts 72 miljoen euro. 2016 zou op het niveau van 2015 blijven. Pas in 2017 verwacht de grootste Europese suikergroep beterschap. Nordzucker kondigde vorige maand ook een herstructurering aan om zich klaar te stomen voor 2017. Meer details zijn nog niet bekend. Voor de eerste negen maanden van het boekjaar 2014/2015 daalde het resultaat van 257 miljoen euro naar 74 miljoen euro. Maar het meest verrassende nieuws kwam uit Frankrijk waar Tereos concurrent Cristal Union zowaar uitnodigde om samen te werken vanuit hun overtuiging dat: de toenadering tussen de twee grootste Franse coöperatieves het beste antwoord is om zich samen voor te bereiden op het einde van de quota. Volgens de laatste berichten zou Cristal Union de toenadering hebben geweigerd. Een paar dagen later maakte Cristal zijn samenwerking me de Amerikaanse groep ASR en de deelname in de raffinaderij van Brindisi bekend. Er zijn geen zekerheden meer De volgende maanden en jaren zal er zeker nog heel wat bewegen op de Europese suikermarkt. VALERIE VERCAMMEN, SECRETARIS-GENERAAL VAN DE CBB

POLITIEK 3 prijs lijkt er zich te stabiliseren rond 330 euro per ton. Een dergelijk prijsniveau dekt zelfs de productiekosten van de Braziliaanse suikerfabrikanten niet meer. Prijs van het witte suiker 2008-2015 in euro per ton 800 700 600 500 400 300 200 404 /t 449 /t 330 /t 100 sept-08 sept-09 sept-10 sept-11 sept-12 sept-13 sept-14 WereldMP/Pmondial EU Prijs/Prix de vente UE RefP EU/Pref UE Bezoek aan de bietenreceptie en de VENEMA-analyseketen. Uitdagingen De toegenomen concurrentie tussen Europese suikerproducenten is de grootste uitdaging voor de keten. Vandaag reeds voelen wij dat de concurrentie toeneemt, terwijl elk land beschikt over zijn suikerquotum dat onder de suikerondernemingen verdeeld is. Voor het post-quotum, bereidt de keten zich nu al voor op deze verscherpte concurrentie. Zelfs al staat de Belgische keten aan de kop van het Europese peloton, dan nog moet men trachten onze concurrentiekracht verder te verbeteren. De fabrikanten willen de productiecapaciteit optimaliseren door de campagneduur te verlengen en door de productiekosten zoveel mogelijk te verminderen, waarbij het niveau van de strategische investeringen behouden blijft. De planters moeten mikken op de verhoging van de rendementen, De keten is unaniem wat dit betreft: het onderzoek van het KBIVB is cruciaal om onze competitiviteit veilig te stellen in het post-quotum. De stijging van rendementen versnellen en de bewaring van de bieten verbeteren zijn prioritaire doelstellingen voor het KBIVB. gezien wij slechts bitter weinig manoeuvreerruimte hebben op het vlak van de kosten. Op vaste kosten zoals pachtkosten en grondprijs is het onmogelijk te besparen en als men de variabele kosten probeert te verminderen (bestrijdingsmiddelen, mestoffen,...) houdt dit risico s in voor de teelt. Om de productiekosten te optimaliseren, hebben de Europese fabrikanten unaniem beslist om meer suiker te produceren. Men zal dus nieuwe afzetgebieden moeten zoeken voor deze bijkomende productie door differentatie, door nieuwe markten aan te boren, waarbij zoveel mogelijk toegevoegde waarde wordt gecreëerd. Wat verwacht de keten van haar politieke verantwoordelijken Geen uitzonderlijke maatregelen voor de campagne 2014-2015 Wij stevenen af op een recordproductie voor de campagne 2014-2015. Daarom vraagt de keten met aandrang aan de Europese beleidsmakers om geen enkele uitzonderlijke maatregel te nemen die nefaste gevolgen zou hebben in een toch al zeer sombere markt. De sector heeft de steun van Minister Collin gevraagd om dit standpunt te verdedigen op het aanstaande beheerscomité voor suiker. Vrijstelling van de kilometerheffing op het wegtransport per vrachtwagen voor onafgewerkte landbouwproducten De regionale regeringen hebben beslist om een kilometerheffing in te voeren voor het wegvervoer per vrachtwagen. Vandaag werken zij aan de uitvoering van het systeem dat operationeel moet zijn begin 2016. De voedingsindustrie zal het eerste slachtoffer zijn van deze taks die elk jaar verscheidene honderden miljoenen euro zal kosten. Als deze taks zou worden toegepast, zou dat nefast zijn voor de competitiviteit van de Belgische suikersector die per definitie grondstoffen en coproducten met een groot volume, maar met weinig waarde, vervoert. Daarom vraagt de keten vrijstelling voor transport van onafgewerkte landbouwproducten evenals om naleving van de vrije havenzones teneinde de export te bevorderen. Oplossingen om de uitzonderlijke buitenquotumsuikerproductie af te zetten Buitenquotumsuiker kan hetzij geëxporteerd worden, hetzij verkocht als industriesuiker of overgedragen worden naar de volgende campagne. Op Europees niveau, verwacht men een monsterproductie van buitenquotumsuiker van meer dan 6 miljoen ton. Gezien de export tot 1,35 miljoen ton wordt beperkt door de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en het verbruik van industriesuiker zich elk jaar stabiliseert rond 1,35 miljoen ton, betekent dit dat, zonder andere oplossingen van afzet, de Europese keten 2,6 miljoen ton zou moeten overdragen naar de campagne 2015-2016. Dit vertegenwoordigt min of meer 20 procent van het Europese quotum wat tot rechtstreeks gevolg zou hebben dat de productie 2015-2016 met 20 procent zou moeten worden gereduceerd. Op een ogenblik dat de keten het maximum doet om haar concurrentiekracht te verbeteren, zou een productievermindering van 20 procent een catastrofale impact hebben op het vlak van productiekosten. Bijgevolg vraagt de keten aan de Europese Unie oplossingen naar voor te schuiven om de uitzonderlijke buitenquotumsuikerproductie af te zetten en suggereert de sector, onder andere, de exportschijven van de campagne 2015-2016 te vervroegen. Verdediging van onze sector en creatie van een level playing field Terwijl de meeste suikerproducerende landen maatregelen toepassen om hun suikerindustrie te beschermen zoals het beperken van import, financiële steun en/of andere steun toekennen, heeft de Europese Unie, wat haar betreft, haar suikermarkt volledig gedereguleerd en onderhandelt ze steeds meer bilaterale akkoorden ten nadele van onze sector. Teneinde de toekomst van een innoverende keten, die op duurzaamheid mikt en arbeidsplaatsen schept, niet in gevaar te brengen, vragen wij met aandrang aan de Europese Commissie om de bescherming aan de grenzen (importtaks) te behouden, de CXL taks niet af te schaffen, geen nieuwe toegevingen te doen in het kader van vrijhandelsakkoorden die op til zijn, maar, integendeel, de creatie van een gelijk speelveld, een level playing field om de Europese suikersector niet te benadelen tegenover zijn concurrenten op de wereldmarkt. Verhoging van de R&D-subsidies voor het KBIVB Onderzoek en ontwikkeling zijn cruciale werktuigen om de concurrentiekracht van de keten te verbeteren. Het is om die reden dat de sector het KBIVB op paritaire wijze financiert. Het KBIVB is ook afhankelijk van middelen die van de Vlaamse en Waalse overheden komen evenals van inkomsten uit de privésector voor bepaalde opdrachten die het KBIVB voor hen uitvoert. Ingevolge de aankondiging van SPW (Service Public de Wallonie) om haar bijdragen aan onderzoekscentra te verminderen, heeft de sector gewezen op het belang van R&D voor het behoud van de concurrentiekracht en aan Minister Collin gevraagd om de toelage aan het KBIVB te verhogen. Hondspeterselie Bingelkruid Zo krijg je propere bieten, het hele seizoen lang Een kleine dosis voor een groot resultaat! De beste resultaten op melganzenvoet in de of ciële proeven van 2013 en 2014 Melganzenvoet Varkensgra CENTIUM 36 CS (8925P/B - 360 g/l clomazone) is een product van FMC Chemical sprl. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. www.belchim.be Centium_250x92_BeNe_Bietplanter.indd 1 9/02/2015 9:38:01

