Model Bestuursconvenant September 2009 Partijen bij dit convenant zijn: A I Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente (XX), gevestigd te (XX) ten deze krachtens artikel 171 van de Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw) (naam), (functie), handelend ter uitvoering van het collegebesluit (datum) hierna verder te noemen: de gemeente (XX) AII De gemeente (XX), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd (krachtens YY) door de (heer/mevrouw) (naam), (functie), daartoe gevolmachtigd door (XX) van (XX naam gemeente XX), zulks ter uitvoering van (XX besluit XX), hierna verder te noemen: gemeente (XX) A III De contactgemeente van de RMC-regio (XX), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), wethouder van de gemeenten, hierna verder te noemen: de RMC-contactgemeente. B I De publiekrechtelijke rechtspersoon het openbaar lichaam GGD (afdeling: Jeugdgezondheidszorg), gevestigd en kantoorhoudende te (plaats) aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd krachtens (YY), door de (heer/mevrouw), (naam), (functie), hierna verder te noemen: GGD B II De dienst GGD (jeugdgezondheidszorg) van de gemeente (XX), gevestigd te (XX), ten deze krachtens mandaat rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), directeur GGD (afdeling Jeugdgezondheidszorg), hierna verder te noemen: GGD B III De stichting Jeugdgezondheidszorg (XX), gevestigd en kantoorhoudende te (XX), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), directeur, hierna verder te noemen: C I - De bestuurscommissie voor Basisonderwijs (XX),gevestigd te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), C II - De stichting (naam school), gevestigd te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), (functie: directeur of bestuur of College van Bestuur), verder te noemen: (XX) - 1 -
CIII - Het Bestuur van het samenwerkingsverband (XX),gevestigd te (plaats) aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), - (verdere uitbreiding) D I De scholen voor voortgezet onderwijs in (XX): - De bestuurscommissie voor voortgezet onderwijs (XX), gevestigd te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), D II De scholen voor voortgezet onderwijs in (XX): - De stichting (naam school), gevestigd te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), (functie: directeur of bestuurder of College van Bestuur of voorzitter Raad van Toezicht), verder te noemen: (XX) D III De stichting samenwerkingsschool (XX), als bedoeld in artikel 17 van de Wet op het Primair Onderwijs, als bevoegd gezag van (XX), te (plaats) aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door (heer/mevrouw), voorzitter van het bestuur en de heer/mevrouw), directeur, hierna verder te noemen: (XX) E I Het ROC regiocollege (XX), gevestigd te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), (voorzitter of lid College van Bestuur) verder te noemen: ROC (XX) E II Het AOC (XX), gevestigd te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), (voorzitter of lid College van Bestuur) verder te noemen: AOC (XX) F De Stichting Bureau Jeugdzorg (XX), gevestigd en kantoorhoudende te (plaats), aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Raad van Bestuur, bij monde van het lid (heer/mevrouw), (naam), (functie) hierna verder te noemen: BJZ (XX) G Het Bestuur van het samenwerkingsverband (XX),gevestigd te (plaats) aan de (straat), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), (functie), verder te noemen: (XX) H De regiopolitie (XX), (gevestigd te (plaats) aan de (straat), ten deze rechtsgeldig krachtens artikel 22 lid 3 Politiewet 1993 vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (naam), korpsbeheerder, hierna verder te noemen: de politie - 2 -
J De Stichting GGZ Kinderen en Jeugd (XX), gevestigd en kantoorhoudende te (XX), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de (heer/mevrouw), (functie), hierna verder te noemen: K Vanzelfsprekend is iedere combinatie van A t/m J denkbaar, inclusief de betrokkenheid van verschillende gemeenten. Overwegende: - dat gemeente (X of meerdere) schriftelijke afspraken maken met alle bij dit convenant betrokken instellingen over de wijze waarop zij met elkaar samenwerken; - dat gemeente (X) (meerdere gemeenten mogelijk) de verantwoordelijkheid heeft om met alle bij dit convenant betrokken instellingen sluitende samenwerkingsafspraken te maken over hun deelname aan de ZAT s en de beschikbaarheid van preventieve inzet en achterliggende zorg op school en gespecialiseerde zorg buiten school; - dat de samenwerkende instellingen verplicht zijn mee te werken aan de totstandkoming van de afspraken en de nakoming daarvan. Betrokken instellingen zijn verplicht deel te nemen aan het bestuurlijk overleg; - dat zorg in en om de school een verplicht onderwerp van gesprek is tussen gemeente, onderwijs en kinderopvang; - dat partijen bij elkaar te rade zijn gegaan en als volgt overeen zijn gekomen: Artikel 1 Lid 1. De betrokken instellingen komen in het kader van dit convenant met elkaar een bestuurlijk kader overeen. Dit ten behoeve van de inzet van mensen en middelen voor een sluitende aanpak van zorg in en om de school. Deze zorg richt zich op kinderen in de schoolgaande leeftijd van (X tot Y) jaar. Lid 2 Onder zorg in en om de school (primair onderwijs, voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs) wordt verstaan: - De preventieve inzet van hulpverlening en zorg; - De instandhouding van multidisciplinair casusoverleg / ZAT s, het benodigde aantal ZAT s, en de taakverdeling tussen gemeente en onderwijs in de uitvoering van ZAT s. Artikel 2 Partijen komen overeen, dat met behoud van ieders bevoegdheid en taak, zij zich tot elkaar verhouden als gelijken. Artikel 3 Betrokken instellingen sluiten dit convenant ter realisering van hun wettelijke kerntaken. Voor de realisatie van deze wettelijke kerntaken is financiering reeds geregeld. Artikel 4 Lid 1 Vergaderingen Stuurgroep / LOKALE EDUCATIEVE AGENDA Variant 1 Met behoud van ieders bevoegdheid en taak wordt er in vergaderingen van partijen tot - 3 -
