Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk 1 t/m 8 Samenvatting door N. 1028 woorden 25 november 2014 0 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijwetenschappen Massamedia H1: Wat zijn massamedia? Wat zijn de 5 basiselementen van communicatie? Boodschap Zender Medium (meestal technisch middel) Ontvanger Feedback (reactie ontvanger op boodschap) Wat zijn de soorten communicatie? Direct (persoonlijk contact) <> indirect (via medium) Eenzijdig (v.b. krant, tv, radio) <> meerzijdig (wederkerigheid) Verbaal (gesproken/geschreven) <> non-verbaal (geen woorden) Interpersoonlijk (direct, meerzijdig, 2 mensen of kleine groep) <> massacommunicatie (eenzijdig, groot publiek) Wat zijn de kenmerken van massacommunicatie? Richt zich op een breed, heterogeen en relatief onbekend publiek. De informatie die wordt overgebracht is openbaar en dus beschikbaar voor iedereen. Het verzenden en bepalen van de inhoud van een publieke boodschap gaat meestal via omvangrijke organisaties waar veel mensen bij betrokken zijn, zoals krantenredacties en omroeporganisaties. Bij massacommunicatie wordt altijd gebruikgemaakt van technische hulpmiddelen: de massamedia. De communicatie verloopt meestal eenzijdig. De ontvanger kan wel reageren, maar altijd indirect en achteraf. Wat zijn de functies van massamedia voor het individu? Informatief en educatief Opiniërend Sociaal Recreatief (ontspanning) Wat zijn de functies van massamedia voor de samenleving? Pagina 1 van 7
Informerend Socialiserend Amuserend Bindend H2: Het medialandschap? Wat is de indeling van de dagbladen? Regionaal en landelijk Ochtend- en avond Gratis en abonnement Populair en kwaliteit Algemeen en richting Links en rechts Waaruit bestaat ons duaal omroepenbestel? Publieke omroepen Commerciële zenders Waaruit bestaat digitale media? Internet Sociale media H3: De rol van de overheid Uitgangspunten van het mediabeleid zijn: Vrijheid van meningsuiting Democratie Pluriformiteit De overheid houdt zich bezig met beleid op de volgende terreinen: A. Publieke en commerciële omroepen: Uitleg: Men was bang voor allerlei soorten manipulatie en daarom stelde de overheid vanaf het begin van de radio en tv regels op waaraan publieke omroepen en hun uitzendingen moesten voldoen. Eerst omroepwet, toen mediawet ook commerciële zenders kregen geleidelijk toestemming om uit te zenden. A. De pers: Uitleg: Omdat er gegarandeerde persvrijheid is in NL, bestaat er nauwelijks wetgeving die specifiek gericht is op de gedrukte media Stimuleringsfonds voor de pers moet pluriformiteit van de persmedia beschermen. Pagina 2 van 7
A. Internet: Internet toegankelijker maken (subsidies aan scholen) + tegengaan cybercriminaliteit. Moet de overheid zich wel/niet bemoeien met de media? Politieke visies van de verschillende politieke stromingen: Liberalen: Tegen subsidiëring, ruimte geven aan nieuwe initiatieven, met minimale overheidssteun Sociaal democraten: Regulerend optreden overheid d.m.v. kwaliteitscontrole en bewaking pluriformiteit in mediawereld. Christen democraten: Voor regulerende overheid, maar ook zelf verantwoordelijkheid nemen (omroepen en kranten) Belangengroepen: Publieke omroepen > behoud pluriformiteit Commerciële zenders > eigen verantwoordelijkheid waar men naar kijkt Bedrijfsleven > commercialisering Mediaconsumenten > minder reclame Overheid > omroepbestel moet bijdragen aan ontwikkeling van onze samenleving H4: Ontwikkelingen rondom massamedia 3 trends op het gebied van ontwikkeling op massamedia gebied: Technologische innovatie (informatietechnologie, digitalisering) Economische groei en internationalisering (wereldwijde communicatie, massamedia en de internationale markt) Uitbreiding van de informatiemaatschappij (= technologische, hoogontwikkelde samenleving waarbij communicatie en informatieoverdracht de basis van de meeste economische activiteiten vormen) Constante informatiestroom Niet gebonden aan één plaats Vervaging van nationale grenzen Snelle verandering van de informatiemaatschappij zelf Pagina 3 van 7
H5: Massamedia en commercie? Hoe komt de pers aan hun geld? Abonnementen Vrije verkoop Advertenties Hoe komen de publieke omroepen aan hun geld? Omroepgelden, bestaande uit een overheidsbijdrage en inkomsten van de Ster-reclame Lidmaats- en abonnementsgelden Sponsoring van programma s door bedrijven Overige inkomstenbronnen (bv. Opbrengsten uit omroepbladen, verkoop merchandise. Omdat publieke omroepen volgens de Mediawet geen winst mogen maken, hebben de omroepen slechts beperkte commerciële mogelijkheden) Hoe komen de commerciële omroepen aan hun geld? Reclame-inkomsten Sponsorgelden Eigen programmabladen (inkomsten niet groot, omdat niet gekoppeld aan lidmaatschap) Wat zijn de gevolgen van de toegenomen concurrentie in het medialandschap? Marktgerichtheid en commercialisering Marktsegmentering en stijging van het aantal producten bij de tijdschriften Doelgroepenmedia en netprofilering bij tv-zenders Persconcentratie bij de dagbladen Mediaconcentratie door het ontstaan van de mediagiganten Hoe blijft de kwaliteit van informatie gewaarborgd? Pagina 4 van 7