4 COCO VLAANDEREN Suikerbieten en erosiemaatregelen: wat kan en wat kan niet? De randvoorwaarden erosie worden tot 2018 gefaseerd aangescherpt, met een aanpassing van de bestaande verplichtingen voor de paarse percelen op de erosiekaart (zeer hoge erosiegevoeligheid) en een uitbreiding van de verplichtingen voor de rode percelen ( hoge erosiegevoeligheid). Studiedagen, demonstratieprojecten, blinkende brochures het mocht niet baten, heel wat suikerbietplanters met erosiegevoelige percelen zien door de bomen het bos niet meer! De indruk is ontstaan dat al de bieten op de paarse en rode percelen voor 1 oktober zouden moeten gerooid zijn. Niets is minder waar! Toch zijn er heel wat knelpunten die de suikerbietteelt op deze percelen in een minder comfortabele positie plaatsen. Suikerbieten op de rode percelen * In het voorjaar kunnen zonder problemen op al de rode percelen suikerbieten geplant worden. Het rooitijdstip zal afhangen van de hoofdteelt die volgt op deze suikerbieten. Wordt er na de suikerbieten wintergraan of winterkoolzaad ingezaaid, dan mogen de bieten NA 1 oktober gerooid worden op voorwaarde dat het wintergraan of het winterkoolzaad wordt ingezaaid binnen maximaal 2 maanden na het rooien. De bodem mag dus maximaal 2 maanden onbedekt blijven. Ook moet het zaaien van het wintergraan of het winterkoolzaad verplicht gebeuren volgens de hoogtelijnen dit wil zeggen: volgens de richting die het best aansluit bij de hoogtelijnen als het perceel in die richting langer is dan 100 meter. De planter kan ook kiezen voor een nietkerende grondbewerking als hij niet volgens de hoogtelijnen kan of wil inzaaien. Wordt er na de suikerbieten zomergraan, vlas of Bijna 15 % van de suikerbietproductie in Vlaanderen was vorig jaar afkomstig van rode en paarse percelen (percelen met zeer hoge en hoge erosiegevoeligheid). spinazie ingezaaid, dan mogen de bieten NA 1 oktober gerooid worden op voorwaarde dat tijdig een groenbemester wordt ingezaaid die ten vroegste 2 weken voor de aanleg van het zaaibed wordt ingewerkt of vernietigd. Ook hier moet het zomergraan, het vlas of de spinazie volgens de hoogtelijnen ingezaaid worden of moet een nietkerende bodembewerking toegepast worden. Volgt er na de suikerbieten een andere teelt of een ruggenteelt, dan is de planter verplicht om vóór 1 oktober een groenbedekker in te zaaien dit houdt dus in dat de bieten VOOR 1 oktober moeten gerooid zijn! De planter kan, mits motivatie en het toepassen van andere erosiebestrijdende maatregelen, een uitzondering melden als de oogst pas later dan 30/09 kan gebeuren. Het formulier hiervoor en de manier waarop deze uitzondering moet aangemeld worden (o.a. vermelding van de alternatieve maatregelen), is te vinden op www.vlaanderen.be/landbouw/randvoorwaarden (onderaan de bladzijde). OPGELET momenteel is dit nog het formulier voor de situatie 2014 (paarse percelen) in de loop van 2015 zal een aangepast formulier voor de situatie 2015 op de website ter beschikking zijn (paarse én rode percelen). OPGELET - op de rode percelen geldt vanaf 2016 voor de ruggenteelten een verplichting tot het aanleggen van drempeltjes dwars tussen de ruggen en voor de andere teelten geldt vanaf 2018 de verplichting de bodem niet-kerend te bewerken. Concreet: vanaf 2018 is, voor de inzaai van o.a. suikerbieten, ploegen niet langer toegelaten maar moet het zaaibed klaargelegd worden via een niet kerende grondbewerking. Suikerbieten op de paarse percelen * Op deze percelen gelden, wat de suikerbiet- en volgteelten betreft, dezelfde voorwaarden zoals bij de rode percelen. De suikerbieten moeten evenwel reeds vanaf 2015 door middel van een niet kerende grondbewerking ingezaaid worden. OPGELET - op de paarse percelen is de aanleg van ruggenteelten met een frees vanaf 2016 verboden en mogen er geen ruggenteelten meer aangelegd worden vanaf 2018. Verder moet er voor de paarse percelen over gewaakt worden dat voldaan wordt aan de verplichte teeltrotatie. Dit houdt in dat slechts 1 X om de drie jaar maïs, groenten, een ruggenteelt of aardbeien mag aangelegd worden, waarbij de 2 andere jaren een minder erosiegevoelige teelt moet ingezaaid worden. Minder erosiegevoelige teelten zijn de teelten die het jaar rond een volledige bedekking bieden, zijnde wintergraan, winterkoolzaad, zomergraan, vlas en spinazie. Ook maïs volgens strip-till, teelten volgens mulchzaai en teelten met meer dan 80 % waterdoorlatende bodembedekking tussen de rijen worden als minder erosiegevoelig beschouwd. vervolg op p.9 (*) tekst opgemaakt i.s.m. Departement Landbouw en Visserij Afdeling Inkomenssteun / Dienst Beleid. Dat strooit zoooooo goed! Korn-Kali overtuigt met de beste strooi-eigenschappen tijdens het toepassen. Met dank aan de volledig in water oplosbare voedingsstoffen voorziet deze meststof (40 % K₂O, 6 % MgO, 4 % Na₂O, 12,5 % SO₃ ) uw gewassen optimaal van kalium, magnesium, natrium en zwavel voor een betere weerstand tegen vorst en een uitgebalanceerde waterhuishouding. Voor meer informatie zie www.kalibenelux.com K+S KALI GmbH www.kali-gmbh.com info@kalibenelux.com Een onderneming van de K+S Gruppe

KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT TOT VERBETERING VAN DE BIET VZW Molenstraat 45, B-3300 Tienen - info@kbivb.be - www.irbab-kbivb.be 5 De suikerbiet en haar teelttechniek PVBC - PROGRAMMA VOORLICHTING BIET CICHOREI, IN HET KADER VAN DE PRAKTIJKCENTRA Rubriek opgesteld en medegedeeld onder de verantwoordelijkheid van het KBIVB, J.-P. Vandergeten Directeur KBIVB, met de financiële steun van de Vlaamse overheid. Aandachtspunten bij het klaarleggen van de grond en de zaai van suikerbieten Jean-Pierre VANDERGETEN (KBIVB vzw - IRBAB asbl) Het contact van het zaad met vocht, een zo hoog mogelijke temperatuur in de directe omgeving van het zaad en een goede verluchting van de grond zijn de drie elementen die de kieming zullen bevorderen. Het klaarleggen van de grond moet deze elementen bevorderen en een regelmatig bodemprofiel verzekeren voor een goede ontwikkeling van de jonge wortel. De zaaimachine moet zorgen voor een regelmatige aflegging van het zaad zowel op afstand als in de diepte. Deze twee handelingen zijn van cruciaal belang voor een goede kieming van de zaden en een homogene opkomst van de jonge plantjes. Een homogene opkomst vergemakkelijkt de onkruidbestrijding in de bieten evenals de rooi. De holle of compacte zones verstoren de wortelontwikkeling. Dit vertaalt zich over het algemeen in een lagere opbrengst, rooiverliezen en een hogere grondtarra. Niet-kerende bodembewerking en zaaibedbereiding De biet heeft een regelmatig, homogeen en continu bodemprofiel nodig voor een goede wortelontwikkeling en een goede opbrengst. Klaarleggen van de grond Het losbreken van de grond in de diepte had idealiter moeten gebeuren op het einde van de zomer of in de herfst. Sommige jaren wanneer we een meer consistente vochtigheid aan de oppervlakte hebben, is het soms nodig een paar dagen extra te wachten voor het zaaibed klaar te leggen. In deze omstandigheden is het soms nuttig om de grond op voorhand open te trekken om hem enigszins te laten opdrogen. De zaaibedbereiding zorgt ervoor dat de organische resten gemengd worden met de grond wat zeer doeltreffend is om erosie te bestrijden. De zaaibedbereiding mag oppervlakkig en grof zijn maar met een beetje fijne grond om het zaad te bedekken. De zaaibedbereiding heeft eveneens een invloed op de vijanden daar zij de gangen van de bosmuizen, slakken en ander ongedierte verstoort die waarschijnlijk de jonge plantjes kunnen aantasten. Wielsporen zijn absoluut niet gewenst in de technieken van niet kerende grondbewerking! Winterploegen De bewerking van het geploegd land en de zaaibedbereiding kunnen in één of twee werkgangen gebeuren. De bodembewerking kan slechts gebeuren op een goed opgedroogde grond. Het is raadzaam om de grond niet te lang van tevoren open te trekken om uitdrogen te voorkomen. Men moet ook vermijden om te diep te woelen en te veel werkgangen uit te voeren. Overhaaste interventies en vooral met aangedreven werktuigen kunnen het gladstrijken van de grond veroorzaken hetgeen later de wortelontwikkeling zal verstoren en de opbrengst zal beïnvloeden. In behoorlijk dichtgeslagen percelen kan een zaaibedbereiding in twee werkgangen, met een zekere periode ertussen, nodig zijn. In kleigronden kan vóór de winter geploegd en grof klaargelegd worden. Hierdoor kan men het in de lente oppervlakkig klaarleggen en dus ook zeer vroeg zaaien. Voorjaarsploegen De grond mag niet meer dan 12-13% klei bevatten voor het voorjaarsploegen. Het perceel moet homogeen zijn en geen grote kleizones bevatten. Men moet altijd een systemisch niet-selectief totaalherbicide gebruiken en vervolgens voor het ploegen de grond met een triltand bewerken zonder hem te veel te verkruimelen. De bewerkingen moeten elkaar zeer snel opvolgen om de uitdroging van de grond te voorkomen: ploegen, klaarleggen en zaai. Het gebruik van dubbele banden en een rol vooraan is essentieel voor goede aandrukking van de geploegde bodem over de gehele werkbreedte. De niet-kerende bodembewerking en de resten van bodembedekkers verzekeren een goede bescherming tegen erosie door water.