besluitvorming gekomen. De wethouder Onderwijs c.a., van de gemeente (##), in die hoedanigheid, is hierbij aangewezen voor de looptijd van deze overeenkomst als voorzitter van de vergaderingen op bestuurlijk niveau van de ZAT. Variant 2 Met behoud van ieders bevoegdheid en taak wordt er in vergaderingen van partijen tot besluitvorming gekomen. De voorzitter van de vergadering wordt voor de looptijd van deze overeenkomst door de vergadering uit haar midden benoemd. Lid 2 Vergaderingen Zorg- en adviesteam s De vergaderingen van de Zorg- en adviesteam s vinden (XX) keer plaats per schooljaar. Artikel 5 De verslagen van de vergadering zijn concepten en worden in de volgende vergadering vastgesteld en ondertekend door de voorzitter. Deze verslagen zijn openbaar en kunnen worden ingezien vanaf (##) dagen na de vergadering aan de (##straat en plaats##), dan wel worden gepubliceerd op de website van het ZAT (een andere organisatie). Artikel 6 Dit convenant wordt door partijen aangegaan voor een looptijd van tenminste twee jaar ingaande de dag na ondertekening van het convenant, waarbij het eerste jaar, om administratieve redenen, eindigt tegen (XX1 januari 2010XX). Evaluatie van dit convenant vindt plaats in de periode voorafgaande aan de laatste drie kalendermaanden van de looptijd van dit convenant. Mocht dit niet het geval zijn dan wordt de looptijd van het convenant stilzwijgend verlengd met één jaar. Artikel 7 Lid 1 Uitsluitend met instemming van alle betrokken instellingen kan dit convenant tussentijds gewijzigd worden. Deze wijziging is uitsluitend rechtsgeldig indien de wijziging schriftelijk is vastgelegd en is ondertekend namens alle betrokken instellingen. Lid 2 Dit convenant kan tevens gewijzigd worden op grond van wijzigingen algemeen verbindend voorschriften van de Rijksoverheid dan wel de provinciale overheid. De gevolgen van deze wijzigingen worden ook in het kader van dit convenant schriftelijk vastgelegd en ondertekend. Lid 3 Het convenant wordt niet gewijzigd indien één der betrokken instellingen: a. fuseert of juridisch gesplitst wordt; b. onder bewind wordt gesteld; c. wordt ontbonden; d. onder surseance wordt geplaatst of failleert. Artikel 8 Toe- en uittreding Lid 1 Maatschappelijke organisaties kunnen na unanieme instemming van de deelnemende instellingen, met inachtneming van een geldende regelgeving, toetreden tot dit convenant door ondertekening van een daartoe strekkend schriftelijk stuk. Lid 2 Uittreding uit het convenant geschiedt op de wijze zoals verwoordt in artikel 7 lid 3 van dit convenant daarnaast is uittreding mogelijk indien en voor zover de geldende regelgeving dit toelaat, dan wel alle andere deelnemende instellingen hiermee instemmen en er vervanging is voor de uittredende instellingen. - 4 -
Lid 3 Geschillen met betrekking tot de toe- en uittreding worden beheerst door de bepalingen in artikel 9. Artikel 9 A I Eventuele geschillen tussen partijen ter zake de uitvoering van dit convenant worden eerst en vooral in onderling overleg in der minne geschikt. Mocht dit niet slagen dan kunnen partijen een bemiddelaar aanwijzen die kan worden voorzien van de bevoegdheid een bindend advies uit te brengen wat dat betreft geldt dit convenant als een vaststellingsovereenkomst 7:900 van het Burgerlijk Wetboek. De aan het bindend advies verbonden kosten worden door partijen gedeeld. A II Alle geschillen inzake de uitvoering van dit convenant zullen zo mogelijk door overleg worden opgelost. Indien niet in overleg tot een oplossing van een geschil kan worden gekomen benoemen partijen een onafhankelijke derde. Deze derde zal bij wijze van bindend advies overgaan tot beslechting van het geschil, wat dat betreft geldt dit convenant als een vaststellingsovereenkomst 7:900 van het Burgerlijk Wetboek. De aan het bindend advies verbonden kosten worden door partijen gedeeld. BI Alle geschillen inzake de uitvoering van dit convenant zullen zo mogelijk door overleg worden opgelost. Leidt dit niet tot een oplossing, dan wordt het geschil beslecht door arbitrage als bedoeld in artikel 1002 e.v. van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Hierbij benoemen elk der partijen een arbiter. Arbitrage vindt plaats door een scheidsgerecht bestaande uit (X) arbiters. Deze benoemde arbiters wijzen een (X) arbiter aan, die als voorzitter zal fungeren. Artikel 10 Uitleidende Bepalingen Dit convenant is voorzien van een handreiking die door aanhechting aan dit convenant onderdeel uitmaakt. Partijen bij dit convenant kunnen zich bij gelegenheid van de totstandkoming ervan uitlaten over de regio-indeling waarbij zij zich zouden willen / kunnen aansluiten. Voor wat betreft de inzet van het Bureau Jeugdzorg zal (bestuurlijk) overleg worden gevoerd met Gedeputeerde Staten van de provincie (XX). Opgemaakt in (XX) originelen en ondertekend te (plaats) op (datum) Volgt blad ter ondertekening - 5 -