H6: Nieuws en beeldvorming Een bericht heeft nieuwswaarde als het aan de volgende criteria voldoet: 7. 8. 9. 10. 1 1 Het is actueel Opvallend, onverwacht, verassend en/of schokkend Cultureel/geografisch dichtbij Het gaat over belangrijke, bekende personen Het gaat oer belangrijke, bekende personen Er is een human-interest aspect : drama, emotie, conflict Afwijkend en dan vooral in negatieve zin Ondubbelzinnig en begrijpelijk Beeldmateriaal beschikbaar Interessant voor de doelgroep van het medium Gerelateerd aan politieke, sociaaleconomische, financiële en/of culturele ontwikkelingen en kwesties Past binnen de identiteit van het medium De belangrijkste nieuwsbronnen zijn: 7. Personen of instellingen Overheid Correspondenten Freelancejournalisten Persbureaus - Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), Geassocieerde Pers Diensten (GPD) en internationale persbureaus Persdiensten Beeldmateriaal Journalisten moeten zich aan 5 journalistieke normen houden: Het scheiden van feiten en meningen Hoor en wederhoor toepassen (alle betrokkenen ondervragen) Controleren van de feiten Meerdere informatiebronnen raadplegen Een juiste weergave van de feiten Bij nieuwsberichtgeving bepalen een aantal factoren de identiteit van een massamedium: a. b. c. d. e. f. De keuze van onderwerpen door journalisten en de redactie. De volgorde van de berichten. De presentatie. Het eigen commentaar. Het woordgebruik. Het gebruik van (deskundige) gastschrijvers. Bewuste kleuring aan nieuws wordt gegeven door: Manipulatie (het vervormen van nieuws door het opzettelijk weglaten of verdraaien van feiten. Uitleg: De vertekening van de werkelijkheid wordt een doel op zich en het belang van objectiviteit en betrouwbaarheid volledig wordt losgelaten. Pagina 5 van 7
Indoctrinatie (het systematisch opdringen van opvattingen door meningen als feiten te presenteren) Voorbeelden van framing zijn: Conflictframe, nadruk op conflicten tussen partijen of individuen Human-impactframe, nadruk op menselijke kant van een verhaal (emotionele kant) Economische-gevolgenframe, nadruk op economische consequenties van gebeurtenis Machteloosheidsframe, nadruk op onmacht en onveranderlijkheid van de situatie Moraliteitsframe, nadruk op scheiding goed vs. slecht H7: Massamedia en cultuur Cultuur kan je opsplitsen in: Dominante cultuur: De cultuurkenmerken worden binnen een samenleving gedragen door een groep die overheersend is en veel invloed heeft op het economische en politieke leven. Subcultuur: Een groep waarden, normen en andere cultuurkenmerken wijken deels af van de dominante cultuur. Voorbeelden van subculturen zijn: Jongerenculturen (hipsters, gothics, emo s) Bedrijfsculturen (v.b. kledingvoorschriften) Etnische subculturen (Nederlandse Surinamers, Marokkanen en Amerikanen Tegenculturen (antiglobalisten, milieuactivisten) verzetten zich tegen dominante cultuur Het socialisatieproces (in het socialisatieproces worden d.m.v. beïnvloeding en aanpassing waarden en normen van een cultuur overgedragen aan een individu) wordt overgedragen door: Socialiserende instituties (instellingen en organisaties waarmee de cultuuroverdracht in een samenleving plaatsvindt): Gezin School Werk Maatschappelijke groeperingen Pagina 6 van 7
Overheid Media Identificatie: Wat je als je eigen ik ofwel je persoonlijke identiteit beschouwt, wordt mede gevormd door de sociale ervaringen die je in de loop van je leven opdoet. Sociale controle: De wijze waarop mensen andere mensen stimuleren of dwingen zich aan de geldende normen te houden. Cultuuroverdracht vindt plaats via: Vooroordelen: Meningen of houdingen die niet of onvoldoende op feiten of ervaringen zijn gebaseerd Stereotypering: Een sterk gegeneraliseerd, versimpeld en vertekend beeld van het gedrag en de mentaliteit van een specifieke groep. Ontzuiling: het afstand doen van maatschappelijke zuilen (katholieken, protestanten, socialisten en liberalen) Individualisering: meer vrijheid krijgen om tot je eigen standpunt te komen Multiculturalisering: het proces waarbij mensen met verschillende culturele achtergronden naast en met elkaar gaan wonen H8: Macht van de media Klassieke theorieën: Injectienaaldtheorie: De theorie die ervan uitgaat dat ontvangers informatie klakkeloos overnemen. Selectieve perceptie: Je bepaalt zelf of de boodschap aankomt. Moderne theorieën: Cultivatietheorie: werkelijkheid en tv-werkelijkheid lopen in elkaar over. Agendasettingtheorie: media bepaalt de onderwerpen die de burgers bezig houden. Framingtheorie: manier waarop een onderwerp behandeld wordt. Pagina 7 van 7