6 Zelfs al zijn wij geen voorstander van een losbreken van de grond in het voorjaar, kan dit alleen overwogen worden in zeer lichte gronden en op twee voorwaarden: - de bodem moet perfect opgedroogd zijn op de diepte van het losbreken; - men moet zware elementen gebruiken (crosskill, spiraalrollen, ) om de grond aan te drukken (net als zeer compacte zones, leiden ook holle zones tot de vorming van vertakte wortels). Bij niet kerende grondbewerking is direct zaaien aanbevolen in twee situaties: - zeer steile hellingen groter dan 6%; - gronden met zeer veel wilde bieten (proeven hebben aangetoond dat men onder bepaalde voorwaarden de aanwezigheid van wilde bieten met 80% vermindert, vooral indien men een vals zaaibed aanlegt in de zomer, gevolgd door een behandeling met glyfosaat vooraleer men de bodembedekker zaait). In de eerdere vergelijkende proeven waren de mechanische zaaimachines nauwkeuriger dan de pneumatische. Zij zijn uitgerust met uitwerpers en de uitwerpsnelheid van het zaad komt vaak overeen met de zaaisnelheid. De valhoogte is over het algemeen erg laag. Dit alles stelt hen in staat om een hogere nauwkeurigheid te bereiken. De maximum zaaisnelheid bedraagt ongeveer 7 tot 7,5 km/u. Recente proeven tonen dat de pneumatische zaaimachines Kuhn Maxima en Monosem NG+4 de prestaties van de beste mechanische zaaimachines benaderen. De zaaikouters De fabrikanten stellen verschillende vormen van zaaikouters voor. Ongeacht de zaaimachine, moet men vermijden om met versleten of weinig geslepen zaaikouters te werken. In dit geval kunnen de zaden in de lengterichting of lateraal rollen. Hieruit volgt een daling van de nauwkeurigheid en soms het ontbreken van aandrukking wanneer men werkt met smalle aandrukwielen. Goed om weten Hoe weet ik of een bodem voldoende opgedroogd is? Door een schep aarde te nemen en ze voor zich uit te werpen. Als de aarde compact is en niet uit elkaar valt, is het raadzaam te wachten! Hoe kan ik weten of men de zaaibedbereiding kan uitvoeren? Neem de aarde van de oppervlakkige laag in de hand en druk erop. Indien deze aan de hand plakt moet men wachten. Wanneer zaaien? Ideaal is om een zaai te overwegen indien men binnen de 2 tot 3 dagen die erop volgen, geen regen aankondigt. Wat te doen in geval van diepe bodembewerkingen in het voorjaar? Gebruik altijd zware elementen (crosskill, spiraalrollen, ) om de grond opnieuw aan te drukken. Bodems met holle ruimtes zijn even schadelijk voor de wortelontwikkeling dan compacte bodems! Opgepast : rotoreggen hebben geen aandrukwerking! Opgepast voor verdichting vóór de zaai. De doorgangen met zware machines voor het injecteren van drijfmest, bemesting, bodembewerking, veroorzaken compacte zones in de bodem. Dit effect is meer uitgesproken bij niet-kerende bodembewerking! Om de gevolgen te beperken, moet men de mogelijkheden analyseren om de ballast te verminderen, de bandenspanning aan te passen, zelfrijdend materiaal te gebruiken,... Zaai en zaaimachines De zaaidiepte en de positionering van het zaad in de grond De diepte instelling is waarschijnlijk het delicaatste punt. Dit bepaalt de opkomst en de ontwikkeling van de wortels. Het doel is om de zaden in aangedrukte, vochtige grond te plaatsen maar met voldoende ventilatie. Over het algemeen zal men vermijden om het zaad te bedekken met meer dan 2 tot 2,5 cm aarde. Om de werkdiepte goed te bepalen, moet men de afstellingen doen op een vlakke ondergrond door blokken of planken van identieke dikte onder de steunwielen en de aandrukwielen te plaatsen. Op deze manier kan men nauwkeurig de werkdiepte van de zaaikouters afstellen en kan men de overeenkomstige instelling van de regelstangen controleren. Daarna zal een correctie op het perceel gebeuren. Vergeet niet de bandenspanning te controleren! Het doel van het aandrukwiel is om het zaad goed in de vochtige grond te drukken maar men moet absoluut vermijden om aarde op het zaad te drukken. In dit geval zou de slechte verluchting van de bodem vlakbij het zaad de opwarming van de bodem verhinderen. De zaaikouters zijn dus een essentieel element om dit te vermijden. De zaadbedekking De bedekking van het zaad gebeurt door holle wielen, in V geplaatst, met rubberen vlak, Het doel is om de zaaivoor goed te sluiten door een regelmatige hoeveelheid aarde boven op het zaad te brengen en om te vemijden om aarde op het zaad te drukken. Bij het onderhoud van de zaaimachine moet men er voor zorgen dat de elementen goed uitgelijnd zijn (kluitenruimers, zaaikouters, aandrukwiel en bedekkingswiel perfect uitgelijnd!). Afdekelementen die uit het centrum liggen werken naast de zaaivoor. Voor diegenen die met V-wielen werken, is de afstelling van de afstand van deze wielen van essentieel belang. Te ver uit elkaar staande V-wielen leggen de zaden bloot. Voor niet-kerende bodembewerking bestaat er aangepast afdekuitrusting! De nauwkeurigheid van de plaatsing en de aandrukking van de zaden De plaatsing van het zaad is rechtstreeks afhankelijk van het ontwerp van het zaaielement en van de zaaisnelheid. Er is een directe invloed op de kwaliteit en vooral op de ontblader- en ontkoppingskwaliteit, zelfs op de grondtarra. De proeven tonen dat de laatste generaties van pneumatische zaaimachines van bepaalde constructeurs de precisie van zaadaflegging van de beste mechanische zaaimachines benaderen. Specifieke raadgevingen voor de zaai bij niet-kerende bodembewerking Er moet rekening gehouden worden met een aantal overwegingen: - kies voor zaaimachines of loonwerkers die beschikken over aangepast materiaal: zaaischijven, overbrenging van de last op de zaaielementen, aangepaste afdekkingselementen; - de bodem enkele uren laten opdrogen blijft altijd van toepassing; - controleer de druk op het aandrukwiel en aarzel niet om een intensieve aandrukking te bekomen; - zaai systematisch op 2,5 cm diepte zonder rekening te houden met de zaaidatum. Indien de techniek goed wordt toegepast is het risico op korstvorming minimaal; - een afstand van 20 cm tussen de zaden niet overschrijden; - wanneer mogelijk «lichte» tractors kiezen om de zaai uit te voeren en aarzel niet om met brede en lage druk banden te werken. Besluit De biet is een plant met wortels die meer dan 2 m diep kunnen gaan. Om een optimale wortelontwikkeling te hebben, heeft de biet een egaal, diep, stevig en voldoende doorlatend profiel nodig zonder aangedrukte of dichtgestreken zones, en zonder ophopingen van organisch materiaal. De oppervlakkige laag van 0-10 cm moet stevig zijn en een goede cohesie vertonen om te zorgen voor een snelle ontwikkeling van de jonge wortel met een efficiënte watervoorziening. De laag 10 tot 20 cm mag geen onderbrekingen vertonen en goed voorzien zijn van voedingselementen, zodat de wortel zich goed kan ontwikkelen. De zaaimachines zijn van hoge kwaliteit, zodat ze mits een oordeelkundige keuze van optionele uitrusting, kunnen zaaien in alle bodem- en teeltomstandigheden. De proeven tonen duidelijke verschillen aan tussen de materialen. De proeven tonen dat sommige pneumatische zaaimachines (Kuhn Maxima en Monosem NG+4) hun precisie verbeterd hebben en concurrentieel zijn met de mechanische zaaimachines. Aanvullende proeven met zaaimachines zullen dit jaar worden uitgevoerd met de collega s van het Franse instituut (ITB). Een goede zaaibedbereiding en een goed uitgevoerde zaai zijn dikwijls een garantie voor een snelle en homogene opkomst. Zij kunnen latere risico s beperken en de opbrengsten verhogen.

7 Suikergehalte en stikstofbemesting Suikergehalte in 2014 Het bietenjaar 2014 heeft nieuwe records bereikt voor de nationale waarden van wortelopbrengst (85,671 t/ha*) en suikeropbrengst (14,726 t/ha*). Daarentegen zijn er veel bietentelers die een iets hoger suikergehalte hadden verwacht (nationaal gemiddelde: 17,19 %*). Zoals hieronder weergegeven, was de evolutie van het suikergehalte in de maanden augustus en september blijkbaar normaal in 2014, hoewel iets lager dan het gemiddelde van de laatste 7 jaar (NVDR: wij zullen in dit artikel refereren naar de bietenproductiejaren sinds de hervorming van het suikerregime). In deze grafiek evolueert het suikergehalte gemeten in augustus en september 2014 lineair tot de eindwaarde. Het herstelt zich niet tot een hogere eindwaarde, zoals in sommige jaren waargenomen. * definitieve opbrengstcijfers voor 2014. 19.0 18.5 18.0 17.5 17.0 16.5 16.0 15.5 15.0 14.5 14.0 04 10/08 18 24/08 01 07/09 Fin(a)al 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2008 2013 Figuur 1. Evolutie van het suikergehalte (verticale as) volgens de 3 bemonsteringsdata uitgevoerd door de suikerfabrieken en finaal suikergehalte voor de jaren 2008 tot 2014 (bron: landbouwkundige dienst van de suikerfabrieken). Zwarte stippellijn: gemiddelde van de jaren 2008 tot 2013). Tijdens de leveringsperiode in 2014 bleef de evolutie van het suikergehalte in feite één van de laagste (zoals in 2010) en één van de meest stabiele, ten opzichte van de andere jaren (Figuur 2). De waarde bij de start van de fabrieksrecepties was niet echt laag. Anderzijds is zij later niet echt verhoogd, zoals over het algemeen waargenomen in september en/of oktober. Guy LEGRAND, André WAUTERS (KBIVB vzw - IRBAB asbl) Een teveel aan stikstof nog beschikbaar na het sluiten van de rijen bevordert de bladgroei ten koste van de suikeraccumulatie in de wortel. De bladziekten beperken de fotosynthese en kunnen ook de vorming van nieuwe bladeren in de hand werken ten koste van het geaccumuleerde suikergehalte in de wortel. Zoals blijkt uit de grafiek hieronder, zijn de wortelopbrengst en het suikergehalte niet noodzakelijk gelinkt om een hoge suikeropbrengst te bekomen. Op basis van de 3 jaren met een record nationale suikeropbrengst (2014: 14,73 t/ha, 2011: 14,43 t/ha, 2009: 14,39 t/ha), was de wortelopbrengst de hoogste in 2014 (85,67 t/ha), maar het suikergehalte was het laagste van de 3 jaar (17,19%). Deze situatie is het tegenovergestelde van 2009 met 77,17 t/ha wortels aan 18,66% suiker. De waarden van 2011 bedroegen 81,17 t/ha wortels aan 17,80% suikergehalte. 90 85 80 75 70 65 60 2008 2010 2012 2013 2009 2011 2014 Figuur 3. Wortelopbrengst (Wha), suikergehalte (%S) en gepolariseerdesuikeropbrengst (Sha), van 2008 tot 2014. De vegetatieperiode bevordert rechtstreeks de wortelopbrengst en dus de suikeropbrengst. 2011 had de vroegste (27 maart) 50-zaaidatum (50% van de oppervlakte gezaaid), gevolgd door 2014 (31 maart). 2009 had een normale 50-zaaidatum (5 april). De weersomstandigheden waren echter zeer veschillende tussen de drie jaren (Figuur 4). Zij kunnen worden samengevat volgens hun gunstige (+++), nul (0) of negatieve (---) effecten op het niveau en de evolutie van het suikergehalte in de volgende tabel: 19 18 17 16 15 14 13 12 11 Wha (t/ha) %S Sha (t/ha) 19.5 19.3 19.1 18.9 18.7 18.5 18.3 18.1 17.9 17.7 17.5 17.3 17.1 16.9 16.7 16.5 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2008 2013 Jaar Temperatuur Zonneschijnduur Regenval 2009 Hoog in augustus Hoog in juli en zeer Zeer laag in augustus en hoog in augustus september +++ +++ +++ 2011 Dicht bij de standaard op het einde van het seizoen Zeer laag in juli en augustus / hoog in september en oktober Zeer hoog in augustus 0 --- / +++ --- 2014 Hoog in september en Zeer laag in augustus Hoog in juni, juli oktober en augustus --- --- --- 20 300 18 Figuur 2. Evolutie van het suikergehalte (nationaal daggemiddelde) tijdens de bietencampagnes, van 2008 tot 2014 (bron: CBB). Zwarte stippellijn: gemiddelde van de jaren 2008 tot 2013. Temp ( C) 16 14 250 200 12 150 Een finale waarde van 17,19% suikergehalte is echter niet «slecht». Bij een terugblik van meerdere jaren (20 of 30 jaar), is het nationale Belgische suikergehalte in regelmatige evolutie (+0,05 tot +0,07 punten rijkheid/jaar, afhankelijk van de in acht genomen termijn). Soms is de jaarlijkse waarde iets lager dan de in theorie verwachte evolutie. 10 8 190 A M J J A S O N 100 50 A M J J A S O N Hoog suikergehalte Talrijke criteria kunnen vermeld worden voor het vaststellen van een hoog suikergehalte in de biet en ook op het niveau van nationale of individuele prestaties. De meest voor de hand liggende criteria zijn: de weersomstandigheden van het jaar (vooral deze tijdens het tweede deel van de vegetatie), de rassenkeuze, de rooidatum, de kwaliteit van de rooi en de bewaartijd. Andere criteria spelen eveneens mee, zoals: de aanwezigheid van een overmaat aan stikstof nog beschikbaar in het tweede deel van de vegetatie (en dus eveneens het type en de totale dosis van stikstofbemesting), de bladziekten. mm 180 170 160 150 140 130 120 110 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 A M J J A S O N Figuur 4. Gemiddelde temperatuur, zonneschijnduur (aantal uren) en regenval (hoeveelheid in mm), van april tot november, voor de jaren 2009 (groene lijn), 2011 (blauwe lijn), 2014 (rode lijn) en standaard (zwarte stippellijn) te Ukkel. (Bron: KMI).

8 Evolutie van het suikergehalte in 2009, 2011 en 2014 Volgens Figuren 1, 2 en 4 en de Tabel hierboven, wordt verstaan dat: - In 2009: het suikergehalte was zeer hoog vanaf augustus en begin september, dankzij de temperatuur en de zonneschijn van augustus die de fotosynthese en de suikerproductie in de bladeren geactiveerd hebben. Deze suikerproductie werd niet verdund in de wortels door de lage neerslaghoeveelheid van augustus en september. - In 2011: het suikergehalte was gemiddeld in augustus en laag begin september door de verdunning van het suiker in de wortels door de zeer korte zonneschijnduur in juli en augustus en de zeer hoge neerslaghoeveelheid in augustus. Het suikergehalte is daarna aanzienlijk gestegen in oktober tot november als gevolg van de belangrijke zonneschijnduur in september en oktober. - In 2014: de neerslaghoeveelheid in juni, juli en augustus was gunstig voor het metabolisme van de plant en de toename van het wortelgewicht (zeer hoog vanaf het begin van de rooicampagne). Deze regens hebben het suikergehalte in de wortel verdund. Bij de start van de suikerfabrieken was het suikergehalte even laag als in 2011, eveneens als gevolg van de lage zonneschijnduur in augustus (zoals in 2011). Daarna heeft de zonneschijnduur van september en oktober 2014 het suikergehalte niet kunnen verhogen zoals in 2011. Omgekeerd zijn het eerder de hoge temperaturen van september en oktober die gunstig waren voor het metabolisme van de plant en de bladhergroei. Met ziet in Figuur 2 dat het verlies aan suikergehalte op het einde van de campagne zeer vergelijkbaar is voor alle jaren. De lange bewaartijden van sommige hopen lijken niet nadelig te zijn in 2014. De bladziekten, intenser en soms slecht beheerd in sommige velden in 2014, hebben het suikergehalte waarschijnlijk verminderd in de meest aangetaste velden, als gevolg van de bladhergroei bevorderd door de gunstige temperaturen in september en oktober. Deze waarneming kan niet worden veralgemeend naar het hele Belgische bietenareaal (noch die van de buurlanden waar het suikergehalte over het algemeen relatief laag was in 2014). Het fenomeen van een laag suikergehalte in 2014 is dus niet plaatselijk maar eerder algemeen. Suikergehalte en beschikbaarheid van de stikstof haar ontwikkeling immers wanneer de beschikbare stikstof schaars wordt. In het ideale geval moet zij een maximum beschikbare stikstof hebben opgenomen voor het eind van de zomer. In dit geval gebruikt zij haar stofwisseling om suiker te accumuleren en geen nieuwe overtollige bladeren te produceren. Bij de rooi (gemiddelde van 10 proeven) bedroeg het stikstofgehalte in de wortel ±130 kg N/ha, met een variatie van ±15%, dit is een iets te hoog stikstofgehalte voor de helft van de velden. Het elfde veld werd opgevolgd in samenwerking met de Bodemkundige Dienst van België (BDB, Heverlee). Dit veld had een grote hoeveelheid mosterd als groenbemester, vernietigd en ingewerkt 15 dagen vóór de zaai. Het advies opgemaakt met de theoretische berekening van het KBIVB bedroeg 150 kg N/ha, vanwege het ingewerkte stro van tarwe en de totale afwezigheid van toegediend organisch materiaal. In dit veld bevatte het bodemprofiel (0-90 cm) van de verschillende naakte percelen gemiddeld meer dan 400 kg N-NO3/ha in augustus. Bij de rooi (begin november) bevatte het bodemprofiel (0-90 cm) gemiddeld nog slechts ±35 kg N/ha. Het stikstofgehalte in de wortels daarentegen bedroeg ±200 kg N/ha, het gemiddeld suikergehalte bedroeg 16,25%! (NVDR: Het stikstofgehalte in de bladeren kon niet worden gemeten door de sterke aantasting van cercospora). In dit veld had het teveel aan stikstof ernstige gevolgen voor het suikergehalte (en de extraheerbaarheid). De gemiddelde hoge temperaturen van september en oktober 2014 (respectievelijk +1,6 C en +2,5 C) waren dus gunstig voor de mineralisatie van de bodem. Hierdoor was er een overmaat aan beschikbare stikstof en een hervatting van de groei, allemaal ten koste van de verhoging van het suikergehalte. Berekening van een beredeneerde stikstofbemesting: Theoretische module KBIVB Het KBIVB biedt sinds talrijke jaren een zeer eenvoudige berekening van de dosis minerale stikstofbemesting toe te dienen in aanvulling op hetgeen de bodem en de toedieningen van organisch materiaal zullen vrijgeven voor de biet (Figuur 6). We moeten niet vergeten dat 2014 het warmste jaar was waargenomen sinds 1833 in België, met een gemiddelde temperatuur te Ukkel van 11,9 C (norm: 10,5 C). Vooral januari, februari, maart, april, september, oktober en november waren de warmste maanden. De grond werd in de winter niet bevroren (iedereen herinnert zich dat de groenbemesters niet werden vernietigd tijdens de winter 2013/2014). De mineralisatie van de organische stof van de bodem (en de (zeer) belangrijke biomassa van de (zeer) laat ingewerkte groenbemesters) werd vanaf april zeer snel hervat. Inderdaad, als maart en april warmer waren dan de standaard, geldt hetzelfde voor de temperatuur in de bouwlaag op het moment dat de mineralisatie van de bodem opnieuw start. April was 2,6 C warmer dan de norm te Ukkel. Dit kan geïllustreerd worden door talrijke opvolgingen van de evolutie van de stikstofmineralisatie in het bodemprofiel (0-90 cm) uitgevoerd door het KBIVB in 2014 (Figuur 5). kg N NO3/ha 450 400 350 300 250 200 150 100 50 0 M M J J A R Figuur 6. De module «Advies voor minerale stikstofbemesting», opgesteld volgens het theoretisch bilan, is sinds 2006 beschikbaar op de website van het KBIVB. Deze module is gebaseerd op enkele elementen die de bietenteler gemakkelijk kan bepalen. Deze module werd sindsdien reeds meer dan 12.000 keer geraadpleegd. De dosis minerale stikstofbemesting toe te dienen door de bietenteler en bepaald door deze Theoretische module voldoet perfect aan de behoeften van de teelt. Het is niet nodig deze waarde te overdoseren met het risico om de aanbevolen dosis te overschrijden en de uiteindelijke opbrengst te benadelen. In vergelijking met andere modellen voor stikstofbemestingsadvies, is de dosis opgemaakt door de module KBIVB niet te laag en niet te hoog. Deze dosis kan echter worden verminderd met 20% tot 30%, door het toepassen van stikstof in de rij bij de zaai (Figuur 7). Figuur 5. Evolutie van de hoeveelheid minerale stikstof (verticale as) (gemiddelden en standaarddeviaties van 11 proefplaatsen) in 2014 tussen maart en augustus (naakte percelen, zonder bieten, maar die het supplement minerale stikstofbemesting gekregen hebben, gebaseerd op het advies opgesteld door de theoretische module van het KBIVB). Legende: R: gemiddelde bodemprofiel (0-90 cm) bij de rooi, onder bieten. Vóór de zaai van bieten bevatte het gemiddeld profiel van alle proeven ±50 kg N-NO3/ha in de laag 0-90 cm. Na toediening van het supplement minerale stikstofbemesting (gebaseerd op de theoretische berekening opgesteld door het KBIVB), was het gemiddelde van de profielen gestegen tot ±270 kg N-NO3/ha in mei, ±280 kg N-NO3 in juni, ±300 kg N-NO3/ha in juli en ±330 kg N- NO3 /ha in augustus. Bij de rooi, onder bieten, bevatte het gemiddeld profiel nog ±30 kg N-NO3/ha (alle rooidata in aanmerking genomen). Men kon dus stellen dat, in 2014 en volgens deze proeven, het bodemprofiel meer dan voldoende stikstof beschikbaar voor de bieten bevatte, tussen mei en augustus. Algemeen wordt aangenomen dat de biet ±250 kg N/ha nodig heeft voor haar ontwikkeling en om haar productiepotentieel zo goed mogelijk te benutten. Bij de rooi bevat zij meestal 100 tot 120 kg N/ha in haar wortel. De rest van de opgenomen stikstof wordt teruggevonden in de bladeren bij de rooi (±150 kg N/ha en meer afhankelijk van de beschikbaarheid). Onder suikerbieten is het bodemprofiel bij de rooi over het algemeen laag in stikstof (reststikstof). De biet vermindert Figuur 7. De toediening van minerale stikstofbemesting in de rij bij de zaai kan de aanbevolen dosis in sommige gevallen verminderen met 20% tot 30% (proefmateriaal KBIVB).

COCO VLAANDEREN 9 Suikerbieten en erosiemaatregelen: wat kan en wat kan niet? vervolg van p.4 Planters die op rode en/of paarse percelen ook aardbeien telen en/ of fruitaanplantingen hebben moeten zich hierover verder informeren. Voor deze teeltcategorieën gelden andere specifieke maatregelen. Tot slot: planters die, rekening houdende met bovenstaande maatregelen en verplichtingen, toch problemen vrezen m.b.t. de suikerbietproductie op erosiegevoelige percelen, wordt aangeraden zo snel als mogelijk hun landbouwkundige hiervoor te contacteren. Wat nu verder.? Als suikerbietsector zijn we niet gelukkig met de huidige maatregelen en verplichtingen en nemen we, net zoals sommige andere sectoren dit doen, initiatief om de regelgeving bij te sturen. Bijna 15 % van de suikerbietproductie in Vlaanderen was vorig jaar afkomstig van rode en paarse percelen! Ook de suikerfabrikanten en het Bieteninstituut wensen bijsturingen omdat de kostprijs van de logistiek van de bietenbevoorrading niet nodeloos mag oplopen én omdat het rendement van de teelt op de erosiegevoelige percelen niet in gevaar mag komen. Zo is het bv. op logistiek vlak onmogelijk om aparte ophaalrondes te organiseren voor bieten afkomstig van erosiegevoelige percelen, die voor 1 oktober moeten gerooid worden. Deze (onvolgroeide) bieten zullen langer dan normaal in de hoop moeten blijven liggen alvorens opgehaald te kunnen worden, met aanzienlijke kwaliteitsverliezen tot gevolg. Afhankelijk van het teeltjaar en de opbrengstverwachtingen (geraamd op basis van drie staalnames in augustus en begin september), maar ook afhankelijk van de suikervoorraden en de beschikbare opslagcapaciteit in de fabrieken, kan het gebeuren dat de suikerbietcampagne pas zeer laat van start gaat (bv. Iscal startte in 2014 pas op 1/10!). De startdatum van de suikerbietcampagnes wordt pas einde augustus begin september beslist! Ook de gevolgen van de maatregelen m.b.t. minimale bodembedekking en minimaal landbeheer mogen niet onderschat worden. De ziektedruk dreigt te verhogen met hogere behandelingskosten tot gevolg, de zaaidichtheid moet verhoogd worden met een hogere zaadkost tot gevolg en er moet geïnvesteerd worden in aangepaste zaaimachines (naar schatting 50 % van de planters zaait zelf de bieten met eigen materiaal). Uit proeven blijkt daarenboven dat, al naargelang de omstandigheden, niet kerende grondbewerking kan leiden tot serieuze opbrengstverliezen en moeilijk haalbaar is in de leem- en zandleemstreek. De rendabiliteit staat bijgevolg onder zeer zware druk op de erosiegevoelige percelen. Kritiek is er ook op het negeren van de inspanningen die menig landbouwer in het verleden reeds deed (op vrijwillige basis) via technische (grasbufferstroken, wachtbekkens, ) en andere ingrepen om erosie te voorkomen. Deze inspanningen gedurende de voorbije 10 à 15 jaar leidden in de meeste gevallen tot positieve resultaten. De landbouwers die eraan deelnamen, en die vaak door collega s de rug werden toegekeerd, worden in plaats van beloond afgestraft met nog strengere maatregelen! Nochtans blijkt dat eenvoudige maatregelen en ingrepen garant staan voor het beste resultaat, zonder dat de specificiteit en de rendabiliteit van de teelt in gevaar komt én waarbij ook kan ingespeeld worden op grillige klimatologische omstandigheden. ERIC VAN DIJCK SECRETARIS COCO VLAANDEREN Meer informatie: l www.vlaanderen.be/landbouw/praktijkgidswater en doorklikken op katern erosie l www.dov.vlaanderen.be/erosie en doorklikken naar potentiële bodemerosiekaart per perceel 2015 l www.vlaanderen.be/landbouw/randvoorwaarden - hier vindt u informatie m.b.t. de randvoorwaarden en kunt u ook de formulieren ophalen om een aanvraag te doen tot verlaging van de erosiegevoeligheid van uw percelen of om een melding te doen van afwijking van de uiterste oogstdatum. Isoglucose Tereos overweegt de bouw van een fabriek in Oostenrijk Tereos, vijfde wereldproducent van suiker en tweede Europese producent van zoetstoffen uit granen, zet zijn groei op de markt van vloeibare zoetstoffen in Midden-Europa voort via een partnerschapsovereenkomst met Jungbunzlauer, wereldwijd marktleider op het gebied van citroenzuur. Door het einde van de suiker- en isoglucosequota in 2017, zal de markt van vloeibare zoetstoffen groeien in Europa en met name in Centraal- Europa. Het is de reden waarom Tereos een partnerschapsakkoord sluit met de Oostenrijkse groep Jungbunzlauer. De overeenkomst ondertekend door de twee groepen omvat verschillende luiken. Enerzijds, wordt de bevoorrading van de Elzassische fabriek van Jungbunzlauer vanuit de zetmeelfabriek van Tereos in Marckolsheim (Elzas) veiliggesteld op lange termijn. De fabriek van Jungbunzlauer gebruikt gehydrolyseerd zetmeel voor de productie van verschillende organische zuren, zouten en erythritol. Anderzijds, zal Tereos in Oostenrijk vloeibare glucosestropen commercialiseren die geproduceerd zijn uit granen in de fabriek van Jungbunzlauer te Pernhofen. Een ander luik van de overeenkomst: Tereos bestudeert op de site van Pernhofen de bouw van een productie-eenheid voor isoglucose, een van de performanste van Midden-Europa. Postquotum Met het einde van de quota zou de isoglucoseproductie kunnen toenemen in de EU-landen met graanoverschotten zoals Frankrijk, Duitsland, Polen, Oostenrijk en de Tsjechische Republiek. In die landen zal het prijsverschil tussen suikerbieten en granen een belangrijke variabele worden om de substitutievoet tussen suikerbieten en granen te bepalen. Het is weinig waarschijnlijk dat de productie van isoglucose stijgt in de EU-landen met een deficitaire graanproductie, zoals het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Nederland en België en in de meeste Zuid-Europese landen zoals Portugal, Spanje, Italië en Griekenland. In de landen met een suikertekort en een graanoverschot, zoals de Oost-Europese landen (Roemenië, Bulgarije, Hongarije, Slovakije, evenals de Baltische landen), zou de isoglucoseproductie ook kunnen toenemen. Hongarije, Bulgarije en het Slovakije behoren al tot de grootste bezitters van isoglucose-quota in de EU, met respectievelijk 250.300 ton, 89.200 ton en 68.100 ton. Versterkt de na-opkomstbehandeling. Uitstaande melde Kleefkruid Melganzenvoet Herik 0,5-1 L in menging met het FAR-systeem Selectief vanaf het kiembladstadium van de bieten Belchim Crop Protection nv/sa Technologielaan 7-1840 Londerzeel www.belchim.be AVADEX 480 (7785P/B - 480 g/l tri-allaat) is een product van Gowan C.I.S. Lim. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. Avadex_BeNe_250x177.indd 1 6/02/2015 15:14:57

10 ZAADPRIJZEN Prijs bietenzaad (+ insecticide) 2015 Prijzen bij TS Prijzen bij IS Ras Selectiehuis Mandataris Potentieel inkomen Witsuiker /ha Wortels netto Rijkheid Geleverde grond Totale tarra 2015 2015 vs 2014 2015 2015 vs 2014 RHIZOMANIE - 3 jaar - Bevestigde rassen Bernadetta KWS KWS KWS Benelux 98,3 98 95 97 104 103 234,67 0,00% 234,69 0,00% Escault Syngenta Syngenta Seeds 99,5 99 102 97 92 86 243,36 1,51% 243,34 1,51% Gondola KWS KWS KWS Benelux 102,6 103 101 101 104 107 246,69 0,00% 246,68 0,00% Goodwood Betaseed Clovis Matton 97,1 97 95 102 93 100 238,18-0,91% 238,18-0,91% Husky SESVanderHave SESVanderHave 93,9 95 97 97 113 100 - - - Magellan SESVanderHave SESVanderHave 93,7 94 97 98 120 104 - - - Mercator SESVanderHave SESVanderHave 94,4 95 99 96 107 98 238,88 0,69% 238,89 - Pasteur Strube De Wulf Agro 91,3 92 95 97 107 100 - - - Rosalinda KWS KWS KWS Benelux 98,6 99 103 97 107 102 232,52 0,00% 232,51 0,00% Texel SESVanderHave SESVanderHave 93,8 95 97 97 120 100 - - - Timothea KWS KWS KWS Benelux 100,9 102 102 99 111 107 239,05 0,00% 239,05 0,00% RHIZOMANIE - 2 jaar - Recente rassen Annelaura KWS KWS KWS Benelux 103,4 103 100 103 105 96 251,07 0,00% 251,04 0,00% Bandera KWS KWS KWS Benelux 101,1 101 99 102 102 109 - - - BTS 110 Betaseed Clovis Matton 107,2 106 105 102 92 92 259,47 3,72% 259,44 3,71% BTS 370 Betaseed Clovis Matton 97,8 97 93 104 98 112 - - - BTS 520 Betaseed Clovis Matton 104,9 105 105 100 113 98 257,83 2,61% 257,80 2,60% BTS 880 Betaseed Clovis Matton 99,5 99 97 102 118 116 240,38-0,45% 240,36-0,45% Casanova Strube De Wulf Agro 95,2 96 99 97 80 90 237,10 0,00% - Georgetta KWS KWS KWS Benelux 103,3 104 107 97 111 104 253,23 0,00% 253,22 0,00% Mohican SESVanderHave SESVanderHave 92,4 93 94 99 108 99 238,35-238,34 - Ouragan SESVanderHave SESVanderHave 94,2 95 98 97 110 97 240,55-240,52 - Stanley Strube De Wulf Agro 94,6 95 93 102 114 103 237,09 0,00% 237,09 0,00% RHIZOMANIE - 1 jaar - Nieuwe rassen Barents Strube De Wulf Agro 91,6 92 95 96 86 92 237,11-237,09 - Courlis Florimond Desprez Erauw 91,4 92 94 98 119 106 - - - - Papillon SESVanderHave SESVanderHave 92,9 94 97 97 94 96 - - 242,70 - RHIZOMANIE - Nieuwe rassen (andere referentie!) of niet getest door het KBIVB Amarok SESVanderHave SESVanderHave 102,4 103 102 100 83 88 247,09-247,06 - Ardamax Florimond Desprez Erauw 232,25 0,47% 232,24 - BTS 750 Betaseed Clovis Matton 108,4 108 104 103 105 95 261,10-261,07 - Canorix Maribo Scam 100,9 100 101 100 70 87 241,48-241,45 - Candimax Florimond Desprez Erauw 239,00 0,46% 239,00 0,46% Carimba Maribo Scam 101,8 102 104 98 84 83 241,48-241,45 - Clairamax Florimond Desprez Erauw 99,6 100 98 101 86 90 240,41-240,36 - Criquet SESVanderHave SESVanderHave - - 242,70 - Magnefica KWS KWS KWS Benelux 104,4 103 100 103 100 102 248,89-248,86 - Tisserin Florimond Desprez Erauw - 246,36 - RHIZOMANIE - NEMATODEN - 3 jaar - Bevestigde rassen (besmette velden) Adler Strube De Wulf Agro 97,1 97 98 99 98 95 263,70 0,19% 263,61 0,16% Lisanna KWS KWS KWS Benelux 103,9 104 101 102 105 118 284,51 0,17% 284,41 0,14% Rentamax Florimond Desprez Erauw 97,4 98 103 95 102 101 265,97 0,56% - - Steel Syngenta Syngenta Seeds 98,4 99 105 95 77 79 263,67 0,19% 263,59 0,16% RHIZOMANIE - NEMATODEN - 2 jaar - Recente rassen (besmette velden) Acacia SESVanderHave SESVanderHave 102,0 102 103 99 87 94 274,36-274,26 - Bach Strube De Wulf Agro 100,2 100 102 99 93 99 265,69 0,18% 265,61 0,15% Baribal SESVanderHave SESVanderHave 101,1 101 97 104 121 107 272,34 0,92% 272,26 0,89% Bora SESVanderHave SESVanderHave 102,6 102 103 100 84 92 274,36 1,29% 274,26 1,26% BTS 990 Betaseed Clovis Matton 108,0 108 102 104 108 112 296,69 3,67% 296,61 3,64% Catamaran Maribo Scam 96,1 96 99 97 82 96 267,69 0,18% 267,61 0,15% Drafter Syngenta Syngenta Seeds 98,0 97 99 99 89 84 267,29 1,11% 267,21 1,08% Essentiella KWS KWS KWS Benelux 104,0 105 103 101 103 107 286,49-1,21% 286,41-1,24% Perry Strube De Wulf Agro 97,9 98 98 100 102 99 265,69 0,18% 265,61 0,15% Solumax Florimond Desprez Erauw 101,3 101 103 98 84 91 272,87-272,81 - Sympatica KWS KWS KWS Benelux 104,4 104 101 103 92 109 295,51-0,17% 295,41-0,20% RHIZOMANIE - NEMATODEN - 1 jaar - Nieuwe rassen (besmette velden) Loriquet Florimond Desprez Erauw 101,1 101 100 101 89 95 - - 270,61 - RHIZOMANIE - NEMATODEN - Nieuwe rassen (andere referentie!) of niet getest door het KBIVB (besmette velden) Bonsai SESVanderHave SESVanderHave 107,3 107 106 100 95 90 281,34-281,26 - BTS 265 Betaseed Clovis Matton 106,5 106 107 100 109 100 280,83-280,61 - BTS 480 Betaseed Clovis Matton 104,2 104 101 102 115 112 - - 280,61 - Calllas Maribo Scam 104,1 104 109 96 82 87 272,19-272,11 - Cazoo Maribo Scam 106,8 106 108 99 98 94 272,19-272,11 - Eucalyptus SESVanderHave SESVanderHave 108,7 108 108 100 82 90 285,34-285,26 - Gauss Strube De Wulf Agro 106,6 106 101 104 116 100 269,69-269,61 - Leonella KWS KWS KWS Benelux 114,0 113 110 102 90 97 299,49-299,41 - Lumiere Strube De Wulf Agro 105,7 105 105 100 83 94 267,69-267,61 - Miramax Florimond Desprez Erauw 103,7 104 104 100 112 95 276,19-276,11 - Paxy Syngenta Syngenta Seeds 103,5 103 106 98 82 84 269,67-269,59 - Primosa KWS KWS KWS Benelux 106,9 107 107 100 111 103 281,99-281,91 - Tissen Strube De Wulf Agro 102,8 103 100 102 113 98 267,69-267,61 - RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - 3 jaar - Bevestigde rassen Iguane SESVanderHave SESVanderHave 87,4 87 89 98 95 93 247,85 1,01% 247,76 0,98% Isabella KWS KWS KWS Benelux 91,5 92 93 98 130 120 251,49 0,20% 251,41 0,16% Vedeta Maribo Scam 83,5 84 86 98 131 106 248,67 0,20% 248,61 0,17% Zorro Strube De Wulf Agro 85,4 86 88 97 106 99 243,69 0,20% 243,61 0,17% RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - 2 jaar - Recente rassen BTS 180 Betaseed Clovis Matton 88,2 89 95 94 93 108 251,69 2,44% 251,61 2,41% BTS 605 Betaseed Clovis Matton 100,7 100 98 103 105 97 257,69 1,77% 257,61 1,74% Okapi SESVanderHave SESVanderHave 85,6 86 88 98 90 94 252,84-252,76 - RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - Nieuwe rassen (andere referentie!) of niet getest door het KBIVB Curtis Strube De Wulf Agro 90,8 91 92 99 99 92 249,69-249,61 - Donjon Florimond Desprez Erauw - - 260,61 - Gwenna KWS KWS KWS Benelux 97,8 97 100 98 94 110 258,99-258,91 - Tourelle Florimond Desprez Erauw - - 260,61 - RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - NEMATODEN - Nieuwe rassen of niet getest door het KBIVB Hendrika KWS KWS KWS Benelux 299,49-299,41 - Door het KBIVB getest en aanbevolen Door het KBIVB getest maar niet aanbevolen Niet door het KBIVB getest

Thailand kiest voor suiker en ethanol De Thaise regering trekt volop de kaart van de suiker- en ethanolketen. Tegen 2025 wil ze de rietsuikerproductie verhogen met 80 % en de ethanolproductie verdrievoudigen. INTERNATIONAAL 11 De Thaise regering moedigt de landbouwers aan om de rijstteelt te vervangen door andere teelten zoals suikerriet. Volgens haar zouden binnen 10 à 15 jaar ongeveer 1 miljoen hectare rijstvelden worden omgezet in rietaanplantingen en zou hierdoor 80% meer riet kunnen worden geproduceerd dan nu het geval is. De suikerexpansie dateert niet van gisteren. Sinds 1990, steeg de Thaise suikerproductie van 3,5 Mt tot meer dan 11 Mt in 2013/14, hetzij een groeipercentage van 7% per jaar. Aangezien de inlandse consumptie slechts met 4% stijgt per jaar, verviervoudigde de export in 10 jaar en bedraagt hij nu meer dan 8 Mt, wat van Thailand de tweede grootste wereldexporteur maakt, na Brazilië. In tegenstelling tot Brazilië dat ongeveer 50 Mt suiker per jaar exporteert zowat overal in de wereld, levert Thailand voornamelijk aan zijn Aziatische buren zowel ruwe suiker (ongeveer 5 Mt) als witte suiker (zowat 3 Mt). Thailand ligt in Zuidoost-Azië, nabij o.m. China en Indonesië en dus in het hart van de regio waar de suikerconsumptie het sterkst stijgt. De productiekosten van Thaise suiker zijn van dezelfde orde van grootte als deze in Brazilië. Zelfs als de industrie het riet aan een relatief hoge prijs betaalt, maken de inkomsten uit bagasse (cogeneratie van elektriciteit) en uit melasse (ethanol) het voor de suikerfabrikanten mogelijk om te blijven verkopen op de wereldmarkt vanaf een ruwe suikerprijs van 17,50 cts/lb. 300.000 producenten en 50 fabrieken Thailand heeft geen grote landbouwbedrijven die beroep doen op loonarbeid. De quasi-totaliteit van het riet wordt geteeld door bijna 300.000 onafhankelijke landbouwers die 1,5 miljoen ha verbouwen, hetzij gemiddeld 7 hectaren per teler. De opbrengst en het suikergehalte van het riet zijn doorgaans minder hoog dan in Brazilië en Australië. Vijftig fabrieken verwerken de rietoogst. Twee derde ervan behoort toe aan zeven suikergroepen waarvan twee onder de tien grootste wereldproducenten worden gerangschikt. Het betreft de Thaise groep Mitr Phol, vierde wereldsuikerproducent in 2014 (eveneens aanwezig in Australië, China en Laos), en de Thaise groep Thai Roong Ruang, achtste wereldproducent. Verdeling van de toegevoegde waarde van het riet met de telers Het beheer van de keten steunt op volgende principes: verdeling van de toegevoegde waarde van het riet en een quotasysteem om een deel van de geproduceerde suiker te bestemmen voor lokale consumptie. De valorisatie van suiker en van melasse uit riet wordt verdeeld tussen telers en fabrikanten op basis van 70% voor de telers en 30% voor de suikerfabrikanten. Bagasse, een afvalproduct van de suikerrietproductie, blijft eigendom van de fabrikant en komt niet in aanmerking voor valorisatie. Op het einde van de oogst, wordt het saldo dat door de fabrikant moet worden uitbetaald voor het riet, Om de rietsuikerproductie te verhogen moedigt de Thaise regering de landbouwers aan om de rijstteelt te vervangen door andere teelten zoals suikerriet. aangepast op basis van de valorisatieberekening. Op de totale suikerproductie is een eerste quotum (ongeveer 20%) bestemd voor inlandse consumptie (2,5 Mt in 2013/14). Een tweede quotum (0,8 Mt) wordt geëxporteerd via makelaars die voor rekening van de staat werken. Dit laat toe de prijs van suiker op de wereldmarkt te kennen, zodat de suikerwaarde kan worden geraamd en zo het deel van de telers kan worden berekend. De rest wordt geëxporteerd door erkende handelaars tegen een vrije prijs die de telers de waarde moet garanderen, die door de verkoop van de staatsmakelaars wordt bekomen. Promotie van hernieuwbare energie en bio-ethanol De Thaise regering heeft een doel gesteld van 25% hernieuwbare energie te realiseren in 2021, tegen nauwelijks 10% vandaag en dan vooral met ethanol en uit bagasse opgewekte elektriciteit. De regering verbindt zich ertoe om de elektriciteit die door waterkrachtkoppeling op basis van bagasse wordt geproduceerd, tegen gunstprijs aan te kopen. Er worden ook maatregelen genomen om het ethanoltarief te reguleren in het land en de brandstof E85 (mengsel dat 85% ethanol bevat) fiscaal te bevoordelen. Sinds 2013, is de verkoop van brandstof zonder ethanol verboden. Op termijn, zouden de brandstoffen E10 (die 10% ethanol bevatten) kunnen verboden worden wanneer de brandstoffen E20 de norm worden. Bron : WABCG, La filière canne à sucre thaïlandaise, december 2014 Geef onkruiden geen kans! Duist Windhalm Straatgras Klaproos Kruiskruid Kamille Dovenetel De oplossing tegen grassen en dicotylen in granen Past uitstekend in ieder herbicidenschema www.bayercropscience.be Othello bevat 7,5 g/l Mesosulfuron, 2,5 g/l Iodosulfuron, 50 g/l Diflufenican & 22,5 g/l Mefenpyr Ged. handlesmerk Bayer AG Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. Voor verdere productinformatie met inbegrip van gevaarzinnen en symbolen, raadpleeg www.fytoweb.be.

12 INDUSTRIE Overzicht van de Europese suikerindustrie De hervorming van de suikerregeling in 2006 heeft het EU-suikerlandschap ingrijpend veranderd. Zal het einde van de quota leiden tot een verdere concentratiebeweging van de sector? De hervorming van de suikerregeling heeft de bietsuikerproductie in de EU-27 in minder dan 10 jaar doen dalen van 20 miljoen tot bijna 14,3 miljoen ton in 2013/14. Het bietenareaal daalde niet overal in dezelfde mate. En naargelang het land noteerde men een min of meer sterke afname van de bietsuikerproductie. De evolutie van het aantal in werking zijnde suikerfabrieken tijdens de laatste tien jaar geeft een beeld van de situatie. Vier landen (Bulgarije, Ierland, Letland en Portugal) stopten volledig met de bietenteelt en sloten hun fabrieken. Twee andere landen, Italië en Hongarije, beperkten de productie aanzienlijk en het aantal suikerfabrieken daalde van 19 tot 4 in Italië en van 5 tot 1 in Hongarije. Vanaf 2005 daalde de bietsuikerproductie van 20 tot 14 à 16 miljoen ton naargelang de campagnes. Ook de rietsuikerraffinage verminderde in de EU tijdens de laatste jaren: nauwelijks 2 miljoen ton rietsuiker werd geraffineerd in de nog overblijvende raffinaderijen in o.a. Spanje, Italië, het Verenigd Koninkrijk en Portugal. Het einde van de quota, het minieme verschil tussen de Europese prijzen en de wereldmarktprijzen, maken dat bietsuiker nu competitiever is dan ruwe geraffineerde suiker, gezien men tussen 100 en 150 euro per ton extra kosten moet aanrekenen om ruwe suiker te raffineren. Frankrijk en Duitsland behielden verwerkingsapparaat In de Europese Unie daalde het aantal suikerfabrieken van 192 in 2005/06 naar 109 nu, wat neerkomt op een gemiddelde daling met 43 procent. In de meeste landen, daalde het aantal suikerfabrieken tussen 30 en 50 procent. Er zijn niettemin enkele uitzonderingen zoals Roemenië en Duitsland, waar het aantal suikerfabrieken respectievelijk slechts met 20 en 23 procent daalde. Het land dat de spits afbijt inzake behoud van operationele suikerfabrieken is Frankrijk, waar het aantal suikerfabrieken met 17 procent daalde wat overeenstemt met de sluiting van maar vijf suikerfabrieken op de dertig in werking in 2005/06. Vandaag tellen Frankrijk, Duitsland en Polen het meeste aantal suikerfabrieken met respectievelijk 25, 20 en 18 suikerfabrieken op een totaal van 109 voor de Europese Unie. Deze drie landen zijn goed voor nagenoeg 60 procent van de suikerindustrie in de EU-27. In termen van productiecapaciteit, staat Nederland bovenaan, met een suikerproductie van 485.000 ton suiker per campagne met één fabriek, dankzij een verwerkingscapaciteit van 20.000 ton bieten per dag. De Europese gemiddelde capaciteit situeert zich rond de 165.000 ton suiker per campagne en per fabriek bedraagt de gemiddelde verwerkingscapaciteit 10.000 ton bieten per dag. Wat zijn de cijfers voor België? Momenteel zijn er nog maar drie fabrieken tegen zes in 2005, hetzij een daling met de helft, wat meer is dan het Europese gemiddelde van 43 procent daling. De gemiddelde productie per fabriek in België bedraagt 253.000 ton suiker per campagne, goed voor een vierde plaats na Nederland (485.000 ton), Zweden (366.000 ton) en het Verenigd Koninkrijk (285.000 ton). De gemiddelde verwerkingscapaciteit per fabriek in België bedraagt 14.000 ton bieten per dag. Tereos zoekt toenadering tot Cristal Union Vijf industriegroepen staan in voor 70 procent van het EU-suikerproductiequotum. Het betreft in volgorde van belangrijkheid: Südzucker (26% van het quotum - 27 fabrieken), Nordzucker (16% van het quotum - 13 fabrieken), British Sugar (11% van het quotum en 8 fabrieken), Tereos (11% van het quotum en 11 fabrieken) en Cristal Union (10% van het quotum en 10 fabrieken). Om tegenwicht te bieden aan het Duitse zwaargewicht, zijnde Südzucker, Nordzucker en Pfeifer&Langen, heeft de Franse coöperatieve groep Tereos een brief gestuurd naar de Raad van Bestuur van Cristal Union, waarin hij een toenadering voorstelt tussen beide coöperatieve suikerondernemingen: De Europese suikermarkt wordt na het afschaffen van de quota concurrentiëler en meer opengesteld. De marktvolatiliteit zal toenemen. Gezien deze context, zijn we ervan overtuigd dat de toenadering tussen de twee grote Franse coöperatieve suikergroepen Cristal Union en Tereos de beste garantie biedt voor de toekomst. In onze sector waar de vaste kosten een belangrijk deel van de productiekosten uitmaken, is het schaaleffect van doorslaggevend belang. Het laat toe de vaste kosten te absorberen. Apart blijven, is onze coöperatoren de garantie op betere bietenprijzen ontzeggen. De groep Cristal Union zou niet ingaan op het voorstel van Tereos en zou ook ontkend hebben dat er onderhandeld wordt over een toenadering met het Duitse Nordzucker. Bij de suikerondernemingen met minder dan 200.000 ton quotum staat Iscal Sugar, de grootste van de kleinen, die uitstekend scoort met de meest competitieve productiekosten in Europa. Na Iscal, is er de groep Hellenic Sugar Industry, die aan het wegkwijnen is door zware financiële problemen. Een van de drie fabrieken van de groep is nog in werking en haar suikerquotum van 158.000 ton wordt al sinds jaren niet meer geproduceerd. Bij deze laatste groep, behoren ook twee Italiaanse groepen, Eridania Sadam en Zuccherificio del Molise, van wie de vooruitzichten erg somber zijn (zie kader). De suikerfabriek van Escaudoeuvres in het Noord van Frankrijk ligt ongeveer 50 km van Fontenoy. Suikergroep Totaal suiker- Percentage Aantal fabrieken quotum (1.000 t) quotum EU-27 Südzucker (Duitsland + 8 andere landen 3.296 25,6 % 27 waaronder Frankrijk en België) Nordzucker (Duitsland + 6 andere landen) 2.007 15,6 % 13 British Sugar (UK, ES) 1.434 11,1 % 8 Tereos (FR, Republiek Tsjechië) 1.426 11,1 % 11 Cristal Union (Frankrijk) 1.045 8,1 % 10 De vijf grootste suikergroepen 9.135 70,8 % 69 Pfeifer & Langen (Duitsland, Polen, Roemenië) 1.023 7,9 % 10 Cosun (Nederland, Duitsland) 919 7,1 % 3 Krajowa Spolka Cukrowa (Polen) 549 4,3 % 7 Italia Zuccheri Co Pro B. (Italië) 284 2,2 % 2 De tien grootste suikergroepen 11.897 92,3 % 91 Iscal (België) 190 1,5 % 1 Hellenic Sugar Industry (Griekenland) 158 1,2 % 3 Eridania Sadam (Italië) 140 1,1 % 1 ACOR (Spanje) 120 0,9 % 1 Zuccherificio del Molise (Italië) 84 0,7 % 1 De vijftien grootste suikergroepen 12.590 97,6 % 98 Totaal 12.894 100 % 109 Bron : CIBE Met het einde van de quota in zicht, trekt Italië aan de alarmbel Tijdens de EU-Landbouwraad van eind januari wees Italië op de catastrofale vooruitzichten voor de bietsuikersector in Europa, en meer in het bijzonder in bepaalde lidstaten zoals Italië. Het land vroeg de Commissie uitzonderlijke maatregelen te nemen om de problemen die zullen ontstaan als gevolg van de afschaffing van de quota op te vangen. Meerdere lidstaten (Roemenië, België, Slovakije, Finland, Spanje, Griekenland, Kroatië en Slovenië) steunen de Italiaanse vraag. De EU-suikerprijzen daalden met zowat 40 procent tussen januari 2013 en november 2014 en zouden kunnen terugvallen naar 408 euro per ton vanaf het ogenblik dat de quota zullen worden afgeschaft. In een dergelijk scenario zal de suikerindustrie niet meer in staat zijn om een voldoende hoge prijs te betalen voor de bieten. Hierdoor bestaat het risico dat de bevoorrading van de fabrieken in het gedrang komt, waardoor ze niet competitief kunnen blijven, met mogelijke fabriekssluitingen tot gevolg. EU-landbouwcommissaris Phil Hogan heeft geantwoord dat de buitengewone maatregelen niet gerechtvaardigd zijn. Hij is alleen bereid om de opvolging van de suikermarkt aan te scherpen om producenten en raffinadeurs te helpen bij hun besluitname. De EU-suikerprijzen bevinden zich op hun laagste niveau sedert de invoering van het systeem van prijzenobservatorium en van prijsnoteringen in 2006. Dankzij Fiesta New in vooropkomst, meer flexibiliteit voor de behandelingen in na-opkomst! De oplossing tegen kamille, kleefkruid en hondspeterselie Breedste spectrum in vooropkomst www.agro.basf.be Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.